Page 121 of 279

Infotainmentsysteem119Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor activeren
van een schermtoets of een menu‐
optie via het aanraakscherm
beschreven als "...activeer
van toets>/".
Door lijsten scrollen
Zijn er meer items dan er op het
scherm kunnen worden weergege‐
ven, dan kan er door de lijst worden
geschoven.Om door een lijst met menuopties te
bladeren kunt u:
● Raak de lijst op een willekeurige plek aan en schuif hem omhoogof omlaag.
Let op
Oefen een gelijkmatige druk uit en
beweeg uw vinger met een
constante snelheid.
● Beweeg de schuif van de schuif‐ balk aan de linkerkant van de lijstmet uw vinger omhoog of
omlaag.
Let op
In de volgende hoofdstukken
worden de stappen voor het blade‐
ren naar een optie uit de lijst via het
aanraakscherm beschreven als
"...blader naar ".
Het beginscherm van het
infotainmentsysteem bewerken
Druk op p om het startscherm van
het infotainmentsysteem weer te
geven en selecteer vervolgens
Bewerken . Er verschijnt een scherm
met mogelijke indelingen van het
beginscherm.
Selecteer de gewenste indeling. De indeling wordt gewijzigd.
Als u Aangepaste indeling selecteert,
verschijnt er een scherm met geper‐
sonaliseerde indelingsinstellingen.
Raak de verschillende schermgebie‐
den aan en maak de indeling naar uw wens.
Snel naar het menu Audio of
Telefoon
Met het symbool w in de bovenste
regel van sommige menu's kunt u
rechtstreeks naar het hoofdmenu van de actieve audiobron springen.
Page 122 of 279

120Infotainmentsysteem
Wanneer er een oproep gaande is en
het telefoonscherm wordt niet weer‐
gegeven, staat er een snelkoppe‐
lingspictogram waarmee u recht‐
streeks naar het telefoonhoofdmenu
kunt springen.
Geluidsinstellingen
In het geluidsinstellingenmenu
kunnen de toonkarakteristieken
worden ingesteld. Het menu is
toegankelijk vanuit elk audiohoofd‐
menu.
Selecteer Menu en activeer het
tabblad Audio instelling om het menu
met tooninstellingen te openen.
Selecteer Geluidsinstellingen om het
betreffende menu weer te geven.
Bas
Met deze instelling kunt u de lage
frequenties van de audiobronnen
versterken of dempen.
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Midden
Met deze instelling kunt u de midden‐
frequenties van de audiobron verster‐ ken of dempen.
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Hoge tonen
Met deze instelling kunt u de hoge
frequenties van de audiobronnen
versterken of dempen.
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.
Balans en fader instellen
Gebruik de illustratie rechts van het menu om balance en fader in te stel‐
len.
Druk op het bijbehorende punt in de
afbeelding om het punt in het interieur
te bepalen waar het geluidsniveau
het hoogst is.
Equalizermodus
Gebruik deze instelling voor een opti‐ maal geluid voor het genre, bijv.
Rock of Klassiek .
Page 123 of 279

Infotainmentsysteem121Activeer de gewenste klankstijl. Als u
Aangepast kiest, kunt u de tooninstel‐
lingen handmatig aanpassen.
BOSE premium audio
Als het systeem met BOSE premium
audio is uitgerust, zijn er slechts twee equalizerinstellingen beschikbaar.
Activeer Spraak als u wilt dat de toon‐
instellingen automatisch worden
ingesteld. Activeer Aangepast als u
de tooninstelling handmatig wilt
instellen.
Volume-instellingen
Maximaal opstartvolume
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen , Radio-
instellingen en vervolgens Maximaal
startvolume .
Druk op + of - om de instelling aan te
passen.Voor snelheid gecompenseerd
volume
Het volume kan automatisch aan het
snelheidsgeluidsniveau van de auto
worden aangepast.
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Audio en activeer vervol‐
gens de gewenste audiobron. Selec‐
teer Menu en activeer het tabblad
Audio instelling . Selecteer
Automatische volumeregeling om het
desbetreffende submenu weer te
geven.
Selecteer een van de opties in de lijst
om de mate van volumeaanpassing
te wijzigen.
Uit : geen harder volume bij een
toenemende snelheid.
Hoog : maximaal hard volume bij een
toenemende snelheid.Functie Audible touch feedback
Als de geluidsfeedbackfunctie is
geactiveerd, hoort u een pieptoon als
een schermtoets of menuoptie wordt
bediend.
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en blader in de
lijst naar Akoestische feedback bij
aanraking .
Druk op de schermtoets naast
Akoestische feedback bij aanraking
om de functie te activeren of deacti‐
veren.
Page 124 of 279

