Page 33 of 289

hebben op de afstand die de auto kan rijden, ongeacht
de getoonde DTE-waarde.
Als de DTE-waarde minder bedraagt dan de geschatte
rijafstand van 48 km, verandert het DTE-scherm en
verschijnt het bericht "LOW FUEL" (brandstofpeil
laag). Dit wordt continu getoond totdat de auto geen
benzine meer heeft. Het bericht "LOW FUEL"
(BRANDSTOF BIJNA OP) verdwijnt en er verschijnt
een nieuwe DTE-waarde nadat u een flinke hoeveelheid
brandstof in de tank doet.
VOERTUIGSNELHEID
Druk de toets OMHOOG of OMLAAG en houd deze
vast totdat de melding "Vehicle Speed" (Voertuigsnel-
heid) verschijnt in het EVIC en druk dan SELECTEER.
Druk op de toets SELECTEER om de huidige snelheid
weer te geven in mph of km/h. Door nogmaals op de
toets SELECT (Selecteer) te drukken schakelt u tussen
weergave in mph of km/u. OPMERKING:Door de maateenheid te wijzigen in
het menu Voertuigsnelheid wijzigt u niet de maateen-
heid in het EVIC.
RITINFORMATIE
Druk de toets OMHOOG of OMLAAG en houd deze
vast totdat de melding "Trip info" (ritinformatie) ver-
schijnt in het EVIC en druk dan SELECTEER. Druk de
toets OMHOOG/OMLAAG en laat deze weer los
totdat een van de volgende ritfuncties in het EVIC
verschijnt:
Trip A (Rit A)
Trip B (Rit B) Elapsed Time (Verstreken tijd)
Druk op de toets OMHOOG/OMLAAG om door alle
functies van de ritcomputer te bladeren.
De modus Tripfuncties toont de volgende informatie:
Trip A (Rit A)
Toont de totale afstand voor Trip A die werd afgelegd
sinds de laatste reset.
Trip B (Rit B)
Toont de totale afstand voor Trip B die werd afgelegd
sinds de laatste reset.
Elapsed Time (Verstreken tijd)
Toont de totale verstreken tijd sinds de laatste reset,
wanneer het contactslot in de stand ACC staat. De
verstreken tijd neemt toe wanneer het contact in de
stand ON/RUN staat.
Het scherm terugstellen op nul
Reset vindt alleen plaats als er een resetbare functie
wordt getoond. Druk eenmaal kort op de toets SE-
LECTEREN om de weergegeven resetbare functie te
resetten. Houd de toets SELECTEREN twee seconden
ingedrukt om alle resetbare functies gelijktijdig te re-
setten. De huidige weergave wordt samen met andere
functies teruggesteld.
VOERTUIGINFORMATIE
(INFORMATIEFUNCTIES VOOR DE KLANT)
Druk de toets OMHOOG of OMLAAG en houd deze
vast totdat de melding "Vehicle Info" (informatie over
de auto) verschijnt in het EVIC en druk dan op de
26
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 34 of 289

SELECT toets. Druk op de toetsen UP en DOWN om
door de beschikbare informatieschermen te bladeren.
Temperatuur koelvloeistof
Toont de daadwerkelijke temperatuur van de koel-
vloeistof.
Olietemperatuur
Toont de daadwerkelijke temperatuur van de olie.
Oliedruk
Toont de daadwerkelijke druk van de olie.
Temperatuur transmissie
Toont de daadwerkelijke temperatuur van de transmis-
sie.
Bedrijfsuren motor
Geeft het aantal uren weer dat de motor in bedrijf is
geweest.Uconnect TOUCH™ INSTELLINGEN
TOETSEN
De toetsen bevinden zich aan de linker- en rechterzijde
van het Uconnect Touch™ 4.3 scherm. Bovendien
bevindt zich in het midden van het instrumentenpaneel,
rechts van de klimaatregelingsbediening, een Scroll/
Enter-draaiknop. Draai aan de knop om door de me-
nu's te bladeren en instellingen te veranderen (bijv. 30,
60, 90), druk een of meerdere keren op het midden van
de draaiknop voor het wijzigen van een instelling (bijv.
ON/OFF (aan/uit).
