Page 321 of 512

321
5
5-1. MOBILITEIT
MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
1
Plaats het verloopstuk op de wiel-
bout. Draai het verloopstuk indien
nodig tot het past op de wielbout.
2 Draai de wielbout vast. Het aan-
haalmoment is 140 Nm.
3 Verwijder het verloopstuk na het
vastdraaien van de wielbout en berg
het op.
• Parkeer de auto op een stevige en stroeve ondergrond, op een veilige
afstand van het verkeer.
• Schakel de alarmknipperlichten in.
• Activeer de parkeerrem.
• Schakel een versnelling in of zet de selectiehendel in stand P.
• Laat zodra het verkeer dit toelaat
alle inzittenden de auto verlaten en
zorg ervoor dat ze naar een veilige
plek gaan, bijvoorbeeld achter de
vangrail.
• Haal, afhankelijk van de uitrusting, het gereedschap voor het verwisse-
len van een wiel en, indien nodig,
het noodreservewiel uit de auto.
• Plaats, indien van toepassing, een
gevarendriehoek of een knipperend
waarschuwingslicht op een correcte
afstand van de auto.
• Bescherm de auto extra tegen weg- rollen.
• Draai de wielbouten een halve omwenteling los. De krikpunten bevinden zich op de aan-
gegeven posities.
1
Houd de krik met één hand vast, pijl
1, en pak met de andere hand de
hendel van de krik vast, pijl 2.
2 Steek de krik in de rechthoekige uit-
sparing van het krikpunt dat zich het
dichtste bij het te verwisselen wiel
bevindt.
Vastdraaien
Voorbereiden van de auto
Krikpunten
Opkrikken van de auto
WAARSCHUWING
Uw handen of vingers kunnen bekneld
raken tijdens het gebruik van de krik. Er
bestaat een kans op letsel. Houd uw han-
den tijdens het gebruik van de krik in de
aangegeven positie en verander ze niet
van positie.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 321 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 322 of 512

3225-1. MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
3 Draai de hendel van de krik
rechtsom om de krik uit te draaien.
4 Laat de krik los zodra de krik wordt
belast en blijf met de andere hand
de hendel van de krik rechtsom
draaien.
5 Controleer of de voet van de krik
van de auto zich recht onder het
krikpunt bevindt en of de krik onder
een rechte hoek staat.
6 Controleer of de voet van de krik
zich recht onder het krikpunt bevindt
en of de krik onder een rechte hoek
staat. 7
Krik de auto omhoog tot het volle-
dige oppervlak van de voet van de
krik op de grond steunt en het des-
betreffende wiel zich maximaal 3
cm boven de grond bevindt.
Monteer nooit meer dan één noodre-
servewiel op de auto, indien vereist.
1 Draai de wielbouten los.
2 Verwijder het wiel.
3 Monteer het nieuwe wiel of het
noodreservewiel en draai ten min-
ste twee wielbouten kruiselings
handvast.
Als niet door de fabrikant van uw auto origi-
neel geleverde lichtmetalen velgen zijn
gemonteerd, moeten mogelijkerwijs de wiel-
bouten worden gebruikt die horen bij deze
velgen.
4Draai de overige wielbouten hand-
vast en draai vervolgens alle wiel-
bouten kruiselings vast.
5 Draai de hendel van de krik linksom
om de krik in te draaien en de auto
te laten zakken.
6 Verwijder de krik en berg hem goed
op.
Monteren van een wiel
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 322 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 323 of 512

323
5
5-1. MOBILITEIT
MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
1
Draai de wielbouten kruiselings
vast. Het aanhaalmoment is 140
Nm.
2 Berg indien nodig het wiel met de
lekke band op in de bagageruimte.
Vanwege zijn formaat kan het wiel met de
lekke band niet onder de vloer van de baga-
geruimte worden opgeborgen.
3Neem de eerstvolgende gelegen-
heid te baat om de bandenspanning
te controleren en indien nodig aan
te passen.
4 Reset het bandenspanningscontro-
lesysteem (TPM).
5 Controleer met een gekalibreerde
momentsleutel of de wielbouten
correct zijn vastgezet.
6 Ga naar de dichtstbijzijnde erkende
Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige om de beschadigde band
te laten vervangen.
*: indien aanwezig
Bij een lekke band kan het noodreser-
vewiel worden gebruikt om het wiel met
de lekke band te vervangen. Het nood-
reservewiel is bedoeld voor tijdelijk
gebruik, tot de lekke band is vervan-
gen. Monteer nooit meer dan één noodre-
servewiel op de auto.
Controleer ook geregeld de spanning
van het noodreservewiel in de bagage-
ruimte en pas de spanning ervan indien
nodig aan.
Het noodreservewiel en het gereed-
schap voor het verwisselen van een
wiel bevinden zich in een tas in de
bagageruimte.
Na het verwisselen van het wiel
Noodreservewiel*
Principe
Algemeen
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het noodreservewiel heeft andere afmetin-
gen. De montage van een noodreserve-
wiel kan effect hebben op de
rijeigenschappen, bijvoorbeeld minder
goede richtingsstabiliteit bij het remmen,
langere remweg en gewijzigde zelfstu-
rende eigenschappen in het grensgebied.
Er bestaat een kans op ongevallen. Rijd
voorzichtig en niet sneller dan 80 km/h.
Overzicht
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 323 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 324 of 512

