Page 49 of 648

491-1. Voor een veilig gebruik
1
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Wanneer moet u contact opnemen met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere n aar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige?
In de volgende gevallen kan controle en/of reparatie van de auto nodig zijn.
Neem zo snel mogelijk contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
● Nadat een of meer SRS-airbags zijn geactiveerd.
● De voorzijde van de auto is beschadigd
of vervormd of de auto was betrokken bij
een aanrijding die niet van zodanige
aard was dat de airbags vóór werden
geactiveerd.
● Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omlig-
gende gebied of bij een aanrijding die
niet van zodanige aard was dat de side
airbags en curtain airbags werden geac-
tiveerd.
● Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen aan het stuurwielkussen of het
dashboard bij de voorpassagiersairbag
of het onderste gedeelte van het instru-
mentenpaneel.
● Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen aan de zijkant van de leuning
van een voorstoel met een side airbag.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 49 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 50 of 648
501-1. Voor een veilig gebruik
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)●
Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen in het deel van de voor- en ach-
terstijl en de daklijstbekleding met de
curtain airbags.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 50 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 51 of 648

511-1. Voor een veilig gebruik
1
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Belangrijke voorschriften in verband met
uitlaatgassen
Uitlaatgassen bevatten stoffen die schadelijk zijn bij inademing.
WAARSCHUWING
Uitlaatgassen bevatten het schadelijke koolmonoxide (CO). Dit is een kleur-
loos en reukloos gas. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u deze voorschriften niet in acht neemt, kunnen er uitlaatgassen in de
auto terechtkomen waardoor de bestuurder duizelig kan worden en een onge\
-
val kan veroorzaken, of waardoor de gezondheid van de inzittenden ernstig
kan worden geschaad.
■Belangrijke punten tijdens het rijden
● Houd de achterklep gesloten.
● Als u uitlaatgassen ruikt in de auto, zelfs als de achterklep gesloten is,
moet u de ruiten openzetten en de auto zo snel mogelijk laten nakijken
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Tijdens het parkeren
● Als de auto zich in een slecht geventileerde omgeving of een afgesloten
ruimte bevindt, zoals een garage, moet u de motor uitschakelen.
● Laat de motor niet langdurig stationair draaien.
Als dat niet anders kan, parkeer de auto dan op een open plek en zorg
ervoor dat er geen uitlaatgassen in het interieur terecht kunnen komen.
● Laat de motor niet draaien op een plaats waar sneeuw de afvoer van de
uitlaatgassen zou kunnen hinderen. Als zich sneeuw rond de auto
ophoopt terwijl de motor draait, kunnen uitlaatgassen zich verzamelen en
in de auto terechtkomen.
■ Uitlaatpijp
Het uitlaatsysteem dient regelmatig te worden gecontroleerd. Laat uw auto
nakijken en repareren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
bij gaten of scheuren als gevolg van corrosie of beschadigingen aan verbin-
dingsstukken of bij een abnormaal geluid aan het uitlaatsysteem.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 51 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 52 of 648
521-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Aan/uit-schakelaar airbag
Controlelampje PASSENGER
AIRBAG
Auto's zonder Smart entry-
systeem en startknop
Het controlelampje gaat branden
als het airbagsysteem is ingescha-
keld (alleen als het contact AAN
staat).
Auto's met Smart entry-systeem en startknop
Het controlelampje gaat branden als het airbagsysteem is ingeschakeld
(alleen als het contact AAN staat).
Aan/uit-schakelaar airbag
Steek de sleutel in de slotcilinder
en zet de slotcilinder in stand
OFF.
De aanduiding OFF licht op.
Met dit systeem kan de voorpassag iersairbag worden uitgescha-
keld.
Schakel deze airbag alleen uit al s er een baby- of kinderzitje op
de voorpassagiersstoel wordt gebruikt.
1
2
Voorpassagiersairbag uitschakelen
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 52 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 53 of 648

531-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
1
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
■Informatie over controlelampje PASSENGER AIRBAG
Als een van de onderstaande problemen optreedt, is er mogelijk een storing
in het systeem aanwezig. Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
●ON noch OFF gaat branden.
● Het controlelampje verandert niet wanneer de aan/uit-schakelaar van de air-
bag van ON naar OFF wordt gezet.
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt geplaatst
Plaats vanwege veiligheidsredenen het baby- of kinderzitje altijd op een
achterstoel. Als de achterstoel niet kan worden gebruikt, mag de voorstoel
worden gebruikt zo lang de aan/uit-sc hakelaar van de airbag in stand OFF
wordt gezet.
Als de aan/uit-schakelaar van de airbag in stand ON blijft staan, kan de
kracht die met het activeren (opblaz en) van de airbag gepaard gaat, ernstig
letsel veroorzaken.
■ Als er geen baby- of kinderzitje op de voorpassagiersstoel is geplaatst
Controleer of de aan/uit-schakelaar van de airbag in stand ON staat.
Als het systeem uitgeschakeld blijft, zal de airbag in geval van een ongeval
niet worden geactiveerd, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 53 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 54 of 648

