Page 305 of 377
Onderhoud
20
7
Gebruik alleen de voorgeschreven
motorolie. (Zie "Aanbevolensmeermiddelen en hoeveelheden" inhoofdstuk 8.)
G060200AEN
Motorolie verversen en filter
vervangen
Laat de motorolie verversen en het filter
vervangen door een officiële HYUNDAI-
dealer overeenkomstig het in het begin van
dit hoofdstuk beschrevenonderhoudsschema.
WAARSCHUWING
Gebruikte motorolie kan irritatie of
huidkanker veroorzaken indien de
huid langdurig in contact komt met
de olie. De stoffen die in gebruikte
motorolie aanwezig zijn, hebben bij
laboratoriumproeven geleid tot
kanker bij proefdieren. Was uw
handen zorgvuldig met zeep en
warm water als ze in contact zijn
geweest met gebruikte motorolie.
Page 306 of 377

721
Onderhoud
KOELVLOEISTOF
G070000AUN
Het hogedruk-koelsysteem is voorzien
van een reservoir dat gevuld is met een
koelvloeistof die ook voldoende
bescherming biedt tegen bevriezing. Het
reservoir is in de fabriek gevuld.
Controleer de vorstbescherming en het
koelvloeistofpeil ten minste één keer per
jaar, aan het begin van het winterseizoen
en voordat u naar een kouder klimaatreist.G070100AEN
Koelvloeistofpeil controleren
WAARSCHUWING
De elektromotor
(koelventilator) wordt
aangestuurd op basis
van de
koelvloeistoftemperatuur, de
koudemiddeldruk en de rijsnelheid.De ventilator kan soms gaan draaien
ook al is de motor uit. Wees extra
voorzichtig bij werkzaamheden in de
buurt van de koelventilator zodat u
niet geraakt wordt door de
ronddraaiende ventilatorbladen. Als
de koelvloeistoftemperatuur daalt,
wordt de elektromotor automatisch
uitgeschakeld. Dit is een normaal
verschijnsel.
WAARSCHUWING Losdraaien van de
radiateurdop
Verwijder de radiateurdop nooit terwijl de motor draait of nog een
hoge temperatuur heeft.
Daardoor kan er schade aan het
koelsysteem en de motor
ontstaan; bovendien kunt u
ernstig letsel oplopen doordat er
hete koelvloeistof of stoomontsnapt.
Zet de motor uit en wacht tot deze is afgekoeld. Verwijder de
radiateurdop uiterst voorzichtig.
Wikkel een dikke doek rond de
dop en draai hem voorzichtig
linksom tot de eerste aanslag.
Ga een stukje achteruit wanneer
de druk van het koelsysteem af
gaat. Pas als u zeker weet dat er
geen overdruk meer is, drukt u dedop met de doek in en draait u
hem verder linksom om hem teverwijderen.
(Vervolg)
(Vervolg)
Verwijder de radiateurdop of deaftapplug niet als de motor en de
radiateur nog heet zijn, zelfs niet
als de motor niet loopt. Er kan
nog steeds hete koelvloeistof en
stoom ontsnappen, waardoor erernstig letsel kan ontstaan.
Page 307 of 377

Onderhoud
22
7
Controleer de toestand en de
aansluitingen van alle slangen van het
koelsysteem en van de verwarming.
Vervang beschadigde en slechteslangen.
Het koelvloeistofpeil in het expansievat
dient tussen de merktekens F en L te
liggen als de motor koud is. Vul als het peil laag is voldoende
voorgeschreven koelvloeistof bij om het
systeem tegen vorst en corrosie te
beschermen. Vul bij tot de F, maar vul
niet te veel bij. Laat het koelsysteem door
een officiële HYUNDAI-dealer nakijken
indien u het reservoir regelmatig moetbijvullen.
G070101BUN
Aanbevolen koelvloeistof
Vul het koelsysteem alleen bij met
gedestilleerd of gedemineraliseerd
water en vul het koelsysteem niet bij
met gewoon kraanwater. Een onjuist
koelvloeistofmengsel kan storingen en
schade aan de motor veroorzaken.
De motor van uw auto heeft aluminium onderdelen. Gebruik daarom een
koelvloeistof op ethyleen-glycolbasis
ter voorkoming van corrosie en
bevriezing.
Gebruik GEEN koelvloeistof op ethanol- of methanol-basis; meng ook
geen ethanol- of methanol-antivries
met de voorgeschreven koelvloeistof.
Gebruik geen mengsel met meer dan 60% of minder dan 35% antivries; in
dat geval is een optimale koelende
werking niet gewaarborgd.
OBK079004
OBK079037
2,0L
3,8L
Page 308 of 377

