Page 41 of 283

37
F0V0170mfig. 31
BESCHERMROOSTER BESTUURDER fig. 30
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Enkele uitvoeringen hebben een vast rooster, dat de be-
stuurder beschermt tegen schuivende lading in de laad-
ruimte.
UITVOERINGEN COMBI N1
Vaste scheidingswand fig. 31
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Deze bevindt zich achter de rugleuning van de zitplaatsen
achter.
F0V0169mfig. 30
Vaste scheidingswand met ruitje fig. 28
Deze is voorzien van een ruitje in het midden, waardoor
u de vervoerde lading kunt inspecteren.
Deel- en draaibare scheidingswand fig. 29
Indien lading met ongewone afmetingen moet worden ver-
voerd, kan de scheidingswand als volgt worden geopend:
❒klap de inklapbare passagiersstoel neer (zie de aanwij-
zingen op de vorige pagina’s);
❒haak vanuit de laadruimte de pen aan de achterzijde van
de scheidingswand los, en steek de pen in de zitting
op de rugleuning van de neergeklapte stoel.
Voer voor het terugplaatsen van de scheidingswand de be-
schreven handelingen in omgekeerde volgorde uit.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 42 of 283

38
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ACHTER fig. 33
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Om de hoofdsteunen te gebruiken, moeten ze omhoog
worden getrokken.
Druk om de hoofdsteunen in de zitting te plaatsen op de
knoppen A en laat de hoofdsteunen in de zittingen op de
rugleuning zakken.
Uittrekken: trek de hoofdsteun volledig omhoog („ge-
bruiksstand”) totdat hij hoorbaar vergrendelt.
BELANGRIJK Als de zitplaatsen achter gebruikt worden,
moeten de hoofdsteunen altijd volledig zijn uitgetrokken.
F0V0119mfig. 33F0V0105mfig. 32
HOOFDSTEUNEN
VOOR fig. 32
Deze zijn in hoogte verstelbaar en vergrendelen automa-
tisch in de gewenste stand.
Verstellen
❒omhoog verplaatsen: trek de hoofdsteun omhoog tot-
dat deze hoorbaar vergrendelt.
❒omlaag verplaatsen: druk op de knop A en duw de
hoofdsteun omlaag.
Verplaats de hoofdsteunen alleen als de
auto stilstaat en de motor is afgezet. De
hoofdsteunen moeten zo worden ingesteld dat ze
het hoofd ondersteunen en niet de nek. Alleen in
deze positie bieden ze bescherming.
ATTENTIE!
Voor een optimale bescherming moet de
rugleuning zo zijn ingesteld dat u rechtop
zit en dat uw hoofd zich zo dicht mogelijk bij de
hoofdsteun bevindt.
ATTENTIE!
Page 43 of 283
39
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0V0014mfig. 34
STUURWIEL
Op alle uitvoeringen kan het stuur zowel in lengterich-
ting als in hoogte worden versteld.
Ga voor het instellen als volgt te werk:
❒ontgrendel de hendel A-fig. 34 door deze naar voren
te drukken (stand 1);
❒plaats het stuur in de gewenste stand;
❒vergrendel de hendel A door hem naar het stuur te
trekken (stand 2).
Het stuur mag alleen worden versteld als
de auto stilstaat en de motor is uitgezet.
ATTENTIE!
Het is streng verboden om demontage-/
montagewerkzaamheden uit te voeren,
waarvoor wijzigingen in de stuurinrichting of de
stuurkolom vereist zijn (bijv. bij montage van een
diefstalbeveiliging). Hierdoor kunnen de presta-
ties van het systeem, de garantie en de veiligheid
in gevaar worden gebracht en voldoet de auto niet
meer aan de typegoedkeuring.
ATTENTIE!
Page 44 of 283
40
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0V0125mfig. 35F0V0084mfig. 36
SPIEGELS
BINNENSPIEGEL fig. 35
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De binnenspiegel is voorzien van een beveiligingsmecha-
nisme, waardoor de spiegel bij een krachtig contact met
een inzittende losschiet.
Met het hendeltje A kan de spiegel in twee standen wor-
den gezet: normaal of anti-verblindingsstand.
Tijdens het rijden moeten de spiegels al-
tijd in stand A-fig. 36 staan.
De buitenspiegels zijn bol, waardoor de afstands-
waarneming iets wordt beïnvloed.
ATTENTIE!
BUITENSPIEGELS
Spiegel handmatig inklappen
De spiegel kan (bijv. bij nauwe doorgangen) van stand A-
fig. 36 in stand B worden geklapt.
Page 45 of 283
41
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Handmatige verstelling
Bedien van binnenuit de knop A-fig. 37.
Elektrische verstelling
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De elektrische verstelling van de buitenspiegels is alleen
mogelijk als de contactsleutel in stand MAR staat.
Ga als volgt te werk:
❒kies met de keuzeschakelaar A-fig. 38 de gewenste spie-
gel (rechts of links):
❒plaats de schakelaar A in stand B en druk op de scha-
kelaar voor het verstellen van de linker buitenspiegel;
❒plaats de schakelaar A in stand D en druk op de scha-
kelaar voor het verstellen van de rechter buitenspiegel;
Plaats na het verstellen de schakelaar A terug in de mid-
delste vergrendelstand C.
F0V0120mfig. 37F0V0015mfig. 38
Page 46 of 283
42
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
fig. 39F0V0016m
VERWARMING EN VENTILATIE
1. Vast luchtrooster boven – 2. Verstelbare luchtroosters in het midden – 3. Vast luchtrooster aan de zijkant
– 4. Verstelbare luchtroosters aan de zijkant – 5. Luchtroosters voor de beenruimten.
Page 47 of 283
43
F0V0017mfig. 40 – luchtrooster geopendF0V0018mfig. 41 – luchtrooster gesloten
VERSTELBARE LUCHTROOSTERS IN HET
MIDDEN EN AAN DE ZIJKANT fig. 40-41
Met hendeltje A kunnen de luchtroosters in de gewenste
richting worden gedraaid.
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
De luchtroosters kunnen worden gesloten door het hen-
deltje A van stand 1-fig. 40 in stand 2-fig. 41 te schuiven.
Page 48 of 283
44
VERWARMING EN VENTILATIE
BEDIENINGSKNOPPEN fig. 42
A: draaiknop voor regeling van de luchttemperatuur (menging van warme/koude lucht)
B: draaiknop voor inschakelen aanjager
C: draaiknop voor de luchtverdeling
D: drukknop voor in- en uitschakelen luchtrecirculatie
E: drukknop voor in-/uitschakelen achterruitverwarming (voor bepaalde uitvoeringen/markten)
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0V0044mfig. 42