Page 65 of 379

PARKEERLICHTEN
Deze lichten kunnen alleen worden
ingeschakeld met de contactsleutel in
de stand STOP of verwijderd, door
de linker ring eerst naar de standOen
vervolgens naar de stand
ofte
draaien. Het
controlelampje op
het instrumentenpaneel gaat branden.
ACHTERRUITVERWARMING(voor bepaalde versies/markten)
Druk op de knop A fig. 76 om in te
schakelen. Dit is een tijdgeregelde
functie die na 20 minuten automatisch
uitschakelt.
ACCULOSKOPPELFUNCTIE
(ACCUSCHAKELAAR)
(voor bepaalde versies/markten)
De acculoskoppelfunctie wordt
ingeschakeld met de contactsleutel in
de stand BATT, zoals aangegeven
op het speciale plaatje in de zone
getoond in fig. 77.Druk, om de contactsleutel naar de
stand BATT te draaien, op de (rode)
knop A fig. 78.
De accu wordt losgekoppeld d.m.v.
onderbreking van de massakabel, circa
45 seconden nadat de sleutel in de
stand BATT is gedraaid.
Deze 45 seconden zijn noodzakelijk
om:
❒de bestuurder de tijd te geven uit te
stappen en de portieren te
vergrendelen met de
afstandsbediening;
❒te kunnen garanderen dat alle
elektrische systemen van het voertuig
zijn uitgeschakeld.
Bij losgekoppelde accu, kan het
voertuig uitsluitend worden geopend
door het mechanische slot van het
bestuurdersportier te ontgrendelen.
MODE
75F1A032376F1A0330
77F1A0082
78F1A0083
61
Page 66 of 379

Steek, om de accuverbinding te
herstellen, de contactsleutel in het slot
en draai hem naar de stand MAR.
Nu kan het voertuig op normale wijze
worden gestart.
Na het loskoppelen van de accu kan
het nodig zijn om sommige elektrische
systemen (bv. klok, datum, etc.)
opnieuw in te stellen.
CENTRALE
PORTIERVERGRENDELING
Druk op de knop A fig. 79 op de
middenconsole om alle portieren
tegelijkertijd te vergrendelen, ongeacht
de stand van de contactsleutel.
Bij vergrendeling van de portieren gaat
de led op de knop branden.
Op het paneel voor de elektrische
ruitbediening bevindt zich een knop D
fig. 80 waarmee de laadruimte
onafhankelijk kan worden ver-/
ontgrendeld.
.
AFSLUITER
BRANDSTOFTOEVOER
Het voertuig is voorzien van een
afsluiter voor de brandstoftoevoer. Bij
een ongeval springt deze schakelaar
omhoog, waardoor de
brandstoftoevoer wordt gestopt en de
motor afslaat.
Wanneer de afsluiter van de
brandstoftoevoer in werking treedt,
wordt niet alleen de brandstoftoevoer
gestopt, maar worden ook de
waarschuwingsknipperlichten, de
buitenverlichting en de
plafondverlichting ingeschakeld,
worden alle portieren ontgrendeld en
verschijnt er een bericht. Druk op knop
A om uit te schakelen. Er is, bij
sommige versies, ook een extra
veiligheidsschakelaar voorzien die in
werking treedt bij een ongeval
waardoor de elektrische voeding wordt
onderbroken. Zo wordt
brandstoflekkage bij leidingbreuk en
vonkvorming of elektrische ontladingen
bij beschadiging van de elektrische
onderdelen van het voertuig
voorkomen.
29) 30)
79F1A0303
80F1A0085
62
WEGWIJS IN UW AUTO
Page 67 of 379

BELANGRIJK Vergeet niet na een
ongeval de sleutel uit het contactslot te
nemen om het ontladen van de accu
te voorkomen. Als er na een ongeval
geen brandstoflekkage of beschadiging
van elektrische onderdelen van het
voertuig (bijv. koplampen) wordt
vastgesteld en het voertuig verder kan
rijden, de automatische afsluiter van
de brandstoftoevoer weer inschakelen.
De afsluiter van de
brandstoftoevoer weer
inschakelen
Druk op knop A fig. 81 om de afsluiter
van de brandstoftoevoer weer in te
schakelen.
BELANGRIJK
29) Als na een botsing een
brandstoflucht wordt geroken of
brandstoflekkage wordt
geconstateerd, de afsluiter niet
opnieuw inschakelen om gevaar
van brand te voorkomen.
30) Controleer, voordat de afsluiter
van de brandstoftoevoer weer
wordt ingeschakeld, zorgvuldig op
brandstoflekkage of beschadiging
van elektrische onderdelen van
het voertuig (bijv. koplampen).
INTERIEURUITRUSTING
BOVENSTE OPBERGVAK
- KOELVAK
(voor bepaalde versies/markten)
Til voor het gebruik het deksel op zoals
getoond in fig. 82.
Wanneer het voertuig over
klimaatregeling beschikt, kan het vak
met bekerhouder gekoeld/verwarmd
worden via een uitstroomopening
die verbonden is met de
klimaatregeling.
81F1A0086
82F1A0088
63
Page 68 of 379
DASHBOARDKASTJE
MET SLOT
(voor bepaalde versies/markten)
Draai de sleutel naar rechts/links om
het slot te ver-/ontgrendelen fig. 84.
Gebruik de handgreep om het
dashboardkastje te openen.DASHBOARDKASTJE
(voor bepaalde versies/markten)
Het opbergvak A fig. 85 bevindt zich
midden op het dashboard.
Het opbergvak B fig. 86 bevindt zich
rechts op het dashboard, net boven het
dashboardkastje.BEKERHOUDER -
BLIKJESHOUDER -
FLESHOUDER OP
DASHBOARD
(voor bepaalde versies/markten)
Bij sommige versies zijn twee
bekerhouders/blikjeshouders/fleshouders
(0,5/0,75 liter) fig. 87 op het middelste
dashboard op de plaats van het
opbergvak aanwezig.
83F1A0089
84F1A0090
85F1A0091
86F1A0092
87F1A0327
64
WEGWIJS IN UW AUTO
DASHBOARDKASTJE
Gebruik de handgreep A fig. 83 om het
dashboardkastje te openen.
Page 69 of 379
HOUDER MOBIELE
TELEFOON
(voor bepaalde versies/markten)
Bevindt zich op de tunnelconsole op de
plaats getoond in fig. 88
PORTIERVAKKEN
Alle portierpanelen zijn voorzien van
opbergvakken/documentenvakken fig.
89.OPBERGVAK ONDER
VOORSTE
PASSAGIERSSTOEL
Ga als volgt te werk om dit opbergvak
te gebruiken:
❒Open en verwijder de klep A fig. 90
zoals is aangegeven;
❒draai de vergrendelknop B linksom
en verwijder hem om het vak te
kunnen uitschuiven.
SCHEIDINGSWAND
Het voertuig kan uitgerust zijn met een
blinde scheidingswand of een wand
met een schuifruit.
Gebruik de knop A fig. 91 om de
schuifruit te openen/sluiten.
Sommige uitrustingsniveaus zijn
voorzien van een beschermrooster dat
op de ruit aan de kant van de
laadruimte is aangebracht.BEKERHOUDER -
BLIKJESHOUDER
De beker-/blikjeshouder bevindt zich
midden op het dashboard fig. 92.
88F1A0343
89F1A0093
90F1A0095
91F1A0096
92F1A0307
65
Page 70 of 379
AANSTEKER
De aansteker bevindt midden op het
dashboard fig. 93.
Druk op de knop op de aansteker, met
de contactsleutel in de stand MAR,
om de aansteker in te schakelen.
Na ongeveer 15 seconden keert de
knop terug naar de beginstand en is de
aansteker gebruiksklaar.
31)
BELANGRIJK Controleer na gebruik
altijd of de aansteker is uitgeschakeld.USB-POORTEN
(voor versies/markten, daar waar
aanwezig)
Deze zijn te vinden:
❒in het midden van het dashboard op
de plaats van de aansteker en kan
alleen gebruikt worden als
oplaadbron voor externe apparaten;
❒op de tunnelconsole, boven de
houder voor de mobiele telefoon fig.
94, hierop kunnen USB/iPod externe
apparaten worden aangesloten (zie
het Uconnect Supplement).ASBAK
De asbak bestaat uit een uitneembare
kunststof houder fig. 95 die in de
beker-/blikjeshouders midden op het
dashboard geplaatst kan worden.
BELANGRIJK Gebruik de asbak niet als
prullenbak: brandgevaar.
93F1A0309
94F1A0395
95F1A0099
66
WEGWIJS IN UW AUTO
Page 71 of 379

