Page 41 of 250
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
31
2. Trek, als dit in orde is, de
veiligheidsgordel uit het oprolmech- anisme en steek de metalen slottong (C) in het slot (D).
B220D02MCB220D03MC
N.B.: Controleer of de metalen plaat en
het slot met het opschrift "CEN- TER" met elkaar zijn verbonden.B220D04MC
Er is een "klik" hoorbaar als de slottong in het slot aangrijpt. Deveiligheidsgordel wordt alleen automatisch op de juiste lengte afgesteld, nadat de heupgordel metde hand zonder speling over de heupen is getrokken. Wanneer langzaam en rustig voorover wordtgebogen, wordt de gordel uitgetrokken en kan de inzittende zich bewegen. Bij een onverhoedse stop of eenaanrijding wordt de gordel in de stand geblokkeerd. Hij blokkeert ook als de inzittende zich te snel naar vorenbeweegt.
Page 42 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
32
B220C02A-GXT Veiligheidsgordel losmaken
B220D05MC
o Sluit de metalen slottong (A) onmiddellijk weer op het slot (B) aan nadat de rugleuningen rechtop zijn geplaatst.
o Breng een puntig gereedschap
aan in de groef op de gesp (B)om de metalen lip (A) los te maken van de gesp (B).
Druk op de knop op het slot om de veiligheidsgordel los te maken.
B210A01NF
!WAARSCHUWING:
Controleer als de buitenste of
middelste gordels worden vastgemaakt of de platen in de juiste sloten zijn geplaatst, zodatde gordels de maximale bescherming bieden en juist werken.
!WAARSCHUWING:
o Bij gebruik van de middelste veiligheidsgordel voor de achterbank, moeten alleslottongen en sloten zijn vergrendeld. Als één van de metalen slottongen of sloten nietis vergrendeld, neemt de kans op verwondingen bij een aanrijding toe.
o De metalen slottong (A) en het slot (B) mogen alleen in devolgende gevallen wordenlosgemaakt.
(1) Wanneer de neerklapbare
rugleuning wordt neergeklapt.
(2) Wanneer de achterste
veiligheidsgordels doorandere voorwerpen kunnen worden beschadigd.
Page 43 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
33
!WAARSCHUWING:
o Een veiligheidssysteem voor kinderen moet op de achterbank worden bevestigd. Een kinder ofbabystoeltje mag nooit op de voorstoel worden bevestigd. Als bij de een aanrijding de zij- airbag aan passagierszijde in werking treedt, kan het kind ofde baby in het kinder- of babystoeltje levensgevaarlijk gewond raken. Gebruik daaromeen veiligheidssysteem voor kinderen alleen op de achterbank.
o Omdat een veiligheidsgordel of een veiligheidssysteem voor kinderen in een afgeslotenstilstaande auto zeer warm kan worden, moeten de stoelhoes en de gordelsloten wordengecontroleerd, voordat het kind in de auto wordt geplaatst.
VEILIGHEIDSSYSTEEM VOOR KINDEREN
Kinderen kunnen bij een aanrijding
gewond raken als hun veiligheidssysteem niet correct is bevestigd. Voor kleine kinderen en baby's moet een kinderzitje ofbabyzitje worden gebruikt. Voordat een bepaald veiligheidssysteem voor kinderen wordt aangeschaft,moet worden gecontroleerd of het systeem voor uw auto en de veiligheidsgordels geschikt is enpassend is voor uw kind. Volg bij het installeren van het veiligheidssysteem voor kinderen alle instructies die doorde fabrikant van het systeem worden gegeven.
B230A03A-AXT Kinderen moeten in de auto altijd op de achterbank in een veiligheidssysteem wordenmeegenomen, zodat de kans op verwondingen bij een aanrijding, plotseling afremmen of plotselingemanoeuvres wordt beperkt. Volgens ongevalstatistieken zijn kinderen veiliger als ze op de juiste wijze ineen veiligheidsvoorziening op de achterbank dan op de voorstoel worden meegenomen. Groterekinderen moeten een van de aanwezige veiligheidsgordels gebruiken. Volgens de wet moet voor kinderen een veiligheidssysteem voor kinderen worden gebruikt. Kleine kinderenmoeten in de auto in een veiligheidssysteem (kinderzitje) worden meegenomen.
