Page 33 of 250
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
23
de middelste gordel wordt beschadigd als de rugleuningwordt neergeklapt. Plaats een gereedschap met een smal uiteinde in de groef in het slot(B) om de metalen plaat (A) uit het slot te verwijderen.
B110A01MC
B090A02MC
o Plaats voor het neerklappen van de rugleuning het slot in het zakje. Hierdoor wordt voorkomendat het slot wordt beschadigd door de rugleuning.
3. Trek de vergrendelknop van de
rugleuning naar boven en klap de rugleuning naar de voorzijde van deauto.
!
OMC025039
LET OP:
o Verplaats de driepuntsgordel van de achterbank naar de buitenzijde, zodat deze niet klemkomt te zitten als de rugleuning wordt neergeklapt.
Page 34 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
24
!WAARSCHUWING:
Zorg ervoor dat bij het rechtop zetten van de rugleuning het slot of de riem van de veiligheidsgordel niet wordt beschadigd. Zorg erdaarnaast voor dat de riem of het slot niet vast of bekneld komt te zetten tussen de achterbank.
!
B080G01MC-AXT Omklapbare rugleuning en
zitting van achterbank (3-deurs)
Voor uw gemak kan de gehele
achterbank (rugleuning en zitting)worden omgeklapt.
WAARSCHUWING:
Met de omklapbare achterbank
(rugleuning en zitting) kunnen meervoorwerpen worden vervoerd dan zonder omklapbare achterbank.Passagiers mogen in een rijdende auto niet in de bagageruimte zitten. Dit is geen goede zitplaats en deveiligheidsgordels kunnen bij een omgeklapte rugleuning niet worden gebruikt. Dit kan leiden tot ernstigeverwondingen of de dood bij een ongeval of een noodstop. Voorwerpen mogen niet boven debovenzijde van de rugleuningen van de voorstoelen uitsteken. Als dit wel het geval is, dan kan delading naar voren glijden en verwondingen en beschadigingen veroorzaken tijdens een noodstop.
OMC025040
o Verplaats de driepuntsgordel van de achterbank opzij, zodat deze de rugleuning niet raakt als de rugleuning weer omhoog wordtgezet.
o Plaats de achterste veiligheidsgordel in de juiste stand.
Controleer bij het rechtop zetten vande rugleuning of de vergrendeling goed aangrijpt door op de bovenzijde vande rugleuning te drukken.
Page 35 of 250
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
25
Rugleuning en zitting omklappen
en terugplaatsen:
1. Zet de voorstoelen voor het omklappen en terugplaatsen naar voren en rechtop.
2. Trek de riem van de zitting omhoog
om de zitting om te klappen.
3. Klap de zitting omhoog.
4. Verwijder de hoofdsteunen en plaats de hoofdsteunen in de ruimtes aan de achterzijde van de rugleuning.
B090A04MC
B090A05MC
5. Trek aan de vergrendelknop op derugleuning om de rugleuning om te klappen.
B220D05MC o Plaats voor het neerklappen van
de rugleuning het slot in het zakje. Hierdoor wordt voorkomen dat het slot wordt beschadigddoor de rugleuning.
B080G01MC
! LET OP:
o Maak de metalen plaat (A) los uit het slot (B) om te voorkomen dat de middelste gordel wordt beschadigd als de rugleuning wordt neergeklapt. Plaats eengereedschap met een smal uiteinde in de groef in het slot (B) om de metalen plaat (A) uithet slot te verwijderen.
Page 36 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
26VEILIGHEIDSGORDELS
SB090C1-FX Oudere kinderen Kinderen t/m 12 jaar moeten altijd op de achterbank worden meegenomen.Het is aan te bevelen de veilighei- dsgordels te gebruiken. Let erop dat het kind tijdens het rijden niet tussende beide voorstoelen of op de zitting gaat staan of knielen. B150A02A-GXTOPMERKINGEN MET BETREKKING TOT DEVEILIGHEIDSGORDELS Het is verplicht de veiligheidsgordels
te gebruiken.
Als deze belangrijke veiligheids-
voorziening niet wordt gebruikt is de kans op verwondingen en de ernst ervan bij een aanrijding aanzienlijkhoger. Let bovendien op de volgende aanbevelingen:
B150B01A-GXT Baby's of kleine kinderen Voor baby's of kleine kinderen moet
altijd een speciaal daarvoor ontworpen kinderstoeltje worden gebruikt.
