Page 145 of 174

143
C-Zero_nl_Chap09_caracteristiques-techniques_ed01-2016
IdentificatieDe auto is voorzien van verschillende zichtbare merktekens voor de identificatie en registratie van de auto.
A. Identificatieplaatje.
Dit plaatje is met popnagels bevestigd aan de
achterkant van de voorklep.De auto kan af fabriek zijn voorzien van
banden met een hogere belastings-
en snelheidsindex dan aangegeven
op de sticker. De voorgeschreven
bandenspanning blijft daarbij gelijk.
B. Sticker banden.
Deze sticker is op de middenstijl aan
bestuurderszijde bevestigd.
Op de sticker staan de volgende gegevens:
-
d
e bandenspanning (in bar),
-
d
e specificatie van de banden,
-
h
et type band.C. Constructeursplaatje.
Dit plaatje is met behulp van popnagels op de
linker middenstijl bevestigd.
D. VIN (Voer tuig Identificatie Nummer).
Dit nummer is in de bagageruimte op de rand
van de rechter wielkast gegraveerd.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats voor
meer informatie over het gebruik van
sneeuwkettingen.
De belangrijkste informatie op dit plaatje:
-
h
et type auto,
-
de
kleurcode,
-
t
ype, variant, uitvoering…
9
Technische gegevens
Page 146 of 174
144
C-Zero_nl_Chap09_caracteristiques-techniques_ed01-2016
Een te lage bandenspanning verhoogt
het elektrische verbruik van uw auto
waardoor de actieradius kleiner wordt.
Controle van de bandenspanning
Controleer de bandenspanning minimaal één
keer per maand, bij koude banden.
De op de sticker aangegeven
bandenspanningen gelden voor koude banden.
De banden zijn warm nadat u ten minste
10
minuten of 10 kilometer hebt gereden met
een snelheid van meer dan 50 km/h. In dat
geval moet u de bandenspanning 0,3 bar
(30
kPa) verhogen ten opzichte van de op de
sticker aangegeven waarden.
Verlaag nooit de spanning van een
warme band.
Technische gegevens
Page 147 of 174
145
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Autoradio / Bluetooth®
Inhoud
Basisfuncties 1 46
Radio
14
7
Media
149
Telefoon
152
Audio-instellingen
155
Configuratie 156
Menustructuur/menustructuren display(s)
1
57
Veelgestelde vragen
1
58
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelingen die zijn
volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren bij stilstaande
auto.
Als de motor is afgezet schakelt het systeem zichzelf, na het
inschakelen van de eco-mode, uit om te voorkomen dat de accu
ontladen raakt.
Na het losnemen van de accukabels moet een code ingevoerd
worden om de radio weer te kunnen gebruiken.
U kunt maximaal vijf pogingen doen om de code in te voeren. Bij de
laatste twee pogingen moet u 15
minuten wachten voordat u een
nieuwe poging kunt doen.
Aan het eind van dit document vindt u de sticker met de code:
.
Audio en telematica
Page 148 of 174

146
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Basisfuncties
Aan/uit, volumeregeling.
Selecteren van de geluidsbron:
Radio (FM1, FM2), CD, USB, AUX,
Streaming.
Telefoon: binnenkomend gesprek
aannemen.
Telefoon, lang indrukken: gesprek
beëindigen, toegang tot het logboek
gesprekken van de gekoppelde
telefoon.Weergave van de lijst met
radiozenders, de nummers van een
CD/USB.
Ingedrukt houden: lijst met
voorkeuzezenders wijzigen. Automatisch zoeken naar zenders in
aflopende volgorde.
Selecteren van het vorige nummer
van de geluidsbron CD of USB.
Zoeken in een lijst.
Ingedrukt houden: versneld
terugspoelen.Automatisch zoeken naar zenders in
oplopende volgorde.
Selecteren van het volgende nummer van
de geluidsbron CD of USB.
Zoeken in een lijst.
Ingedrukt houden: versneld vooruitspoelen.
Instellen van de geluidsweergave:
klankkleur, hoge tonen, bassen,
loudness, balans, fader,
automatische volumeregeling.
Huidige bewerking annuleren.
Omhoog in de menustructuur (menu
of afspeellijst).Selecteren van een opgeslagen
voorkeuzezender.
Radio, ingedrukt houden: opslaan
van een zender als voorkeuzezender.
Andere geluidsbron: zie de
desbetreffende hoofdstukken.
Uitwerpen van de CD. Toegang tot het algemene menu.
Audio en telematica
Page 149 of 174