SCHERMTOETSEN
Schermtoetsen bevinden zich op het Uconnect
Touch™ scherm.
DOOR DE KLANT PROGRAMMEERBARE
FUNCTIES — Uconnect Touch™ 4.3INSTELLINGEN
In deze modus kunt u de toetsen en schermtoetsen
gebruiken om via het Uconnect Touch™ systeem toe-
gang te krijgen tot de programmeerbare functies waar-
mee het voertuig kan zijn uitgerust, zoals Display
(Scherm), Clock (Klok), Safety/Assistance (Veiligheid/
hulp), Lights (Verlichting), Doors & Locks (Portieren en
sloten), Heated Seats (Stoelverwarming), Engine Off
Operation (Stroom bij uitgeschakelde motor), Com-
pass Settings (Kompasinstellingen), Audio and Phone/
Bluetooth settings (Audio- en telefoon-/Bluetooth-
instellingen). OPMERKING:
Er kan telkens slechts één gebied van
het aanraakscherm worden geselecteerd. 27
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 35 of 289

Druk op de toets "Settings" om toegang te krijgen tot
het Settings scherm, gebruik de schermtoetsen Page
Up / Down om door de volgende instellingen te scrol-
len. Kies de gewenste insteltoets om aan de hand van
de beschrijving op de volgende pagina's de instelling te
wijzigen. (afb. 11) (afb. 12)
Display
Helderheid
Druk op de schermtoets Brightness om dit scherm te
veranderen. Wanneer u toegang tot dit scherm hebt
kunt u de helderheid ervan bij in- of uitgeschakelde
koplampen regelen. Stel de helderheid in met de
schermtoetsen + en - of door een punt op de schaal
tussen de schermtoetsen + en - te selecteren en op de
schermtoets met de pijl naar links te drukken. Modus
Druk op de schermtoets Mode om dit scherm te
veranderen. Wanneer u toegang tot dit scherm hebt
kunt u een van de automatische display-instellingen
wijzigen. Als u de status van de modus wilt wijzigen,
drukt u kort op de schermtoets Day, Night of Auto en
vervolgens op de schermtoets met de pijl naar links.
Taal
Druk op de schermtoets Language om dit scherm te
veranderen. Op dit scherm kunt u kiezen uit drie talen
voor de schermweergave, met inbegrip van de ritfunc-
ties en het navigatiesysteem (indien aanwezig). Druk op
de knop English, French (Français), Spanish (Español)
om de gewenste taal te selecteren. Druk vervolgens op
de schermtoets met de pijl naar links. Alle verdere
informatie wordt getoond in de taal van uw keuze.(afb. 11)
1 — Uconnect Touch™ 4.3 toetsinstellingen
(afb. 12) Uconnect Touch™ 4.3 schermtoetsen
28
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 36 of 289

Eenheden
Druk op de schermtoets Units om dit scherm te
veranderen. Wanneer u toegang hebt tot dit scherm
kunt u de eenheden van de EVIC, kilometerteller en
het navigatiesysteem van US in metrische eenheden
veranderen. Druk op US of Metric; druk vervolgens op
de schermtoets met de pijl naar links. Als u doorgaat
wordt de geselecteerde eenheid weergegeven.
Gesproken antwoord
Druk op de schermtoets Voice Response om dit
scherm te veranderen. Wanneer u toegang tot dit
scherm hebt, kunt u de Voice Response Length instel-
lingen veranderen. Druk om de Voice Response Length
te veranderen op de schermtoets Brief of Long en druk
vervolgens op de schermtoets met de pijl naar links.
Pieptonen aanraakscherm
Druk op de schermtoets Touch Screen Beep om dit
scherm te veranderen. Wanneer u toegang tot dit
scherm hebt, kunt u schermtoetstonen in- of uitscha-
kelen. Druk, om het geluid bij aanraking te veranderen,
op de schermtoets On of Off. Druk daarna op de
schermtoets met de pijl naar links.