B140A01S-AXT HOEDENPLANK Voor de veiligheid van de passagiers
in het van belang dat bagage of andere voorwerpen niet boven de rugleuning van de achterbank uitsteken.
B140A01MC
!
B090A06MC
6. Klap de rugleuning naar voren. Controleer bij het terugplaatsen van de rugleuning en de zitting of de vergren-deling goed aangrijpt door op de boven-zijde van de rugleuning te drukken.
WAARSCHUWING:
Zorg ervoor dat bij het terugplaatsenvan de rugleuning en de zitting hetslot of de riem van de veiligheids-gordel niet wordt beschadigd. Zorger daarnaast voor dat de riem of hetslot niet vast of bekneld komt tezetten tussen de achterbank.
Page 37 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
27
SB090I1-FX Regelmatige inspectie Het is aan te bevelen de veiligheids-
gordels regelmatig op beschadigingen en slijtage te laten controleren. Beschadigde onderdelen moeten zo snel mogelijk worden vervangen. SB090H1-FX ONDERHOUD VAN DE VEILIG-
HEIDSGORDELS
De veiligheidsgordel mag nooit worden
gedemonteerd en ook mogen geen wijzigingen aan de gordel wordenuitgevoerd. Bovendien moet er op worden gelet dat de gordels, de sloten en de verankeringspunten niet dooronjuist gebruik worden besch-adigd. SB090J1-FX Houd de gordels schoon en droog De veiligheidsgordels moeten schoon en droog worden gehouden. De gordels kunnen worden gereinigd met warm water waaraan een zachte zeep istoegevoegd. De gordels mogen nooit met bleekmiddelen, verf, oplosmiddelen of schurende produ-cten worden behandeld, omdat deze middelen het weefsel aantasten. SB090K1-FX Vervangen van de veiligheids- gordels Het is van belang dat de gehele veiligheidsgordel wordt vervangen alshij ten gevolge van een aanrijding zwaar is belast. Dit geldt ook als uiterlijk geen beschadigingen zicht-baar zijn. Raadpleeg hieromtrent uw Hyundai dealer.
SB090F1-FX Een persoon per gordel Het gebruik van een gordel door twee personen (kinderen) is niet toeges- taan. Ingeval van een aanrijding is dekans op verwondingen aanzienlijk groter. SB090G1-FXZit rechtop Voor een maximale bescherming van
alle passagiers is het van belang dat ze rechtop zitten. De beschermendewerking van de veiligheidsgordel gaat grotendeels verloren als de rugleuning van de voorstoelen te ver naar achterenstaat of als een passagier op de achterbank niet goed rechtop zit.
SB090E1-FX Meenemen van een gewonde Ook als een gewonde wordt vervoerd moet de veiligheidsgordel wordengebruikt. Raadpleeg zonodig een arts.
SB090D1-FX Gebruik tijdens zwangerschap Om de kans op verwondingen bij een aanrijding te voorkomen, is het dragen van de veiligheidsgordel ook tijdenszwangerschap verplicht.Hierbij moet er op worden gelet dathet heupgedeelte zo laag mogelijkwordt gedragen (niet over de buik). Raadpleeg hieromtrent tevens uw arts.
Page 38 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
28
Druk hem naar beneden met ingedrukte hoogte-instelknop om de verankeringte verlagen.Laat de knop los om de verankering
te vergrendelen. Probeer deverankering te verplaatsen om te controleren of hij goed is vergrendeld.
!
LET OP:
o Stel de hoogte van de schouderriem in als u goed tegen de rugleuning zit.!
OMC025042-1 o Houd bij het afstellen van hoogte
van de schouderriem de knop voor de hoogteverstelling stevigvast en schuif de hoogteverstelling naar boven of beneden.
o Als de vergrendeling van de schoudergordel vast zit, houddan de schouderriem stevig vast en trek deze geheel naar voren.
WAARSCHUWING:
o Het verstelmechanisme moet tijdens het rijden zijn vergrendeld.
o Een onjuiste afstelling van de schouderhoogte van deveiligheidsgordel kan er toe leiden dat de gordel niet optimaal functioneert bij een aanrijding.
