Page 121 of 584

Zoemer centrale vergrendeling
Als geprobeerd wordt de portieren te
vergrendelen met de instapfunctie
(indien aanwezig) of de
afstandsbediening wanneer een portier
niet geheel gesloten is, klinkt er
gedurende 5 seconden een zoemer. Sluit
het portier volledig om de zoemer uit te
schakelen en vergrendel de portieren
opnieuw.
Alarm (indien aanwezig)
Wanneer de portieren worden
vergrendeld, wordt het alarmsysteem
ingeschakeld. (→Blz. 74)
Omstandigheden die de werking van
het Smart entry-systeem met
startknop en de afstandsbediening
beïnvloeden
→Blz. 137
Wanneer het Smart entry-systeem met
startknop of de afstandsbediening niet
goed werkt
Gebruik de mechanische sleutel om de
portieren te vergrendelen en
ontgrendelen. (→Blz. 431)
Vervang de sleutelbatterij door een nieuw
exemplaar als deze ontladen raakt.
(→Blz. 375)
Als de 12V-accu is ontladen
De portieren kunnen niet worden
vergrendeld en ontgrendeld met de
instapfunctie (indien aanwezig) of de
afstandsbediening. Vergrendel of
ontgrendel de portieren met de
mechanische sleutel. (→Blz. 431)
Herinneringsfunctie achterstoel
Om u eraan te herinneren bagage e.d. op
de achterstoelen niet te vergeten, klinkt
er wanneer het contact UIT is gezet en
aan een van de volgende voorwaarden is
voldaan, een zoemer en wordt gedurende
ongeveer 6 seconden een melding
weergegeven op het
multi-informatiedisplay.• Het hybridesysteem wordt binnen
ongeveer 10 minuten na het openen
en sluiten van een achterportier
gestart.
• Een achterportier is geopend en weer
gesloten nadat het hybridesysteem is
gestart.
Als echter een achterportier wordt
geopend en vervolgens binnen
ongeveer 2 seconden weer wordt
gesloten, werkt de herinneringsfunctie
voor de achterstoel mogelijk niet.
De herinneringsfunctie voor de
achterstoel stelt op basis van het
openen en sluiten van een achterportier
vast of er bagage e.d. op de achterstoel
is geplaatst. Daardoor werkt, afhankelijk
van de situatie, de herinneringsfunctie
voor de achterstoel mogelijk niet en
vergeet u mogelijk toch bagage e.d. die
zich op de achterstoel bevindt of geeft
de functie mogelijk onterecht een
melding.
Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden
aangepast aan de persoonlijke voorkeur.
(→Blz. 452)
WAARSCHUWING!
Voorkomen van ongevallen
Neem bij het rijden met de auto de
volgende voorzorgsmaatregelen in
acht. Het niet in acht nemen van deze
voorschriften kan ertoe leiden dat er
per ongeluk een portier wordt geopend
en dat er iemand uit de auto valt, met
mogelijk dodelijk of ernstig letsel tot
gevolg.
• Controleer of alle portieren volledig
gesloten en vergrendeld zijn.
• Trek tijdens het rijden niet aan de
binnenportiergreep. Wees vooral
voorzichtig bij de voorportieren.
Deze portieren kunnen zelfs worden
geopend als de vergrendelknoppen
in de stand vergrendeld staan.
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
119
3
Voordat u gaat rijden
Page 122 of 584

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Activeer de kindersloten op de
achterportieren als er kinderen
achter in de auto vervoerd worden.
Als een portier wordt geopend of
gesloten
Controleer de omgeving van de auto;
let er bijvoorbeeld op of de auto op een
helling staat, of er voldoende ruimte is
om het portier te openen en of het hard
waait. Houd bij het openen of sluiten
van het portier de portiergreep goed
vast, zodat u bent voorbereid op
eventuele onverwachte bewegingen.
Bij het gebruik van de
afstandsbediening en het bedienen
van de elektrisch bedienbare ruiten
of het panoramadak (indien
aanwezig)
Bedien de elektrisch bedienbare ruiten
of het panoramadak nadat u hebt
gecontroleerd of er geen risico is dat
een passagier met een lichaamsdeel
bekneld kan raken tussen de ruit of het
panoramadak. Laat tevens de
afstandsbediening niet bedienen door
kinderen. Het kan gebeuren dat een
lichaamsdeel van een kind of een
andere passagier klem komt te zitten
tussen de elektrisch bedienbare ruiten
of het panoramadak.Van binnenuit ontgrendelen en
vergrendelen van de portieren
Schakelaars centrale vergrendeling
(ontgrendelen/vergrendelen)
1. Vergrendelen van alle portieren
2. Ontgrendelen van alle portieren
Vergrendelknoppen binnenzijde portier
1. Vergrendelen van het portier
2. Ontgrendelen van het portier
De voorportieren kunnen worden
geopend door aan de portiergrepen
aan de binnenzijde te trekken, ook al
staan de vergrendelknoppen in de
stand vergrendeld.
Vergrendelen van de voorportieren van
buitenaf zonder gebruik te maken van
een sleutel
1. Zet de vergrendelknop aan de
binnenzijde in de vergrendelde stand.
2. Sluit het portier met de portiergreep
uitgetrokken.
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
120
Page 123 of 584

