Page 201 of 332

199
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Een lamp vervangen
Verlichting vóór
Uitvoering met "full LEDs"
verlichting
1. Aanvullende verlichting.
2. Dimlicht.
3.
G
rootlicht.
4.
D
agrijverlichting/parkeerlicht.
5.
R
ichtingaanwijzers.
Uitvoering met halogeenlampen
1. Dimlicht (H7-55W).
2. G rootlicht (H7-55W).
3.
D
agrijverlichting/parkeerlichten (LED's).
4.
R
ichtingaanwijzers (LED's).
Onder bepaalde weersomstandigheden
(lage temperatuur, vochtigheid) kan zich
een laagje condens aan de binnenzijde
van de koplampen en de achterlichten
vormen; dit verdwijnt enkele minuten na
het ontsteken van de koplampen. Zet het contact altijd af (verklikkerlampje
Ready
uit) als u werkzaamheden aan
de auto wilt uitvoeren, om letsel door
het automatisch starten van de motor te
voorkomen.
Neem voor het vervangen van de LED-
lampen contact op met het PEUGEOT-
netwerk of met een gekwalificeerde
werkplaats.
Alle verlichtingsfuncties worden door LED's
(Light-emitting Diodes) verzorgd. Let er bij het monteren van H7-lampen
met nokjes op dat deze nokjes goed in de
uitsparingen komen, zodat het licht in de juiste
richting schijnt.
8
Praktische informatie
Page 202 of 332

200
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Grootlicht
Dimlicht
De koplampunits zijn voorzien van glas
van polycarbonaat met een speciale
vernislaag:
F
r
einig de koplampen nooit met
een droge of schurende doek en
gebruik geen oplosmiddelen,
F
g
ebruik een spons met zeepwater
of een pH-neutraal product,
F
w
anneer u met een
hogedrukreiniger hardnekkig vuil
probeert te verwijderen, houd
de straal dan nooit langdurig op
de koplampen, de achterlichten
en de randen ervan gericht, om
beschadiging van de vernislaag en
de afdichtrubbers te voorkomen.
Bij het vervangen van lampen moet de
verlichting minstens enkele minuten
uitgeschakeld zijn (risico van ernstige
verbranding).
F
R
aak de lamp niet met de vingers
aan, maar gebruik een niet-pluizende
doek.
In verband met het behoud van de
kwaliteit van de koplampen mogen
uitsluitend anti-UV-lampen worden
gebruikt.
Vervang een kapotte lamp altijd door een
nieuwe lamp met dezelfde specificaties.
Uitvoering met halogeenlampen
F Trek aan de borglip om de plastic
beschermkap te verwijderen.
F
M
aak de lamphouder los.
F
T
rek de lamp uit de lamphouder en vervang
de lamp. F
T rek aan de borglip om de plastic
beschermkap te verwijderen.
F
M
aak de lamphouder los.
F
T
rek de lamp uit de lamphouder en vervang
de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde. Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
Voor het vervangen van de lamp van
de linker koplamp moet eerst de accu
worden verwijderd.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek.
Praktische informatie
Page 203 of 332
201
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Geïntegreerde zijknipperlichten
Voor het vervangen van deze lampen dient u
het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats te raadplegen.
Instapverlichting in de
buitenspiegels
Voor het vervangen van de LED dient u het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats te raadplegen.
8
Praktische informatie
Page 204 of 332
202
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
1. Remlicht (LED's).
2. Achteruitrijlicht (W19W).
3.
R
ichtingaanwijzers (PY21W
amberkleurig).
4.
P
arkeerlicht (LED's).
5.
Mi
stachterlichten (LED's).
Achterlichten
Richtingaanwijzers (op de schermen)
F Open de achterklep en verwijder vervolgens het afdekplaatje.
F
V
erwijder het afdichtschuim.
F
N
eem de stekker van de lamp los.
F
V
er wijder de bevestigingsmoer van de
lamp. F
V er wijder de lamp voorzichtig via de
buitenzijde van de auto.
F
V
erwijder het afdichtschuim.
F
M
aak de lamphouder los.
F
D
raai de lamp een kwart omwenteling en
vervang deze.
Leds
Neem voor het vervangen van leds
contact op met het PEUGEOT-netwerk
of met een gekwalificeerde werkplaats. Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
Praktische informatie
Page 205 of 332
203
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Achteruitrijlicht (achterklep)
F Open de achterklep en verwijder vervolgens het afdekplaatje.
F
N
eem de stekker van de lamp los.
F
V
er wijder de bevestigingsmoer van de
lamp. F
V er wijder de lamp voorzichtig via de
buitenzijde van de auto.
F
V
erwijder het afdichtschuim.F
D raai de lamphouder een kwart
omwenteling en vervang de lamp.
Voer het monteren uit in de omgekeerde
volgorde.
8
Praktische informatie
Page 206 of 332
204
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Derde remlicht (LED's)
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Kentekenplaatverlichting
F Steek een kleine schroevendraaier in een van de buitenste gaten van het lampglas.
F
D
uw de schroevendraaier naar buiten om
het lampglas los te maken.
F
N
eem de stekker van de lamp los.
F
V
erwijder het lampglas.
F
T
rek de lamp uit de lamphouder en vervang
de lamp.
Praktische informatie
Page 207 of 332

205
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Zekeringen vervangenIn het geval van een storing in een bepaalde functie kunt u de desbetreffende defecte zekering vervangen volgens de onderstaande procedure.
De tang voor het verwijderen van zekeringen
bevindt zich in het dashboardkastje.
Toegang tot het gereedschap
Voordat u een zekering vervangt, dient u de
oorzaak van de storing op te sporen en te
(laten) verhelpen.
F
U k
unt aan de draad van een zekering zien
of deze defect is.
Vervangen van een zekering
Goed Defect
F
G
ebruik de speciale tang om de zekering
uit de zekeringkast te verwijderen.
F
V
ervang een defecte zekering altijd door
een zekering met dezelfde stroomsterkte.
F
S
electeer de zekering aan de hand van
het nummer op de zekeringkast, de op de
zekering aangegeven stroomsterkte en het
onderstaande overzicht. PEUGEOT is niet aansprakelijk voor
kosten die voortvloeien uit storingen
veroorzaakt door het monteren
van extra accessoires die niet door
aanbevolen en geleverd worden,
en niet volgens de voorschriften
van PEUGEOT zijn gemonteerd. Dit
geldt met name als het gezamenlijke
stroomverbruik van de extra
accessoires meer dan
10
milliampère bedraagt.
Montage van elektrische
accessoires
Bij het ontwerp van het elektrische circuit van
uw auto is reeds rekening gehouden met de
montage van zowel de standaarduitrusting
als eventuele opties.
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats voordat u andere
elektrische voorzieningen of accessoires in
de auto monteert of laat monteren.
8
Praktische informatie
Page 208 of 332
206
508RXH_nl_Chap08_info-pratiques_ed01-2014
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde
van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
F Open het uitklapbare paneel; u moet daarbij een zekere weerstand overwinnen. Zekering
n r. Ampère
(A) Functies
F6 A of B
15Autoradio.
F8 3Inbraakalarm.
F13 10A a n s t e ke r vó ó r.
F14 1012V-aansluiting vóór.
F16 3Plafonnier achter, kaartleeslampen achter.
F17 3Plafonnier vóór, make-upspiegel.
F28 A of B
15Autoradio.
F30 20Ruitenwisser achter.
F32 10Audioversterker.
Praktische informatie