Page 217 of 388

6. Breng de nieuwe lamp aan en zorg ervoor
dat deze goed vast zit.
7. Breng de lampeenheid aan de achterzijde
van de carrosserie weer aan.8. Sluit de elektrische stekker weer aan.
9. Breng de lamp aan de zijkant van de
carrosserie weer aan en zorg ervoor dat de
tapeinden zijn uitgelijnd.10. Monteer de bevestigingen en zet de lam-
peenheid aan de zijkant vast.
11. Sluit tot slot de achterklep.
Mistlampen achter
1. Gebruik een geschikt gereedschap dat
niet krast om voorzichtig de bovenste bin-
nenrand van de mistlamp te openen en de
klikbevestiging los te maken.
2. Koppel de stekker los door op het ontgren-
delingsmechanisme te drukken.
3. Verwijder de fitting door deze linksom te
draaien en van de lamp te verwijderen.
4. Trek de gloeilamp uit de fitting.
5. Vervang de lamp en draai de fitting
rechtsom om deze opnieuw aan te
brengen.
6. Sluit de elektrische stekker weer aan.
7. Breng de lamp weer aan door deze vast te
klikken met de vergrendelingslippen aan
de linker- en rechterrand van de
mistlamp.
Achterkant van het achterlicht
1 — Lamp richtingaanwijzer
2 — Elektrische stekker
3 — Lamp remlicht
4 — Tapeinden
Achterlichten aan de zijkant van de
carrosserie
1 — Achterlicht, achteraan op de zij-
kant van de carrosserie
2 — Tapeinde
215
Page 218 of 388

Achteruitrijlichten
1. Open de achterklep.
2. Gebruik een geschikt gereedschap om het
toegangspaneel voor de lampen aan de
zijkant van de carrosserie te verwijderen,
verwijder het toegangspaneel van de ach-
terklep voor toegang tot de lampen in de
achterklep.
3. Koppel de stekker los door de ontgrende-
ling in te drukken.
4. Verwijder de lamp, vervang deze en zorg
ervoor dat deze stevig vastzit.
5. Sluit de elektrische stekker weer aan.
6. Breng de toegangspanelen weer aan en
zorg ervoor dat ze correct zijn vastgezet.
7. Sluit tot slot de achterklep.
3e remlicht
Het derde remlicht is een LED-lamp. Neem
voor het vervangen contact op met een er-
kende dealer.Kentekenverlichting
De kentekenverlichting heeft LED-lampen.
Neem voor het vervangen contact op met een
erkende dealer.
ZEKERINGEN
WAARSCHUWING!
• Vervang doorgebrande zekeringen uit-
sluitend door exemplaren met dezelfde
ampèrewaarde. Vervang een zekering
nooit door een zekering met een hogere
ampèrewaarde. Vervang een doorge-
brande zekering nooit door een metalen
draad of enig ander materiaal. Plaats
geen zekering in de holte van een
stroomonderbreker of vice versa. Als u
nalaat de juiste zekeringen te gebruiken,
kan dit resulteren in ernstig persoonlijk
letsel, brand en/of schade aan eigen-
dommen.
• Voordat u een zekering vervangt, moet u
ervoor zorgen dat het contact is uitge-
schakeld en dat alle andere services zijn
uitgeschakeld.
WAARSCHUWING!
• Als de vervangen zekering opnieuw door-
brandt, neem dan contact op met een
erkende dealer.
• Als een algemene beveiligingszekering
voor veiligheidssystemen (airbagsys-
teem, remsysteem), krachtbronsyste-
men (motorsysteem, versnellingsbak-
systeem) of het besturingssysteem
doorbrandt, dient u contact op te nemen
met een erkende dealer.
Algemene informatie
De zekeringen beschermen elektrische syste-
men tegen een te hoge stroomsterkte.
Als een apparaat niet werkt, moet u het
zekeringselement in de platte zekering con-
troleren op breuk/smelten.
Houd er bovendien rekening mee dat de voer-
tuigaccu leeg kan raken wanneer u aansluit-
contacten gedurende lange tijd gebruikt ter-
wijl de motor uitgeschakeld is.IN GEVAL VAN NOOD/PECH
216
Page 219 of 388
Plaats van de zekeringen
De zekeringen zijn gegroepeerd in de control-
lers in de motorruimte.
Verdeeleenheid/zekeringen
motorcompartiment
Het zekeringenpaneel in het motorcomparti-
ment bevindt zich links in het motorcompar-
timent.
Raadpleeg het instructieboekje voor meer in-
formatie.
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
F01 70 A geelbruin – – Module carrosseriecompu-
ter
F02 70 A geelbruin – – Module carrosseriecompu-
ter, achterste verdeeleenhe-
den
F03 – 30 A roze met HID-lampen
20 A blauw zonder HID-
lampen– Voeding carrosseriecompu-
ter
F04 – 40 A geelbruin – Module remregelelektronica
Locatie van zekeringenpaneel en kap
217
Page 220 of 388
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
F05 – 40 A geelbruin – PTC-verwarming
F06 40 A oranje – – Startmotorrelais
F07 40 A oranje – –Achterste verdeeleenheid
voor aanhangergebruik
F08 – 30 A roze –Voeding voor F24, F87,
besturingsregeling
F09 – – 7,5 A bruin Regelmodule motor
F10 – – 20 A geel Claxon
F11 – –20 A geel — 1.4-liter
benzine- en dieselmotoren
25 A transparant — 2.4 li-
ter motorenVoeding secundaire belas-
tingen
F14 – – 7,5 A bruin Diesel carterverwarming
F15 40 A oranje – – Pomp remregelmodule
F16 – – 10 A roodVoeding motorregelmodule,
automatische transmissie
F17 – – 10 A roodSecundaire belastingen
motor
F18 – – 20 A geel12V aansluitcontact in ba-
gageruimte op contact
F19 – – 7,5 A bruinCompressor van de aircon-
ditioning en de PWM-
koelventilator activeren
F20 – – 20 A geel Sigarettenaansteker
F21 – – 15 A blauw Brandstofpomp
IN GEVAL VAN NOOD/PECH
218
Page 221 of 388
Locatie Maxizekering Patroonzekering Minizekering Omschrijving
F22 – – 20 A geel — benzinemotor
15 A blauw — dieselmotorVermogensregelmodule mo-
tor
F23 – – 30 A groen Roosterverwarming ruit
F24 – – 15 A blauw Voeding elektronische een-
heid automatische trans-
missie
F30 – – 20 A geel (door klant te
kiezen, verplaatsen van
F18)12V aansluitcontact in ba-
gageruimte achter continu
op accu
F81 60 A blauw – – Bloeibougiemodule
F82 – 40 A groen – Verwarming dieselbrand-
stoffilter
F83 – 40 A groen – HVAC-ventilator
F84 – – 30 A groen Voeding aandrijving op alle
wielen
F87 – – 5 A geelbruin Schakelhendel automati-
sche transmissie
F88 – – 7,5 A bruin Verwarmde buitenspiegels
F89 – – 30 A groen Verwarmde achterruit
F90 – – 5 A geelbruin IBS-sensor (laadtoestand
van de accu)
Fxx – – 10 A rood Regelrelais dubbele accu
219
Page 222 of 388

