Page 9 of 353

Introductie
2
1
A010000AUN Wij willen u helpen om het meeste
rijplezier van uw auto te krijgen. Het
instructieboekje kan daar op vele
manieren toe bijdragen. Wij raden u ten
zeerste aan het complete
instructieboekje door te lezen. Om de
kans op letsel te beperken, moet u metname de gedeeltes met
WAARSCHUWING en OPMERKING
door het gehele instructieboekje lezen.
De afbeeldingen vormen een
waardevolle aanvulling op de tekst. In uw
instructieboekje vindt u informatie over
de kenmerken, over belangrijke
veiligheidsaspecten en over het rijden
onder diverse omstandigheden.
De algemene indeling van het
instructieboekje vind u in de
INHOUDSOPGAVE. De index vormt een
goede ingang om de gewenste passagete vinden.
Hoofdstukken: Dit instructieboekje heeft
negen hoofdstukken en een index. Elk
hoofdstuk begint met een korte
inhoudsopgave, zodat u direct kunt zien
of het gewenste hoofdstuk de gewenste
informatie bevat. U vindt verschillende
WAARSCHUWINGEN, OPMERKINGENen AANWIJZINGEN in dit
instructieboekje. Deze dienen ter
vergroting van uw persoonlijke veiligheid.Lees ALLE procedures en
aanbevelingen in deze
WAARSCHUWINGEN, OPMERKINGEN
en AANWIJZINGEN nauwkeurig door en
neem ze in acht.
✽✽
AANWIJZING
OPMERKING geeft aan dat er
interessante of nuttige informatie wordtgegeven.
Benzinemotor A020101AEN
Loodvrij
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine met
een octaangetal van 91 RON of hoger
voor uw nieuwe HYUNDAI.
Bij gebruik van LOODVRIJE BENZINE zijn de prestaties maximaal en de
uitlaatgassen het schoonst en wordt
vervuiling van de bougies tegengegaan.
GEBRUIK VAN DIT INSTRUCTIEBOEKJE
WAARSCHUWING
Een WAARSCHUWING wijst u erop
bijzonder voorzichtig te zijn ter
voorkoming van schade en ernstigletsel.
OPMERKING
Informatie waar VOORZICHTIG bij staat, dient ervoor om te voorkomendat u een fout maakt waardoor uw
auto beschadigd zou kunnen raken.
VEREISTE BRANDSTOF
OPMERKING
GEBRUIK NOOIT LOODHOUDENDE BENZINE. Loodhoudende benzineis schadelijk voor de katalysator en de lambdasensor van het
motorregelsysteem en zal de emissieregeling nadeligbeïnvloeden.
Voeg nooit brandstofadditievenproducten toe aan het
brandstofsysteem. (Neem voor details contact op met een officiëleHYUNDAI-dealer.)
Page 10 of 353

13
Introductie
A020102AEN
Loodhoudende benzine (indien van toepassing)
In sommige landen moet er
loodhoudende benzine worden gebruikt.Neem contact op met een officiële
HYUNDAI-dealer om te informeren of uw
auto geschikt is voor het gebruik vanloodhoudende benzine of niet.
Het vereiste octaangetal voor loodhoudende benzine is gelijk aan dat
voor loodvrije benzine. A020103AUN
Benzine die alcohol en methanol
bevat
In sommige landen is naast benzine ook
gasohol verkrijgbaar. Dit is een mengsel
van benzine en ethanol of methanol.
Gebruik dit mengsel niet met meer dan
10% ethanol en gebruik geen benzine of
mengsel dat methanol bevat. Deze
brandstoffen kunnen rijproblemen en
schade aan het brandstofsysteem
veroorzaken.
Gebruik gasohol niet langer wanneer er
rijproblemen optreden.
Schade aan de auto of rijproblemen
vallen mogelijk niet onder de
fabrieksgarantie wanneer ze veroorzaakt
worden door het gebruik van:
1. Benzinemengsels met meer dan 10% ethanol.
2. Benzine of gasohol die methanol bevat.
3. Loodhoudende benzine. A020104AEN
Gebruik van MTBE
Geadviseerd wordt geen brandstof in uw
auto te gebruiken die meer dan 15,0
volumeprocent MBTE (Methyl Tertiair
Butyl Ether) (zuurstofmassa 2,7%) bevat.
Brandstof die meer dan 15,0
volumeprocent MBTE (zuurstofmassa
2,7%) bevat kan de prestaties van de
auto in negatieve zin beïnvloeden en
dampvorming of slecht aanslaan
veroorzaken.
WAARSCHUWING
Probeer de tank niet verder te vullen nadat het vulpistool
automatisch is afgeslagen.
Controleer altijd of de tankdop goed vastgedraaid is, om morsen
van brandstof in geval van een
aanrijding te voorkomen.
OPMERKING
Gebruik nooit benzinemengsels die
methanol bevatten. Gebruik gasoholproducten niet langer wanneer er rijproblemen optreden.
OPMERKING
Schade aan het brandstofsysteemvan uw auto of het verhelpen van problemen met betrekking tot deprestaties van de auto worden niet
door de garantie gedekt indien ze veroorzaakt worden door brandstof die methanol bevat of brandstof diemeer dan 15,0 volumeprocentMTBE (Methyl Tertiair Butyl Ether)
(zuurstofmassa 2,7%) bevat.
Page 11 of 353

