Page 121 of 136

119
04
1
2
3
Het formaat MP3 (afkorting van MPEG 1,2 & 2.5 Audio Layer 3)is een standaard voor het comprimeren van geluid die demogelijkheid biedt enkele tientallen speellijsten op één CD teplaatsen.
Selecteer voor het branden van een CD-R of CD-RW de standaardISO 9660 niveau 1,2 of bij voorkeur Joliet om deze te kunnen
afspelen.
Als de CD in een ander formaat is gebrand, kan het zijn dat deze niet goed wordt afgespeeld.
Het is raadzaam voor één
CD niet meer dan één standaard voor het branden te gebruiken. Stel de laagst mogelijke snelheid(maximaal 4x) in voor een optimale geluidskwaliteit.
Voor het branden van een multisessie-
CD is het raadzaam destandaard Joliet te gebruiken.
De autoradio speelt uitsluitend bestanden met de extensie
".mp3" en een samplingfrequentie van 22,05 kHz of 44,1 kHz af.
Geluidsbestanden met een andere extensie (.wma, .mp4, .m3u...)
kunnen niet worden afgespeeld.
Gebruik voor bestandsnamen maximaal 20 karakters en verwi
jder speciale tekens (bijv.: " ", ?, ù) om problemen met het afspelen of
de weergave te voorkomen.
CD MP3
INFORMATIE EN TIPS
AUDIO
Lege CD's worden niet herkend en kunnen het audiosysteem
beschadigen.
Plaats een MP3-
CD in de speler.
De
CD-speler scant vervolgens de CD tot alle nummers zijngevonden, hierdoor kan het enkele tot enkele tientallen seconden
duren voordat het afspelen begint.
MP3-CD
EEN MP3-CD AFSPELEN
De CD-speler kan CD's met maximaal 255 MP3-bestanden,
verdeeld over 8 speellijsten, afspelen. Het is echter raadzaam het
aantal afspeellijsten tot twee te beperken om een lange laadtijd
van de CD te voorkomen.
Bij het afspelen wordt geen rekening gehouden met de mappenstructuur.
Alle bestanden worden op hetzelfde niveau weergegeven.
Als er al een CD in het apparaat zit die
u wilt beluisteren, druk dan herhaaldemalen op de toets SOURCE om deCD-functie te selecteren.
Druk op een van de toetsen om een
nummer van de
CD te selecteren.
Druk op de toets LI
ST REFRESH om de speellijsten van de MP3-CD weer te geven.
Houd een van de toetsen in
gedrukt
om snel vooruit of terug te spoelen.
Page 122 of 136
120
05
1
2
3
4
5
6
7
CONFIGURATIE
Druk op de toets MENU.
Selecteer met de pijltoetsen de functie INSTELLINGEN DISPLAY.
Druk o
p de toets om de selectie te bevestigen.
Selecteer met de pijltoetsen defunctie JAAR.Druk op de toets om de selectie te
bevesti
gen.
Druk op de toets om de selectie te
bevestigen.
Stel de parameter in.
Begin opnieuw bij stap 1 en stel achtereenvolgens MAAND,
DA
G, UUR, MINUTEN in.
DATUM EN TIJD INSTELLEN
Page 123 of 136
121
06 MENUSTRUCTUUR DISPLAY
RADIO-CD
BASISFUNCTIE
*
De parameters variëren afhankelijk van de auto.
KEUZE
A
KEUZE B....
MONOCHROOM A
Keuze A1
Keuze A2
MODE REG
CD HERHALEN
RANDOM PLAY
CONFIG AUTO *
RW ACHTER AAN
OPTIES
FOLLOW-ME-HOMEDIAGNO
SE
RDS VOLGENRAADPLEGEN
BEËINDIGEN
EENHEDEN
TEMPERATUUR: °CELSIUS/°FAHRENHEIT
BRANDSTOFVERBRUIK:
KM/L -L/100 - MPG
1
2
3
31
2
2
2
2
1
2
3
2
3
1
2
2
1
2
2
Page 124 of 136
122
06
INST. WEERG
MAAND
DAG
UREN
MINUTEN
JAAR
12 H/24 H WEERGAVE
TALEN
ITALIANO
NEDERLANDS
PORTUGUES
PORTUGUES-BRASIL
FRANCAIS
DEUTSCH
ENGLISH
ESPANOL
1
2
2
2
2
2
2
1
2
2
2
2
2
2
2
2
Page 125 of 136