Page 44 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
34
B230F01A-GXT Op middelste plaats op achterbank aanbrengen
Gebruik de middelste veiligheidsgordel om het veiligheidssysteem voor kinderen, zoals afgebeeld, tebevestigen. Probeer na het aanbrengen het kinderzitje voor- en achteruit en zijdelings te bewegen omte controleren of het goed door de gordel wordt vastgehouden. Als het zitje kan worden bewogen moet de lengte van deveiligheidsgordel worden gewijzigd. Haak vervolgens de haak van de bevestigingsband in de bevestigingen zet het zitje vast.
o Als het veiligheidssysteem voor
kinderen niet in gebruik is, moet het in de bagageruimte worden opgeborgen of zodanig wordenvastgezet dat het bij sterk afremmen of een aanrijding niet naar voren wordt geslingerd.
o Kinderen die te groot zijn voor het veiligheidssysteem voorkinderen, moeten op deachterbank in de aanwezige gordel zitten.
o Let erop dat het schoudergedeelte van de buitenste driepuntsgordel in het midden van de schouderligt, nooit tegen de nek. Door het kind dichter bij het midden van de bank te plaatsen, kan eenbetere aanligging van de gordel worden verkregen. Het heupgedeelte van dedriepuntsgordel of de middelste heupgordel moet zo laag mogelijk op de heup van hetkind en zo prettig mogelijk aanliggen. o Als de veiligheidsgordel niet
volledig passend is voor het kind,moet een goedgekeurd zitblok op de achterbank wordengebruikt, zodat de zithoogte van het kind wordt aangepast aan de aanwezige veiligheidsgordel.
o Laat nooit een kind op de zitting staan of knielen.
o Gebruik nooit een babydrager of kinderzitje dat over de rugleuning"haakt"; het kan bij een aanrijdingonvoldoende bescherming geven.
o Laat onder het rijden een
inzittende nooit een kind in de armen houden; hierdoor kan het kind bij een aanrijding of eensterke afremming ernstig gewond raken. Het vasthouden van een kind tijdens het rijden biedt geenenkele vorm van bescherming, zelfs niet als de betreffende persoon de veiligheidsgordelheeft omgegespt.
o Wanneer het kinderzitje niet cor- rect is bevestigd, neemt de kansop ernstige of dodelijk letsel bij een ongeval sterk toe.
B230F02MC
Page 45 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
35
!
Let erop dat de heupgordel strak om
het kinderzitje zit en dat de schoudergordel zodanig is aangebracht dat deze niet tegen het hoofd of de nek van het kind kan
komen. Tracht het kinderzitje na het aanbrengen in alle richtingen te bewegen, om te controleren of hetzitje veilig is bevestigd. Als de gordel strakker moet worden
getrokken, trek dan de gordel naarhet oprolmechanisme. N.B.:
o Raadpleeg de aanwijzingen van de fabrikant voordat het veiligheidssysteem voor kinderenin de auto wordt aangebracht.
o Als de veiligheidsgordel niet
overeenkomstig de beschrijvingwerkt, moet het systeem direct door uw Hyundai dealer worden gecontroleerd.
Raadpleeg altijd de aanwijzingen vande fabrikant voordat hetveiligheidssysteem voor kinderen in uw auto wordt aangebracht. B230G01A-GXT Op buitenste plaats van achterbank aanbrengen Trek de driepuntsgordel uit het oprolmechanisme om het kinderzitje op de buitenste plaats van deachterbank aan te kunnen brengen. Breng het kinderzitje aan, sluit de veiligheidsgordel en trek de gordelstrak.
B230G02MC
WAARSCHUWING:
o Bevestig geen veiligheidssysteem voor kinderen op de voorstoel. Als bij een aanrijding de zij- airbag aan passagierszijde inwerking treedt, kan het kind of de baby in het kinder of babystoeltje levensgevaarlijkgewond raken. Gebruik daarom een veiligheidssysteem voor kinderen alleen op de achterbank.
o Neem altijd zorgvuldig de
veiligheidsvoorschriften in dezegebruikshandleiding in acht voordat een veiligheidssysteem voor kinderen wordt geïnstalleerdin een auto met headbags. Maak bij de installatie van een veiligheidssysteem voor kinderenuitsluitend gebruik van goedgekeurde systemen en zie "Veiligheidssysteem voorkinderen" voor de juiste installatie en een maximale bescherming van de inzittenden.
Page 46 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
36
L1 : Geschikt voor Bebe comfort
ELIOS (E2 037014) goedgekeurd voor deze gewichtsgroep
B230H01MC-GXT Geschiktheid kinderzitje voor
gebruik van de veiligheidsgordel
Gebruik een veiligheidssysteem voor
kinderen dat officieel is goedgekeurden dat voor uw kinderen geschikt is.
Raadpleeg de volgende tabel bij het
gebruik van kinderstoelen.
