Page 33 of 468

31
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Elektrische parkeerrem
VerklikkerlampjesStatusOorzaken Acties / Opmerkingen
Branden in combinatie
met weergave van
de melding "Storing
parkeerrem" .De elektrische parkeerrem kan alleen
handmatig worden vrijgezet door het
gaspedaal in te trappen en de hendel
van de elektrische parkeerrem los
te laten.
De Hill Start Assist is niet
beschikbaar. De automatische bediening en het handmatig aantrekken van de
parkeerrem blijven mogelijk.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Branden in combinatie
met weergave van
de melding "Storing
parkeerrem" .De automatische bediening is
uitgeschakeld.
De Hill Start Assist is niet
beschikbaar. De elektrische parkeerrem kan alleen handmatig worden gebruikt.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Branden in combinatie
met weergave van
de melding "Storing
parkeerrem" .De automatische bediening is
uitgeschakeld.
De Hill Start Assist is niet
beschikbaar.
Om de elektrische parkeerrem aan te trekken:- parkeer de auto en zet het contact uit,- trek de hendel ten minste 5 seconden uit tot de parkeerrem is aangetrokken,- zet het contact aan en controleer of de controlelampjes van de elektrische
parkeerrem gaan branden.
Het aantrekken van de parkeerrem duurt langer dan normaal.
Om de elektrische parkeerrem vrij te zetten:
- zet het contact aan,- trek aan de hendel, houd deze ongeveer 3 seconden uitgetrokken en laat de
hendel weer los.
Als het controlelampje van de elektrische parkeerrem knippert of als de
controlelampjes niet gaan branden als het contact wordt aangezet, werken deze
procedures niet. Parkeer de auto op een vlakke ondergrond en laat het systeem
controleren door het -netwerk of een.
Zet de auto stil op een veilige plaats (op een vlakke ondergrond en met een
versnelling ingeschakeld) en laat het systeem controleren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
01
Instrumentenpaneel
Page 34 of 468
32
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
VerklikkerlampjesStatusOorzaken Acties / Opmerkingen
Branden in combinatie
met weergave van
de melding "Storing
parkeerrem" .Alleen de functies automatisch
aantrekken bij het afzetten van de
motor en automatisch vrijzetten bij
het wegrijden zijn beschikbaar.
Het handmatig aantrekken/vrijzetten
van de elektrische parkeerrem is
niet mogelijk en de dynamische
noodremfunctie is niet beschikbaar. Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Brandt. Door een lege accu kan de
elektrische parkeerrem niet meer
worden gebruikt. Zet de auto stil zodra de verkeerssituatie dit mogelijk maakt.
Zet de auto stil op een veilige plaats (vlakke ondergrond en met
wielblokken tegen de wielen geplaatst).
Trek de elektrische parkeerrem aan alvorens de motor af te zetten.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
01
Instrumentenpaneel
Page 35 of 468

33
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Bij uitvoeringen met een motorolieniveaumeter
worden bij het aanzetten van het contact zowel
het motorolieniveau als de onderhoudsindicator
weergegeven.
Motorolieniveaumeter*
Een controle van het olieniveau is alleen
betrouwbaar als de auto op een vlakke,
horizontale ondergrond staat en de motor
minstens 30 minuten niet heeft gedraaid.
Olieniveau correct
Als het motorolieniveau te laag is gaat "OIL"
knipperen of wordt een melding weergegeven
in combinatie met het branden van het
verklikkerlampje Service en een geluidssignaal.
Controleer het olieniveau met de peilstok. Als
blijkt dat het olieniveau te laag is, moet olie
worden bijgevuld om te voorkomen dat ernstige
motorschade ontstaat.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het controleren van de
niveaus , in het bijzonder het motorolieniveau. Als er een storing is van de
motorolieniveaumeter gaat "
OIL- -" knipperen of
wordt een melding weergegeven.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Als de motorolieniveaumeter niet werkt, wordt
het motoroliepeil niet meer gecontroleerd.
Zolang het systeem niet werkt, moet u het
motoroliepeil controleren met de peilstok in de
motorruimte.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het controleren van de
niveaus , in het bijzonder het motorolieniveau.
* Volgens uitvoering.
Te weinig olie Storing van de motorolieniveaumeter
01
Instrumentenpaneel
Page 36 of 468

