2012 FIAT DUCATO Instructieboek (in Dutch)

Page 145 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) ALGEMENE OPMERKINGEN Aan het einde van de lange levensduur van uw auto, moet u
contact opnemen met het Fiat Servicenetwerk om het
systeem buiten werking te laten stellen. Bovendien moet bij
verkoop va

Page 146 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) 142
WEGWIJS 
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN 
EN RIJDEN
LAMPJES 
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD 
EN ZORG
TECHNISCHE 
GEGEVENS
ALFABETISCH 
REGISTER
Bedenk dat als de contactsleutel in stand
MAR sta

Page 147 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) MOTOR STARTEN
Ga als volgt te werk:
❒trek de handrem aan;
❒zet de versnellingspook in de vrijstand;
❒draai de contactsleutel in stand MAR: op het
instrumentenpaneel gaan de controlelampjes 
men

Page 148 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) Als met de contactsleutel in stand MAR het lampje Yop
het instrumentenpaneel samen met het lampje 
mblijft
branden, raden wij u aan de sleutel in stand STOP te draaien
en vervolgens weer in stand MAR;

Page 149 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) F0N0073mfig. 154
HANDREM fig. 154
De handrem is aan de linkerzijde van de bestuurdersstoel
geplaatst. Om de handrem in te schakelen, moet u de hendel
omhoog trekken zodat de auto blokkeert. Op een vla

Page 150 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) F0N0074mfig. 155
GEBRUIK VAN DE
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK
Om de versnellingen in te schakelen, moet u het
koppelingspedaal geheel intrappen en vervolgens de
versnellingspook in de gewenste stand

Page 151 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) BELANGRIJK Bij uitvoeringen met zijborden rechts en links is
het raadzaam, voordat u de borden omlaag plaatst, de
ontgrendelhendel weer in de sluitstand te plaatsen.
AANWIJZINGEN VOOR HET LADEN
De doo

Page 152 of 288

FIAT DUCATO 2012  Instructieboek (in Dutch) BRANDSTOFBESPARING
Hierna volgen enkele nuttige tips, waardoor het
brandstofverbruik zo laag mogelijk blijft en de uitstoot van
schadelijke uitlaatgassen zoveel mogelijk beperkt wordt.
ALGEMENE OPMERK