Page 217 of 283
213
Achterruit (achterruitsproeier)
De sproeiermonden van de achterruitsproeier kunnen niet
worden afgesteld. De sproeier is ingebouwd boven de ach-
terruit. RUITENSPROEIERS
Als de ruitensproeiers voor en achter (voor bepaalde uit-
voeringen/markten) niet werken, controleer dan eerst het
niveau in het ruitensproeiertankje (zie de paragraaf „Ni-
veaus controleren” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de ruitensproeiermonden niet
verstopt zijn. Deze kunnen zo nodig met een speld wor-
den doorgeprikt.
Voorruit (ruitensproeiers)
De sproeiermonden van de ruitensproeiers kunnen niet
worden afgesteld. De sproeiers zijn ingebouwd onder de
motorkap (zie fig. 190).
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0V0091mfig. 190
Page 218 of 283

214
❒toepassing van „open” holle ruimtes om condensvor-
ming te voorkomen en binnendringend water af te voe-
ren, waardoor roest van binnenuit wordt voorkomen.
CARROSSERIEGARANTIE
Bij de auto is de carrosserie tegen doorroesten van alle
originele componenten van de carrosserie en van alle dra-
gende delen gegarandeerd.
Voor de specifieke voorwaarden van deze garantie wordt
verwezen naar de „Service- en garantiehandleiding”.
TIPS VOOR HET BEHOUD
VAN DE CARROSSERIE
Lak
De lak heeft behalve een esthetische functie ook een be-
schermende functie.
Daarom moeten beschadigingen van de laklaag, zoals kras-
sen, onmiddellijk worden bijgewerkt om roestvorming te
voorkomen. Het bijwerken dient met de originele lak te
worden uitgevoerd (zie „Plaatje met informatie over de
carrosserielak” in het hoofdstuk „Technische gegevens”).
Het normale onderhoud van de auto beperkt zich tot was-
sen, waarbij de frequentie afhankelijk is van het gebruik van
de auto en van de omgeving.
Het is raadzaam de auto vaker te wassen bij sterke lucht-
verontreiniging of bij het rijden over wegen met strooizout.CARROSSERIE
BESCHERMING TEGEN
ATMOSFERISCHE INVLOEDEN
De belangrijkste oorzaken van roest zijn:
❒luchtverontreiniging;
❒zoutgehalte in de lucht en luchtvochtigheid (gebieden
aan zee, warm en vochtig klimaat);
❒omgevings-/seizoensinvloeden.
Ook de invloed van schurende elementen, zoals stoffige
omgeving, opwaaiend zand, modder en steenslag op de lak
en de onderzijde moet niet worden onderschat.
Fiat heeft voor uw auto de beste technologische oploss-
ingen toegepast om de carrosserie efficiënt tegen roest
te beschermen.
De belangrijkste zijn:
❒de toepassing van aangepaste spuittechnieken en lak-
producten die de auto de benodigde weerstand tegen
roest en schurende elementen verlenen;
❒het gebruik van verzinkte (of voorbehandelde) plaat-
delen met een hoge corrosiebestendigheid;
❒het aanbrengen van een gespoten beschermende wa-
slaag op de onderzijde, in de wielkuipen, in de motor-
ruimte en verschillende holle ruimtes, met een hoog
beschermend vermogen;
❒het aanbrengen van een beschermende kunststof laag
op kwetsbare delen: onderzijde van de portieren, bin-
nenzijde van de spatborden, naden, randen enz.;
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 219 of 283

215
De juiste wasmethode:
❒spoel de auto eerst met een waterstraal onder lage
druk af;
❒was de auto met een zachte spons met een oplossing
van neutrale zeep; spoel daarbij de spons regelmatig
uit;
❒spoel de auto af met schoon water en droog de auto
met warme lucht of een schone, zachte zeem.
