Page 209 of 279

Rijden en bediening207Einde van de oplaadprocedure1. Wacht tot de laadprocedure volle‐
dig is afgesloten, de autostekker
is ontgrendeld en het oplaadsta‐
tuslampje groen oplicht of uit is.
2. Haal de DC-autostekker uit de DC-oplaadaansluiting op de auto
en sluit de stofafdekking.
3. Sluit de klep van de oplaadaan‐ sluiting door stevig op het middenervan te drukken, opdat deze
goed vergrendelt.
4. Zet de elektrische handrem hand‐
matig los alvorens met de auto te
gaan rijden.
5. Voor een nieuwe DC-oplaadpro‐ cedure moet u de DC-autostekker
verwijderen en opnieuw aanslui‐
ten.
Programmeerbaar laden Programmeerbare laadmodiU kunt de huidige oplaadmodus in het
infotainmentdisplay bekijken door op
Energie en vervolgens op Opladen te
tikken.De geschatte tijden voor het starten
en het beëindigen van het opladen
verschijnen ook op het scherm. Deze
schattingen zijn het meest nauwkeu‐
rig als de stekker van de auto aange‐ sloten is en bij gematigde temperatu‐
ren. Voor een nauwkeurige schatting
maakt de auto ook gebruik van een
interne klok voor programmeerbaar
laden, niet van de klok in het instru‐
mentenpaneel.
Oplaadmodus selecteren
Tik op Energie en vervolgens op
Opladen en selecteer de gewenste
oplaadmodus.OnmiddellijkDe auto begint met opladen zodra
deze op een stopcontact aangesloten
is.
Selecteer de Laadlimiet, zie hieron‐
der.Vertrek
De auto schat de begintijd van het
opladen met het oog op de gepro‐ grammeerde vertrektijd voor de
huidige dag van de week. Het opla‐
den begint op de begintijd en is op de vertrektijd alleen voltooid als er na het
aansluiten van de oplaadkabel
voldoende tijd is.
Selecteer Met voorrang opladen tot
Aan of Uit (bij prioriteitladen wordt de
auto onmiddellijk tot een vooraf gede‐ finieerd peil opgeladen).Vertrektijd invoeren
Bij de vertrekoplaadmodus kunt u de
vertrektijd invoeren volgens uw
persoonlijke schema.
Page 210 of 279

208Rijden en bediening
1. Tik op Vertrek terwijl de
Bewerken oplaadmodus is gese‐
lecteerd.
2. De huidige geprogrammeerde vertrektijd staat op het tabblad
met de weekdag. Selecteer het
tabblad voor de weekdag die
moet worden bewerkt.
3. Tik op + of − om de uren en minu‐
ten te wijzigen.
4. Tik op o of n om AM of PM te
veranderen.
5. Tik op q om het scherm af te slui‐
ten.
Let op
● Het opladen begint op de begin‐ tijd en is tegen de vertrektijd
alleen voltooid als er sprake is
van voldoende tijd nadat de
oplaadkabel is ingestoken.
● De auto gebruikt een interne klok
voor het programmeerbaar opla‐den, niet de klok in het info-
display.Fout oplaadmodus
Als er bij het opladen een probleem is
opgetreden, verschijnt er een foutbe‐
richt. Probeer in dit geval de auto
opnieuw te starten of neem contact
op met een werkplaats.Oplaadmodus selecteren
De oplaadlimietinstelling geeft aan
welke oplaadlimiet moet worden
geselecteerd die overeenkomt met de
capaciteit van de oplaadlocatie. Als
de auto na het aansluiten van de stek‐ ker tekens stopt met opladen of alseen circuitonderbreker steeds blijft
springen, kan het selecteren van een lagere limietinstelling het probleem
verhelpen.
De oplaadlimietinstelling moet zoda‐
nig worden geconfigureerd dat deze
overeenkomt met de nominale
stroomsterkte van de contactdoos
waarop de oplaadkabel aangesloten
Page 211 of 279