Het portier kan niet worden vergrendeld
als het contact in stand ACC of AAN staat
of als de elektronische sleutel zich in de
auto bevindt.
De sleutel wordt mogelijk niet juist
gesignaleerd waardoor het portier
wellicht vergrendeld wordt.
Waarschuwingszoemer open
portier/achterklep
Als een portier of de achterklep niet goed
gesloten is, klinkt er vanaf een rijsnelheid
van 5 km/h een zoemer.
Het geopende portier of de openstaande
achterklep wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Kindersloten achterportieren
Het portier kan niet vanaf de binnenzijde
van de auto worden geopend wanneer
het kinderslot is geactiveerd.
1. Ontgrendelen
2. Vergrendelen
Hierdoor wordt voorkomen dat
kinderen per ongeluk de
achterportieren openen. Druk de
schakelaars op beide achterportieren
naar beneden om de kindersloten te
activeren.
3.2.2 Achterklep
De achterklep kan als volgt worden
vergrendeld/ontgrendeld en
geopend/gesloten.
WAARSCHUWING!
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet
in acht nemen van de
voorzorgsmaatregelen kan dodelijk of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
Wees voorzichtig tijdens het rijden
• Zorg ervoor dat de achterklep tijdens
het rijden gesloten is. Als de
achterklep open blijft, kan deze
tijdens het rijden voorwerpen raken
of kan er bagage uit de bagageruimte
vallen, waardoor een ongeval kan
ontstaan. Bovendien kunnen
uitlaatgassen in de auto
terechtkomen, wat kan leiden tot de
dood of zeer schadelijk kan zijn voor
de gezondheid. Controleer voordat u
wegrijdt of de achterklep is gesloten.
• Zorg er voordat u wegrijdt voor dat
de achterklep volledig gesloten is. Als
de achterklep niet volledig gesloten
is, kan deze tijdens het rijden
opengaan, waardoor een ongeval kan
ontstaan.
• Sta nooit toe dat er personen in de
bagageruimte meerijden. In het
geval van plotseling remmen of een
aanrijding kunnen ze dodelijk of
ernstig letsel oplopen.
Als er kinderen in de auto aanwezig
zijn
• Laat kinderen niet in de
bagageruimte spelen. Als een kind
per ongeluk in de bagageruimte
wordt opgesloten, kan het bevangen
worden door de hitte of
verwondingen oplopen.
• Laat kinderen de achterklep niet
openen of sluiten. De achterklep kan
mogelijk onverwachts in beweging
komen of er kan een lichaamsdeel
bekneld raken.
Bedienen van de achterklep
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet
in acht nemen van de
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
121
3
Voordat u gaat rijden
Page 124 of 584

