Page 129 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
119
B750A04L
B750A05L
o Vervorming. Tijdens het rijden kan de afstand ten opzichte van het radiostation gewijzigd worden, hetsignaal wordt zwakker en er treedt vervorming op. In een dergelijk geval adviseren wij u op een anderen krachtiger station af te stemmen.
o "Flutter" - Zwakke FM signalen of
grote obstakels tussen de zenden en de radio vervormen het signaal waardoor er flutter ontstaat. Dezestoring kan iets worden onderdrukt door de hoge tonen te verminderen. o Bij het zwakker worden van het
FM signaal is het mogelijk dat het signaal van een nabij gelegen,krachtige zender op dezelfde frequentie wordt ontvangen. Dit komt omdat uw radio is ontworpenom op het sterkste signaal af te stemmen. In dit geval adviseren wij u een andere zender op tezoeken. B750B02Y-AXT Gebruik van een mobiele telefoon of radiozender Bij gebruik van een mobiele telefoon in de auto kan de audioapparatuur storende geluiden voortbrengen. Dit
betekent niet dat er iets verkeerd ismet de audio-apparatuur. In dat geval moet de mobiele telefoon op een zo groot mogelijke afstand van de
audioapparatuur worden gebruikt.
o Als radiosignalen vanuit diverse
richtingen worden ontvangenheeft dit vervorming tot gevolg. Dit kan worden veroorzaakt door een direct en een gereflecteerdsignaal van hetzelfde station of door signalen van twee stations met dicht bij elkaar liggendefrequenties. In dit geval adviseren wij u op een andere zender af te stemmen.
Page 130 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
120
!
BEHANDELING VAN DE CD'S
B850A01F-AXT Juiste behandeling Behandel de CD zoals aangegeven.
Laat de CD niet vallen. Houd de CD zodanig vast dat geen vinger- afdrukken op het oppervlak komen.Als de CD bekrast is kan de CD overslaan bij het afspelen. Plak geen stickers, papier of plakband op deCD. Schrijf niet op de CD. Beschadigde CD Speel geen beschadigde, vervormde
of gebroken CD's af. Hierdoor kan ernstige beschadiging van het afspeelmechanisme optreden.
Opslaan Berg de CD's, als ze niet gebruikt
worden, op in hun originele doosjes en leg ze op een koele, stofvrije plaats uit de zon.
Pak de CD niet met de hand vast
terwijl de lade in het apparaat wordtgetrokken.
Trek de speler niet uit het dashboard
vlak nadat een CD is aangebracht of de uitwerptoets is ingedrukt. Als despeler wordt verwijder voordat een handeling volledig is uitgevoerd kan de CD beschadigd raken.
Probeer geen CD aan te brengen als
de speler uit het dashboard isverwijderd of de voedingsspanning isuitgeschakeld.
WAARSCHUWING:
Gebruik geen autotelefoon tijdenshet rijden; parkeer de auto op eenveilige plaats bij gebruik van een autotelefoon.
B850A01L
LET OP:
Bij gebruik van een mobiele telefoon of een radiozender in de auto, moet een afzonderlijkeantenne worden gemonteerd. Door
het gebruik van een mobiele telefoon of radiozender met eeninterne antenne, kunnen storingen aan de elektrische installatie van de auto worden veroorzaakt en kande veilige werking van de auto in gevaar komen.
!
Page 131 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
121ONDERHOUD VAN DE CASSETTETAPES
B860A01L
o Het label op de cassette mag nietlos zitten, omdat dit het uitwerpen van de cassette bemoeilijkt.
o Raak de tape niet aan en let er tevens op dat de tape niet vochtigwordt.
SR040B1-FX Een juiste behandeling van de cassettetapes verlengt de levensduur en verhoogt uw luisterplezier. Stel uwtapes niet bloot aan direct zonlicht, extreme koude of stoffige omstand- igheden. Bewaar de cassettes altijdin hun doosjes.Onder extreem hoge of lagetemperaturen moet worden gewacht tot het interieur tot een normale waarde is opgewarmd resp. Afgekoeld voordatu een tape afspeelt. Neem de cas- sette uit het toestel als hij niet wordt gebruikt.