Scherm Brandstofbesparing
Druk op de schermtoets Fuel Saver Display om dit
scherm te veranderen. Het "ECO"-bericht wordt ge-
toond op het scherm in het instrumentenpaneel en kan
worden in- of uitgeschakeld. Druk, om uw keuze te
maken, op de schermtoets Fuel Saver Display. Druk
vervolgens op de schermtoets met de pijl naar links.Klokje
Tijd instellen
Druk op de schermtoets Set Time om dit scherm te
veranderen. Wanneer u toegang tot dit scherm hebt
kunt u de weergegeven tijd veranderen. Druk, om uw
keuze te maken, op de schermtoets Set Time, stel de
uren en minuten met de schermtoetsen 'omhoog' en
'omlaag', selecteer AM ('s ochtends) of PM ('s middags),
selecteer 12 hr of 24 hr en druk tot slot op de
schermtoets met de pijl naar links wanneer alle keuzes
zijn gemaakt.
Tijdstatus tonen
Druk op de schermtoets Show Time Status om dit
scherm te veranderen. Wanneer u toegang tot dit
scherm hebt kunt u de digitale klok in de statusbalk in-
of uitschakelen. Als u de instelling Show Time Status
wilt wijzigen, drukt u kort op de schermtoets On of Off
en daarna op de schermtoets met de pijl naar links.
Tijdsaanduiding synchroniseren
Druk op de schermtoets Sync Time om dit scherm te
veranderen. Wanneer u toegang tot dit scherm hebt,
kunt u de tijd automatisch door de radio laten instellen.
Druk, om de Sync Time instelling te veranderen, op de
schermtoets On of Off. Druk daarna op de scherm-
toets met de pijl naar links.
Veiligheid / Hulp
Parkeersensoren
Druk op de schermtoets Park Assist om dit scherm te
veranderen. De parkeersensoren achter tasten het
29
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 37 of 289

gebied achter de auto af op obstakels indien de RE-
VERSE (achteruit) is ingeschakeld en de snelheid min-
der dan 18 km/h bedraagt. Het systeem kan worden
ingesteld met Sound Only (alleen geluid), Sound and
Display (geluid en beeld) of worden uitgeschakeld
(OFF). Als u de Park Assist-status wilt wijzigen, drukt u
kort op de knop Off, Sound Only of Sounds and Display
en daarna op de schermtoets met de pijl naar links.
Wegrijhulp op hellingen
Druk op de schermtoets Hill Start Assist om dit
scherm te veranderen. Wanneer deze functie is gese-
lecteerd, is het Hill Start Assist (HSA) systeem actief.
Raadpleeg "Elektronisch remsysteem in "Starten en
rijden" voor de werking van het systeem en de bedie-
ningsinformatie. Druk, om uw keuze te maken, op de
schermtoets Hill Start Assist. Druk vervolgens op de
schermtoets met de pijl naar links.
Verlichting
Uitschakelvertraging koplampen
Druk op de schermtoets Headlight Off Delay om dit
scherm te veranderen. Als u deze functie selecteert,
kunt u kiezen of bij uitstappen de koplampen nog 30, 60
of 90 seconden blijven branden. Druk, om de status van
de Headlight Off Delay te veranderen op de scherm-
toets 0, 30, 60 of 90. Druk daarna op de schermtoets
met de pijl naar links.
Verlichting bij nadering
Druk op de schermtoets Illuminated Approach om dit
scherm te veranderen. Als deze functie is geselecteerd,
zullen de koplampen worden ingeschakeld en gedu-rende 0, 30, 60, of 90 seconden blijven branden wan-
neer de portieren worden ontgrendeld via de afstands-
bediening. Druk, om de status van de Illuminated
Approach te veranderen op de schermtoets 0, 30, 60 of
90. Druk daarna op de schermtoets met de pijl naarlinks.
Koplampen met ruitenwissers
Druk op de schermtoets Headlights with Wipers om
dit scherm te veranderen. Wanneer deze functie gese-
lecteerd is en de koplampschakelaar in de stand AUTO
staat, schakelen de koplampen in ca. 10 seconden nadat
de ruitenwissers zijn ingeschakeld. Als de koplampen
zijn ingeschakeld door middel van deze functie, worden
ze ook uitgeschakeld wanneer de ruitenwissers wor-
den uitgeschakeld. Druk, om uw keuze te maken, op de
schermtoets Headlights with Wipers. Druk vervolgens
op de schermtoets met de pijl naar links.