541-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Veiligheidsinformatie voor kinderen
●U wordt aangeraden om kinderen op de achterstoelen te vervoeren
om te voorkomen dat ze per ong eluk tegen onderdelen aankomen,
zoals de selectiehendel, de ruitenwisserschakelaar, enz.
● Gebruik het kinderslot van het ac hterportier of de blokkeerschake-
laar van de ruitbediening om te voorkomen dat kinderen de deur
openen tijdens het rijden of per ongeluk de elektrisch bedienbare
ruit bedienen.
● Laat kleine kinderen geen onder delen bedienen waarbij lichaams-
delen vast kunnen komen te zitt en of bekneld kunnen raken, zoals
de elektrisch bedienbare ruiten, de motorkap, de achterklep, de
stoelen enzovoort.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht als er kinderen
in de auto aanwezig zijn.
Gebruik een passend baby- of kinderzitje tot het kind groot
genoeg is om de veiligheidsgordel van de auto op de juiste wijze
te dragen.
WAARSCHUWING
Laat kinderen nooit alleen in de auto achter en laat ze nooit met de sleutel
spelen.
Kinderen zullen wellicht proberen de auto te starten of de neutraalstand in
te schakelen. Verder kunnen kinderen zich bezeren als ze met de ruiten of
andere systemen in de auto spelen. Verder kan de temperatuur in de auto
zo hoog oplopen of zo ver dalen dat dat kinderen fataal kan worden.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 54 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 55 of 648

55
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
Veiligheid en beveiliging
Baby- en kinderzitjes
Punten om rekening mee te houden .................................... Blz. 55
Baby- en kinderzitjes............................................................ Blz. 57
Bij gebruik van een baby- of kinderzitje ............................... Blz. 61
Plaatsingsmethode baby- of kinderzitje• Vastgezet met een veiligheidsgorde l................................ Blz. 64
• Vastgezet met een ISOfix-bevesti gingssysteem .............. Blz. 69
• Gebruik van een bevestigingsste un (bovenste gordel) .... Blz. 76
● Geef prioriteit aan de waarschuwingen en neem deze in acht. Houd
u daarnaast ook aan de wetgeving en voorschriften m.b.t. baby- of
kinderzitjes.
● Gebruik een baby- of kinderzitje tot het kind groot genoeg is om de
standaard gemonteerde veiligheidsgordel op de juiste wijze te
gebruiken.
● Kies een baby- of kinderzitje dat past bij de leeftijd en de lengte van
het kind.
● Let ero1er, voordat u een baby- of kinderzitje koopt of gebruikt, of
het zitje geschikt is v oor de stoelposities. ( Blz. 64, 69)
Voordat u een baby- of kinderzitje in de auto plaatst, zijn er voor-
zorgsmaatregelen die u in acht mo et nemen, verschillende soor-
ten baby- of kinderzitjes en verschillende plaatsingsmethoden,
enz. Deze staan beschr even in deze handleiding.
●
Gebruik een baby- of kinderzitje wanneer er een klein kind in de auto
meerijdt dat nog niet op de juiste wijze gebruik kan maken van een
veiligheidsgordel. Plaats voor de veiligheid van het kind het baby- of
kinderzitje op een achterstoel. Zorg ervoor dat u de plaatsingsme-
thode opvolgt die in de handleiding van het baby- of kinderzitje staat.
●Wij raden het gebruik van een orig ineel baby- of kinderzitje van
Toyota aan, aangezien deze in het gebruik veiliger is in deze auto.
De originele baby- of kinderzitjes van Toyota zijn speciaal gemaakt
voor auto's van Toyota. U kunt ze kopen bij een Toyota-dealer.
Inhoudsopgave
Punten om rekening mee te houden
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 55 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM
Page 56 of 648

561-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE)
WAARSCHUWING
■Wanneer er een kind in de auto meerijdt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
● Voor de meest effectieve bescherming van een kind tijdens een ongeval of
bij hard remmen moet een kind goed vastzitten, met een veiligheidsgordel
of een baby- of kinderzitje dat op de juiste wijze is geplaatst. Raadpleeg
voor informatie over het plaatsen de bij het baby- of kinderzitje bijgesloten
handleiding. In deze handleiding vindt u algemene aanwijzingen m.b.t. het
plaatsen.
● Toyota adviseert met klem gebruik te maken van een geschikt zitje dat
past bij het gewicht en de lengte van het kind en dat op de achterstoel is
geplaatst. In ongevallenstatistieken is aangetoond dat kinderen minder
verwondingen oplopen als zij op de achterstoelen op de juiste wijze vast-
zitten dan als zij op de voorstoel zitten.
● Het vasthouden van een kind in de armen is geen vervanging voor een
baby- of kinderzitje. Bij een ongeval kan een kind dan de voorruit raken of
klem komen te zitten tussen degene die het kind vasthoudt en delen van
het interieur.
■ Behandelen van baby- en kinderzitjes
Als het baby- of kinderzitje niet goed wordt vastgezet, kan het kind of een
andere passagier bij plotseling remmen, een uitwijkmanoeuvre of een aan-
rijding ernstig letsel oplopen.
● Als de auto een hevige impact te verduren krijgt, bijvoorbeeld als gevolg
van een ongeval, kan er schade ontstaan aan het baby- of kinderzitje die
niet direct zichtbaar is. Gebruik het baby- of kinderzitje in dergelijke geval-
len niet meer.
● Afhankelijk van het baby- of kinderzitje kan het zijn dat deze moeilijk of
onmogelijk kan worden geplaatst. Controleer in dergelijke gevallen of het
baby- of kinderzitje geschikt is voor plaatsing in de auto. ( Blz. 64, 69)
Houdt u zich bij het plaatsen en gebruik aan de voorschriften voor het
vastzetten van het zitje in deze handleiding en de handleiding van het
baby- of kinderzitje. Lees deze voorschriften zorgvuldig.
● Laat het zitje goed vastzitten op de stoel, zelfs als het niet wordt gebruikt.
Plaats het kinderzitje niet los in het passagierscompartiment.
● Als het zitje moet worden losgemaakt, verwijder het dan uit de auto of berg
het veilig op in de bagageruimte.
AVENSIS_OM_OM20C20E_(EE).book Page 56 Tuesday, March 3, 2015 4:14 PM