Als u de auto in een wasstraat wast, houdt u dan aan de
volgende aanbevelingen:
– verwijder de antenne van het dak om beschadiging te
voorkomen;
– de auto moet worden gewassen met water waaraan een
zeepoplossing is toegevoegd;
– overvloedig met water naspoelen om te voorkomen dat
zeepresten op de carrosserie of op de minder zichtbare
delen achterblijven.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Enkele wasstraten zijn voorzien van oude
en/of slecht onderhouden borstels die scha-
de aan de laklaag kunnen veroorzaken,
waardoor microkrasjes sneller kunnen ontstaan en
de lak dof wordt vooral bij donkere kleuren. Als dit
zich voordoet, kunt u de lak licht polijsten met spe-
cifieke producten.
De minder zichtbare delen zoals de randen van de por-
tieren, achterklep, motorkap en de koplampranden moe-
ten tijdens het drogen niet vergeten worden, omdat daar
water kan blijven staan. Het verdient aanbeveling de auto
na het wassen niet onmiddellijk binnen te zetten, maar
de auto nog even buiten te laten staan, zodat waterres-
ten buiten kunnen verdampen.
Was de auto nooit in de zon of als de motorkap nog warm
is: de glans van de lak kan afnemen.
De kunststof carrosseriedelen kunnen op dezelfde wijze
worden gewassen als de gespoten carrosseriedelen. Par-
keer de auto niet onder bomen, aangezien harsdruppels
bij langere inwerking de lak kunnen beschadigen, waardoor
de kans op roestvorming wordt vergroot.
BELANGRIJK Vogeluitwerpselen dienen zo snel en zo goed
mogelijk van de lak verwijderd te worden, omdat door
de agressieve bestanddelen de lak kan beschadigen.
Schoonmaakmiddelen verontreinigen het
water. Daarom moet de auto bij voorkeur
worden gewassen op een plaats waar het
afvalwater direct wordt opgevangen en gezuiverd.
Page 220 of 283

216
INTERIEUR
Controleer af en toe of er onder de vloerbedekking geen
water is blijven staan (dooiwater van sneeuwresten aan
schoenen, lekkende paraplu’s enz.), waardoor roestvor-
ming op de bodem veroorzaakt zou kunnen worden. Ruiten
Gebruik voor het schoonmaken van de ruiten een daar-
voor geschikt schoonmaakmiddel. Gebruik een schone,
zachte doek om krassen en beschadigingen te voorkomen.
BELANGRIJK Let er bij het schoonmaken van de binnen-
zijde van de achterruit op dat de elektrische weerstands-
draden van de achterruitverwarming niet worden be-
schadigd. Veeg voorzichtig in de richting van de draden.
Motorruimte
Het verdient aanbeveling de motorruimte na het winter-
seizoen zorgvuldig te laten uitspuiten. Hierbij mag de wa-
terstraal niet direct op de elektronische regeleenheden en
de zekeringen- en relaiskast links in de motorruimte (ge-
zien in de rijrichting) worden gericht. Laat deze werk-
zaamheden verzorgen door een gespecialiseerd bedrijf.
BELANGRIJK Voor het uitspuiten van de motorruimte
moet de contactsleutel in stand STOP staan en de motor
koud zijn. Controleer na het reinigen of de verschillende
beschermingen (rubber kappen, deksels enz.) nog op hun
plaats zitten en niet beschadigd zijn.
Koplampen
BELANGRIJK Gebruik voor het reinigen van het kunststof
lampenglas van de koplampen geen aromatische produc-
ten (bijv. benzine) of ketonen (bijv. aceton).
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Gebruik nooit ontvlambare producten zo-
als petroleum of wasbenzine voor het rei-
nigen van de interieurdelen van de auto. De elek-
trostatische lading die tijdens het reinigen door
het wrijven ontstaat, kan brand veroorzaken.
ATTENTIE!
Bewaar nooit spuitbussen in de auto: ont-
ploffingsgevaar. Spuitbussen mogen niet
worden blootgesteld aan temperaturen boven
50 °C. In de zomer kan de temperatuur in het in-
terieur ver boven deze waarde oplopen.
ATTENTIE!