Rijden en bediening209is. Schakel in het scherm
Laadmodus de instelling Laadlimiet
tussen:
● 10 A
● 6 A
De oplaadlimietinstelling moet
worden bijgewerkt, voordat de auto
wordt opgeladen en de oplaadlimiet‐
instelling wordt op een standaard‐
waarde ingesteld wanneer vanuit P
weg wordt geschakeld.9 Waarschuwing
Als de capaciteit van het elektri‐
sche circuit of het stopcontact
onbekend is, gebruik dan alleen
het laagste oplaadniveau totdat de
capaciteit van het circuit door een
deskundige monteur is vastge‐
steld. Bij een oplaadniveau dat de capaciteit van het elektrische
circuit of het stopcontact te boven
gaat, is er kans op brand of schade
aan het elektrische circuit.
Elektrische vereisten 3 219.
Voorkeur stroomtarief
De auto schat de begintijd van het
opladen met het oog op het stroom‐ tariefschema, het voorkeursstroom‐
tarieven de geprogrammeerde
vertrektijd voor de huidige dag van de week. De auto laadt gedurende de
nachtstroomtijden zodanig op dat de
hoogspanningsaccu op de vertrektijd
volledig opgeladen is. Vraag voor
deze modus bij uw elektriciteitsleve‐
rancier om informatie over de stroom‐
tarieven op het oplaadpunt.
Tik in het scherm Laadmodus bij een
geselecteerde Vertrek oplaadmodus
op de optie Meer om Voorkeur elek‐
triciteitstarief te selecteren.Tik op een van de volgende opties om
Voorkeur elektriciteitstarief te selec‐
teren.
● Uit: uitgesteld opladen op basis
van vertrektijd.
● Alleen daltarief : opladen tijdens
daluren.
● Kostenoptimaal dal en mid-
piektarief : opladen tijdens minder
drukke piekuren en daluren.
● Kostenoptimaal alle tarieven :
opladen tijdens piekuren, minder drukke piekuren en daluren.
Het opladen begint op de begintijd en is op de vertrektijd alleen voltooid als
er na het aansluiten van de oplaad‐
kabel voldoende tijd is. Als de stekker van de auto bijvoorbeeld een uur voor vertrek wordt aangesloten en de
hoogspanningsaccu geheel ontladen
is, is de auto op de vertrektijd niet
volledig opgeladen, ongeacht het
geselecteerde stroomtarief.
Als het opladen met de geselecteerde
instellingen voor stroomtarieven
voorts zeer lang duurt, begint de auto
meteen na het aansluiten met opla‐
den. Als de stroomtarieventabel met
Page 212 of 279

210Rijden en bedieningalleen maar hoge tarieven is inge‐
steld en u alleen maar tijdens minder
kostbare perioden wilt opladen,
begint de auto meteen na het aanslui‐
ten met opladen.
Stroomtarievenschema
Tik in het scherm Opladen bij een
geselecteerde Vertrek oplaadmodus
op de optie Bewerken in de Voorkeur
elektriciteitstarief .
Selecteer een van de volgende voor
de optie Laden voltooien :
● Zo snel mogelijk
● Zo laat mogelijk
Stroomtarieven of kosten per eenheid
kunnen per tijdsperiode, weekdag /
weekend en seizoen variëren. Over‐
dag, als er veel vraag naar stroom is,
zijn de tarieven gewoonlijk hoger. Dit
zijn de piekuren. 's Nachts, als er niet
veel vraag naar stroom is, zijn de
tarieven gewoonlijk hoger. Dit zijn de
daluren. In sommige gebieden geldt
er ook een tarief voor minder drukke
piekuren.
Tik in het scherm Elektriciteitstarief-
schema bewerken op Tariefschema
elektriciteit en selecteer het gewenste
schema.
● Jaarlijks
● Zomer/winterBegindatum Zomer- / winterschema
invoeren
Open Zomer/winter als het voorkeur‐
stariefschema, tik op Bewerken in het
tabblad Zomer naast de data.
1. Tik op + of − om de maand en de
dag voor het begin van de zomer
in te stellen.
2. Selecteer het tabblad Winter.
3. Tik op + of − om de maand en de
dag voor het begin van de winter in te stellen.
4. Tik op q om het scherm af te slui‐
ten.Stroomtarievenschema bewerken
Vraag bij uw elektriciteitsleverancier
om informatie over de stroomtarieven
op het oplaadpunt.
1. Tik in het scherm Elektriciteitsta‐
rief-schema bewerken op
Tariefschema elektriciteit en
selecteer het gewenste schema.
Page 213 of 279