147
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Radio
Selecteren van een zender
Selecteren van een zenderBeheren van een lijstInvoeren van een frequentie
Druk een paar keer achter elkaar op
SRC/TEL
om het golfbereik FM1 of
FM2 te kiezen.
Houd één van de toetsen ingedrukt
om de zender waar u naar luistert
in het geheugen op te slaan. De
naam van de zender verschijnt
op het display en er klinkt een
geluidssignaal ter bevestiging.
Druk op een van de toetsen om de
desbetreffende zender te selecteren. Selecteer "Radio"
.
Selecteer "Invoer freq." .
Druk op + ,
of druk op - om de gewenste frequentie
te selecteren.
Druk kort op een van de toetsen om
naar de volgende of vorige letter te
gaan.
Houd LIST
even ingedrukt om een
nieuwe lijst met voorkeuzezenders te
maken; de radio-ontvangst wordt dan
tijdelijk onderbroken. Druk op LIST voor een overzicht
van de opgeslagen zenders in
alfabetische volgorde.
Selecteer met een van de toetsen de
gewenste radiozender.
Bevestig met "OK" .
Bevestig met "OK".
De omgeving waarin u rijdt (bergen,
hoge gebouwen, bruggen, tunnels
enz.) kan leiden tot een slechte
ontvangst, ook als de RDS-functie
is ingeschakeld. Dit is een normaal
verschijnsel en heeft niets te maken
met een storing in de radio. Druk op MENU
.
.
Audio en telematica
Page 150 of 174

148
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Selecteer "Radio". Selecteer "Radio"
.
Selecteer "Radio" .
Vink "RDS" aan of uit om het RDS-
systeem in of uit te schakelen. Vink "TXT"
aan of uit om de
weergave van "TEXT"-berichten in of
uit te schakelen.
Vink " TA" aan of uit om de ontvangst
van verkeersinformatie in- of uit te
schakelen.
Bevestig uw keuze door op "OK" te
drukken. Bevestig uw keuze met "OK"
.
Bevestig uw keuze met "OK" .
Verkeersinformatie beluisterenRDS "TEXT"-berichten weergeven
De functie TA (Traffic Announcement) geeft
voorrang aan het luisteren naar verkeersberichten
TA. Om te worden geactiveerd moet deze functie
een radiozender die deze berichten uitzendt, goed
kunnen ontvangen. Zodra een verkeersbericht
wordt uitgezonden, wordt de geluidsbron die op
dat moment wordt weergegeven (Radio, CD,
USB, ...) automatisch onderbroken en wordt het
verkeersbericht weergegeven TA. Zodra het
verkeersbericht is afgelopen, wordt de weergave
van de oorspronkelijke geluidsbron hervat.Als de RDS-functie is ingeschakeld,
zoekt de radio steeds naar de sterkste
frequentie van een zender, zodat u
ernaar kunt blijven luisteren. Sommige
RDS-zenders zijn echter niet in het
hele land te ontvangen, omdat de
frequenties van de zender niet het
hele land dekken. Dit verklaart dat de
zender tijdens het rijden kan wegvallen. "TEXT"-berichten worden door een
radiozender tijdens het luisteren naar
de muziek meegestuurd.
Druk op MENU als de geluidsbron
FM1 of FM2 is geselecteerd. Druk als de radiogegevens op het
scherm worden weergegeven op
MENU
.
Druk op MENU .
Audio en telematica
Page 151 of 174

149
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Media
USB-aansluiting
Deze module bestaat uit een
USB- en een Jack-aansluiting
(volgens uitvoering).Sluit een USB-stick aan op de USB-aansluiting of
sluit het USB-apparaat met een geschikte kabel
(niet bijgeleverd) aan op de USB-aansluiting.
Het systeem stelt afspeellijsten samen (tijdelijk
geheugen), wat bij de eerste aansluiting enkele
seconden tot enkele minuten kan duren.
Om een lange laadtijd te voorkomen is het
raadzaam de bestanden op de USB-stick
zoveel mogelijk te beperken tot alleen
audiobestanden en een beperkt aantal
mappen te gebruiken. De afspeellijsten
worden elke keer dat het contact wordt
aangezet of een USB-stick wordt
aangesloten bijgewerkt.
Deze afspeellijsten worden opgeslagen:
als u niets aan de afspeellijsten wijzigt, is
de laadtijd de volgende keer korter. Druk een paar keer op SRC/TEL
om " USB " te selecteren.
Druk op een van deze toetsen om het
vorige of volgende nummer van de
afspeellijst te selecteren.
Houd een van de toetsen ingedrukt
om snel vooruit of terug te spelen. Druk op een van deze toetsen om
de vorige of volgende afspeellijst te
selecteren. Druk op LIST
om de menustructuur
van de bestanden weer te geven.
Selecteer een regel uit de lijst.
Bevestig met " OK".
Omhoog in de menustructuur.
Selecteer "Media" .
Selecteer de afspeelmodus:
"Normaal" , "Random" , "A ll e
random" of "Herhaling" .
Vink " TA"
aan of uit om de ontvangst
van verkeersinformatie in- of uit te
schakelen. Druk op MENU .
Het gebruik van een USB-splitter kan
storingen in het systeem veroorzaken.
.
Audio en telematica
Page 152 of 174

150
C-Zero_nl_Chap10a_RDE2_ed01-2016
Druk herhaalde malen op de
toets SRC/TEL om "CD" te
selecteren.
Druk op een van deze toetsen om
naar het vorige of volgende nummer
van de lijst te gaan.
Houd een van deze toetsen ingedrukt
om versneld vooruit of terug te
spoelen.
CD-speler
Plaats een CD in de speler; deze zal de CD
automatisch afspelen.
Plaats een CD met een MP3 -afspeellijst in de
CD-speler.
Het kan maximaal enkele tientallen seconden
duren tot de autoradio alle nummers van de
afspeellijst heeft gevonden en begint met
afspelen.
Druk op een van deze toetsen
om naar de vorige of volgende
map te gaan, afhankelijk van de
geselecteerde mappenstructuur. Druk op LIST
om de
mappenstructuur van de afspeellijst
weer te geven.
Selecteer een regel in de lijst.
Bevestig met " OK".
Ga terug naar de eerste map om de indeling te
kiezen.
-
Op Mappen (CD of USB): alle mappen met
audio-bestanden worden in een algemeen
overzicht en alfabetisch geordend
weergegeven, zonder dat daarbij rekening
is gehouden met de mappenstructuur.
-
Op Artiest (alleen USB): alle
artiestennamen worden weergegeven in
ID3
Tag en in alfabetische volgorde.
-
Op Genre (alleen USB): alle genres
worden weergegeven in ID3
Tag.
-
Op Playlist (CD of USB): zoals
weergegeven in de playlist. De autoradio speelt via een CD uitsluitend
bestanden met de extensie ".mp3", ".wma",
".wav" af en via een USB-stick bestanden met
de ex tensie ".o gg".
Het is raadzaam de bestandsnamen niet langer
te maken dan 20 karakters en geen speciale
karakters te gebruiken (bijv.: ",
?, ù) om problemen
bij het afspelen of weergeven te voorkomen.
Selecteer voor het branden van een CD-R of
CD-RW de standaard ISO 9660 niveau 1, 2 of
bij voorkeur Joliet om deze te kunnen afspelen.
Als de CD in een ander formaat is gebrand, kan
het zijn dat deze niet goed wordt afgespeeld.
Het is raadzaam voor één CD niet meer dan
één standaard voor het branden te gebruiken.
Stel de laagst mogelijke snelheid (maximaal 4x)
in voor een optimale geluidskwaliteit.
Voor het branden van een multisessie- CD is
het raadzaam de standaard Joliet te gebruiken.
Informatie en tips
Afspeellijsten op de CD, de MP3 -speler, de iPod of de USB-stick
moeten van het type ".m3u" of ".wpl" zijn.
Het maximum aantal herkende bestanden bedraagt 5.000 verdeeld
over 500 afspeellijsten op maximaal 8 verschillende niveaus.
Audio en telematica