Het zekeringkastje heeft aan de onderkant
extra ATO-zekeringhouders.
Locatie ATO-/UNIVAL-zekering Omschrijving
F1 5 A geelbruin Regelmodule aandrijflijn (4X4/AWD)
F2 10 A rood ECM — detectie startdiagnose
F3 2 A grijs Modbesturingsregeling
Zekeringen in interieur
Het zekeringenpaneel in het interieur bevindt
zich in de passagiersruimte op het linker
dashboardpaneel onder het instrumentenpa-
neel.
Locatie Meszekering Omschrijving
F31 7,5 A bruin Regelaar voor vasthouden inzittende
F33 20 A geel Motor elektrisch bediende ruit passagierskant
F34 20 A geel Motor elektrisch bediende ruit bestuurderskant
F36 20 A geelInbraakmodule/sirene, radio, UCI-/USB-poort, VSU, klimaatregeling,
elektronisch stuurslot, elektrisch inklapbare spiegels
F37 10 A roodInstrumentenpaneel, regelmodule aandrijflijn, adaptieve cruise control,
ECC-blower (HVAC)
F38 20 A geel Portieren vergrendelen/ontgrendelen
F42 7,5 A bruin Remsysteemmodule, elektrische stuurbekrachtiging
F43 20 A geel Ruitensproeierpomp voor en achter
F47 20 A geel Ruitmechanisme linksachterIN GEVAL VAN NOOD/PECH
220
Page 223 of 388
Locatie Meszekering Omschrijving
F48 20 A geel Ruitmechanisme rechtsachter
F49 7,5 A bruinParkeersensoren, dode hoek, spanningsstabilisator, vochtigheidssensor,
zonnedak, elektronisch stuurslot, temperatuursensor, spiegel, stoelver-
warming, licht- en regensensor
F50 7,5 A bruin Regelaar voor vasthouden inzittende
F51 7,5 A bruinElektronische klimaatregeling, inzittendenclassificatie, achteruitrijca-
mera, klimaatregeling, koplamphoogteregeling, terreinselectie, achter-
ruitverwarming, gebruik van de trekhaak, voelbare indicatie rijstrook
verlaten
F53 7,5 A bruinContactschakelaarmodule zonder sleutel, elektrische parkeerrem, RF-
hub, instrumentenpaneel
F94 15 A blauwECC-blower (HVAC), lendesteun bestuurdersstoel, elektrische
aansluitingen
221
Page 224 of 388
Verdeeleenheid zekeringen/relais
bagageruimte
Om toegang te krijgen tot de zekeringen,
verwijdert u het toegangsdeksel van het lin-
kerachterpaneel van de bagageruimte.De zekeringen kunnen zich in twee eenheden
bevinden. Zekeringhouder nr. 1 bevindt zich
het dichtst bij de achterkant van het voertuig
en zekeringhouder nr. 2 (indien aanwezig bij
gebruik van een aanhanger) bevindt zich het
dichtst bij de voorkant van het voertuig.
Zekeringhouder nr. 1
Locatie Minizekering Omschrijving
F1 30 A groen Spanningsomvormer
F2 30 A groen Geheugenstoel
F3 20 A geel Zonnedak — indien aanwezig
F4 30 A groen Elektrisch verstelbare stoel (passagierskant)
F5 30 A groen Elektrisch verstelbare stoel (bestuurderskant)
F6 7,5 A bruin Elektrisch bediende lendesteun (elektrisch
verstelbare stoelen)
F7 15 A blauw Stuurverwarming/geventileerde stoelen
F8 20 A geel Verwarmde stoelen
IN GEVAL VAN NOOD/PECH
222