2012 FIAT DUCATO Instructieboek (in Dutch)

189
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
ACHTERLICHTUNITS
De lampen zijn op de volgende wijze in de verlichtingsunit
geplaatst fig. 189:
A remlichten/achterlichten
B richtingaanwijzers
C achteruitrijlicht
D mistachterlichten (bij de Bestel Maxi-uitvoeringen zijn de
mistachterlichten in de bumper geïntegreerd, zie de
paragraaf “Mistachterlichten Bestel Maxi”).
F0N0086mfig. 189
Gloeilamp vervangen fig. 190:
❒open de achterdeur en draai de twee
bevestigingsschroeven A los;
❒trek de middelste stekker B los en trek de lampunit naar
buiten;
❒draai de schroeven C-fig. 191 met de bijgeleverde
schroevendraaier los en verwijder de lamphouder;
F0N0087mfig. 190

190
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0088mfig. 191
❒verwijder de te vervangen lamp D, E, F, G (met
bajonetfitting) door hem iets in te drukken en linksom te
draaien en vervang de lamp;
❒monteer de lamphouder en draai de schroeven C vast;
❒sluit de stekker B aan, plaats de lampunit op de juiste
wijze op de carrosserie van de auto en draai de
schroeven A vast.
F0N0239mfig. 192
Pick-up- en chassis/cabine-uitvoeringen:
Draai de vier schroeven H-fig. 192 los en vervang de lampen:
I gloeilamp voor mistachterlicht (linkerzijde); gloeilamp
voor achteruitrijlicht (rechterzijde)
L gloeilamp voor achterlicht
M gloeilamp voor remlicht
N gloeilamp voor richtingaanwijzer.

191
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0241mfig. 193
MISTACHTERLICHTEN (Bestel Maxi)
Gloeilamp vervangen:
❒stel u zelf op achter het bumperhoekstuk;
❒draai de onderste bevestiging A tussen het middelste
bumperdeel en het bumperhoekstuk los fig. 193;
❒maak de achterlichtunit los en draai de bovenste
bevestiging B los;
❒draai de twee bevestigingen C-fig. 194 aan de zijde van de
achterdeur los; deze zijn bereikbaar nadat de deur iets
geopend is;
❒draai de drie bevestigingen aan de zijkant D op het
zijpaneel los; deze zijn bereikbaar nadat de lijst aan de
zijkant is verwijderd fig. 194. Voor het verwijderen van de
lijst, moet u de drie onderste zelftappende bouten
losdraaien en voorzichtig de klikpennen losmaken om te
voorkomen dat ze breken. Als een of meer pennen
breken, moet u ze vervangen;
F0N0242mfig. 194
F0N0243mfig. 195
❒neem de lamphouder uit;
❒draai de lamphouder E linksom (1/8 slag), verwijder
de lamp met bajonetfitting door hem iets in te drukken
en naar links te draaien en vervang vervolgens de lamp
fig. 195.

192
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
❒druk de lippen B-fig. 197 naar elkaar en verwijder de
lamphouder;
❒verwijder de geklemde lamp en vervang hem.
KENTEKENPLAATVERLICHTING fig. 198
Gloeilamp vervangen:
❒verwijder het lampenglas A op het door de pijl
aangegeven punt;
❒maak de lamp los uit de veercontacten aan de zijkant en
vervang hem; controleer of de nieuwe lamp goed vastzit
in de veercontacten;
❒monteer het geklemd gemonteerde lampenglas. DERDE REMLICHT fig. 196-197
Gloeilamp vervangen:
❒draai de twee bevestigingsschroeven A-fig. 196 los;
❒trek de lichtunit naar buiten;
F0N0141mfig. 196
F0N0142mfig. 197AF0N0089mfig. 198

193
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0244mfig. 199
GLOEILAMP INTERIEURVERLICHTING
VERVANGEN
Zie voor het type lamp en het bijbehorende vermogen de
paragraaf “Gloeilamp vervangen”.
PLAFONDVERLICHTING VOOR
Gloeilampen vervangen:
❒maak het plafondlampje A-fig. 200 op de door de pijlen
aangegeven punten los; CONTOURVERLICHTING
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Gloeilamp vervangen:
❒bestel-uitvoeringen met extra lange wielbasis:
– draai de twee bevestigingsschroeven C-fig. 199 los en
verwijder de lichtunit;
– verwijder de lamphouder D aan de achterzijde van de
unit door hem 1/4 slag te draaien;
– trek de geklemde lamp los en vervang hem.
❒chassis/cabine-uitvoeringen met laadbak:
– verwijder de lamphouder aan de achterzijde van de unit
door hem 1/4 slag te draaien;
– trek de geklemde lamp los en vervang hem.
F0N0090mfig. 200

194
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0091mfig. 201
❒open het beschermdeksel B-fig. 201;
❒maak de lampen C-fig. 201 los uit de veercontacten aan
de zijkant en vervang ze; controleer of de nieuwe lampen
goed vastzitten in de veercontacten;
❒sluit het beschermdeksel B-fig. 201 en plaats het
plafondlampje A-fig. 200 in de zitting; controleer of het
goed geborgd is.
PLAFONDVERLICHTING ACHTER
Gloeilampen vervangen:
❒maak het plafondlampje D-fig. 202 los bij de door de
pijlen aangegeven punten;
❒open het beschermdeksel E-fig. 203;
❒maak de lamp F-fig. 203 los uit de veercontacten aan de
zijkant en vervang hem; controleer of de nieuwe lamp
goed vastzit in de veercontacten;
F0N0093mfig. 203
F0N0092mfig. 202
❒sluit het beschermdeksel E-fig. 203 en plaats het
plafondlampje D-fig. 202 in de zitting; controleer of het
goed geborgd is.

195
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0094mfig. 204
ZEKERINGEN VERVANGEN
ALGEMENE INFORMATIE
Het elektrische systeem wordt door zekeringen beveiligd: de
zekering brandt door bij een storing of bij oneigenlijk gebruik
van het systeem.
Als een elektrisch onderdeel niet werkt, controleer dan eerst
of de zekering niet is doorgebrand: de verbindingsstrip A-fig.
204 mag niet onderbroken zijn. Is dit wel het geval, dan moet
u de zekering vervangen door een exemplaar met dezelfde
stroomsterkte (zelfde kleur).
B zekering in goede staat;
C zekering met doorgebrande strip.
Vervang een defecte zekering nooit door
ander materiaal.
Vervang een zekering nooit door een
zekering met een hogere stroomsterkte
(ampère); BRANDGEVAAR.
ATTENTIE!
Als een hoofdzekering (MEGA-FUSE, MIDI-
FUSE, MAXI-FUSE) doorbrandt, wendt u
dan tot het Fiat Servicenetwerk. Controleer, voordat
u een zekering vervangt, of de contactsleutel uit het
contactslot is genomen en alle stroomverbruikers
uitstaan en/of zijn uitgeschakeld.
ATTENTIE!
Als de zekering opnieuw doorbrandt, wendt
u dan tot het Fiat Servicenetwerk.
ATTENTIE!

196
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Als een zekering van de veiligheidssystemen
(airbagsysteem, remsysteem), de aandrijving
van de auto (motormanagementsysteem,
regelsysteem van de versnellingsbak) of de
stuurinrichting doorbrandt, wendt u dan tot het Fiat
Servicenetwerk.
ATTENTIE!
F0N0095mfig. 205
Zekeringenkast in motorruimte
De zekeringen in de zekeringenkast fig. 208 zijn bereikbaar
nadat het beschermdeksel fig. 207 is verwijderd.
Zekeringenkast (optional) op de rechter middenstijl
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De zekeringen in de zekeringenkast fig. 210 zijn bereikbaar
nadat het beschermdeksel fig. 209 is verwijderd.
TOEGANG TOT DE ZEKERINGEN
De zekeringen van de auto bevinden zich in drie
zekeringenkasten, op het dashboard, op de rechter stijl in het
interieur, en in de motorruimte.
Zekeringenkast op het dashboard
De zekeringen in de zekeringenkast fig. 206 op het dashboard
zijn bereikbaar nadat de schroeven A-fig. 205 zijn losgedraaid
en het deksel is verwijderd.
F0N0513mfig. 206