Page 81 of 578

79
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
Veiligheid en beveiliging
*: Indien aanwezig
■Zaken die gecontroleerd moeten
worden alvorens de auto te ver-
grendelen
Controleer onderstaande zaken om
ongewild activeren van het alarm en
diefstal te voorkomen:
Er is niemand in de auto.
De ruiten zijn gesloten voordat het
alarm wordt ingeschakeld.
Er zijn geen waardevolle spullen of
persoonlijke zaken in de auto achter-
gebleven.
■Instelling
Sluit de portieren, de achterklep en de
motorkap en vergrendel alle portieren
met de instapfunctie of de afstandsbe-
diening. Na 30 seconden wordt het sys-
teem automatisch ingeschakeld.
Het systeem is ingeschakeld zodra het con-
trolelampje niet meer constant brandt maar
knippert.
■Deactiveren of uitschakelen
Voer een van de onderstaande hande-
lingen uit om het alarm te deactiveren
of uit te schakelen:
Ontgrendel de portieren of de ach-
terklep met de instapfunctie of de
afstandsbediening.
Start het br andstofcelsysteem. (Het
alarm wordt na enkele seconden
gedeactiveerd of uitgeschakeld.)
■Onderhoud van het systeem
De auto is voorzien van een onderhoudsvrij
alarmsysteem.
■Activeren van het alarm
Het alarm kan in de volgende situaties geac-
tiveerd worden:
(Door het stopzetten van het alarm wordt het
systeem gedeactiveerd.)
Alarm*
Met licht en geluid worden alarm-
signalen gegeven wanneer er een
inbraakpoging wordt gedetecteerd.
Wanneer het alarmsysteem is inge-
schakeld, wordt het alarm onder de
volgende omstandigheden geacti-
veerd:
Een vergrendeld portier of de ach-
terklep wordt ontgrendeld of
geopend zonder gebruik te maken
van de instapfunctie of de
afstandsbediening. (De portieren
zullen automatisch opnieuw wor-
den vergrendeld.)
De motorkap wordt geopend.
De inbraaksensor signaleert een
beweging in de auto. (Voorbeeld:
een indringer breekt een ruit en
dringt de auto binnen.)
De hellingsensor (indien aanwe-
zig) signaleert een verandering in
de hoek van de auto ten opzichte
van het wegdek.
Inschakelen/uitschakelen/
uitzetten van het alarmsysteem
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 79 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 82 of 578

80
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
●De portieren worden ontgrendeld met de
mechanische sleutel.
●De achterklep wordt met de mechanische
sleutel geopend.
●Een persoon in de auto opent een portier,
de achterklep of de motorkap of ontgren-
delt de auto.
●De 12V-accu wordt opgeladen of vervan-
gen terwijl de auto is vergrendeld.
(→ Blz. 456)
■Door alarmsysteem bediende portier-
vergrendeling
In de volgende gevallen worden, afhankelijk
van de situatie, de portieren automatisch ver-
grendeld om potentiële indringers buiten de
auto te houden:
●Wanneer een in de auto achtergebleven
persoon het portier ontgrendelt en het
alarm wordt geactiveerd.
●Terwijl het alarm is geactiveerd, ontgren-
delt een in de auto achtergebleven per-
soon het portier.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast
aan de persoonlijke voorkeur. ( →Blz. 472)
■Signalering inbraaksensor en hel-
lingsensor
De inbraaksensor signaleert indrin-
gers of een beweging in de auto.
De hellingsensor signaleert een ver-
andering van de hoek van de auto
ten opzichte van het wegdek, die bij-
voorbeeld ontstaat als de auto weg-
gesleept wordt.
Dit systeem is ontworpen om diefstal te
voorkomen, maar een optimale beveili-
ging tegen elke vorm van inbraak kan
niet worden gegarandeerd.
■De inbraaksensor en hellingsen-
sor instellen
Als het alarm wordt ingeschakeld, wor-
den de inbraaksensor en de hellingsen-
sor automatisch ingesteld. ( →Blz. 79)
OPMERKING
■Ervoor zorgen dat het systeem goed
werkt
Verander of verwijder het systeem niet. Na
veranderen of verwijderen kan de juiste
werking van het systeem niet worden
gegarandeerd.
Signalering inbraaksensor en
hellingsensor (indien aanwezig)
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 80 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 83 of 578