Rijden en bediening211
2. Tik op Bewerken rechtsonder in
het scherm om het stroomtarie‐
venschema te bewerken.
Stel de schema's voor zowel
weekdagen als het weekend in.
Het tarievenschema geldt uitslui‐
tend voor een periode van 24 uur ,
begint om 0.00 uur en eindigt om
0.00 uur. Er kunnen vijf tariefwis‐
selingen voor elke dag zijn. Deze
moeten niet alle worden gebruikt.
3. Tik op Instellen naast de te wijzi‐
gen rij.4. Selecteer Piektarief, Mid-piek of
Daltarief . Gebruik + of - om de tijd
in te voeren, en o of n om naar
AM of PM over te schakelen.
De eindtijden moeten elkaar
opvolgen. Als een eindtijd niet op
een begintijd volgt, verschijnt er
een foutmelding.
5. Druk op OK.
Prioriteitladen
De prioriteitlaadfunctie werkt
wanneer de oplaadmodus Vertrek is
geselecteerd. Met deze functie wordt
zeker gesteld dat het hoogspannings‐
accupakket over een minimale
hoeveelheid energie beschikt, voor‐
dat het laden wordt uitgesteld. Na het prioriteitladen keert de auto terug
naar een normale programmeerbare
oplaadmodus.
De functie kan worden in- of uitge‐ schakeld door Aan of Uit te selecteren
in het menu Laadmodus wanneer de
oplaadmodus Vertrek is geselec‐
teerd. Wanneer prioriteitladen is inge‐ schakeld, voorkomt deze alleen
programmeerbaar opladen zolang de
hoogspanningsaccu vanuit een leeg
peil wordt opgeladen tot een niveau
waarmee 40% van de actieradius kan
worden gereden.
Oplaadmodus tijdelijk negeren enannuleren
Negeer tijdelijk vertraagd opladen
door de oplaadkabel van de oplaa‐
daansluiting los te koppelen en weer
binnen vijf seconden aan te sluiten. Er klinkt één geluidssignaal en het opla‐den begint onmiddellijk.
Annuleer het tijdelijk negeren door de oplaadkabel los te koppelen,
tien seconden te wachten en de
Page 214 of 279

212Rijden en bedieningoplaadkabel weer aan te sluiten. Er
klinken twee geluidssignalen en het
opladen wordt uitgesteld.
Tijdelijk negeren van een uitgestelde oplaadmodus
Geprogrammeerde vertraagde
oplaadmodi kunnen voor één oplaad‐
cyclus tijdelijk worden genegeerd
voor een onmiddellijke oplaadmodus. Ook kan de volgende geplande
vertrektijd voor één oplaadcyclus
tijdelijk worden genegeerd. Behalve
het negeren vanuit de auto via de schermen voor programmeerbaar
opladen, zijn er ook andere manieren
om een vertraagde oplaadmodus
tijdelijk te negeren.
Geprogrammeerd opladen negeren
3 213.
Via Tijdelijk negeren kunnen tijdelijke
oplaadopties voor de volgende
oplaadcyclus worden ingesteld.
Tik op het tabblad Tijdelijk negeren in
het scherm Opladen.
Selecteer:
● Onmiddellijk : onmiddellijk opla‐
den zodra er is aangesloten.
● Tijdelijk – vertrek : de tijdelijke
vertrektijd instellen.
● Uit: tijdelijke oplaadmodus annu‐
leren.
Tik op Stop in het scherm Opladen
om een actieve oplaadcyclus te nege‐
ren of annuleren.
Locatie-gebaseerd laden
Als Laden op basis van locatie is inge‐
schakeld, worden Laadmodus en
Voorkeur laadlimiet opgeslagen en
op de voorkeursinstelling van de klant
teruggesteld iedere keer wanneer de
auto naar de opgeslagen Thuis loca‐
tie terug wordt gereden. Als de auto niet op de opgeslagen Thuis locatie
is, schakelt hij standaard over op de
lagere limiet van Voorkeur laadlimiet
en Laadmodus wordt op
Onmiddellijk ingesteld.
Wanneer Laden op basis van locatie
is Aan en de auto staat niet op de
opgeslagen Thuis locatie, wordt de
oplaadmoduskeuze uitgeschakeld en
de selectie in grijs weergegeven.
Na 90 dagen verschijnt er een
melding en moet Voorkeur laadlimiet
voor de volgende 90 dagen worden
gereset. Belangrijke informatie over
het opladen van de auto met een
draagbaar oplaadapparaat 3 215.
Als de GPS-locatie niet beschikbaar
is, verschijnen er liggende streepjes
en locatie-gebaseerd opladen wordt
uitgeschakeld tot GPS is hersteld.
Locatie-gebaseerd opladen is pas mogelijk als er een Thuis locatie is
opgeslagen.
Page 215 of 279