WAARSCHUWING!(Vervolg)
voorzorgsmaatregelen kan ertoe leiden
dat lichaamsdelen bekneld raken, met
dodelijk of ernstig letsel tot gevolg.
• Verwijder sneeuw en ijs van de
achterklep voordat u deze opent. Als
u dat niet doet, kan de achterklep na
het openen plotseling weer
dichtvallen.
• Controleer voordat u de achterklep
opent of sluit zorgvuldig of de
omgeving veilig is.
• Zorg er als er iemand dichtbij staat
voor dat deze persoon veilig is en
meld dat u de achterklep gaat
openen of sluiten.
• Wees voorzichtig bij het openen en
sluiten van de achterklep bij sterke
wind, aangezien de achterklep als
gevolg van sterke wind plotseling
kan bewegen.
• Auto's zonder elektrisch bedienbare
achterklep: Als de achterklep niet
helemaal wordt geopend, kan deze
plotseling dichtvallen. Op een helling
is het moeilijker om de achterklep te
openen of te sluiten dan op een
horizontale ondergrond. Let dus op
dat de achterklep niet plotseling
vanzelf open- of dichtgaat. Als de
buitentemperatuur laag is kan de
achterklep plotseling sluiten.
Controleer voordat u de
bagageruimte gebruikt of de
achterklep volledig geopend en veilig
is.
WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Auto's met elektrisch bedienbare
achterklep: Als de achterklep niet
helemaal wordt geopend, kan deze
op een steile helling plotseling
dichtvallen. Controleer voordat u de
bagageruimte gebruikt of de
achterklep niet dicht kan vallen.
• Let bij het sluiten van de achterklep
goed op dat er geen vingers, enz.
bekneld raken.
• Controleer na het sluiten van de
achterklep altijd of deze goed
gesloten is door er even op te
drukken. Als de achterklepgreep
wordt gebruikt om de achterklep
volledig te sluiten, kunnen uw
handen of armen bekneld raken.
• Trek nooit aan de steun van de
achterklepgasdemper (auto's zonder
elektrisch bedienbare achterklep)
(→blz. 124) of aan de
achterklepspindel (auto's met
elektrisch bedienbare achterklep)
(→blz. 131) om de achterklep te
sluiten en hang niets aan de steun
van de gasdemper (auto's zonder
elektrisch bedienbare achterklep) of
aan de achterklepspindel (auto's met
elektrisch bedienbare achterklep).
Als dat wel gebeurt, kunnen uw
handen bekneld raken of kan de
steun van de gasdemper (auto's
zonder elektrisch bedienbare
achterklep) of de achterklepspindel
(auto's met elektrisch bedienbare
achterklep) afbreken, waardoor een
ongeval kan ontstaan.
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
122
Page 125 of 584

WAARSCHUWING!(Vervolg)
• Als er op de achterklep een zwaar
onderdeel gemonteerd is, kan de
achterklep na het openen plotseling
dichtvallen waardoor lichaamsdelen
bekneld kunnen raken en letsel kan
optreden. Wij raden u aan om
originele Toyota-onderdelen te
gebruiken wanneer u accessoires op
de achterklep wilt monteren.
Van buitenaf vergrendelen en
ontgrendelen van de achterklep
Instapfunctie (indien aanwezig)
Hatchback
1. Ontgrendelen van alle portieren
Het portier kan gedurende
3 seconden na het vergrendelen niet
worden ontgrendeld.
2. Vergrendelen van alle portieren
Controleer of het portier goed
vergrendeld is.
Wagon1. Ontgrendelen van alle portieren
Het portier kan gedurende
3 seconden na het vergrendelen niet
worden ontgrendeld.
2. Vergrendelen van alle portieren
Controleer of het portier goed
vergrendeld is.
Afstandsbediening
→Blz. 117
Feedbacksignalen
→Blz. 118
Van binnenuit ontgrendelen en
vergrendelen van de achterklep
Schakelaars centrale vergrendeling
→Blz. 120
Openen en sluiten van de achterklep
(auto's zonder elektrisch bedienbare
achterklep)
Openen van de achterklep
Trek de achterklep omhoog terwijl u de
schakelaar achterklep openen ingedrukt
houdt.
De achterklep kan niet direct nadat de
schakelaar achterklep openen is
ingedrukt, worden gesloten.
Hatchback
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
123
3
Voordat u gaat rijden
Page 126 of 584

Wagon
Sluiten van de achterklep
Laat de achterklep zakken met behulp
van de achterklepgreep en druk de
achterklep van buitenaf naar beneden om
deze te sluiten.
Let op dat de achterklep bij het sluiten
ervan met de greep niet opzij wordt
getrokken.
Waarschuwingszoemer open
portier/achterklep
→Blz. 121
Bagageruimteverlichting
• De bagageruimteverlichting gaat
branden als de achterklep wordt
geopend.
• Als de bagageruimteverlichting aan
wordt gelaten wanneer het contact
UIT wordt gezet, gaat de verlichting na
20 minuten automatisch uit.
OPMERKING
Steunen achterklepgasdempers
De achterklep is voorzien van
gasdempers die de achterklep op zijn
plaats houden. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht. Anders
kunnen de achterklepgasdempers
beschadigd raken, waardoor deze niet
meer werken.
• Bevestig nooit stickers, kunststoffolie,
zelfklevende voorwerpen, enz. aan de
gasdemper.
• Raak de binnenpoot van de
gasdemper nooit aan met
handschoenen of andere stoffen
voorwerpen.
• Bevestig alleen originele
Toyota-accessoires aan de
achterklep.
• Plaats nooit uw handen op de
gasdemper en oefen er geen
zijdelingse krachten op uit.
Openen en sluiten van de achterklep
(auto's met elektrisch bedienbare
achterklep)
Openen en sluiten van de achterklep met
de afstandsbediening
Houd de schakelaar ingedrukt.
Door op de schakelaar te drukken terwijl
de achterklep wordt geopend/gesloten,
stopt de achterklep met bewegen. Door
nogmaals op de schakelaar te drukken
beweegt de achterklep in tegengestelde
richting.
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
124
Page 127 of 584