Vingerafdrukken, stof en vuil op hetoppervlak van de CD's kunnen overslaan tijdens het afspelen veroorzaken. Veeg het oppervlakschoon met een schone zachte doek. Als het oppervlak ernstig vervuild is, kan het worden schoongemaakt meteen schone zachte doek die is bevochtigd met een mild, neutraal oplosmiddel. Zie de afbeelding. o Dit voorkomt beschadigingen aan
de cassettespeler en decassettetape.
o Wij adviseren dringend het gebruik
van C-60 cassettes (60 minutenspeelduur). De C-120 of C-180 cassettetape is extreem dun waardoor deze in het mechanismekan vastlopen.B850A02L
Houd uw CD's schoon
B860A01MC
Page 132 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
122
o Voorkom het herhaald snelterugspoelen voor het opnieuw weergeven van een bepaald muziekgedeelte. Dit kan op denduur het slecht opspoelen van de cassette tot gevolg hebben en ook van invloed zijn op de geluid-sweergave. Soms kan dit worden gecorrigeerd door de tape enkele malen geheel op- en af te spoelen.
o Houd alle magnetische voorwerpen
zoals elektromotoren, luidsprekersof transformators uit de buurt van uw cassettetapes en cassett- espeler.
o Bewaar de cassettes op een koele en droge plaats met de open zijdenaar beneden gekeerd zodat wordtvoorkomen dat stof binnendringt.
N.B.:Controleer alvorens de cassette aan
te brengen of de band strak op despoelen zit. Als dit niet zo is, trek hem dan
strak door een van de spoelen meteen potlood of een vinger te verdraaien. Breng de cassette niet aan als het label loszit, omdat hetmogelijk is dat dit het aandrij- fmechanisme blokkeert als wordt geprobeerd de cassette teverwijderen.
Weergavekop
Wattenstaafje
B860A02L
B860A03L
Als dit niet het gewenste resultaat oplevert, mag de cassette niet meerworden gebruikt.
o Na verloop van tijd zet zich op de
weergavekop, de capstan en degeleidingen vuil af hetgeen van invloed is op de geluidskwaliteit. Hierdoor kan bijvoorbeeld een"zwevend" geluid ontstaan. Maak daarom éénmaal per maand gebruik van een reinigingscassette of vanspeciaal daarvoor verkrijgbare producten. Volg hierbij de gebruiksaanwijzing van de fabrikantstrikt op. De onderdelen van de cassettespeler mogen niet worden gesmeerd.
o Controleer altijd of de tape strak
ligt voordat hij in de cassettespelerwordt aangebracht. Is dit niet het geval steek dan een potlood in de spoelopening en draai decassettetape strak.
Page 133 of 250
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
123ANTENNE
B870D01MC-GXT MICRO-ANTENNE De auto is voorzien van een micro- antenne voor de ontvangst van zowelAM- als FM-signalen.Deze antenne is inklapbaar en kanworden verwijderd.
OMC025111 LET OP:
o Klap de micro-antenne in voordat een lage garage wordt binnengegaan of voordat eenautohoes wordt aangebracht. De antenne kan alleen naar voren worden geklapt.
o Verwijder de antenne voordat gebruik wordt gemaakt van eenautomatische wasstraat door deantenne linksom te draaien; op deze wijze worden beschadigingen van de antenne te voorkomen. Draai de antenne rechtsom om de antenne temonteren.
!
Zorg ervoor dat cassettes niet worden blootgesteld aan hogetemperaturen of een hoge vochtigheid, bijv. bovenop het dashboard of in het toestel. Wanneer een cassette erg koud of warm is, moet worden gewacht tot deze weer de normale temperatuurheeft bereikt alvorens hem in het toestel aan te brengen.
Page 134 of 250

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
2
Uitlaatgassen kunnen gevaarlijk zijn! ............................ 2-2
Alvorens de motor te starten ......................................... 2-3
De motor starten ............................................................ 2-3
Sleutelstanden............................................................... 2-4
Het starten van de motor ............................................... 2-5
Handgeschakelde versnellingsbak ............................... 2-7Automatische transm issie ........................................... 2-10
Antiblokkeersysteem (ABS) ....... .................................2-14
Elektronische stabiliteitsregeling (ESP) ......................2-15
Parkeerhulp .................................................. ............... 2-16
Opmerkingen met betrekking tot de remmen ..............2-19
Economisch rijden ....................................................... 2-20
Bochten ....................................................................... 2-21
Rijden onder winterse omstandigheden ......................2-21
Het rijden met hoge snelheden ....................................2-24
Het gebruik van de verlichting ..................................... 2-24
Rijden met aanhanger of slepen .................................. 2-24
Page 135 of 250

2HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
2
ZC020A1-AX
WAARSCHUWING : UITLAATGASSEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN!