B170A02MC-AXT IN HOOGTE VERSTELBARE VEILIGHEIDSGORDELS, VOOR
U kunt de hoogte van de
schoudergordel-verankering in een van de 5 posities instellen.
Als de hoogte te dicht bij de hals is
ingesteld, heeft u niet de optimalebescherming. Het schoudergedeeltemoet zodanig worden ingesteld dat hij over de borst loopt en over de schouder, dichter bij het portier danbij de hals.
Verplaats de verankering van de
veiligheidsgordel naar boven of naar beneden om de hoogte in de gewenste stand af te stellen. Trek de verankeringomhoog om hem hoger in te stellen.B170A01MC
Page 39 of 250

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
29
B180A01MC-GXT 3-PUNTS VEILIGHEIDSGORDEL Trek de gordel gelijkmatig uit het oprolmechanisme en steek de slottong in het slot. De slottong moet hoorbaar aangrijpen.De lengte van de veiligheidsgordelpast zich automatisch aan de zitpositieaan. Het oprolmechanisme blokkeert de veiligheidsgordel bij een noodstop of een aanrijding, maar ook bij abruptebewegingen naar voren.Gordel vastmaken. Controleer of de gordel goed is vergrendeld en niet is verdraaid.
B180A01NF B265E01MC-GXT
Gordel-waarschuwingslamp
en -geluidssignaal
De gordel-waarschuwingslamp en -
geluidsignaal worden ingeschakeld, zoals in onderstaande tabel is aangegeven.
Situatie bestuurder Gordel-
waarschuwingslamp
Contacteur
d’allumage
Gordel
Gaat branden tot omgelegd
Niet omgelegd
Omgelegd
Niet omgelegd AAN
AAN
AAN * 1
Omgelegd Niet omgelegd Gaat 6 sec. branden
Knipperen tot omgelegd
Knipperen tot omgelegd* 3
START * 2
N.B.:
Als de veiligheidsgordel niet is omgelegd als het contactslot van de stand "OFF" in de stand "ON" wordt gezet, dan wordt het gordel-waarschuwingssignaal ingeschakeld, zoals hierna wordt beschreven, om de bestuurder tewaarschuwen. *1) Als het contactslot binnen 1 minuut
van de stand "OFF" in de stand"ON" is gezet.
*2) Het contactslot keert terug in de
stand "ON" als de sleutel wordtlosgelaten.
*3) Als de snelheid hoger wordt dan 9 km/h, dan klinkt ook de gordel- waarschuwingszoemer gedurende 1~2 minuten. Als de snelheid la-ger is dan 9 km/h, dan klinkt na 1 minuut ook de gordel- waarschuwingszoemer gedurende1~2 minuten.
N.B.: Als met de bestuurdersgordel binnen 9 seconden na het omleggen de handelingen "afdoen
omleggen
afdoen" worden
uitgevoerd, dan worden de gordel-waarschuwingslamp en - waarschuwingszoemer nietingeschakeld.
Page 40 of 250

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
30
B210A01A-AXT Het losmaken van de veiligheidsgordel
De veiligheidsgordel wordt ontgren-
deld door de knop in het slot in te drukken. De gordel wordt dan doorhet oprolmechanisme opgerold. Is dit niet het geval, dan moet worden gecontroleerd of de gordel niet isverdraaid. B220D01MC-GXT VEILIGHEIDSGORDELS - Middelste zitplaats op
achterbank, 3-puntsgordel met gordelblokkering
1. Controleer voordat de gordel voor de middelste zitplaats op de achterbank wordt vastgemaakt, of de metalen slottong (A) en het slot (B) in elkaar aangrijpen.
B210A01NF
B220D01MC
B200A01S-GXT Gordel verstellen Het heupgedeelte van de gordel moet zo laag mogelijk over de heupen liggen, niet op de buik. Als de gordel te hoog zit, bestaat de kans dat u bijeen aanrijding of noodstop onder de gordel doorschuift, met alle gevolgen vandien. De schoudergordel moet overde schouder liggen en niet onder de oksel; zie de afbeelding. Draag de veiligheidsgordel nooit onder de arm.
B200A01NF