Page 9 of 340
De essentie
Binnenaanzicht (stuur links)1 ››› pag. 8
2 ››› pag. 16
3 ››› pag. 24
4 ››› pag. 25 5
››› pag. 32
6 ››› pag. 33
7 ››› pag. 26
8 ››› pag. 26 9
››› pag. 25
10 ››› pag. 37
11 ››› pag. 23
12 ››› pag. 18 13
››› pag. 34
14 ››› pag. 11
15 ››› pag. 11
16 ››› pag. 43 17
››› pag. 16
18 ››› pag. 13
19 ››› pag. 15 7
Page 10 of 340

De essentie
Werking Openen en s luit
en
P or
tieren Afb. 1
Sleutel met afstandsbediening: toet-
sen. Afb. 2
In het bestuurdersportier: drukknop
voor centr al
e vergrendeling. Ver- en ontgrendelen met de sleutel
● Vergrendelen: drukken op de knop
› ›
›
afb
. 1.
● De wagen vergrendelen zonder alarmsys-
teem: een tweede maal
drukken op de knop
››› afb. 1 gedurende de volgende 2 secon-
den.
● Ontgrendelen: drukken op de knop
››› afb
. 1.
● Achterklep ontgrendelen: de knop
››› afb
. 1 gedurende minstens 1 seconde in-
gedrukt houden.
Ver- en ontgrendelen met de schakelaar van
de centrale vergrendeling
● Vergrendelen: drukken op de knop
››› afb
. 2. Geen enkel portier wordt geopend
van buitenaf. U kunt de portieren van binnen ontgrendelen door tweemaal aan de slot-
greep te trekk
en.
● Ontgrendelen: drukken op de knop
››› afb
. 2.
››› in Inleiding tot thema op pag. 117
››› pag. 115
››› pag. 8, ››› pag. 9 Ontgrendelen of vergrendelen van het
be
s
tuur
dersportier Afb. 3
Portiergreep aan bestuurderzijde: ver-
bor gen por
tier
slotcilinder. Bij het handmatig vergrendelen van het por-
tier
z
u l
len alle andere portieren automatisch8
Page 11 of 340

De essentie
vergrendelen. Bij het handmatig ontgrende-
l en
zal
alleen het portier van de bestuurder
worden ontgrendeld. Houd rekening met de
aanwijzingen van het alarmsysteem
››› pag. 117.
● De sleutelbaard van de sleutel uitklappen
››› p
ag. 115.
● Steek de sleutelbaard in de onderste ope-
ning van de k
lep op de portiergreep aan be-
stuurderszijde ››› afb. 3 (pijl) en til de klep
naar voren toe op.
● Voer de sleutelbaard in de slotcilinder en
ontgrendel of
vergrendel de wagen.
Bijzonderheden
● Het alarmsysteem blijft geactiveerd bij ont-
grendelde wag
ens. ›››
pag. 117 gaat
echter niet af.
● Het alarm gaat af bij het openen van het
bestuur
dersportier.
● Contact inschakelen. De elektronische weg-
rijblokkering herk
ent een geldige sleutel en
schakelt het alarmsysteem uit.
››› in Inleiding tot thema op pag. 92 Let op
Het alarmsysteem wordt niet geactiveerd
wanneer de wag en met
de sleutelbaard ver-
grendeld wordt ›››
pag. 117. Het bijrijdersportier en de schuifdeu-
r
en h
andm atig
vergrendelen Afb. 4
Vooraan in de schuifdeur: noodslot,
v erbor
gen door een rubber
en pakking. Afb. 5
Noodslot van de wagen met de auto-
s l
eut el
. De bijrijdersportieren en schuifdeuren kun-
nen h
andm
atig w or
den vergrendeld. Het
alarmsysteem wordt daarbij niet geactiveerd.
● Portier openen. ●
De rubberen pakk
ing aan de voorzijde van
het portier verwijderen. De pakking is gemar-
keerd met een slot ››› afb. 4.
● De sleutelbaard van de wagensleutel uit-
klappen ›
›› pag. 115.
● Steek de sleutelbaard horizontaal in de
opening en ver
schuif het gekleurde klepje
naar voren ››› afb. 5.
● Plaats de rubberen pakking terug en sluit
het portier.
● C
ontroleer of het portier vergrendeld is.
● Voer de bewerking uit op de andere portie-
ren, indien nodig.
● Laat de wag
en onmiddellijk door een speci-
alist c
ontroleren.
››› in Inleiding tot thema op pag. 92 Let op
U kunt de portieren van binnenuit openen en
ontgrendel en door aan de por
tiergreep te
trekken. Trek indien nodig tweemaal aan de
binnengreep van het portier ›››
pag. 117. 9
Page 12 of 340

De essentie
De achterklep openen Afb. 6
Deel van de middenconsole: knop van
de ac ht
erk l
epontgrendeling. Afb. 7
Van buitenaf achterklep openen. Verwijder voor het openen van de achterklep
altijd de l
a
din g die op het
dakdragersysteem
vastgemaakt is ››› in Inleiding tot thema
op p ag. 128
. Openen met
c
ontactsleutel
● Druk de knop van de wagensleutel in
t ot
dat
de achterklep automatisch geopend
wordt.
Openen met knop van middenconsole
● Druk de knop op de middenconsole
› ›
›
afb
. 6 in. De achterklep gaat automatisch
open.
● De knop van de middenconsole werkt ook
als het c
ontact uitgeschakeld is.
Achterklep met knop openen
● Ontgrendel de wagen of open een portier.
● Trek de achterklep met knop ››› afb
. 7 (pijl)
omhoog en open de achterklep.
››› in Inleiding tot thema op pag. 128 Noodontgrendeling van de achterklep
Afb. 8
Via de bagageruimte: demontage van
de bedekk in
g v
an de achterklep. Afb. 9
Via de bagageruimte: noodontgrende-
lin g
van de ac
hterklep. ●
Verwijder de bagage om van binnenuit toe-
g an
g t e k
rijgen tot de achterklep.
● Verwijder de vierkante bedekking van de
binnenbekledin
g van de achterklep ››› afb. 8.10
Page 13 of 340

De essentie
● Druk de ont
grendelin
gshendel ››› afb. 9 A in pijlrichting om de achterklep te ontgrende-
l
en.
● Open met kr
acht de achterklep.
››› in Inleiding tot thema op pag. 92 Motorkap
Afb. 10
Ontgrendelingshendel in de voeten-
ruimt e
van de be
stuurder. Afb. 11
Hendel onder de motorkap. ●
Motorkap openen: aan de hendel onder het
d a
shbo ar
d ››› afb. 10 1 trekken.
● Motorkap oplichten. De knop onder de mo-
t ork
ap n aar bo
ven drukken ››› afb. 11. De
vanghaak wordt zo ontgrendeld.
● De motorkap kan nu geopend worden. De
motorkaps
teun losmaken en in de daarvoor
bedoelde plaats van de motorkap vastzetten.
››› in Motorkap openen en sluiten op
pag. 288
››› pag. 286 Elektrische ruitbediening*
Afb. 12
Deel van het bestuurdersportier: be-
dienin g
sel ement
en voor de zijruiten en knop-
pen van het elektrische kinderslot. Knoppen in het bestuurdersportier
Voor de ruit
en v
an de voorportieren.
Voor de ruiten van de achterportieren.
Voor het vergrendelen van de schuifdeu-
ren en de ruiten van de schuifdeuren.
Ruiten openen of sluiten
Ontgrende-
len:Druk op knop .
Sluiten:Trek aan de knop .
Automatische
versnelling
stoppen:Druk op of trek aan de knop van de
desbetreffende ruit.» 1
2
3
11
Page 14 of 340

De essentie
Druk op de knop van het elektrisch
kinderslot om de knoppen van de rui-
ten van de schuifdeuren te deactiveren
en die portieren te vergrendelen
››› pag. 125. Het controlelampje van de
toets gaat branden.
››› in Elektrische ruitbediening: func-
ties op pag. 132
››› pag. 131 Panoramadak*
Afb. 13
In de hemelbekleding: draai aan de
s c
h ak
elaar voor openen en sluiten. Afb. 14
In de hemelbekleding: druk de scha-
k el
aar in en tr ek
eraan om het dak omhoog
en omlaag te brengen. Om het panoramaschuifdak uit te kunnen
k
l
ap pen moet
de schakelaar in de stand 1 staan.
●
Ontgrendelen: schakelaar in stand ››
›
afb
.
13 3 draaien.
● Comfortstand: schakelaar in stand ››
›
afb
.
13 2 draaien.
● Sluiten: schakelaar in stand ››
›
afb
. 13 1 draaien.
●
Omhoogklappen: schakelaar in stand
› ›
›
afb
. 14 4 duwen. Voor een tussenstand
de s c
h ak
elaar blijven bedienen tot de gewen-
ste stand is bereikt.
● Omlaag brengen: schakelaar in stand
››› afb
. 14 5 trekken. Voor een tussenstand
de s c
h ak
elaar blijven bedienen tot de gewen-
ste stand is bereikt.
››› in Panoramaschuifdak: werking op
pag. 133
››› pag. 133
››› pag. 13 12
Page 15 of 340

De essentie
Sluiten van panoramaschuifdak in ge-
v a
l
van nood Afb. 15
In de hemelbekleding: Verwijder de
af dekk
ing. Afb. 16
Inbusbout voor het sluiten van het pa-
nor am
as
chuifdak. ●
Ver
wijder de af
dekking in de richting van
de pijl ››› afb. 15.
● Voer een normale inbussleutel 1)
van 4 mm
groot in de inb
usbout ››› afb. 16 A .
● Draai de inbussleutel om het panorama-
s c
huif d
ak te sluiten.
● Plaats de afdekking terug.
● Breng het panoramaschuifdak naar een ge-
speciali
seerde werkplaats. De werking van
de noodvergrendeling kan de functie of de
sluitkrachtbegrenzing van het panorama-
schuifdak beschadigen.
››› in Inleiding tot thema op pag. 92 Vóór elke rit
V oor
st
oel handmatig verstellen Afb. 17
Bedieningselementen van linkervoor-
s t
oel . De bedieningselementen van de rechtervoor-
s
t
oel
zijn gelijk maar in spiegelbeeld gerang-
schikt.
In de stoel kunnen bedieningselementen
voor mechanische en elektrische verstelling
gecombineerd worden. »1)
Niet inbegrepen in de gereedschapskist aan
boord. 13
Page 16 of 340

De essentieafb. 17FunctieNodige handelingen
1
Naar voren en
naar achteren
schuiven van de
voorstoel.Trek aan de hendel en
verschuif de voorstoel. De
voorstoel moet vastklik-
ken wanneer de hendel
wordt losgelaten!
2Lendensteun
verstellen*.Draai de hendel.
3Rugleuning ver-
stellen.Draai aan het kartelwiel-
tje.
4Stoel omh-
oog/omlaag.Beweeg de hendel naar
boven of beneden; zo no-
dig verschillende keren.
››› in Stoelen handmatig verstellen op
pag. 147 Elektrische bedieningselementen in
de
v
oor s
toel* Afb. 18
Verstellen van de voorstoel in lengte-
ric htin
g, v
an de hoogte en schuine stand van
de zitting en de rugleuning van de voorstoel. Afb. 19
Lendensteun verstellen. De bedieningselementen van de rechtervoor-
s
t
oel
zijn gelijk maar in spiegelbeeld gerang-
schikt. In de stoel kunnen bedieningselementen
voor mechani
sche en elektrische verstelling
gecombineerd worden.
afb. 18 Druk de knop in de richting van de pijl:
A
1Naar voren of naar achteren schui-
ven van de stoel.
2 en 3Stoel omhoog of omlaag.
2 of 3Schuine stand van de zitting ver-
stellen.
BNaar vo-
ren of naar achteren.Schuine stand van de rugleuning
verstellen.
afb. 19 Druk op het overeenkomstige deel van
de schakelaar:
1 of 2Verstellen van de welving van de lenden-
steun.
3 of 4Verstellen van de hoogte van de lenden-
steun.
››› in Bestuurdersstoel elektrisch ver-
stellen* op pag. 148 14