34
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Dit systeem geeft aan hoeveel kilometer u
nog ver wijderd bent van de eerstvolgende
onderhoudscontrole volgens het
onderhoudsschema van de fabrikant.
Deze afstand wordt berekend vanaf de laatste
nulstelling van de onderhoudsindicator op basis
van de afgelegde afstand en de verstreken tijd
sinds de laatste onderhoudscontrole.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor
kan, afhankelijk van het land van bestemming,
ook de vervuiling van de motorolie invloed
hebben op de berekende afstand tot de
volgende onderhoudscontrole.
Onderhoudsindicator
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is 1000 tot 3000 km
Als het contact wordt aangezet,
gaat gedurende enkele seconden
de onderhoudssleutel branden. De
kilometerteller of een signalering midden
op het instrumentenpaneel geeft de
resterende kilometers tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole aan.
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 2800
km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact verdwijnt de sleutel ; de teller geeft
weer de kilometerstand en de stand van de
dagteller aan.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is meer dan 3000 km
Als het contact wordt aangezet, verschijnt er
geen onderhoudsinformatie in het midden van
het display.
01
Instrumentenpaneel
Page 37 of 468

35
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact treedt de kilometerteller weer in
werking en blijft de sleutel branden.De sleutel kan ook gaan branden als
het interval in tijd sinds de laatste
onderhoudscontrole, zoals vermeld
in het onderhoudsschema van de
fabrikant, is overschreden.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-
dieselmotor kan de sleutel ook eerder
gaan branden, in verband met de
mate van vervuiling van de motorolie.
Deze vervuiling is afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden van de auto.
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is overschreden
Als het contact wordt aangezet, gaat gedurende
enkele seconden de sleutel knipperen
om aan
te geven dat de onderhoudswerkzaamheden zo
spoedig mogelijk uitgevoerd moeten worden.
Voorbeeld: u hebt de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudsbeurt met 300 km overschreden.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
De afstand tot de eerstvolgende
beurt is minder dan 1000 km
Voorbeeld: de afstand tot de eerstvolgende
onderhoudscontrole bedraagt 900 km.
Als het contact wordt aangezet, geeft het
display een paar seconden het volgende aan:
Enkele seconden na het aanzetten van het
contact treedt de kilometerteller weer in werking
en blijft de sleutel branden om aan te geven
dat er binnenkort onderhoudswerkzaamheden
uitgevoerd moeten worden.
Bij uitvoeringen met een BlueHDi-dieselmotor
gaat deze waarschuwing, zodra het contact
is aangezet, vergezeld van het permanent
branden van het verklikkerlampje "Service".
01
Instrumentenpaneel
Page 38 of 468

36
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Als u zelf de onderhoudsbeurt aan uw auto
hebt uitgevoerd:
F
zet
het contact af,
F
d
ruk op de resetknop van de dagteller
".../000" en houd deze ingedrukt,
F
z
et het contact aan; de kilometerteller
begint terug te tellen,
F
l
aat de knop los als het display "=0"
aangeeft en de sleutel verdwijnt. Resetten is niet mogelijk als de
onderhoudsinformatie wordt opgevraagd.
Als u na deze handeling de accu
wilt loskoppelen, vergrendel
dan de auto en wacht minimaal
5
minuten. Het op 0 zetten van de
onderhoudsintervalindicator zal anders
niet worden opgeslagen.
Opnieuw weergeven van
de onderhoudsinformatie
(instrumentenpaneel type 2)
U kunt op elk moment de onderhoudsinformatie
weergeven.
F
D
ruk kort op de knop voor de nulstelling
van de dagteller ".../000" .
D
e onderhoudsinformatie wordt enkele
seconden weergegeven op de middelste
display van het instrumentenpaneel type 2.
Onderhoudsindicator resetten
Na elke onderhoudsbeurt moet de
onderhoudsindicator weer op nul gezet worden.
01
Instrumentenpaneel
Page 39 of 468