3245-1. MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
1 Maak de sjorriem bij de sluiting los,
pijl 1.
2 Maak de sjorriemen los van de
sjorogen.
3 Verwijder de tas met het noodreser-
vewiel en het gereedschap voor het
verwisselen van een wiel uit de
bagageruimte, pijl 2.
4 Open de tas en haal het noodreser-
vewiel en het gereedschap voor het
verwisselen van een wiel eruit.
1 Berg het noodreservewiel en het
gereedschap voor het verwisselen
van een wiel op in de tas.
2 Plaats de tas in de bagageruimte.
3 Maak de sjorriemen vast aan de
sjorogen.
4 Zet de sjorriemen vast. Controleer
of de zak correct en stevig vastzit. Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Daardoor worden mogelijk uitrusting en
functies beschreven die niet in uw auto
aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg
van de geselecteerde optionele uitrus-
ting of de landenspecificatie. Dit geldt
ook voor functies en systemen met
betrekking tot veiligheid. Houd u bij het
gebruik van de bijbehorende functies
en systemen aan de
desbetreffende
wet- en regelgeving.
Verwijderen van het nood-
reservewiel
Opbergen van het nood-
reservewiel
Motorruimte
Uitrusting
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 324 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 325 of 512

325
5
5-1. MOBILITEIT
MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
1
Vulpijp ruitensproeiervloeistof
2 Starthulp, minpool accu
3 Starthulp, pluspool accu
4 Olievulpijp
5 Extra koelvloeistofreservoir
6 Koelvloeistofreservoir
7 Voertuigidentificatienummer
Overzicht
Motorkap
Veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Onjuist uitgevoerde werkzaamheden in de
motorruimte kunnen leiden tot schade aan
componenten en kunnen een veiligheidsri-
sico vormen. Er bestaat een kans op
ongevallen en schade. Laat een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige de werkzaamhe-
den in de motorruimte uitvoeren.
WAARSCHUWING
In de motorruimte bevinden zich bewe-
gende delen. Bepaalde componenten in
de motorruimte kunnen ook bewegen als
de motor is afgezet, zoals de ventilator van
de radiateur. Er bestaat een kans op letsel.
Steek uw hand niet in een zone met bewe-
gende delen. Houd kledingstukken en uw
haar uit de buurt van bewegende delen.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 325 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 326 of 512

3265-1. MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
1 Trek aan de hendel, pijl 1.
De motorkap wordt ontgrendeld.
2Laat de hendel los en trek er vervol-
gens nogmaals aan, pijl 2.
De motorkap wordt geopend.
3Kijk uit voor uitstekende delen van
de motorkap.
Laat de motorkap vanaf een hoogte
van ongeveer 50 cm dichtvallen.
De motorkap moet aan beide zijden in
het slot vallen.
WAARSCHUWING
Aan de binnenzijde van de motorkap
bevinden zich uitste kende delen, zoals de
slothaken. Er bestaat een kans op letsel.
Kijk bij een geopende motorkap uit voor
uitstekende delen en houd deze gebieden
vrij.
WAARSCHUWING
Als de motorkap niet correct vergrendeld
is, kan hij tijdens het rijden opengaan en
het zicht belemmeren. Er bestaat een
kans op ongevallen. Stop onmiddellijk en
sluit de motorkap goed.
WAARSCHUWING
Bij het openen en sluiten van de motorkap
kunnen lichaamsdelen bekneld raken. Er
bestaat een kans op letsel. Houd bij het
openen en sluiten van de motorkap het
gebied waarbinnen de motorkap beweegt
vrij.
OPMERKING
Ruitenwissers die niet tegen de voorruit
aanliggen, kunnen klem komen te zitten
als de motorkap wordt geopend. Er
bestaat een kans op schade. Controleer
alvorens de motorkap te openen of de rui-
tenwissers met de wisserbladen tegen de
voorruit aanliggen.
OPMERKING
Bij het sluiten moet de motorkap aan beide
zijden in het slot vallen. Wanneer extra
druk wordt uitgeoefend op de motorkap
kan deze beschadigd raken. Er bestaat
een kans op schade. Open de motorkap
opnieuw en laat hem goed dichtvallen.
Oefen geen extra druk uit op de motorkap.
Openen
Sluiten
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 326 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 327 of 512

