Page 201 of 250

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
9
!
Voor het controleren van het
motoroliepeil moet de motor op bedrijfstemperatuur zijn en moet de wagen op een vlakke ondergrond staan. Zet de motor af.
Wacht circa vijf minuten (ben-
zinemotoren)/ circa twee minuten (dieselmotoren), verwijder dan de peilstaaf, maak hem schoon, brenghem weer volledig aan en verwijder hem weer.
Noteer het hoogste peil van de olie
op de peilstaaf.
Dit moet liggen tussen het bovenste
("F") en het onderste ("L") merkteken.
WAARSCHWUWING:
Raak de radiateurslang niet aan bij het controleren van het oliepeil, omdat hierdoor kans op brandwonden bestaat. G030D01MC-GXT Motorolie bijvullen
OMC057005
OMC055006
Dieselmotor
Benzinemotor
1. Verwijder de olievuldop door deze
linksom te draaien.
2. Vul olie bij en controleer het oliepeil opnieuw. Vul niet teveel olie bij.
3. Breng de olievuldop weer aan en zet hem rechtsom vast.
De afstand tussen de "F" en "L" markeringen komt overeen metongeveer 1 liter (benzinemotor)/1,5 li- ter (dieselmotor) motorolie.
! LET OP:
Vul de voorgeschreven olie m.b.v. een trechter voorzichtig bij. Vulniet teveel olie bij om schade aan de motor te voorkomen.
!
Vul olie bij tot aan het F. merkteken
wanneer het oliepeil dichtbij of op het L. merkteken staat. Ga voor het bijvullen als volgt te werk: WAARSCHWUWING:
Raak de radiateurslang niet aan bijhet bijvullen van motorolie, omdat hierdoor kans op brandwondenbestaat.
Page 202 of 250

6EENVOUDIG ONDERHOUD
10
o Het olieverbruik van de motor wordtsterk beïnvloed door de dikte en de kwaliteit van de olie, het motortoerental en de rij-omstan- digheden enz. Onder zware rij-omstandigheden, zoals hoge snelheden en vaak accelereren en afremmen, wordtmeer olie verbruikt dan onder normale rij-omstandigheden.
ZG030E1-AXOLIEVERBRUIK VAN DE MO- TOR Taak van de motorolie De motorolie dient in hoofdzaak voor het smeren en koelen van het inwendige van de motor. Olieverbruik van de motor Het is normaal dat de motor een geringe hoeveelheid olie verbruikt onder normale rij-omstandigheden. Hetolieverbruik in een normale motor heeft de volgende oorzaken:
o De motorolie wordt gebruikt voor het smeren van zuigers, zuigerveren en cilinders.Wanneer de zuiger zich naarbeneden beweegt, blijft een dunneoliefilm op de cilinderwand achter. Door de grote onderdruk die tijdens de werking van de motor ontstaat,wordt een kleine hoeveelheid olie in de verbrandingsruimte gezogen. Deze olie wordt samen met de olie op de cilinderwand door de hoge temperatuur gedurende hetverbrandingsproces verbrand.
N.B.:
o Het verdient aanbeveling om de
motorolie en het filter te laten verversen/vervangen door een Hyundai dealer.
o Ontdoe u altijd op een milieuvriendelijke wijze vanafgewerkte olie. Het is aan te bevelen de olie in een geslotencontainer te bewaren en naar een servicestation te brengen. Laat de olie niet in de grond weglopeneen voeg het ook niet bij het huishoudelijk afval.
!WAARSCHUWING:
Afgewerkte olie kan huidirritatie of- kanker veroorzaken wanneer hetlangdurig in contact komt met de huid. Hoewel dit onwaarschijnlijk is als u op de voorgeschreven wijzemet olie omgaat, is het aan te bevelen uw handen zo snel mogelijk met zeep en warm waterte wassen als u met afgewerkte olie in aanraking bent geweest.
Page 203 of 250

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
11
!
KOELVLOEISTOF CONTROLEREN EN VERVERSEN
G050A01TG-AXT
WAARSCHUWING:
Verwijder de radiateurdop niet als de motor heet is. De koelvloeistofstaat onder druk en kan uit de radiateur spuiten wanneer de dop wordt verwijderd. Dit kan ernstigebrandwonden tot gevolg hebben.
N.B.: Het verdient aanbeveling om de
koelvloeistof te laten verversen door een Hyundai dealer. SG050B1-FXAanbevolen koelvloeistof Gebruik een hoge kwaliteit
koelvloeistof op ethyleen glycolbasis. Het mengsel bestaat uit 50% wateren 50% antivries. De gebruikte koelvloeistof mag geen aluminium aantasten. Aan de koelvloeistofmogen geen anti-corrosiemiddelen worden toegevoegd. Houd de koelvloeistofconcentratie op het juisteniveau teneinde bevriezing en corrosie te voorkomen. Bij een concentratie boven 60% of minder dan 35% kandit schade aan het koelsysteem tot gevolg hebben. Raadpleeg onderstaande tabel voor deconcentratie koelvloeistof:
-15 -25 -35 -45
Koelvloeistofsamenstelling
Omgevings- temperatuur °C Water
35% 40%50%60% Antivries
65%60%50%40% G050C01TG-GXT Koelvloeistofpeil controleren
OMC057007
OMC055008
Dieselmotor
Benzinemotor
Page 204 of 250

6EENVOUDIG ONDERHOUD
12
Het koelvloeistofpeil kan worden gecontroleerd via de transparanteexpansietank en moet bij een koude motor tussen de "L" en "F" merktekens op de tank liggen. Alshet peil beneden het "L" merkteken staat moet koelvloeistof worden bijgevuld tot het peil weer tussen "L"en "F" ligt. Controleer in dit geval eveneens op koelvloeistoflekkage en controleer het peil regelmatig. Als hetpeil opnieuw daalt, neem dan contact op met uw Hyundai dealer.
!!LET OP:
o Koelvloeistof kan het lakwerk beschadigen. Spoel gemorste koelvloeistof direct met water af.
o De motor in uw auto is voorzien van aluminium onderdelen, diemoeten worden beschermd tegen koelvloeistof op ethyleen-glycol basis, zodat roestvorming enbevriezing worden voorkomen.Gebruik geen hard (kalkrijk) wa-ter. Hard water kan beschadiging van de motor door roestvorming, oververhitting of bevriezingveroorzaken. WAARSCHUWING:
De werking van de koelventilator
wordt geregeld door de koelvloeistoftemperatuur. De venti- lator kan gaan draaien terwijl demotor niet draait. Let daarom zeer goed op bij werkzaamheden in de omgeving van de koelventilator omverwondingen door de draaiende ventilator te voorkomen. Zodra de motor voldoende is afgekoeld stoptde koelventilator. Dit is de normale werking.
Page 205 of 250