Achter,midden
Leeftijdsgroep Zitplaats
UU UU
U, L10 U
UF UF
Achter,
buitenzijde
Voor
passagier
0 : Tot 10 kg (0 ~ 9 maanden) 0+ : Tot 13 kg(0 ~ 2 jaar)I : 9 kg tot 18kg (9 maanden~4 jaar) II & III : 15 kg tot 36 kg(4 ~ 12 jaar)
L1, L2,
L3, L4
L1, L2,
L3, L4
L5, L7, L8 L6, L9 L2 : Geschikt voor PegPerego primo
Viaggio (E13 030010) goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse
L3 : Geschikt voor Bebe comfort
iSEOS (E2 039014) goedgekeurd voor deze gewichtsgroep
L4 : Geschikt voor GRACO Autobaby(E11 03. 44.160/E11 03.44.161) goedgekeurd voor gebruik in dezegewichtsklasse
L5 : Geschikt voor Romer Lord Plus
(E1 03301136) goedgekeurd voorgebruik in deze gewichtsklasse
L6 : Geschikt voor Euro Kids Star (E103301127/E103301129) goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse
L7 : Geschikt voor BeSafe iZi COM- FORT (E4 03443206) goedgekeurdvoor gebruik in dezegewichtsklasse
L8 : Geschikt voor MAXI-COSI Priori
XP (E1 03301153) goedgekeurd voor deze gewichtsgroep
L9 : Geschikt voor Bebe confortHiPSOS (E2 031011) goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse L10 : Geschikt voor "RÖMER ISOFIX
GR1" goedgekeurd voor dezegewichtsgroep (Goedkeuringsnr. E1 R44-04301133)
U : Geschikt voor "universele" categorie veiligheidssystemengoedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse
UF : Geschikt voor in voorwaartse
richting geplaatste "universele"categorie veiligheidssystemen goedgekeurd voor gebruik in deze gewichtsklasse
!WARNING:
Wij raden u sterk aan om het
kinderzitje op de achterbank te plaatsen, zelfs als de schakelaarvoor de passagiersairbag in de stand "OFF" staat. Voor de veiligheid van uw kind moet depassagiersairbag worden uitgeschakeld, als het onder zeer bijzondere omstandigheden nodigis om een kinderzitje op de passagiersstoel te plaatsen.
Page 47 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
37
B230C01MC
B230B01NF 2. Leg de gordel van het kinderzitje
over de rugleuning van de achterbank. Bij auto's met verstelbare hoofdsteunen moet de gordel onder de hoofdsteun tussen de beidestangen door aan het bevestigingspunt worden gehaakt.
3.
Bevestig de "tether"-haak (2) aan het oog (1) en maak het zitje goedvast aan de zitting.
B230B02A-GXT Kinderzitje met "Tether Anchor- age" systeem gebruiken Voor kleine kinderen en baby's wordt
het gebruik van een kinderzitje of babyzitje sterk aanbevolen. Ditkinderzitje of babyzitje moet passend zijn voor de lengte van het kind en moet overeenkomstig de instructiesvan de fabrikant worden aangebracht. Verder wordt aanbevolen om het zitje op de achterbank te plaatsen, omdathierdoor de veiligheid belangrijk wordt verhoogd. Uw auto is voorzien van drie bevestigingen voor een kinde-rzitje.
Bout, bevestiging (5/16"-22 mm)
Ring, conische veer
Bevestiging, haak vanveiligheidssysteem voorkinderen
Vulring voor houder vanbevestigingshaak vankinderzitje B230C03A-GXT Kinderzitje met "Tether Anchor-
age" system bevestigen
(4-Deurs) Op de hoedenplank zijn drie
bevestigingsogen aangebracht voor de bevestiging van de gordels van een kinderstoeltje.
1. Open de afdekking van de bevestiging op de hoedenplank.
Bevestigingsring
B230C02MC
Page 48 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
38
B230E01MC-GXT Kinderzitje met "Tether Anchor- age" system bevestigen (3-Deurs) Er bevinden zich drie bevestigingspunten voor de bevestigingshaken van kinderzitjes op de bodemplaat achter.
B230E01MC
1. Open het deksel van het "tether"- bevestigingspunt op de bodemplaat achter. 2. Leg de gordel van het kinderzitje
over de rugleuning van deachterbank.Bij auto's met verstelbarehoofdsteunen moet de gordel onderde hoofdsteun tussen de beide stangen door aan het bevestigingspunt worden gehaakt.
3.
Bevestig de “tether”-haak (2) aan het oog (1) en maak het zitje goedvast aan de zitting.
B230C02MC B230D01MC-GXT
Kinderzitje met "ISOFIX" systeem en "Tether Anchorage" systeem bevestigen
ISOFIX is een gestandaardiseerde
bevestigingsmethode voor kinderzitjes. Hierdoor hoeft het kinderzitje niet meer met de standaard aanwezige veiligheidsgordel te worden bevestigd.Op deze wijze wordt een veilige en solide bevestiging verkregen die bovendien eenvoudig en snel kanworden gemonteerd.
B230D01MC