723
Onderhoud
Zie de volgende tabel voor de
mengverhouding.G070200AEN
Koelvloeistof verversen
Laat de koelvloeistof verversen door een
officiële HYUNDAI-dealer
overeenkomstig het in het begin van dit
hoofdstuk beschrevenonderhoudsschema.
WAARSCHUWING
Radiateurdop
Verwijder bij een warme motor en
radiateur de radiateurdop niet. Erkan nog steeds gloeiend hete
koelvloeistof en stoom
ontsnappen, waardoor er ernstigletsel kan ontstaan.
OPMERKING
Leg een flinke doek rond de vulopening om te voorkomen dat
als er gemorst wordt, koelvloeistofterechtkomt of de dynamo of andere onderdelen van de motor.
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.
-15°C (5°F) 35 65
-25°C (-13°F) 40 60
-35°C (-31°F) 50 50
-45°C (-49°F) 60 40
Buiten-temperatuur Mengverhouding
(hoeveelheid)
Antivries Water
OBK079005
Page 309 of 377

Onderhoud
24
7
REM- EN (INDIEN VAN TOEPASSING) KOPPELINGSVLOEISTOF
G080100AUN
Controle van niveau rem- en
koppelingsvloeistof
Controleer regelmatig het niveau in het
reservoir. Het vloeistofniveau dient zich
tussen de merktekens MAX en MIN aan
de zijkant van het reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens de dop te
verwijderen en vloeistof bij te vullen, om
te voorkomen dat de vloeistof vervuild
raakt. Vul vloeistof bij tot aan het
merkteken MAX wanneer het niveau te
laag is. Het niveau zal na verloop van tijd
dalen. Dit is normaal en wordt
veroorzaakt door het slijten van de
remvoeringen. Laat het remsysteemcontroleren door een officiële Hyundai-
dealer wanneer het niveau erg laag is.
Gebruik alleen de voorgeschreven rem- en koppelingsvloeistof. (Zie "Aanbevolensmeermiddelen en hoeveelheden" inhoofdstuk 8.)
Meng nooit verschillende soortenvloeistof door elkaar.
WAARSCHUWING -
Lekkage van remvloeistof
Als u het remvloeistofreservoir
regelmatig moet bijvullen, moet u
de auto laten controleren door een
officiële HYUNDAI-dealer.
WAARSCHUWING - Remvloeistof
Wees voorzichtig bij het vervangen
of bijvullen van rem- en
koppelingsvloeistof. Zorg ervoor
dat de vloeistof niet in contact komt
met uw ogen. Spoel uw ogen direct
met een ruime hoeveelheidleidingwater wanneer u rem- en
koppelingsvloeistof in uw ogen
krijgt. Laat uw ogen zo snel
mogelijk onderzoeken door een
dokter.
OPMERKING
Zorg ervoor dat rem- en koppelingsvloeistof niet in contact
komt met het lakwerk van de auto, anders kan de lak beschadigdraken. De kwaliteit van rem- en koppelingsvloeistof die gedurende
lange tijd is blootgesteld aan debuitenlucht kan niet worden gegarandeerd. Gebruik deze
daarom niet. Voer de vloeistof op de juiste wijze af. Gebruik het juistetype vloeistof. Slechts een paardruppels minerale olie, bijvoorbeeld
motorolie, in het rem- /koppelingssysteem kunnen deonderdelen van het systeem beschadigen.
OBK079007
Page 310 of 377

725
Onderhoud
STUURBEKRACHTIGINGSVLOEISTOF
G090100ABH
Controleren van vloeistofniveau
stuurbekrachtiging
Controleer regelmatig het niveau van het
reservoir van de
stuurbekrachtigingsvloeistof. Zet de auto
hiervoor op een vlakke ondergrond. Het
vloeistofniveau dient zich bij normale
temperaturen tussen de merktekens
MAX en MIN aan de zijkant van het
reservoir te bevinden.
Reinig het gebied rondom de dop van het
reservoir grondig alvorens
stuurbekrachtigingsvloeistof bij te vullen
om te voorkomen dat deze vervuild raakt.
Vul vloeistof bij tot aan het merkteken
MAX wanneer het niveau te laag is.
✽✽ AANWIJZING -
(indien van toepassing)
Controleer of het vloeistofniveau zich in
het gebied HOT op het reservoir
bevindt. Als de vloeistof koud is,
controleer dan of het vloeistofniveauzich in het gebied COLD bevindt.
Als u het reservoir regelmatig moet
bijvullen, moet u de stuurinrichting laten
controleren door een officiële HYUNDAI-
dealer.
Gebruik alleen de voorgeschreven
stuurbekrachtigingsvloeistof. (Zie "Aanbevolen smeermiddelen en
hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
G090200AEN
Controle van de slangen van de
stuurbekrachtiging
Controleer voor het rijden de slangen van
de stuurbekrachtiging op loszitten,
lekkage, beschadigingen en verdraaiing.
OPMERKING
Blijf niet te lang doorrijden met een te laag vloeistofniveau in hetreservoir om schade aan destuurbekrachtigingspomp te
voorkomen.
Start de motor nooit als het reservoir leeg is.
Voorkom bij het bijvullen van vloeistof dat er vuil in het
reservoir komt.
(Vervolg)
(Vervolg) Als het vloeistofniveau te laag is, kan het sturen zwaarder gaan enkunnen er vreemde geluiden tehoren zijn van de
stuurbekrachtiging.
Door niet de voorgeschreven vloeistof te gebruiken, zal destuurbekrachtiging mindereffectief zijn en kan schade aan
de stuurinrichting ontstaan.
OBK079006
Page 311 of 377
Onderhoud
26
7
G100100ABK
Wij raden u aan de automatische-
transmissievloeistof te laten controleren
en vervangen door een officiële
HYUNDAI-dealer overeenkomstig hetonderhoudsschema. G280100ABK
Wij raden u aan de versnellingsbakolie te
laten controleren en vervangen door een
officiële HYUNDAI-dealer
overeenkomstig het onderhoudsschema.
AUTOMATISCHE-
TRANSMISSIEVLOEISTOF
(INDIEN VAN TOEPASSING)
VERSNELLINGSBAKOLIE
(INDIEN VAN TOEPASSING)
OPMERKING
Het gebruik van andere dan de
voorgeschreven vloeistof kanstoringen en defecten in de
transmissie veroorzaken. Gebruikalleen de voorgeschrevenautomatische-transmissievloeistof. (Zie "Aanbevolen smeermiddelen
en hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
OPMERKING
Het gebruik van andere dan devoorgeschreven vloeistof kan storingen en defecten in detransmissie veroorzaken. Gebruik
alleen de voorgeschrevenversnellingsbakolie. (Zie"Aanbevolen smeermiddelen enhoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
Page 312 of 377

727
Onderhoud
RUITENSPROEIERVLOEISTOF
G120100AUN
Ruitensproeiervloeistofniveau
controleren
Het reservoir is transparant, zodat het
niveau snel visueel kan wordengecontroleerd.
Als u geen ruitensproeiervloeistof bij de
hand heeft, kunt u het reservoir bijvullen
met gewoon water. Gebruik in koudeklimaten echter speciale
ruitensproeiervloeistof om bevriezing te
voorkomen. G140100ABK
Controleer de parkeerraem
Controleer de slag van de parkeerrem
door het aantal klikken te tellen wanneer
de hendel volledig wordt aangetrokken.
De parkeerrem alleen moet de auto veilig
op een vrij steile helling kunnen houden.
Laat de parkeerrem afstellen door een
officiële HYUNDAI-dealer wanneer de
slag van het pedaal niet volgens de
specificatie is.
Slag: 5 klikjes bij een kracht van
20 kg (44 lbs, 196 N).
PARKEERREM
WAARSCHUWING
Gebruik geen koelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
Koelvloeistof kan het zicht ernstig belemmeren wanneer dit
op de voorruit terecht komt
waardoor u de macht over de
auto kunt verliezen. Bovendien
kan het de lak beschadigen.
Ruitensproeiervloeistof bevat alcohol en kan onder bepaalde
omstandigheden licht
ontvlambaar zijn. Houd open
vuur en vonken uit de buurt van
de ruitensproeiervloeistof en het
sproeierreservoir. De auto kan
beschadigd raken en deinzittenden kunnen letseloplopen.
Ruitensproeiervloeistof is giftig voor mensen en dieren. Drink
geen ruitensproeiervloeistof envermijd contact met
ruitensproeiervloeistof. Hierdoorkan ernstig letsel ontstaan.
OBK079008OBK059009