Automatisch grootlicht
Druk op de schermtoets Auto High Beams om dit
scherm te veranderen. Wanneer u deze functie selec-
teert, zal het grootlicht onder bepaalde omstandighe-
den automatisch uitgeschakeld worden. Druk, om uw
keuze te maken, op de schermtoets Auto High Beams.
Druk vervolgens op de schermtoets met de pijl naar
links. Raadpleeg voor meer informatie "Verlichting/
SmartBeam™ — indien aanwezig" onder "Uw auto".
Dagverlichting
Druk op de schermtoets Daytime Running Lights om
dit scherm te veranderen. Wanneer deze functie is
30
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 38 of 289

geselecteerd, worden bij draaiende motor de koplam-
pen ingeschakeld. Druk, om uw keuze te maken, op de
schermtoets Daytime Running Lights. Druk vervolgens
op de schermtoets met de pijl naar links.
Knipperen bij vergrendelen
Druk op de schermtoets Flash Headlights with Lock
om dit scherm te veranderen. Wanneer deze functie
geselecteerd is, knipperen de richtingaanwijzers voor
en achter wanneer u de portieren vergrendelt of ont-
grendelt via de afstandsbediening. Druk, om uw keuze
te maken, op de schermtoets Flash Headlights with
Lock. Druk vervolgens op de schermtoets met de pijl
naar links.
Portieren en sloten
Portieren ontgrendelen bij verlaten
Druk op de schermtoets Auto Unlock on Exit om dit
scherm te veranderen. Wanneer u deze functie selec-
teert, worden alle portieren ontgrendeld wanneer het
voertuig stopt, de transmissie in de stand PARK of
NEUTRAL geschakeld wordt en het bestuurderspor-
tier geopend wordt. Druk, om uw keuze te maken, op
de schermtoets Auto Unlock on Exit. Druk vervolgens
op de schermtoets met de pijl naar links.
Knipperen bij vergrendelen
Druk op de schermtoets Flash Lights with Lock om dit
scherm te veranderen. Wanneer deze functie geselec-
teerd is, knipperen de richtingaanwijzers voor en ach-
ter wanneer u de portieren vergrendelt of ontgrendelt
via de afstandsbediening. Druk, om uw keuze te maken,op de schermtoets Flash Lights with Lock. Druk ver-
volgens op de schermtoets met de pijl naar links.
Orde van portieren ontgrendelen met
afstandsbediening
Druk op de schermtoets Remote Door Unlock Order
om dit scherm te veranderen. Wanneer de optie Un-
lock Driver Door Only On 1st Press is geselec-
teerd, wordt alleen het bestuurdersportier ontgren-
deld bij de eerste druk op de toets UNLOCK van de
afstandsbediening. Als u Driver Door 1st Press selec-
teert, moet u twee keer op de ontgrendeltoets van de
afstandsbediening drukken om de andere portieren te
ontgrendelen. Wanneer u All Doors 1st Pressselec-
teert, ontgrendelen alle portieren bij de eerste keer
indrukken op de UNLOCK-toets op de afstandsbedie-ning. OPMERKING: Wanneer het voertuig is uitgerust
met het "Enter-N-Go-systeem" voor sleutelloze toe-
gang en het EVIC is geprogrammeerd om alle portieren
na eenmaal drukken te ontgrendelen, dan zullen alle
portieren worden ontgrendeld, ongeacht welke por-
tierhandgreep wordt vastgepakt. Als "Driver Door 1st
Press" (Ontgrendel bestuurdersportier na één keer
drukken) is geprogrammeerd, wordt alleen het be-
stuurdersportier ontgrendeld wanneer dit wordt vast-
gepakt. Wanneer bij Passive Entry de functie "Driver
Door 1st Press" (Ontgrendel bestuurdersportier na
één keer drukken) is geprogrammeerd en de hand-
greep meer dan één keer wordt aangeraakt, wordt het
bestuurdersportier geopend. Wanneer de functie
"Ontgrendel bestuurdersportier na één keer drukken" 31
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD
Page 39 of 289

is geselecteerd en het bestuurdersportier is geopend,
dan kunnen de overige portieren ontgrendeld worden
met behulp van de ontgrendel-/vergrendelschakelaar in
het voertuig (of gebruik de afstandsbediening).