Van binnenuit openen en sluiten van de
achterklep
Houd de schakelaar ingedrukt.
Er klinkt een zoemer en de achterklep
wordt automatisch geopend en gesloten.
Door op de schakelaar te drukken terwijl
de achterklep wordt geopend/gesloten,
stopt de achterklep met bewegen. Door
nogmaals op de schakelaar te drukken
beweegt de achterklep in tegengestelde
richting.
Van buitenaf openen en sluiten van de
achterklep
• Openen van de achterklep
Wanneer de achterklep ontgrendeld
is: druk op de ontgrendelschakelaar
van de achterklep.
Er klinkt een zoemer en de achterklep
wordt automatisch geopend. Druk op
de schakelaar terwijl de achterklep
wordt geopend om de beweging te
stoppen.
Wanneer de achterklep vergrendeld
is: druk terwijl u de elektronischesleutel bij u draagt op de
ontgrendelschakelaar van de
achterklep.
De alarmknipperlichten knipperen
twee keer en de achterklep wordt
automatisch geopend. Druk op de
schakelaar terwijl de achterklep wordt
geopend om de beweging te stoppen.
• Sluiten van de achterklep
Druk op de schakelaar.
Er klinkt een zoemer en de achterklep
wordt automatisch gesloten. Druk op
de schakelaar terwijl de achterklep
wordt gesloten om de beweging te
stoppen. Door nogmaals op de
schakelaar te drukken beweegt de
achterklep in tegengestelde richting.
• Sluiten van de achterklep en
vergrendelen van alle portieren
(functie sluiten en vergrendelen)
Druk op de schakelaar.
Er klinkt een andere zoemer dan
normaal en de elektrisch bedienbare
achterklep begint automatisch te
sluiten. Wanneer de achterklep is
gesloten, worden alle portieren
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
125
3
Voordat u gaat rijden
Page 128 of 584

gelijktijdig vergrendeld. Met
feedbacksignalen wordt aangegeven
dat alle portieren zijn vergrendeld. Als
op de schakelaar wordt gedrukt terwijl
de elektrisch bedienbare achterklep
bezig is te sluiten, stopt de achterklep
met bewegen.
De achterklep sluiten met de
achterklepgreep aan de binnenzijde
Laat de achterklep zakken met behulp
van de achterklepgreep. Vervolgens
klinkt er een zoemer en wordt de
achterklep automatisch gesloten.
Openen en sluiten van de achterklep met
de sensor regeling voetbediening
De handsfree elektrisch bedienbare
achterklep maakt het automatisch
openen en sluiten van de elektrisch
bedienbare achterklep mogelijk door uw
voet onder het midden van de
achterbumper te plaatsen en hem van de
achterbumper vandaan te bewegen.
1. Zorg ervoor dat u zich, met de
elektronische sleutel op zak, binnen
het detectiebereik van het Smartentry-systeem met startknop bevindt.
ASensor regeling voetbediening
BDetectiegebied voor werking
handsfree elektrisch bedienbare
achterklep
CDetectiegebied voor werking
Smart entry-systeem met
startknop (→blz. 135)
2. Bedien de achterklep met een
voetbeweging door uw voet tot
ongeveer 10 cm onder de
achterbumper te bewegen en
vervolgens weer terug te trekken.
• Voer deze volledige beweging
binnen 1 seconde uit.
• De achterklep zal niet in werking
treden zolang er een voet wordt
gesignaleerd onder de
achterbumper.
• Raak bij het gebruik van de
handsfree functie van de elektrisch
bedienbare achterklep de
achterbumper niet aan met uw voet.
• Als er zich in het
passagierscompartiment of de
bagageruimte een andere
elektronische sleutel bevindt, duurt
het mogelijk iets langer dan normaal
voordat de achterklep in werking
treedt.
• In de regen of onder natte
omstandigheden duurt het mogelijk
iets langer dan normaal voordat de
achterklep in werking treedt.
3.2 Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
126