Rijden en bediening213Een Thuis locatie opslaan:
1. Tik in het scherm Energie op
Energie-instellingen .
2. Druk op Laden op basis van
locatie .
3. Tik op Thuislocatie instellen v .
4. Druk op OK.
5. Tik op Aan om Laden op basis van
locatie in te schakelen.
De opgeslagen Thuis locatie wijzigen:
1. Tik op Thuislocatie updaten v in
het scherm Laden op basis van
locatie .
2. Tik op Update en dan op OK om
de nieuwe thuislocatie in te stel‐
len.
● Tik op Annuleren om geen
wijzigingen door te voeren.
● Tik op Verwijderen om de
locatie te wissen en schakel
locatie-gebaseerd opladen
uit.Pop-upmelding over onderbroken
of genegeerd opladen
De pop-up Opladen geannuleerd of
onderbroken verschijnt alleen onder
de volgende omstandigheden:
● De oplaadinstellingen zijn via de website of de mobiele app van
OnStar gewijzigd. De vertrektij‐
dentabellen, de tarieventabellen
of de oplaadmodus zijn bijvoor‐
beeld bijgewerkt via de website
van de klant (in bepaalde regio's
beschikbaar).
● Wisselstroom viel tijdens het aansluiten voor het opladen
onbedoeld weg. Bijvoorbeeld bij
een stroomstoring of het ontkop‐
pelen van de oplaadkabel uit het
stopcontact.Programmeerbaar opladen
gedeactiveerd
Wanneer het programmeerbare
oplaadsysteem wordt uitgeschakeld,
verschijnt het scherm Kan niet
opladen .
Geprogrammeerde onderdrukking opladen
Negeer tijdelijk vertraagd opladen
door de oplaadkabel van de oplaa‐
daansluiting los te koppelen en weer
binnen vijf seconden aan te sluiten.
De claxon piept één keer en het opla‐
den begint onmiddellijk.
Page 216 of 279

214Rijden en bedieningAnnuleer het tijdelijk negeren door deoplaadkabel los te koppelen,
tien seconden te wachten en de
oplaadkabel weer aan te sluiten. De
claxon piept twee keer en het opladen
wordt uitgesteld.
Programmeerbaar opladen 3 207.
Oplaadstatus
De auto heeft een lamp voor de
oplaadstatus bij het midden van het
instrumentenpaneel bij de voorruit.
Als de auto op het stopcontact aange‐
sloten is en de auto uit staat, geeft de lamp oplaadstatus het volgende aan:
● Snel knipperend groen - één claxonsignaal: Stekker van de
auto zit in stopcontact. Hoog‐
spanningsaccu is niet volledig
opgeladen. Hoogspanningsaccu
wordt opgeladen. Knippersnel‐
heid neemt toe van één tot vier
knippersignalen naarmate de
hoogspanningsaccu verder is
opgeladen.
● Snel knipperend groen - twee geluidssignalen: De auto wordt
opgeladen maar stelt het
programmeerbaar laden ten
minste één keer uit voordat de
accu volledig is opgeladen. Knip‐
persnelheid neemt toe van één
tot vier knippersignalen naar‐
mate de hoogspanningsaccu
verder is opgeladen.
● Snel knipperend groen - vier geluidssignalen: Onvoldoende
tijd om volledig op te laden voor‐
afgaand aan de vertrektijd
vanwege de geselecteerde
oplaadvoorkeur. Om de laadsta‐
tus van de hoogspanningsaccu
ten tijde van de vertrektijd te
verhogen, moet het vertraagd
laden worden genegeerd.Programmeerbaar opladen
3 207.
● Langzaam knipperend groen, twee claxonpiepjes: Het opladen
wordt vertraagd door program‐
meerbaar laden. Het opladen
begint op een later tijdstip.
● Ononderbroken groen - geen claxonsignalen: Het opladen is
voltooid.
● Ononderbroken geel, geen claxonpiepje: Stekker van de
auto zit in stopcontact. Na het aansluiten van een geschikte
oplaadkabel op het stopcontact is het normaal dat de lamp oplaad‐
status gedurende enkele secon‐
den geel wordt. Het gele lampje
kan, afhankelijk van de auto, blij‐
ven branden.
Dit kan ook aan gegeven dat het
oplaadsysteem een storing heeft
waargenomen en de hoogspan‐
ningsaccu niet oplaadt.
● Geen lichtsignaal (bij aansluiten) - Geen claxonpiepjes: Controleerde aansluiting van de oplaadka‐
bel.