Page 209 of 377
![Hyundai Genesis Coupe 2011 Handleiding (in Dutch) 134
4
Kenmerken van uw auto
8. Toets TUNE/FILE
Druk op de toets [TUNE/FILE ] om
het volgende muziekstuk te selecteren
en druk op de toets [ENTER] om het afte spelen.
Druk op de toets [TUNE/FILE ] Hyundai Genesis Coupe 2011 Handleiding (in Dutch) 134
4
Kenmerken van uw auto
8. Toets TUNE/FILE
Druk op de toets [TUNE/FILE ] om
het volgende muziekstuk te selecteren
en druk op de toets [ENTER] om het afte spelen.
Druk op de toets [TUNE/FILE ]](/manual-img/35/14700/w960_14700-208.png)
134
4
Kenmerken van uw auto
8. Toets TUNE/FILE
Druk op de toets [TUNE/FILE ] om
het volgende muziekstuk te selecteren
en druk op de toets [ENTER] om het afte spelen.
Druk op de toets [TUNE/FILE ] om het vorige muziekstuk te selecteren en
druk op de toets [ENTER] om het af tespelen.
9. Toets INFO
Geeft de informatie van het huidige
afgespeelde bestand weer in de volgordeFILE NAME (bestandsnaam) ➟TITLE
(titel) ➟ARTIST (artiest) ➟ALBUM
(album) ➟FOLDER (map) ➟TOTAL
FILE (totaal aantal bestanden) ➟
NORMAL DISPLAY (normale weergave)➟ FILE NAME (bestandsnaam)... (Geeft
geen informatie weer als het bestand niet
over deze gegevens beschikt.)OPMERKING BIJ
GEBRUIK USB-APPARAAT
Zorg, om een USB-apparaat te
gebruiken, dat het apparaat niet isaangesloten wanneer de motor
wordt gestart. Sluit het apparaataan nadat de motor is gestart.
Als u de motor start terwijl het USB-apparaat is aangesloten, kanhet apparaat beschadigd raken.
(USB-flashdrives zijn zeergevoelig voor statische
elektriciteit.)
Als de motor wordt gestart of afgezet terwijl het externe USB-apparaat is aangesloten, werkt
het apparaat mogelijk niet.
Niet-originele MP3- of WMA- bestanden worden mogelijk nietafgespeeld.
1) Er kunnen alleen MP3- bestanden met eencompressiesnelheid tussen 8
Kbps en 320 Kbps wordenafgespeeld.
2) Er kunnen alleen WMA- muziekbestanden met een
compressiesnelheid tussen 8Kbps en 320 Kbps worden
afgespeeld.
(Vervolg)
(Vervolg) Voorkom statische elektriciteit bij het aansluiten of losnemen vanhet externe USB-apparaat.
Een gecodeerde MP3-speler wordt niet herkend.
Afhankelijk van het type extern USB-apparaat, wordt het apparaatmogelijk niet herkend.
Wanneer de geformatteerde byte/sector-instelling van het
externe USB-apparaat niet 512byte of 2048 byte is, zal het apparaat niet worden herkend.
Het USB-apparaat mag uitsluitend geformatteerd zijn
volgens FAT 12/16/32.
USB-apparaten zonder USB I/F autorisatie worden mogelijk nietherkend.
Steek geen lichaamsdelen of externe voorwerpen in de USB-aansluiting.
Als u het USB-apparaat in korte tijd herhaaldelijk aansluit en weerlosneemt, kan het apparaat defect
raken.
U hoort mogelijk een vreemd geluid bij het aansluiten oflosnemen van het USB-apparaat.
(Vervolg)
Page 210 of 377

4135
Kenmerken van uw auto
(Vervolg) Als u een apart aangeschaft apparaat als bijvoorbeeld eenUSB-hub gebruikt, zal hetaudiosysteem het apparaat
mogelijk niet herkennen. Sluit hetUSB-apparaat rechtstreeks aan op de multimedia-aansluiting van
de auto.
Als het USB-apparaat is ingedeeld in logical drives,worden alleen de nummers op de drive met de hoogste prioriteit
herkend door het audiosysteemvan de auto.
Apparaten zoals een MP3-speler, mobiele telefoon en digitalecamera die niet door een
standaard USB I/F wordenherkend, worden mogelijk nietherkend.
Niet-standaard USB-apparaten (METAL COVER TYPE USB)worden mogelijk niet herkend.
USB flash memory-lezers (zoals CF, SD, microSD, enz.) of externeHDD-apparaten worden mogelijk
niet herkend.
(Vervolg)(Vervolg) Muziekbestanden die worden beschermd door DRM (DIGITALRIGHTS MANAGEMENT) wordenniet herkend.
De gegevens in het USB- geheugen gaan mogelijk verlorenbij het gebruik van ditaudiosysteem. Het is aan te
bevelen belangrijke gegevens ineen extern geheugen op te slaan.
Maak geen gebruik van USB- sticks die als sleutelhanger ofaccessoire voor mobiele telefoons
kunnen worden gebruikt,aangezien ze het USB-systeem kunnen beschadigen. Zorg dat ualleen producten gebruikt met een
stekkerverbinding zoals hieronderweergegeven.(Vervolg)
Als u het externe USB-apparaat tijdens het afspelen losneemt,kan het apparaat beschadigdraken of niet goed meer werken.
Neem daarom het externe USB-apparaat los wanneer de motor isafgezet of wanneer het
audiosysteem in een andereweergave staat. (bijvoorbeeld radio of cd)
Afhankelijk van het type en de capaciteit van het externe USB-
apparaat of het bestandstype datin het apparaat is opgeslagen,kan de benodigde tijd voor hetherkennen van het apparaat
variëren.
Gebruik het USB-apparaat niet voor andere doeleinden dan hetafspelen van muziekbestanden.
Het gebruik van USB-toebehoren als een lader of een verwarmingdie gebruikmaken van USB I/F kande prestaties negatief beïnvloeden of storingen veroorzaken.
(Vervolg)
Page 211 of 377
136
4
Kenmerken van uw auto
1. Toets RANDOM
2. Toets REPEAT
3. Toets SEEK/TRACK
4. Toets iPod
5. Toets AST
6. Display
7. Toets FOLDER
8. Toets TUNE/FILE
9. Toets INFO
iPod (CD-wisselaar: PA760BKG)
BK_PA760BKG_iPod
Page 212 of 377

4137
Kenmerken van uw auto
Gebruik van een iPod
Gebruik een iPod met het aparte kabeltje
dat wordt aangesloten op de multimedia-
aansluiting in de console rechts van debestuurdersstoel.
1. Toets RANDOM
Druk de toets maximaal 0,8 seconden in
om het afspelen in willekeurige volgorde
van de muziekstukken in de actuele
categorie in of uit te schakelen. Druk detoets ten minste 0,8 seconden in om alle
muziekstukken in een album op de iPod
in willekeurige volgorde af te spelen.
Druk opnieuw op de toets om de functie
uit te schakelen.
2. Toets REPEAT
Druk op de toets om het muziekstuk dat
op dat moment wordt afgespeeld teherhalen.3. Toets SEEK/TRACK
• Druk maximaal 0,8 seconden op de
toets [SEEK/TRACK ] om het
actuele muziekstuk vanaf het begin af
te spelen. Druk maximaal 0,8
seconden op de toets en druk
vervolgens binnen 1 seconde opnieuw
op de toets om het vorige muziekstukaf te spelen.
Druk gedurende ten minste 0,8 seconden op de toets om het
muziekstuk versneld terug te spoelen.
Druk maximaal 0,8 seconden op de toets [SEEK/TRACK ] om naar het
volgende muziekstuk te gaan. Drukgedurende ten minste 0,8 seconden
op de toets om het muziekstuk
versneld vooruit te spoelen.
4. Toets iPod
Als er een iPod is aangesloten, wordt
hiermee naar de weergave van de
muziekbestanden op de iPod
overgeschakeld. 5. Toets AST (AUTO STORE)
Hiermee worden de eerste 10 seconden
van elk muziekstuk op het USB-apparaat
afgespeeld. Druk opnieuw op de toets
om de scanfunctie te annuleren.
6. Display Geeft de actuele tijd, de stand, het
nummer van het muziekstuk dat wordtafgespeeld, de afspeeltijd en de status
van RDM, RPT en AST weer.
7. Toets FOLDER
Druk op de toets [FOLDER ] om
naar de categorie te gaan en het
eerste muziekstuk in de categorie
weer te geven. Druk op de toets
[ENTER] om naar de weergegeven
categorie te gaan. Het eerste
muziekstuk in de map zal wordenafgespeeld.
Druk op de toets [FOLDER ] om naar de categorie te gaan en het
eerste muziekstuk in de categorie
weer te geven. Druk op de toets
[ENTER] om naar de weergegeven
categorie te gaan. (PLAYLISTS(afspeellijsten) ➟ARTISTS (artiesten)
➟ ALBUMS (albums) ➟GENRES
(genres) ➟SONGS (muziekstukken)
➟ COMPOSERS (auteurs) ➟
PLAYLIST (afspeellijst)...)
Page 213 of 377
138
4 8. Toets TUNE/FILE
• Druk op de toets [TUNE/FILE ] om het
volgende muziekstuk te selecteren en
druk op de toets [ENTER] om het af tespelen.
Druk op de toets [TUNE/FILE ] om het vorige muziekstuk te selecteren en
druk op de toets [ENTER] om het af tespelen.
9. Toets INFO
Geeft de informatie van het bestand dat
op dat moment wordt afgespeeld weer in
de volgorde TITLE (titel) ➟ARTIST
(artiest) ➟ALBUM (album) ➟NORMAL
DISPLAY (normale weergave ➟TITLE
(titel)... (Geeft geen informatie weer als
het bestand niet over deze gegevensbeschikt.)
✽✽ AANWIJZING VOOR
GEBRUIK VAN iPod
Page 214 of 377
4139
Kenmerken van uw auto
(Vervolg) Schakel de equalizerfunctie van de iPod uit wanneer u degeluidssterkte van hetaudiosysteem aanpast en zet de
equalizer van het audiosysteemuit wanneer u die van de iPodgebruikt.
Wanneer alleen het iPod-kabeltje is aangesloten, kan het systeemin de stand AUX worden gezet enruis veroorzaken. Neem het iPod- kabeltje los wanneer u de iPod
niet langer gebruikt.
Haal het iPod-kabeltje los van de iPod wanneer u de iPod niet methet audiosysteem van de autogebruikt. Als u dit niet doet, blijft
de iPod mogelijk in deaccessoire-modus en werktmogelijk niet goed.
Page 215 of 377
5
Vóór het rijden / 5-3
Standen contactslot / 5-5
Toets ENGINE START/STOP / 5-8Handgeschakelde transmissie / 5-13Automatische transmissie / 5-17Remsysteem / 5-24
Cruise control-systeem / 5-35Brandstofbesparing / 5-39
Rijden onder speciale rijomstandigheden / 5-41
Rijden in de winter / 5-45 Massa van de auto / 5-50
Rijden met een aanhanger / 5-51
Rijden met uw auto
Page 216 of 377

Rijden met uw auto
2
5
E010000ABK
WAARSCHUWING - WAARSCHUWING - UITLAATGASSEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN!
Uitlaatgassen kunnen bijzonder gevaarlijk zijn. Draai onmiddellijk de ruiten open als u in de auto uitlaatgas ruikt. • Inhaleer uitlaatgassen niet.
Uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een kleurloos en reukloos gas dat bewusteloosheid en dood door verstikking kan
veroorzaken.
Het uitlaatsysteem moet elke keer dat de auto op de brug staat voor olieverversen of voor andere reparaties worden
gecontroleerd. Laat uw auto zo snel mogelijk controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als u merkt dat het geluid van
de uitlaat verandert of als u over iets heen gereden bent dat de onderzijde van de auto heeft geraakt.
Het is gevaarlijk de motor van uw auto in de garage te laten draaien, ook al staat de garagedeur open. Laat de motor niet
langer draaien in uw garage dan de tijd die u na het starten nodig heeft om de garage uit te rijden.
Als het noodzakelijk is de auto gedurende langere tijd stationair te laten draaien terwijl er mensen in de auto aanwezig zijn,
doe dat dan alleen in een open ruimte, zet de luchttoevoer op BUITENLUCHT en schakel een van de hogere
ventilatorsnelheden in zodat er frisse lucht naar het interieur wordt toegevoerd.
Als u moet rijden met de achterklep open omdat de lading het sluiten van de achterklep onmogelijk maakt:
1. Sluit alle ruiten.
2. Open de uitstroomopeningen opzij.
3. Zet de luchttoevoer op BUITENLUCHT, kies voor de luchtregeling " " of " " en zet de aanjager in een van de hogere standen.
Voor een goede werking van het ventilatiesysteem is het noodzakelijk dat de luchtinlaat onder de voorruit vrij blijft van sneeu w,
ijs, bladeren en andere obstructies.