Page 221 of 283

217
LEREN STUURWIEL/POOKKNOP/HANDREM
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Reinig deze componenten uitsluitend met water en neu-
trale zeep. Gebruik nooit alcohol of producten op basis
van alcohol.
Voordat u speciale producten gebruikt voor het reinigen
van de interieurdelen, moet u eerst de aanwijzingen op het
etiket van het product lezen en controleren of het geen
alcohol en/of substanties op basis van alcohol bevat.
Als tijdens het reinigen van de voorruit met speciaal daar-
voor bestemde producten, druppels op het leer van het
stuurwiel, de pookknop of de handrem terechtkomen,
moeten deze onmiddellijk worden verwijderd en het be-
treffende gedeelte met water en neutrale zeep worden af-
genomen.
BELANGRIJK Wees zeer voorzichtig bij het gebruik van
mechanische diefstalbeveiligingen op het stuurwiel om be-
schadiging van de leren bekleding te voorkomen. STOELEN EN STOFFEN BEKLEDING
Verwijder stof met een zachte borstel of een stofzuiger.
Voor een nog betere reiniging van de stoffen bekleding ra-
den wij u aan de borstel vochtig te maken.
Reinig de zittingen met een vochtige spons en een oplos-
sing van water en neutrale zeep.
KUNSTSTOF INTERIEURDELEN
Wij raden u aan om de kunststof interieurdelen op de nor-
male manier te reinigen met een doek bevochtigd met wa-
ter en een neutrale zeep zonder schuurmiddel. Voor het
verwijderen van vet- of hardnekkige vlekken moeten spe-
ciale schoonmaakmiddelen zonder oplosmiddelen worden
gebruikt, die geschikt zijn voor het reinigen van kunststof
en die het visuele effect en de kleur van de componenten
niet wijzigen.
BELANGRIJK Gebruik nooit alcohol of benzine om het
glas van het instrumentenpaneel schoon te maken.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 222 of 283
bewust onbedrukt gehouden pagina.
Page 223 of 283
219
F0V0115mfig. 191
H Max. toelaatbare achterasbelasting.
I Motortype.
L Code van de carrosserie-uitvoering.
M Nummer voor onderdelen.
N Correctiewaarde voor uitlaatrookgasmeting.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
TECHNISCHE GEGEVENS
IDENTIFICAT IEGEGEVENS
Wij raden u aan om nota te nemen van de identificatie-
gegevens. De identificatiegegevens zijn op de volgende
typeplaatjes ingeslagen:
❒Typeplaatje met identificatiegegevens.
❒Chassisnummer
❒Plaatje met informatie over de carrosserielak.
❒Motorcode.
TYPEPLAATJE MET
IDENTIFICATIEGEGEVENS fig. 191
Het plaatje is aangebracht op de luchttoevoerbak in de
motorruimte en bevat de volgende informatie:
B Nummer typegoedkeuring.
C Identificatiecode van het autotype.
D Chassisnummer.
E Max. toelaatbaar totaalgewicht van de auto.
F Max. toelaatbaar totaalgewicht van de auto met
aanhanger.
G Max. toelaatbare voorasbelasting.
Page 224 of 283
220
F0V0118mfig. 192F0V0117mfig. 194
F0V0116mfig. 193
MOTORCODE
De motorcode is in het cilinderblok ingeslagen en bestaat
uit het motortype en een oplopend productienummer. PLAATJE MET INFORMATIE OVER
DE CARROSSERIELAK fig. 192
Het plaatje is op het motorkapframe aangebracht en be-
vat de volgende informatie:
A Fabrikant van de lak.
B Kleurbenaming.
C Fiat-kleurcode.
D Kleurcode voor bijwerken en overspuiten.
CHASSISNUMMER fig. 193-194
De chassisnummers zijn aangebracht:
– op de bodemplaat nabij de rechter voorstoel; het is
bereikbaar nadat het klepje is geopend A-fig. 193
– aan de onderkant van de voorruit B-fig. 194
Het bevat de volgende gegevens:
❒type van de auto;
❒oplopend productienummer.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER