Page 17 of 377
Uw auto in één oogopslag
4
2
MOTORRUIMTE
OBK019003B030000ABH-EE ■
■
2,4 TCI
❇ De uiteindelijke motorruimte kan afwijken van de afbeelding. 1. Minpool accu.....................................7-34
2. Pluspool accu ...................................7-34
3. Zekering- en relaiskast .....................7-51
4. Sproeierreservoir ..............................7-27
5. Reservoir stuurbekrachtigingsvloeistof
..........................................................7-25
6. Luchtfilter ..........................................7-28
7. Radiateurdop ....................................7-23
8. Vuldop motorolie ...............................7-19
9. Peilstok motorolie..............................7-19
10. Remvloeistofreservoir .....................7-24
11. Expansievat koelvloeistof ................7-21
Page 18 of 377
25
Uw auto in één oogopslag
■■3,8L
OBK019004
1. Minpool accu.....................................7-34
2. Pluspool accu ...................................7-34
3. Zekering- en relaiskast .....................7-51
4. Sproeierreservoir ..............................7-27
5. Reservoir stuurbekrachtigingsvloeistof
..........................................................7-25
6. Luchtfilter ..........................................7-28
7. Radiateurdop ....................................7-23
8. Vuldop motorolie ...............................7-19
9. Peilstok motorolie..............................7-19
10. Remvloeistofreservoir .....................7-24
11. Expansievat koelvloeistof ................7-21
❇ De uiteindelijke motorruimte kan afwijken van de afbeelding.
Page 19 of 377
3
Stoelen / 3-2
Veiligheidsgordels / 3-16Kinderzitjes / 3-27Aanvullend veiligheidssysteem / 3-37
Veiligheidsysteem van uw auto
Page 20 of 377
Veiligheidsysteem van uw auto
2
3
C010000ABH-EE Voorstoel
(1) Voorwaartse/achterwaartse richting
(2) Rugleuningverstelling(3) Zittinghoogte*(4) Lendesteun*
(5) Stoelverwarming*(6) Hoofdsteun
Voorpassagiersstoel
(7) Voorwaartse/achterwaartse richting
(8) Rugleuningverstelling*
(9) Walk-in-stoel
(10) Stoelverwarming*(11) Hoofdsteun
Achterbank
(12) Vergrendelschakelaar rugleuning
(in de bagageruimte)
(13) Vergrendelgordel rugleuning (in de auto)
(14) Hoofdsteun
* indien van toepassing
STOELEN
OBK039001
Page 21 of 377

33
Veiligheidsysteem van uw auto
WAARSCHUWING-
Bestuurdersstoel
• Probeer de stoel nooit tijdens het rijden te verstellen. Hierdoor kunt
u de controle verliezen waardoor
een ongeluk met ernstig letsel of
schade het gevolg kan zijn.
Zorg ervoor dat de rugleuning altijd in de normale positie kanstaan.
Als de rugleuning vanwege
hinderlijk geplaatste voorwerpenof andere oorzaken niet goed
vergrendeld kan worden, kan ditbij een noodstop of aanrijding
ernstig letsel tot gevolg hebben.
Zet voor het wegrijden de
rugleuning altijd rechtop en plaats
de heupgordel strak en zo laag
mogelijk over de heupen. In deze
positie bent u in geval van een
aanrijding het beste beschermd.
Ga zo ver van het stuurwiel af zitten als mogelijk is zonder dat
dit ten koste gaat van het
bedieningscomfort om onnodig
en wellicht ernstig letsel door de
airbag te voorkomen.
Geadviseerd wordt een minimale
afstand van 25 cm tussen uw
bovenlichaam en het stuurwiel.
WAARSCHUWING -
Opklappen van de rugleuning
Zorg ervoor, indien u de rugleuning
weer rechtop zet, dat u deze
vasthoudt en rustig omhoog klapt.
Als u de rugleuning niet vasthoudt
tijdens het omhoog klappen, kan de
rugleuning terugschieten waardooru letsel kunt oplopen.
WAARSCHUWING -
Losliggende voorwerpen
Losliggende voorwerpen in de
voetenruimte van de bestuurder
kunnen de werking van de pedalen
nadelig beïnvloeden en mogelijk
een ongeval veroorzaken. Plaats
niets onder de voorstoelen.WAARSCHUWING -
Verantwoordelijkheid van
de bestuurder voorpassagier
Rijden met de rugleuning van een
stoel neergeklapt, kan bij eenaanrijding leiden tot ernstig letsel.
Als de rugleuning neergeklapt is,
kan de persoon op de
desbetreffende stoel bij een
aanrijding onder de gordel
doorglijden, waardoor de
onderbuik zwaar belast kan
worden. Hierdoor kan ernstig letsel
ontstaan. De bestuurder moet de
passagier erop wijzen tijdens hetrijden de rugleuning altijd zo
rechtop mogelijk te houden.
WAARSCHUWING
Gebruik geen zitkussen waardoor de wrijving tussen de stoel en de
passagier verminderd wordt. De
passagier kan bij een aanrijding of
een noodstop onder de gordel
doorglijden. Omdat de
veiligheidsgordel niet normaal kan
werken, kan ernstig letsel ontstaan.
Page 22 of 377