327
5
5-1. MOBILITEIT
MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Dit hoofdstuk beschrijft alle standaard,
landspecifieke en speciale uitrusting
die beschikbaar is voor de modelserie.
Daardoor worden mogelijk uitrusting en
functies beschreven die niet in uw auto
aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg
van de geselecteerde optionele uitrus-
ting of de landenspecificatie. Dit geldt
ook voor functies en systemen met
betrekking tot veiligheid. Houd u bij het
gebruik van de bijbehorende functies
en systemen aan de desbetreffende
wet- en regelgeving.
Afhankelijk van de regio verkopen veel
tankstations brandstof die geschikt is
voor winterse of zomerse omstandighe-
den. Brandstof die in de winter wordt ver-
kocht, zorgt er bijvoorbeeld voor dat de
motor bij koud weer gemakkelijker start.
Voor een optimaal brandstofverbruik
moet de benzine zwavelvrij of zwavel-
arm zijn.
Brandstoffen waarvan op de pomp is
aangegeven dat ze metaal bevatten,
mogen niet worden gebruikt.
U kunt brandstof tanken met een
ethanolgehalte van maximaal 25%,
zoals E10 of E25. De motor is voorzien van een pingelre-
geling. Dit betekent dat u brandstof met
verschillende octaangetallen kunt
gebruiken.
Vloeistoffen
Uitrusting
Brandstofkwaliteit
Algemeen
Benzine
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
OPMERKING
Zelfs kleine hoeveelheden van de ver-
keerde brandstof of verkeerde brandsto-
fadditieven kunnen het brandstofsysteem
en de motor beschadigen. Bovendien kan
de katalysator onherstelbaar beschadigd
raken. Er bestaat een kans op schade.
Gebruik bij benzinemotoren de volgende
brandstof of additieven niet:
• Loodhoudende benzine.
• Additieven die metaal, zoals mangaan en ijzer, bevatten.
Druk na het tanken van de verkeerde
brandstof niet op de startknop. Neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
OPMERKING
Onjuiste brandstoffen kunnen schade ver-
oorzaken aan het brandstofsysteem en de
motor. Er bestaat een kans op schade.
Tank geen brandstof met een hoger
ethanolgehalte dan aanbevolen. Tank
geen methanolhoudende brandstof, zoals
de brandstoffen M5 tot en met M100.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 327 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM
Page 328 of 512

3285-1. MOBILITEIT
Handleiding Supra_NL (vanaf productiedatum nov. 2020)
Uitvoering SZ, SZ-R en RZ
(DB41L-ZRLW, DB42R-ZRRW)
Super, RON 95.
Gebruik deze brandstof om de nomi-
nale prestatie- en verbruikscijfers te
behalen.
Uitvoering RZ (DB01L-ZULW,
DB02R-ZURW)
Super, RON 98.
Gebruik deze brandstof om de nomi-
nale prestatie- en verbruikscijfers te
behalen.
Loodvrije benzine, RON 91. Het olieverbruik is afhankelijk van de
rijstijl en de gebruiksomstandigheden.
Controleer daarom geregeld het motor-
oliepeil door het bijvoorbeeld elke keer
dat u brandstof tankt nauwkeurig te pei-
len.
Het olieverbruik kan toenemen in bij-
voorbeeld de volgende situaties:
• Sportieve rijstijl.
• Inrijden van de motor.
• Stationair draaien van de motor.
• Gebruik van oliesoorten die als
niet-geschikt te boek staan.
Er kunnen verschillende voertuigmel-
dingen worden weergegeven op het
regeldisplay, afhankelijk van het motor-
oliepeil.
OPMERKING
Brandstof die niet voldoet aan de voorge-
schreven minimale kwal iteitseisen kan het
functioneren van de motor negatief beïn-
vloeden of schade aan de motor veroorza-
ken. Er bestaat een kans op schade. Tank
geen brandstof die niet voldoet aan de
voorgeschreven minimale kwaliteitseisen.
Benzinesoort
Minimale benzinesoort
Motorolie
Algemeen
Veiligheidsaanwijzingen
OPMERKING
Bij een te laag motoroliepeil kan de motor
beschadigd raken. Er bestaat een kans op
schade. Vul onmiddellijk motorolie bij.
OPMERKING
Bij een te hoog motoroliepeil kan de motor
of de katalysator beschadigd raken. Er
bestaat een kans op schade. Vul niet te
veel motorolie bij. Al s het motoroliepeil te
hoog is, laat dan een erkende Toyota-dea-
ler of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige het oliepeil corrigeren.
Supra_OM_General_OM99X84E_1_2011.book Page 328 Thursday, October 8, 2020 9:53 AM