122InfotainmentsysteemAudiosignalenAudiosignalen zijn korte geluidseffec‐
ten die bepaalde systeemhandelin‐
gen aangeven.
Configuratie
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en vervolgens
Radio-instellingen . Activeer of deac‐
tiveer Audiosignalen .
Volume audiosignalen
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en vervolgens
Radio-instellingen . Selecteer Volume
audiosignalen om het betreffende
submenu weer te geven.
Pas het volume naar wens aan.
Let op
De instelling Volume audiosignalen
is alleen beschikbaar als
Audiosignalen is ingeschakeld.Volume van verkeersinformatie
Stel het gewenste volume van deverkeersinformatie in wanneer een
verkeersbericht door het systeem
wordt gegeven. De desbetreffende
instelling wordt dan door het systeem opgeslagen.
Systeeminstellingen
De onderstaande instellingen hebben
betrekking op het hele systeem. Alle
andere instellingen worden op onder‐
werp in de betreffende hoofdstukken
van deze handleiding beschreven.
Datum- en tijdinstellingenDruk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en vervolgens
Tijd en datum om het betreffende
submenu weer te geven.
Automatisch instellen
Selecteer Automatisch instellen om
aan te geven of de datum en tijd auto‐
matisch of handmatig worden inge‐
steld.
Selecteer Uit - Handbediend om de
datum en tijd automatisch in te stel‐
len.
Selecteer Uit - Handbediend om de
datum en tijd handmatig in te stellen.
Als Automatisch instellen op Uit -
Handbediend wordt ingesteld, zijn de
submenu-opties Tijd instellen en
Datum instellen beschikbaar.
Page 125 of 279

Infotainmentsysteem123Tijd instellen
Selecteer Tijd instellen om de tijds- en
datuminstellingen aan te passen.
Selecteer de tijdnotatie aan de linker‐
kant van het scherm. Activeer 12 uur
of 24 uur .
Tik op + en - om de tijdsinstellingen te
veranderen.
Datum instellen
Selecteer Datum instellen om de tijds-
en datuminstellingen aan te passen.
Tik op + en - om de datuminstellingen
te veranderen.
Taalinstellingen
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en dan Taal om
het betreffende menu weer te geven.
Taal voor de menuteksten wijzigen: druk op de gewenste taal.Bladerfunctie voor tekst
Als er lange tekst op het scherm
verschijnt, zoals bij titels van
nummers en zendernamen, kan de
tekst continu over het scherm rollen of
kan deze eenmaal over het scherm
rollen en dan in verkorte vorm worden
weergegeven.
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen .
Activeer Tekst scrollen als u wilt dat
de tekst continu doorloopt.
Deactiveer de instelling als wilt dat de
tekst bloksgewijs wordt doorlopen.
Displayinstellingen
Er zijn verschillende weergaveopties. Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen . Blader door de
lijst en selecteer Displayinstellingen .
Selecteer de gewenste optie.
Page 126 of 279