37
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt
automatisch geactiveerd zodra het
AdBlue
®-reservoir leeg is.
Actieradiusindicatoren AdBlue®
Zodra de reservevoorraad van het AdBlue®-
reservoir is aangesproken of een storing in het
SCR-systeem is gesignaleerd, verschijnt bij
het aanzetten van het contact een indicator die
aangeeft hoeveel kilometer u nog ongeveer
kunt rijden voordat het opnieuw starten van de
motor automatisch wordt geblokkeerd.
Als gelijktijdig een storing wordt gesignaleerd
en het AdBlue
®-niveau laag is, wordt de laagste
actieradius weergegeven.
Als de motor mogelijk niet opnieuw kan worden gestart door een te laag AdBlue®-niveau
Actieradius groter dan 2400 km
A ls het contact wordt aangezet, wordt er niet
automatisch een melding over de actieradius
weergegeven op het instrumentenpaneel.
Druk bij het instrumentenpaneel
type 2
op deze knop om de
actieradius tijdelijk weer te geven.
Bij een actieradius van meer dan 5000
km is de
waarde minder nauwkeurig.
Instrumentenpaneel type 1
Actieradius tussen 600 en 2400 km
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje UREA branden in combinatie
met een geluidssignaal en de tijdelijk op het
instrumentenpaneel weergegeven melding
"NO START IN" en een afstand die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met
de resterende hoeveelheid additief voordat
het starten van de motor wordt geblokkeerd -
(bijv.: "NO START IN 1500 km" betekent dat
na 1500 km het starten van de motor wordt
geblokkeerd).
Tijdens het rijden wordt deze melding elke
300
km weergegeven zolang er geen AdBlue
is bijgevuld.
Het reservoir is bijna leeg; vul het zo snel
mogelijk bij.
Vul niet meer dan 10 liter AdBlue bij.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue
® en het SCR-
systeem, en met name over het bijvullen.
01
Instrumentenpaneel
Page 40 of 468

38
DS4_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2016
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert
het verklikkerlampje UREA in combinatie
met een geluidssignaal en de tijdelijk op het
instrumentenpaneel weergegeven melding
"NO START IN" en een afstand die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met
de resterende hoeveelheid additief voordat
het starten van de motor wordt geblokkeerd -
(bijv.: "NO START IN 300 km" betekent dat
na 300 km het starten van de motor wordt
geblokkeerd).
Tijdens het rijden wordt deze melding elke
30
seconden weergegeven zolang er geen
AdBlue is bijgevuld.
Vul het reservoir zo snel mogelijk bij voordat
het helemaal leeg is; anders wordt het starten
van de motor geblokkeerd.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over AdBlue
® en het SCR-
systeem, en met name over het bijvullen. Actieradius tussen 0 en 600 km
Als het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje SERVICE branden en knippert
het verklikkerlampje UREA in combinatie
met een geluidssignaal en de tijdelijk op het
instrumentenpaneel weergegeven melding
"NO START IN" en de afstand 0 km of mijl -
("NO START IN 0 km" betekent dat het starten
van de motor is geblokkeerd).
Het AdBlue
®-reservoir is leeg: het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem voorkomt
dat de motor opnieuw wordt gestart.
Storing in verband met een te laag AdBlue® -niveau
Om de motor weer te kunnen starten
moet het reservoir met minimaal
3,8
liter AdBlue
® worden gevuld.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over AdBlue
® en
het SCR-systeem , en met name over
het bijvullen.
01
Instrumentenpaneel