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
13LUCHTFILTER VERVANGEN
G070A03Y-AXT Het luchtfilterelement wordt als volgt vervangen:
1. Maak de klemmen van het luchtfilterdeksel los.
2. Verwijder het deksel, het oude fil- ter en breng een nieuw luchtfilterelement op zijn plaats.
Gebruik uitsluitend originele Hyundai onderdelen.
OMC055010 LET OP:
o Het laten draaien van de motor zonder het voorgeschreven luchtfilterelement kan extreme motorslijtage tot gevolg hebben.
o Voorkom bij het verwijderen van het luchtfilter dat er vuil in de luchtinlaat terechtkomt. Dit kan het luchtfilter en de mo- tor beschadigen.
!
RUITENWISSERS RUITENWISSERBLADEN
!
G080A02A-AXT De ruitenwisserbladen moeten regelmatig worden gecontroleerd en gereinigd. Gebruik voor het reinigenvan de wisserbladen en-armen een zacht zeepoplossing en een schone spons of doek. Laten de wissers strepen of vuil achter, vervang ze dan door originele Hyundai onderdelen.
LET OP:
o Gebruik de ruitenwissers niet op droge ruiten. Dit heeft een snellere slijtage van de ruitenwisserbladen en krassen op de ruit tot gevolg.
o Let erop dat het rubber niet in contact komt met petroleum-houdende producten zoals motorolie, benzine etc.
Page 206 of 250
6EENVOUDIG ONDERHOUD
14
G080B01HR-GAT Ruitenwisserbladen vervangen Om de ruitenwisserbladen te vervangen de ruitenwisserarm verticaal plaatsen. Ruitenwisserblad verwijderen
1. Druk het ruitenwisserblad naar beneden met de blokkeerpal (1) ingedrukt en maak het ruitenwisserblad los van dewisserarm. Ruitenwisserblad aanbrengen
1. Monteer een nieuw wisserblad op de wisserarm en breng het omlaag totde op de afbeelding getoonde positie.
HHR5048(1)
HHR5050
HHR5049
2. Til het ruitenwisserblad lichtjes op en verwijder het naar boven toe.
Page 207 of 250

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
15
WAARSCHUWING:
o Ruitensproeiervloeistof bevat al- cohol en kan onder bepaalde omstandigheden licht ontvlambaar zijn. Houd openvuur en vonken uit de buurt van de ruitensproeiervloeistof en het sproeierreservoir. De auto kanbeschadigd raken en de inzittenden kunnen letsel oplopen.
o Ruitensproeiervloeistof is giftig voor mensen en dieren. Drinkgeen ruitensproeiervloeistof en vermijd contact met ruitensproeiervloeistof. Hierdoorkan ernstig letsel ontstaan.!
HHR5051
2. Trek het ruitenwisserblad omhoog tot een "klik" te horen is.
N.B.: De ruitenwisserarm niet tegen de
voorruit laten klappen.
RUITENSPROEIERRESERVOIR BIJVULLEN
G090A01MC-GXT
Gebruik voor het ruitensproeierre-
servoir een goede kwaliteit reinigingsvloeistof. Controleer het vloeistofpeil regelmatig; vooral als de ruitensproeiers veel worden gebruikt.
LET OP:
o Gebruik geen antivries voor het koelsysteem in het sproeierre-servoir omdat dat de lak aantast.
o Gebruik de ruitensproeiers niet
als het reservoir leeg is. Dit kande sproeierpomp beschadigen.
!
OMC055016
Page 208 of 250

6EENVOUDIG ONDERHOUD
16VLOEISTOFPEIL AUTOMATISCHE TRANSMISSIE CONTROLEREN
G110A01MC-AXT De vloeistof in de automatische transmissie moet worden ververstovereenkomstig het onderhoud- sschema in hoofdstuk 5. N.B.: Normaal is de automatische transmissie olie rood van kleur .Naar verloop van tijd verandert de kleur rood naar grijs/rood. Dit is normaal, de kleur is geen indicatie voor het verversen van de olie. De verversingstermijn van de transmissieolie is aangegeven in het onderhoudschema in hoofdstuk 5.
G100A01MC-GXT De versnellingsbakolie moet worden ververst overeenkomstig het onderhoudsschema in hoofdstuk 5.
OLIEPEIL IN VERSNELLINGS- BAK CONTROLEREN (HANDGESCHAKELD)
!WAARSCHUWING:
Controleer het oliepeil in de versnellingsbak bij koude motor.Bij warme motor bestaat de kans op brandwonden. N.B.: Het verdient aanbeveling om de olie in de handgeschakelde versnellingsbak te laten controlerendoor een Hyundai dealer. G110D03A-GXT Controleren van niveau
automatische- transmissievloeistof Het peil van de automatische- transmissievloeistof moet regelmatig gecontroleerd worden.
G110D02MC