ZONNEKLEPPEN
Deze bevinden zich aan beide kanten
van de achteruitkijkspiegel fig. 96.
Ze kunnen naar voren en opzij worden
gedraaid.
Op de zonneklep aan passagierszijde is
voor alle uitvoeringen een spiegel
voorzien.
BELANGRIJK Aan beide zijden van de
zonneklep aan passagierszijde is een
etiket aangebracht dat eraan herinnert
dat de airbag verplicht uitgeschakeld
moet worden als een kinderzitje tegen
de rijrichting in op de voorstoel wordt
gemonteerd. Houd u altijd aan de
aanwijzingen op de zonneklep (zie de
paragraaf “Frontairbag” in hoofdstuk
"Veiligheid").STOPCONTACT
(voor bepaalde versies/markten)
Het stopcontact bevindt zich op de
middenconsole naast de aansteker.
Open het deksel A fig. 97 om het te
gebruiken.
WERKBLAD/LESSENAAR
(voor bepaalde versies/markten)
In het midden van het dashboard,
boven het radiovak, bevindt zich een
werkblad A fig. 98; bij sommige versies
kan het werkblad gebruikt worden als
lessenaar door het aan de achterzijde
omhoog te trekken en op het
dashboard te laten rusten, zoals in de
figuur wordt getoond.
Bij versies met dubbele airbags aan
passagierszijde, is het blad niet
verstelbaar.
32)
TABLETHOUDER
(voor bepaalde versies/markten)
Deze bevindt zich in het midden van het
dashboard en is ontworpen om hierop
een tablet te bevestigen.
Gebruik de tablethouder als volgtfig.
99:
❒breng de hendel A omlaag om de
klemmen B te openen;
❒bevestig de tablet tussen de
klemmen B;
❒breng de hendel A omhoog zodat de
tablet vastgeklemd wordt.
33)
96F1A0100
97F1A0308
98F1A0102
67
Page 72 of 379

OPBERGVAK BOVEN DE
CABINE
(voor bepaalde versies/markten)
Dit opbergvak bevindt zich boven in de
bestuurderscabine fig. 100 en biedt
ruimte voor lichte voorwerpen.
Maximaal toegestane belasting:
– gelokaliseerd: 10 kg
– verdeeld over het gehele oppervlak
van het vak: 20 kgOPBERGVAK BOVEN
ZONNEKLEPPEN
(voor bepaalde versies/markten)
Dit opbergvak bevindt zich boven de
zonnekleppen fig. 101 en is ontworpen
voor het snel en makkelijk opbergen
van lichte voorwerpen (documenten,
wegenkaarten enz.).
KLEP OP ZITBANK
(voor bepaalde versies/markten)
Trek voor gebruik aan het lipje A fig.
102 en breng de klep omlaag. De klep
is voorzien van twee bekerhouders
en een steunvlak met papierklem.
BELANGRIJK
31) De aansteker wordt zeer heet.
Wees voorzichtig en zorg ervoor
dat hij niet wordt gebruikt door
kinderen: brandgevaar en/of
gevaar voor brandwonden.
32) Laat het werkblad tijdens het
rijden niet in de verticale stand
staan.
33) Om gevaarlijke situaties te
voorkomen, zijn verplaatsing van
de tablethouder en gebruik van de
tablet tijdens het rijden verboden.
99F1A0342
100F1A0103
101F1A0104
102F1A0105
68
WEGWIJS IN UW AUTO