Uitlaatgassen kunnen bijzonder gevaarlijk zijn. Ruikt u uitlaatgas in het interieur, open dan direct de ruiten.
o Niet inademen. Uitlaatgassen bevatten koolmonoxide: een kleur-en reukloos gas dat bewusteloosheid of dood door verstikking
tot gevolg kan hebben.
o Let erop dat het uitlaatsysteem niet lekt. Het uitlaatsysteem moet regelmatig worden gecontroleerd. Laat de wagen zo snel mogelijk controleren
wanneer u een verandering in geluid van de uitlaat waar neemt of een hard voorwerp de onderzijde van de wagen heeft geraakt.
o Laat de motor niet draaien in een afgesloten ruimte. Het is gevaarlijk de motor te laten draaien in uw garage; zelfs als de deuren openstaan. Laat de motor nooit
langer in de garage draaien dan nodig is om de motor te starten en de wagen naar buiten te rijden.
o Vermijd langdurig stationair draaien van de motor met passagiers in de wagen. Indien het nodig is de motor langdurig te laten draaien met passagiers in de wagen, zorg er dan voor dat de
wagen in een open omgeving staat met de luchttoevoer in de stand voor frisse lucht. Laat bovendien de aanjager met een hoge snelheid draaien zodat verse lucht in het interieur wordt aangezogen.
Indien het nodig is met geopende achterklep/kofferdeksel te rijden, let er dan op dat:
1. Alle ruiten worden gesloten
2. De zijventilatieroosters open staan
3. De luchttoevoer in de stand voor frisse lucht staat, de zijventilatieroosters in de stand "Floor" of "Face" staat en dat de aanjager met een hoge snelheid draait.
Voor het waarborgen van een goede werking van het ventilatiesysteem moet er op worden gelet dat de
roosters voor de voorruit vrij zijn van sneeuw, ijs, bladeren etc.
!
Page 136 of 250

2
HET RIJDEN MET UW HYUNDAI
3
!
DE MOTOR STARTENALVORENS DE MOTOR TE STARTEN
C020A02O-GXT Voer alvorens de motor te starten altijd de volgende controles uit:
1. Controleer de wagen op lekke banden, olie- of koelvloeistofle- kkage of andere tekenen van mogelijke problemen.
2. Controleer of alle ruiten en lampen schoon zijn.
3. Controleer na het instappen of de handrem is aangetrokken.
4. Controleer de stand van de
achteruitkijkspiegel en de buitens- piegels en controleer of ze schoon zijn.
5. Controleer of de stoel, rugleuning en hoofdsteun in de juiste stand staan.
6. Controleer of alle portieren gesloten zijn.
7. Gesp uw veiligheidsgordel om en controleer of alle inzittenden deveiligheidsgordel hebben omge-gespt.
8. Schakel verlichting en accessoires
uit die niet benodigd zijn. C030A02A-GXT START-/CONTACTSLOT MET STUURSLOT
o Zet bij de handgeschakelde
versnellingsbak de versnelling- shandel in neutraal en druk het koppelingspedaal volledig in.
o Zet bij een automatische transmissie de keuzehandel in destand "P" (parkeerstand).
o Draai de contactsleutel in de stand
"START" en laat hem los zodra demotor aanslaat.Bedien de startmotor niet langerdan 15 seconden achtereen.
N.B.: Om veiligheidsredenen kan de motor alleen worden gestart als de keuzehandel in de stand "P" of "N"staat (automatische transmissie).
9. Controleer met de contactsleutel in
de stand "ON" of de betreffendecontrolelampen branden en of er voldoende brandstof in de tank aanwezig is.
WAARSCHUWING (Alleen Dieselmotor):
Om zorg te dragen voor voldoende
vacuum voor de rembekrachtiging bij een koude start, is het noodzakelijk de motor na het starten even stationair te laten lopen.
!WAARSCHUWING
Zorg altijd voor degelijk schoeisel
tijdens het rijden met de auto. Het wordt afgeraden schoenen tedragen met hoge hakken of schoenen met een groot loopoppervlak zoals "moon en"snowboots" om te voorkomen dat de pendalen niet goed bediend kunnen worden.