Introductie
4
1
A020105AUN
Gebruik geen methanol
Uw auto is niet geschikt voor het gebruik
van methanol (methylalcohol). Dit type
brandstof heeft een negatieve invloed op
de prestaties van uw auto en kan schade
aan het brandstofsysteem veroorzaken. A020106AEN
Benzines die het milieu minder
belasten
Om een bijdrage te leveren aan het
tegengaan van luchtverontreiniging,
wordt geadviseerd benzine te gebruiken
die reinigende additieven bevat. Deze
benzines helpen inwendige
verontreiniging te voorkomen. Dit soort
benzine zorgt ervoor dat de motor
minder schadelijke stoffen uitstoot en
verbetert de prestaties van hetemissieregelsysteem.
A020107AUN
Rijden in het buitenland
Als u van plan bent om met uw auto naar
het buitenland te gaan:
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in dat land geldende wettelijke
voorschriften met betrekking tot
registratie en verzekering.
Informeer of de juiste brandstof verkrijgbaar is. Dieselmotor A020201CUN
Dieselbrandstof
Gebruik voor de dieselmotor alleen bij
het bemzinestation verkrijgbare
dieselbrandstof die aan de EN 590-norm
of vergelijkbaar voldoet. (EN staat voor
"European Norm"). Gebruik geen
dieselbrandstof die bestemd is voor de
scheepvaart, lichte stookoliën of niet-
goedgekeurde brandstoftoevoegingen,aangezien dit de slijtage zalbespoedigen en de motor en het
brandstofsysteem kan beschadigen. Het
gebruik van niet-goedgekeurde
brandstoffen en/of
brandstoftoevoegingen heeft een
beperking van de garantie tot gevolg.
Het cetaangetal van de dieselbrandstof
voor uw auto moet hoger zijn dan 51. Als
er twee soorten diesel leverbaar zijn,
moet afhankelijk van de temperatuur
worden gekozen voor zomer- ofwinterdiesel.
Boven -5°C (23°F)…zomerdiesel.
Beneden -5°C (23°F)... winterdiesel.
Houd het brandstofpeil zorgvuldig in de
gaten : als de motor afslaat bij gebrek
aan brandstof, moet het complete
brandstofsysteem worden ontlucht
alvorens de motor opnieuw gestart kan
worden.
OPMERKING
Zorg ervoor dat er geen benzine
of water in de brandstoftank
terechtkomt. Als dat wel het gevalis, moet de brandstoftank worden afgetapt en moet hetbrandstofsysteem worden
ontlucht om schade aan debrandstofpomp en de motor te voorkomen.
In de winter mag, om afslaan van de motor door vlokken van debrandstof te voorkomen,petroleum aan de brandstof worden toegevoegd als de
temperatuur daalt tot lager dan10°C (14°F). Gebruik nooit meer dan 20% petroleum.
Page 12 of 353