123
VRAAG ANTWOORD
OPLOSSING
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussende verschillende geluidsbronnen (radio, CD...).
Voor een optimaal luistergenot kunt u de audio-instellingen (volume,bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) voor elke geluidsbronafzonderlijk instellen. Hierdoor kunnen bij het selecteren van een anderegeluidsbron (radio, CD...) verschillen in de geluidskwaliteit hoorbaar zijn.
Controleer of de audio-instellingen (volume, bassen, hoge tonen, geluidssfeer, loudness) zijn afgestemd op de verschillende geluidsbronnen. Het is raadzaam de AUDIO-functies (bassen,hoge tonen, balans V-A, balans L-R) in de middelste stand te zetten, de geluidssfeer "Geen" te selecteren en de functie Loudness in de stand "Actief" te zetten als de CD-speler is geselecteerden in de stand "Inactief" te zetten als de radio is geselecteerd.
De CD wordt steeds uitgeworpen of kan niet worden afgespeeld door de CD-speler.
De CD is ondersteboven in de speler geplaatst, kan niet worden gelezen,bevat geen audiobestanden of bevat audiobestanden die niet door de autoradio gelezen kunnen worden.
De CD is voorzien van een beveiligingssysteem dat niet door de autoradio wordt herkend.
- Controleer of de CD met de juiste zijde boven in de speler is geplaatst.
- Controleer de staat van de CD: de CD kan niet worden gelezen als deze te veel is beschadigd.
- Controleer de inhoud van de CD als deze zelf is gebrand: raadpleeg de tips in het hoofdstuk Audio.
- De CD-speler van de autoradio kan geen DVD's afspelen.
- De kwaliteit van sommige zelfgebrande CD's is onvoldoende om deze door de autoradio telaten afspelen.
De CD-speler levert een slechte geluidskwaliteit. De gebruikte CD is gekrast of van slechte kwaliteit. Gebruik alleen CD's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.
De audio-instellingen (bassen, hoge tonen, geluidssfeer) zijn niet op de CD-speler afgestemd.
Zet het niveau van de bassen of de hoge tonen op 0, zonder een geluidssfeer te selecteren.
Page 126 of 136

124
VRAAG ANTWOORDOPLOSSING
De voorkeuzezenders kunnenniet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordtweergegeven...).
Het verkeerde golfbereik is geselecteerd.
Druk op de toets BAND AST om het golfbereik (AM, FM1, FM2, FMAST) terug te vinden waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
De functie TA (verkeersinformatie) is ingeschakeld, maar ik krijggeen verkeersinformatie te horen.
De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzenden.
Stem af op een zender die wel verkeersinformatie uitzendt.
De ontvangstkwaliteitvan de beluisterderadiozender neemtgeleidelijk af of devoorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geengeluid, 87,5 Mhz wordtweergegeven...).
De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde radiostationof er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de auto zich bevindt. Activeer de functie RDS om het systeem te laten controleren of er een sterkere zender in het gebied aanwezig is.
De omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.) veroorzaakt storingen in de ontvangst, ook als de RDS-functie isingeschakeld.
Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoorbeeld in een wasstraat of ondergrondse parkeergarage).
Laat de antenne controleren door het CITROËN-netwerk.
Het geluid van de radiovalt 1 tot 2 secondenweg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar eeneventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station.
Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Na het afzetten van de motor wordt deradio na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoestand van de accu dat toestaat.
Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco-modus van de autoradio is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de auto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
De melding "hetaudiosysteem isoververhit" verschijnt ophet display.
Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hogeomgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-speler uitschakelt.
Schakel het audiosysteem enkele minuten uit omhet systeem te laten afkoelen.
Page 127 of 136

125 VISUEEL TREFWOORDENREGISTER-
EXTERIEUR
Accessoires ................................ 97
Sleutels, starten, batterij
afstandsbediening .......... 6, 46-47
Centrale vergrendeling ... 46, 49, 50
Achterlichten ............................... 86
Derde remlicht ............................ 87
Reservewiel, krik, wiel verwisselen,
wiel monteren ......................79-80
Bandenspanning....................... 112
ABS, REF, Remmen ....... 64, 74, 78
Banden, bandenspanning.. 80, 112
Remblokken, remschijven,
remtrommels ............................ 78 Brandstoftank .......... 16, 20, 53, 78 Buitenspiegels ............................ 57
Sneeuwscherm ........................... 94
Koplampen ......................54, 82-85
Mistlampen ........................... 54, 86
Richtingaanwijzers.....54, 82, 85-86
Koplampverstelling ..................... 60
Lampen vervangen ................82-87
Portieren openen/
sluiten ........................6, 46, 49-52
Motorkap openen.................. 16, 53
Kinderbeveiliging zijdeur............. 51
Sloten ..................................... 6, 46 Trekhaak ..................................... 96
Takelen ....................................... 95
Page 128 of 136
VISUEEL TREFWOORDENREGISTER126 -
COCKPIT
Opbergvak boven voorruit,
zonneklep, plafonnier ....14, 58-59
Binnenspiegel ............................. 57 Instrumentenpanelen, klokken,
tellers ........................................ 18
Verklikkerlampjes...................19-21
Meters, displays,
multifunctioneel display .......21-25
Klokje, dimmer
dashboardverlichting,
nulstelling dagteller .............23-24
Zekeringen interieur...............88-90
Handrem ............................... 64, 78 Indeling voor ..........................58-59 Ruitbediening.............................. 56
Alarmknipperlichten .................... 60
Autoradio ........................... 113-124
Inbouwen autoradio,
uidsprekers ............................... 93
Verwarming/airconditioning ...26-31
- ventilatieroosters, ontdooien,
ontwasemen,
- airconditioning A/C,
- luchtrecirculatie,
- ventilatie.
Motorkap openen.................. 16, 53