Page 65 of 232
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
54BOORDCOMPUTER
B400B01FC-GXT (Indien gemonteerd) De boordcomputer is het computergestuurde display met informatie over de rit, zoals actieradius, gemiddelde snelheid, en reistijd. 1. Actieradius
Symbool actieradius
ACTIERADIUS
GEMIDDELDE SNELHEID REISTIJD
HFC2051 HFC2052
Actieradius
(km)
o In deze stand wordt de geschatte afstand weergegeven die met de tankinhoud kan worden gereden tot het tank-leegsymbool verschijnt.
o Wanneer meer dan 6 liter wordt getankt, herkent de computer hetvullen van de tank.
o Wanneer de accu wordt aangesloten nadat hij losgekoppeld is geweest ofis opgeladen moet meer dan 32 kmworden gereden voordat de actieradius betrouwbaar kan worden weergegeven.
RESETTOETS
o De resettoets wordt gebruikt voor het
op nul zetten van de waarden in het display.
o Bij het indrukken van de resettoets verandert het display als volgt;
Page 66 of 232
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
55
HFC2054
2. Gemiddelde snelheid
o Deze stand geeft de gemiddelde
snelheid weer vanaf de laatste reset van de gemiddelde snelheid.
o Wanneer de resettoets langer dan 1
seconde wordt ingedrukt met degemiddelde snelheid weergegeven, wordt de gemiddelde snelheid op nul gezet.Symbool gemiddelde snelheid
HFC2053Symbool reistijd
Gemiddelde snelheid (km/h) Reistijd
N.B.:
o Als de actieradius wordt
weergegeven met "- -", moet de boordcomputer door uw Hyundaidealer worden gecontroleerd.
o De aangegeven actieradius kan
afwijken van het werkelijke aantalte rijden kilometers, afhankelijk van de rij-omstandigheden.
o De actieradius kan variëren door de rij-omstandigheden, rijstijl ofsnelheid. 3. Reistijd
o In deze stand wordt de verstreken
reistijd weergegeven sinds de laatste reset.
o Wanneer de resettoets langer dan 1 seconde wordt ingedrukt met dereistijd weergegeven, wordt de reistijdop nul gezet.
Page 67 of 232

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
56
B340C02FC-GXT VERLICHTING
Voor het inschakelen van de verlichting moet het uiteinde van de multischakelaar worden gedraaid. In de eerste stand worden de stadslichten,de achterverlichting en de instrumentenverlichting ingeschakeld. In de tweede stand branden ook dekoplampen. N.B: Het contact moet zijn aangezet (ON- stand) om de hoofdverlichting te kunnen inschakelen.
B340B01A-AXT Richtingaanwijzers voor kleine richtingveranderingen Voor het veranderen van rijbaan e.d. is het voldoende de schakelaar zover te bewegen tot de richtingaanwijzers in werking treden. Na het loslaten keert deschakelaar automatisch in de ruststand terug.
B340B01FC
B340C01FC
MULTISCHAKELAAR
SB220A1-FX (RICHTINGAAN- WIJZERS, GROOT EN DIMLICHT)Richtingaanwijzers Door de schakelaar naar beneden te bewegen werken de richtingaanwijzers aan de linkerzijde van de wagen. Doorde schakelaar naar boven te drukken werken de richtingaanwijzers aan de rechterzijde. Nadat het stuurwiel in derechtuit stand terug komt, keert de schakelaar automatisch in de middenstand terug waardoortegelijkertijd de richtingaanwijzers worden uitgeschakeld. Als de controlelamp sneller dan normaalknippert, blijft branden of niet brandt, geeft dit een storing in de richtingaan- wijzerinstallatie aan. Controleer dezekering, de gloeilampen of raadpleeg uw Hyundai dealer.
Page 68 of 232

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
57RUITEWISSER-/ SPROEIERSCHAKELAAR
B350A01A-AXT
Deze schakelaar heeft drie standen:
1. Interval wissen
2. Langzaam wissen
3. Snel wissen B350A01FC
B340E01A-AXT Lichtsignaal Een lichtsignaal wordt gegeven door de multischakelaar naar u toe te bewegenen de schakelaar daarna weer los te laten. Het lichtsignaal kan ook in werking worden gesteld bij afgezet contact.B340E01FC
SB220D1-FX Grootlichten dimlichtschakelaar Het groot licht wordt ingeschakeld door de multischakelaar naar voren tedrukken (van u af). Het dimlicht wordt ingeschakeld door de schakelaar terug te bewegen (naar u toe).
Automatisch uitschakelen parkeerlichten
(Indien gemonteerd)
o Deze functie dient om te voorkomen
dat de accu ontladen wordt door automatisch de parkeerlichten uit teschakelen op het moment dat het bestuurdersportier geopend wordt nadat de sleutel uit het contactslot isgenomen.
o De parkeerlichten worden
automatisch uitgeschakeld als deauto in het donker langs de kant van de weg geparkeerd wordt.
Volg onderstaande procedure als deparkeerlichten moeten blijven branden, wanneer de contactsleutel is verwijderd:
1) Open het portier aan bestuurderszijde.
2) Schakel de parkeerlichten uit en in met de lichtschakelaar op de stuurkolom. 1
23
Page 69 of 232