15
Introductie
A020202BUN
Biodiesel
Commercieel verstrekte dieselmengsels
met niet meer dan 7% biodiesel, bekendonder de naam "B7 Diesel", kunnen in
uw auto worden gebruikt als de biodiesel
voldoet aan de norm EN 14214 of
gelijkwaardig. (EN betekent: "Europese
Norm"). Het gebruik van biobrandstoffen
met meer dan 7% raapzaadmethylester
(RME), vetzuurmethylester (FAME),
methylester uit plantaardige olie (VME)
enz. of een mengsel van diesel met
biodiesel zal leiden tot overmatige
slijtage of beschadiging van de motor en
het brandstofsysteem. Reparatie of
vervanging van versleten of beschadigde
onderdelen als gevolg van het gebruik
van niet-goedgekeurde brandstoffen valt
niet onder de fabrieksgarantie.A090000AEN
Een onjuiste bediening van de auto kan
ertoe leiden dat u de macht over het
stuur kwijtraakt, dat u betrokken raakt bij
een ongeval of dat de auto over de kopslaat.
Door het specifieke ontwerp (grotere
bodemvrijheid, kleinere spoorbreedte,
enz.) ligt het zwaartepunt hoger dan bij
andere soorten personenauto's. Deze
auto is dus niet ontworpen om met
dezelfde snelheid als conventionele
auto's met tweewielaandrijving bochten
te nemen. Neem scherpe bochten
voorzichtig en voer geen abrupte
manoeuvres uit. Anders kunt u de macht
over het stuur kwijtraken of kan de auto
over de kop slaan.
Lees de
aanwijzingen voor het rijden onder
"Verkleinen van de kans op over de
kop slaan" in hoofdstuk 5 van dit
instructieboekje. A030000AUN U hoeft de auto niet gedurende een
bepaalde periode in te rijden. U kunt
echter door het opvolgen van een paar
eenvoudige aanwijzingen gedurende de
eerste 1.000 km de prestaties, het
brandstofverbruik en de levensduur van
uw auto in positieve zin beïnvloeden.
Voer het toerental van de motor niet te
hoog op.
Houd tijdens het rijden het
motortoerental tussen de 2.000 - 4.000 omw/min.
Rijd niet gedurende langere tijd met een constante snelheid. Om de motor
goed in te rijden, moet het
motortoerental worden gevarieerd.
Vermijd plotseling afremmen, behalve in noodgevallen, om de onderdelen
van het remsysteem de gelegenheid te
geven op elkaar in te lopen.
Laat de motor niet langer dan 3 minuten achtereen stationair draaien.
Trek gedurende de eerste 2.000 km met uw auto geen aanhanger.
INRIJPROCEDURE
INSTRUCTIES VOOR HET
RIJDEN MET DE AUTO
OPMERKING
Gebruik nooit brandstof (diesel,
B7 biodiesel of een anderebrandstof) die niet aan de meest
actuele specificaties van depetrochemische industrievoldoet.
Gebruik nooit brandstof- toevoegingen en dergelijke die
niet door de fabrikant zijn aanbevolen of goedgekeurd.
Page 13 of 353
Introductie
6
1
CONTROLELAMPJES IN HET INSTRUMENTENPANEEL
Waarschuwingslampje veiligheidsgordel
(indien van toepassing)
Controlelampje grootlicht
Controlelampjes richtingaanwijzers
Waarschuwingslampje ABS (indien van toepassing)
Waarschuwingslampje parkeerrem en
remvloeistofniveau
Oliedruklampje
Controlelampje motormanagement
(indien van toepassing)
Waarschuwingslampje AIRBAG (indien van toepassing)
Controlelampje startblokkeersysteem
(indien van toepassing)
Waarschuwingslampje laag brandstofniveau
Controlelampje voorgloeien (alleen dieselmotor)
Waarschuwingslampje brandstoffilter (alleen dieselmotor)
* Zie voor meer informatie deel Instrumentenpaneel in hoofdstuk 4.
Waarschuwingslampje laadsysteem
A050000ATQ
Waarschuwingslampje open portier
Controlelamp O/D OFF (indien van toepassing)O/D
OFF
Waarschuwingslampje open achterklep
Controlelampje ESP (indien van toepassing)
Controlelampje ESP OFF (indien van toepassing)
Page 14 of 353
2
Overzicht interieur / 2-2 Overzicht dashboard / 2-3Motorruimte / 2-4
Uw auto in één oogopslag
Page 15 of 353

Uw auto in één oogopslag
2
2
INTERIEUR, OVERZICHT
1. Knop vergrendelen/ontgrendelen
portier* ..............................................4-10
2. Schakelaar spiegelbediening* ..........4-30
3. Centrale portiervergrendeling* ..........4-11
4. Blokkeertoets ruitbediening* .............4-16
5. Knop uitstoomopening ......................4-61
6. Schakelaar mistlampen* ...................4-51
7. Schakelaar mistachterlicht* ..............4-51
8. Koplampverstelling* ..........................4-52
9. Verlichting instrumentenpaneel* .......4-33
10. Hendel stuurverstelling* ..................4-27
11. Stuurwiel .........................................4-26
12. Zekeringkast ...................................7-53
13. Hendel motorkapontgrendeling.......4-21
14. Remsysteem ...................................5-18
15. Gaspedaal.........................................5-6
16. Stoel ..................................................3-2
17. Ontgrendelknop tankdopklep ..........4-23
* : indien van toepassing
B010000ATQ OTQ027001G
Page 16 of 353

23
Uw auto in één oogopslag
DASHBOARD, OVERZICHT
1. Instrumentenpaneel ............................4-32
2. Schakelaar verlichting/richtingaanwijzers............................................................4-48
3. Claxon.................................................4-27
4. Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers ............................................................4-54
5. Toets audioafstandsbediening* ...........4-80
6. Airbag bestuurder* ..............................3-37
7. Contactslot ............................................5-4
8. Digitale klok* .......................................4-77
9. Audio* .................................................4-79
10. Schakelaar alarmknipperlichten .....................................................4-48, 6-2
11. Verwarmings- en ventilatiesysteem* ............................................................4-60
12. Handrem ...........................................5-19
13. Selectiehendel ...........................5-11, 5-8
14. AUX-, USB- en iPod-aansluiting* ......4-81
15. Airbag voorpassagier* ......................3-37
16. Dashboardkastje ...............................4-72
* : indien van toepassing
B020000BTQ OTQ027002G