Veiligheidsysteem van uw auto
4
3
Afstellen van voorstoel - handmatig C010101ASA
Voorwaartse/achterwaartse richting
Verstel de stoel als volgt naar voren of naar achteren:
1. Houd de hendel voor de
langsverstelling omhooggetrokken.
2. Schuif de stoel in de gewenste positie.
3. Laat de hendel los en controleer of de stoel vergrendeld is.
Stel de stoel af voordat u gaat rijden en
controleer of de stoel goed vergrendeld
is door te proberen deze handmatig naar
voren of achteren te schuiven. Als de
stoel beweegt, dan is hij niet goed
vergrendeld.
WAARSCHUWING
Controleer na het afstellen van de
stoel altijd of deze goed is
vergrendeld, door te proberen deze
naar voren of achteren te schuivenzonder de ontgrendelhendel te
gebruiken. Als de bestuurdersstoel
plotseling in beweging komt, kunt u
de controle over de auto verliezen.WAARSCHUWING
Let goed op dat er tijdens het verstellen van de stoel geen
handen of voorwerpen in het
mechanisme bekneld raken.
Leg geen aansteker op de vloer of de stoel. Wanneer u de stoel
verstelt, kan er gas uit de
aansteker ontsnappen waardoorbrand kan ontstaan.
OBK039002
Page 23 of 377

35
Veiligheidsysteem van uw auto
C010102AHM
Rugleuning
Stel de rugleuning als volgt af:
1. Leun iets naar voren en trek de hendelvan de rugleuningverstelling omhoog.
2. Leun vervolgens voorzichtig achterover en verstel de rugleuning in
de gewenste positie.
3. Laat de hendel los en zorg ervoor dat de rugleuning vergrendeld is. (De
hendel MOET zijn oorspronkelijke
positie weer innemen om de
rugleuning te vergrendelen.) C010103AHM
Afstellen van de zittinghoogte
(bestuurdersstoel)
Duw de hendel omhoog of omlaag om de
hoogte van de zitting te veranderen.
• Duw de hendel een aantal maal omlaag om de zitting lager af te stellen.
Trek de hendel een aantal maal omhoog om de zitting hoger af te stellen. Hoofdsteun
De stoelen van de bestuurder en
voorpassagier zijn voor extra veiligheid
en comfort voorzien van een hoofdsteun.
De hoofdsteun biedt niet alleen comfort,
maar helpt tevens bij de bescherming
van hoofd en nek van de inzittenden bij
een aanrijding.
OBK039003OBK039004OBK039051N
Page 24 of 377

Veiligheidsysteem van uw auto
6
3
Verstellen in voorwaartse/achterwaartse richting
De hoofdsteun kan in drie standen naar
voren worden gedrukt. Druk de
hoofdsteun vanuit de voorste positie
nogmaals naar voren om de hoofdsteun
naar achteren te plaatsen. Zorg ervoordat de hoofdsteun hoofd en nek goedondersteunt. Afstellen van de hoogte
Hoger: trek de hoofdsteun omhoog om
hem in de gewenste positie (1) te zetten.
Lager: druk de ontgrendelknop (2) in en
laat de hoofdsteun in de gewenste
positie (3) zakken.
OBK039005
WAARSCHUWING
Voor een optimale bescherming in geval van een aanrijding moet
de hoofdsteun zo afgesteld zijn
dat het midden van de
hoofdsteun zich op dezelfde
hoogte bevindt als het
zwaartepunt van het hoofd van
de inzittende. Over het algemeen
bevindt het zwaartepunt van het
hoofd zich op dezelfde hoogte als
de bovenzijde van de ogen. Zorg
dat de hoofdsteun zich zo dicht
mogelijk bij uw hoofd bevindt.
Gebruik daarom geen kussen
waardoor het lichaam verder van
de rugleuning af komt.
Gebruik de auto niet als de hoofdsteunen zijn verwijderd
omdat dan in geval van eenaanrijding ernstig letsel kan
ontstaan. Een goed afgesteldehoofdsteun biedt een zo optimaal
mogelijke bescherming tegennekletsel.
Verstel de hoofdsteun van de bestuurder niet als de auto rijdt.
OBK039006