81
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
Veiligheid en beveiliging
■De inbraaksensor en de helling-
sensor uitschakelen
Als u huisdieren of bewegende voor-
werpen in de auto achterlaat, moet u
ervoor zorgen dat u de inbraaksensor
en de hellingsensor uitschakelt voordat
u het alarm instelt, omdat deze senso-
ren reageren op bewegingen binnen in
de auto.
1 Zet het contact UIT.
2 Druk op de uitschakeltoets van de
inbraaksensor en hellingsensor.
Druk opnieuw op de toets om de inbraak-
sensor en de hellingsens or weer in te scha-
kelen.
Telkens wanneer de inbraaksensor en de
hellingsensor worden uitgeschakeld/inge-
schakeld, wordt er een melding weergege-
ven op het multi-informatiedisplay.
■Uitschakelen en automatisch weer
inschakelen van de inbraaksensor en
hellingsensor
●Het alarm wordt ingeschakeld zelfs wan-
neer de inbraaksensor en de hellingsensor
zijn uitgeschakeld.
●Nadat de inbraaksensor en de hellingsen-
sor uitgeschakeld zijn, worden deze
opnieuw ingeschakeld door op de start-
knop te drukken of de portieren te ontgren-
delen met de instapfunctie of de afstands-
bediening.
●De inbraaksensor en de hellingsensor zul-
len automatisch weer worden ingescha-
keld wanneer het alarmsysteem gedeacti-
veerd wordt.
■Informatie over de inbraaksensor
De sensor activeert in de volgende gevallen
mogelijk het alarm:
●Er bevinden zich nog personen of huisdie-
ren in de auto.
●Er is een portierruit geopend.
In dit geval registreert de sensor mogelijk het
volgende:
• Wind of beweging van voorwerpen, zoals bladeren en insecten, in de auto
• Ultrasoongolven van apparaten, zoals de inbraaksensoren van andere auto's
• Het bewegen van mensen buiten de auto
●Kleine insecten, zoals motvlinders of vlie-
gen, in de auto.
●Er bevinden zich onstabiele voorwerpen,
zoals loshangende accessoires of kleding
aan kledinghaakjes, in de auto.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 81 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 84 of 578

82
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
●De auto is geparkeerd op een plek waar
extreme trillingen of geluiden optreden,
zoals in een parkeergarage.
●Er wordt ijs of sneeuw van de auto verwij-
derd, waardoor de auto herhaaldelijk wordt
blootgesteld aan schokken of trillingen.
●De auto staat in een wasstraat of een
hogedruk-wasinstallatie.
●De auto is blootgesteld aan schokken die
het gevolg zijn van hagel, onweer of
andere van buitenaf komende herhaalde
schokken of trillingen.
■Informatie over de hellingsensor
De sensor activeert in de volgende gevallen
mogelijk het alarm:
●De auto wordt vervoerd per boot, aanhang-
wagen, trein, enz.
●De auto staat geparkeerd in een parkeer-
garage.
●De auto bevindt zich in een wasstraat
waarin de auto verplaatst wordt.
●Een van de banden verliest zijn spanning.
●De auto wordt opgekrikt.
●Er doet zich een aardbeving of wegverzak-
king voor.
●Er wordt bagage op het imperiaal geladen
of er vanaf gehaald.
OPMERKING
■Om de inbraaksensor goed te laten
functioneren
●Raak de sensoren niet aan en bedek ze
ook niet, omdat hierdoor de werking van
de sensoren in negatieve zin beïnvloed
kan worden.
●Spuit geen luchtverfrisser of andere
producten rechtstreeks in de openingen
van de sensoren.
●Als u andere accessoires installeert dan
originele Toyota-onderdelen of wanneer
u voorwerpen achterlaat tussen de
bestuurdersstoel en de stoel van de
voorpassagier, werkt de inbraaksensor
mogelijk minder goed.
●De werking van de inbraaksensor wordt
mogelijk gestopt wanneer de elektroni-
sche sleutel zich in de buurt van de auto
bevindt.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 82 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 85 of 578
83
1
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
Veiligheid en beveiliging
*: Indien aanwezig
Antidiefstallabels*
Deze labels moeten de kans op
diefstal van de auto beperken door
het vergemakkelijken van de
opsporing van onderdelen van
gestolen auto's. Ze mogen wettelijk
niet worden verwijderd.
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 83 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 86 of 578
84
Handleiding_Europa_M62060_nl
1-4. Antidiefstalsysteem
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 84 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 87 of 578
2
85
Handleiding_Europa_M62060_nl
2
Brandstofcelsysteem
Brandstofcelsysteem
2-1. BrandstofcelautoEigenschappen brandstofcelauto..................... 86
Voorzorgsmaatregelen brandstofcelauto..................... 89
Rijtips brandstofcelauto ......... 100
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 85 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM
Page 88 of 578
86
Handleiding_Europa_M62060_nl
2-1. Brandstofcelauto
2-1.Brandstofcelauto
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
Brandstofcelpakket
Brandstofcelconverter en extra inverter
Waterstoftanks
Tractiebatterij
Elektromotor (tractiemotor)
Uitlaatpijp
Eigenschappen brandstofcelauto
Brandstofcelauto's maken op efficiënte wijze gebruik van elektriciteit die
wordt opgewekt door een chemische re actie tussen waterstof en zuurstof
in een brandstofcelpakket en van elektriciteit die wordt opgewekt in een
tractiebatterij om de elektromotor (tractiemotor) aan te drijven.
De brandstof is H2 (gecomprimeerd waterstofgas), waardoor de uitstoot
alleen uit water en waterdamp bestaat. Omdat ze geen stoffen als CO
2
(kooldioxide) en NO
x (stikstofoxiden) uitstoten, zijn brandstofcelauto's
milieuvriendelijke auto's.
Onderdelen brandstofcelauto
MIRAI_OM_Europe_OM62060E.book Page 86 Thursday, July 15, 2021 1:59 PM