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
58
B350B01O-GXT Bedienen van de ruitensproeiers Om de ruitesproeier te gebruiken, dient men de ruitewisser/ruitesproeierhendel richting het stuur te trekken. Wanneer de ruitesproeier wordt gebruikt, gaan deruitenwissers automatisch twee keer over de voorruit. De ruitesproeier blijft werken tot de hendel losgelaten wordt. B350B01FCN.B.:
o Bedien de ruitesproeiers niet
langer dan 15 seconden achter elkaar en ook niet als het reservoirleeg is.
o Controleer bij vriezend weer of de
ruitewissers niet aan de voorruitzijn vastgevroren.
o In de winter moet gebruik worden
gemaakt van een antivriesmiddel.
B350B02FC
Enkele wisbeweging Voor een enkele wisbeweging, druk de wisserschakelaar omhoog.
N.B.: Gebruik de ruitenwissers niet om grote hoeveelheden sneeuw of ijs weg te vegen om te voorkomen datbeschadiging van het ruitenwissersysteem optreedt. Opgehoopte sneeuw of ijs moet eerstworden verwijderd. Als slechts weinig sneeuw of ijs aanwezig is, moet de ontwasemstand van deverwarming worden ingeschakeld voordat de ruitenwissers worden ingeschakeld.
Page 70 of 232

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
59
B350A01O-AXT Schakelaar voor achterruitwisser en -sproeier
1. : Als de schakelaar voor de
achterruitwisser in deze stand wordt gedrukt, wordt vloeistofop de ruit gespoten en treedt de ruitenwisser in werking.
2. OFF
3. INT : Voor de intervalwerking van de wisser moet de schakelaar voorde achterruitwisser in de "INT"stand worden geplaatst.
4. ON : Als de schakelaar in de stand
"ON" staat, werkt deachterruitwisser continu.
B350D01FC
SB240A1-FX De waarschuwingsknipperlichtinstalltie mag alleen worden gebruikt indien de auto zodanig geparkeerd staat dat ditgevaar op kan leveren. Zet in zo'n geval uw auto altijd zover mogelijk van de weg af. De alarmknipperlichten wordeningeschakeld door de alarmknop in te drukken. Hierdoor gaan alle richting- aanwijzers knipperen. De installatiewerkt ook als de sleutel niet in het contact steekt. Om de installatie uit te schakelen moet nogmaals de knopworden ingedrukt. HFC2078
WAARSCHUWINGSKNI- PPERLICHTINSTALLTIE
B350C01FC-GXT Regelbare Intervalschakeling Van De Ruitewissers
(Indien gemonteerd) Voor het gebruik van de intervalschakeling plaatst u deruitewisserschakelaar in de "INT" stand. Met de schakelaar in deze stand kan de intervaltijd worden ingesteld van 1 tot18 seconden. B350C01FC
Page 71 of 232

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
60SCHAKELAAR MISTLAMPEN VOOR
B360B01FC-GXT (lndien gemonteerd) Druk de schakelaar in de "ON"-stand om de mistlampen voor in te schakelen.Ze gaan branden wanneer de verlichtingsschakelaar in de eerste of tweede stand wordt gezet. B360B01FC
B380A02HP-AXT
HFC2080
SCHAKELAAR ACHTERRUITVERWARMING
N.B.: De voor-/achterruitverwarming werkt alleen als het contact ingeschakeld is.
!
De voor-/achterruitverwarming en de verwarmbare buitenspiegels worden ingeschakeld door de schakelaar in tedrukken. Tegelijkertijd gaat het controlelampje branden. Door de schakelaar opnieuw in te drukken wordtde verwarming uitgeschakeld. De voor-/achterruitverwarming schakelt na 20 minuten automatisch uit. Daarnamoet opnieuw op de schakelaar worden gedrukt om weer te verwarmen. LET OP:
Maak de binnenzijde van de voor-/achterruit niet schoon met een schurend reiningingsmiddel engebruik ook geen krabber of iets dergelijks om de binnenzijde van de ruiten schoon te maken, omdathierdoor de verwarmingsdraden beschadigd kunnen raken.
Page 72 of 232

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
61
B360A01Y-GXT SCHAKELAAR MISTACHTERLICHT Druk de schakelaar in om het mistachterlicht in te schakelen. Het licht werkt alleen bij aangezet contact en met de verlichtingsschakelaar instand twee. B360A01FC
KOPLAMPAFSTELLING
B340G01FC-GXT De hoogte van de lichtbundel kan worden aangepast, afhankelijk van het aantal passagiers en de lading in debagageruimte, door aan de schakelaar voor de koplampafstelling te draaien. Hoe hoger de stand van de schakelaar,hoe lager de lichtbundel schijnt. Zorg steeds dat de lichtbundel op de juiste hoogte staat, omdat anders andereweggebruikers kunnen worden verblind. In onderstaande tabel worden de juiste schakelaarstanden aangegeven. Beladingstoestand en Schakelaarstand Alleen bestuurderBestuurder + voorpassagierVijf inzittenden(inclusief bestuurder)Vijf inzittenden (inclusiefbestuurder) + Maximumtoegestane beladingBestuurder + Maximumtoegestane belading
B340G01FC
0 0
1 23
Bij een afwijkende ladingstoestand moet een zodanige schakelaarstand wordengekozen, dat de hoogte van de lichtbundel zoveel mogelijk overeenkomt met een hoogte die aande hand van één van onderstaande schakelaarstanden wordt verkregen.