Passive Entry (Keyless Enter-N-Go)
Druk op de schermtoets Passive Entry om dit scherm
te veranderen. Met deze functie kunt u de portieren
van uw auto vergrendelen en ontgrendelen zonder dat
de vergrendel- of ontgrendeltoets op de RKE-
afstandsbediening hoeft te worden ingedrukt. Druk,
om uw keuze te maken, op de schermtoets Passive
Entry. Druk vervolgens op de schermtoets met de pijl
naar links. Raadpleeg “Keyless Enter-N-Go” in “Uw
auto”.
Stoelverwarming
Automatische stoelverwarming
Druk op de schermtoets Auto Heated Seats om dit
scherm te veranderen. Als deze functie is ingeschakeld,
zal de verwarming van de bestuurdersstoel automa-
tisch inschakelen wanneer de temperatuur lager dan
4,4°C is. Druk om deze functie te selecteren op de
schermtoets Auto Heated Seats, kies On (Aan) of Off
(Uit) en druk vervolgens op de schermtoets met de pijl
naar links.
Opties bij stilstaande motor
Makkelijk uitstappen
Druk op de schermtoets Easy Exit Seats om dit scherm
te veranderen. Deze functie zorgt ervoor dat de be-
stuurder makkelijker kan in- en uitstappen. Druk, omuw keuze te maken, op de schermtoets Easy Exit Seats
en kies ON of OFF. Druk vervolgens op de scherm-
toets met de pijl naar links. OPMERKING:
De stoel keert terug naar de
geheugenstand (als Geheugen oproepen op ON is
ingesteld met afstandsbediening) zodra de afstandsbe-
diening wordt gebruikt om het portier te ontgrende-len.
Uitschakelvertraging koplampen
Druk op de schermtoets Headlight Off Delay om dit
scherm te veranderen. Als u deze functie selecteert,
kunt u kiezen of bij uitstappen de koplampen nog 30, 60
of 90 seconden blijven branden. Druk, om de status van
de Headlight Off Delay te veranderen op de scherm-
toets 0, 30, 60 of 90. Druk daarna op de schermtoets
met de pijl naar links.
Stroom bij stilstaande motor
Druk op de schermtoets Engine Off Power Delay om
dit scherm te veranderen. Als deze functie is geselec-
teerd, blijven de elektrisch bedienbare ruiten, de radio,
het Uconnect™ phone systeem (indien aanwezig), het
dvd-videosysteem (indien aanwezig), het elektrisch be-
dienbare schuifdak (indien aanwezig) en de aansluitcon-
tacten nog maximaal 10 minuten werken nadat de
contactschakelaar in de stand OFF is gezet. Door het
openen van een voorportier wordt deze functie uitge-
schakeld. Druk, om de status van de Engine Off Power
Delay functie te veranderen, op de schermtoets 0 se-
conden, 45 seconden, 5 minuten of 10 minuten. Druk
daarna op de schermtoets met de pijl naar links.
32
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-
WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD
TECHNISCHE
SPECIFICATIES
INHOUD
Page 40 of 289
Instellingen van het kompas
Afwijking
Druk op de schermtoets Variance om dit scherm te
veranderen. De kompasafwijking is het verschil tussen
het magnetische noorden en het geografische noorden.
Ter compensatie van de verschillen moet de kompas-
afwijking aan de hand van de zonekaart worden inge-
steld voor de zone waarin de auto wordt gebruikt.
Nadat u het kompas correct heeft ingesteld, worden de
verschillen automatisch gecompenseerd, zodat de
nauwkeurigheid van de kompasrichting optimaal is.OPMERKING:
Zorg dat er geen magnetische voor-
werpen, zoals iPod's, mobiele telefoons, laptops en
radardetectors, op het dashboard liggen. Omdat zich
hier de kompasmodule bevindt, zou er interferentie
met de sensor van het kompas kunnen optreden,
waardoor de weergegeven waarden onbetrouwbaar
worden. (afb. 13)(afb. 13) Kaart kompasafwijking 33
UW AUTOVEILIGHEIDCORRECT
GEBRUIK VAN
DE AUTOWAARSCHU-WINGSLAMPJES
EN MELDINGENNOODGEVALLENONDERHOUD TECHNISCHE
SPECIFICATIESINHOUD