2014 OPEL ZAFIRA B Gebruikershandleiding (in Dutch)

Page 129 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) Klimaatregeling127Vaste ventilatieopeningenEr bevinden zich bovendien nog ven‐ tilatieopeningen onder de voorruit en
de zijruiten, alsook in de voeten‐
ruimte.Onderhoud
Luchtinlaat
De luchtinlaato

Page 130 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) 128Rijden en bedieningRijden en bedieningRijtips......................................... 128
Starten en bediening .................128
Uitlaatgassen ............................. 131
Automatische ver

Page 131 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening129Contactslotstanden0=Ontsteking uit1=Stuurslot opgeheven, ontste‐king uit2=Ontsteking aan, bij dieselmotor:
voorgloeien3=StartenMotor starten
Motor starten met contactslot
Trap

Page 132 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) 130Rijden en bediening
stuurslot te halen, wacht totdat con‐trolelampje  ! dooft, druk de knop ge‐
durende 1 seconde in en laat deze los
wanneer de motor draait.
Om de startprocedure te herhalen o

Page 133 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening131Uitlaatgassen
Motoruitlaatgassen9 Gevaar
Motoruitlaatgassen bevatten het
giftige en bovendien kleur- en
geurloze koolmonoxide dat bij in‐
ademen levensgevaarlijk kan zijn.
Wann

Page 134 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) 132Rijden en bediening
De reiniging verloopt het snelst bij
hoge motortoeren en een zware be‐
lasting.
Controlelamp  ! dooft zodra de zelf‐
reiniging is afgerond.
Als ook  A gaat branden is regene

Page 135 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) Rijden en bediening133
Bij auto's met Open&Start-systeem
knippert P op het versnellingsbakdis‐
play als de ontsteking is uitgescha‐
keld als  P niet is ingeschakeld of de
handrem niet is aange

Page 136 of 225

OPEL ZAFIRA B 2014  Gebruikershandleiding (in Dutch) 134Rijden en bediening
Met de keuzehendel in stand N het
rempedaal bedienen of de handrem inschakelen alvorens te starten.
Tijdens het schakelen geen gas ge‐ ven. Gas- en rempedaal nooit gelijk‐
t