124InfotainmentsysteemWi-Fi-instellingenVia het menu Wi-Fi kunt u verbinding
maken met een beschikbaar Wi-Fi- netwerk.
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen en vervolgens
Wi-Fi om het betreffende submenu
weer te geven.
Configuratie van Wi-Fi
Activeer of deactiveer Wi-Fi.
Let op
Een Wi-Fi-verbinding is alleen
mogelijk als Wi-Fi is ingeschakeld.
Wi-Fi-netwerken
Selecteer Wi-Fi netwerken beheren
voor een lijst met beschikbare Wi-Fi-
netwerken.
Selecteer Ander netwerk toev. om
een nieuw netwerk te registreren.
Volg de instructies op het scherm en
voer de netwerknaam, het type bevei‐ liging en het wachtwoord in. Het
nieuwe netwerk verschijnt in de lijst.
Selecteer Vernieuwen om de
bestaande lijst opnieuw te laden.
Selecteer i voor meer informatie over
een netwerk.
Selecteer Verwijderen om een
netwerk uit de lijst te verwijderen.
Fabrieksinstellingen
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen . Blader door de
lijst en selecteer Fabrieksinstellingen
herstellen .Selecteer Voertuiginstellingen
resetten om alle persoonlijke instel‐
lingen te herstellen.
Selecteer Alle privégegevens wissen
om de gepaarde Bluetooth-apparaten en alle bijbehorende gegevens te
verwijderen.
Selecteer Radio-instellingen
herstellen om de geluids- en volume-
instellingen te resetten, alle favorie‐
ten te verwijderen en de gekozen beltoon te wissen.
In elk van deze gevallen verschijnt er
een waarschuwing. Selecteer
Doorgaan om de instellingen te reset‐
ten.
Systeemversie
Open source-informatie
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen . Blader door de
lijst en selecteer Software-informatie .
Selecteer Open source om de licen‐
tie-informatie voor de open source- software weer te geven.
Page 127 of 279

Infotainmentsysteem125Software-updates
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Instellingen . Blader door de
lijst en selecteer Software-informatie .
Selecteer Software update om de
software te updaten. Voor een gede‐ tailleerde beschrijving over software-
updates 3 267.
Selecteer Voorkeuren voor updates
om een menu met nog meer instellin‐ gen te tonen.
Als Updates op de achtergrond
downloaden is ingeschakeld, worden
software-updates automatisch door
het systeem gedownload zonder dat
dit specifiek wordt aangegeven. Als
Updates op de achtergrond
downloaden is uitgeschakeld kan er
een bericht worden weergegeven,
voordat er een update wordt uitge‐
voerd. Schakel de functie naar wens
in of uit.
Voertuiginstellingen Persoonlijke instellingen 3 94.Radio
GebruikActivering van de radiofunctie
Druk op p en selecteer 1 linksboven
in het scherm om het overzichts‐
scherm met de applicaties op te
roepen.
Selecteer Audio. Het laatst geselec‐
teerde hoofdmenu audio verschijnt.
Selecteer Geluidsbron .
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik.
De laatst ten gehore gebrachte
zender van het geselecteerde
frequentiebereik wordt ontvangen.
Menu Audio
Selecteer Menu om het audiomenu
weer te geven.
Selecteer Afspelend om van het audi‐
omenu naar het audiohoofdscherm
terug te keren.
Informatie huidige zender
Selecteer Menu in het FM- of DAB-
hoofdscherm en activeer vervolgens
het tabblad Zoek naar audio .
Page 128 of 279

126InfotainmentsysteemSelecteer Huidige station informatie
voor aanvullende informatie over de
huidige zender.
Zender zoeken
Automatisch zender zoeken
Druk kort op t of v op het bedie‐
ningspaneel of op het scherm om
naar de vorige of volgende beschik‐
bare te gaan.
Handmatig zender zoeken Druk op t of v op het bedienings‐
paneel. Loslaten wanneer de gewen‐ ste frequentie bijna bereikt is.
De volgende ontvangbare zender
wordt opgezocht en automatisch
afgespeeld.
Let op
Frequentiebereik FM: Als de RDS-
functie is ingeschakeld, wordt er
alleen naar RDS-zenders 3 128
gezocht en als verkeersinformatie
TP is ingeschakeld, wordt er alleen
naar zenders met verkeersinforma‐
tie 3 128 gezocht.Afstemmen op zender
Druk op x op het scherm. Het afstem‐
display verschijnt.
Voer de gewenste frequentie in.
Gebruik { om de ingevoerde cijfers
te verwijderen. Selecteer x om de
hele invoer te verwijderen. Druk zo nodig op d of c om vervolgens de
invoer te wijzigen.
Let op
Het systeem voegt automatisch een
" ." op de juiste plaats tussen de
cijfers toe.
Zenderlijsten
Zenders
Selecteer Menu om het betreffende
golfbandspecifieke submenu te
openen.
Selecteer het tabblad Zoek naar
audio en selecteer de betreffende
zenderlijst, bijv. FM-stations. Alle
zenders die op de betreffende golf‐
band en in het huidige ontvangstge‐ bied kunnen worden vervangen,worden getoond.
Of selecteer het tabblad met het golf‐ bandsymbool, bijv ~ om de
zenders direct op te roepen.