Page 17 of 324

15
AdBlue®
(Euro 6.2) Brandt ongeveer 30 seconden zodra
het contact is aangezet, in combinatie
met een geluidssignaal en een
melding van het aantal kilometers dat
u nog kunt rijden. De actieradius ligt tussen de 2400 en
800
km.Vul AdBlue
® bij.
Brandt permanent zodra het contact
is aangezet, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding van
het aantal kilometers dat u nog kunt
rijden. De actieradius ligt tussen de 800 en
10 0
km. Vul zo snel mogelijk
AdBlue
® bij of
voer (3) uit.
Knippert, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding van
het aantal kilometers dat u nog kunt
rijden. De actieradius is kleiner dan 100
km. U moet AdBlue
® bijvullen om te
voorkomen dat het star ten wordt
geblokkeerd of (3) uitvoeren.
Knippert, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding dat
het starten van de motor wordt
geblokkeerd. Het AdBlue
®-reservoir is leeg:
het starten van de motor wordt
geblokkeerd door het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem. Vul AdBlue® bij of voer (2) uit om de
motor opnieuw te kunnen starten.
U moet het reservoir bijvullen met
minimaal 5 liter AdBlue
®.
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampje
Status
OorzaakActies / Opmerkingen
1
Instrumentenpaneel
Page 18 of 324

16
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
OorzaakActies / Opmerkingen
+
+
SCR-
emissieregelsysteemBrandt permanent wanneer het
contact wordt aangezet, in combinatie
met van een geluidssignaal en een
melding. Er is een storing in het SCR-
emissieregelsysteem.
Deze waarschuwing verdwijnt zodra
de uitstoot van uitlaatgassen weer aan
de normen voldoet.
AdBlue
®-waarschuwingslampje
knippert zodra het contact is
aangezet, in combinatie met het
permanent branden van het lampje
SERVICE en het lampje Zelfdiagnose
motor, een geluidssignaal en een
melding met betrekking tot de
actieradius. Afhankelijk van het weergegeven
bericht kunt u nog 1.100
km rijden
voordat het systeem het starten van
de motor blokkeert. Voer (3) zo snel mogelijk uit om te
voorkomen dat het star ten wordt
geblokkeerd
.
AdBlue
®-waarschuwingslampje
knippert zodra het contact is
aangezet, in combinatie met het
permanent branden van het lampje
SERVICE en het lampje Zelfdiagnose
motor, een geluidssignaal en een
melding. Een startblokkering voorkomt het
opnieuw starten van de motor (limiet
toegestane rijfase overschreden na
bevestiging van een fout met het
emissieregelsysteem).
Start motor uitvoeren (2).
Zelfdiagnosesysteem
motorKnippert.
Er is een storing in het
motormanagementsysteem.De katalysator kan onherstelbaar
beschadigd raken.
Uitvoeren (2) zonder defect
.
Permanent. Er is een storing in de
emissieregeling.Het lampje moet na het starten van de
motor uitgaan.
Snel (3) uitvoeren.
+ Permanent.
Er is sprake van een kleine
motorstoring.Voer (3) uit.
+ Permanent.
Er is sprake van een ernstige
motorstoring.Voer (1) en dan (2) uit.
Instrumentenpaneel
Page 19 of 324

17
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties / Opmerkingen
Waarschuwing
kans op
aanrijding /
Active Safety
Brake Knippert.
Het systeem is in werking. De auto remt kort af om de snelheid van de aanrijding
met de voorligger te beperken.
Permanent, in
combinatie met een
melding en een
geluidssignaal. Storing in het systeem.
(3) uitvoeren.
Waarschuwing
kans op
aanrijding /
Active Safety
Brake Permanent, in
combinatie met de
weergave van een
melding.
Het systeem is uitgeschakeld via het
configuratiemenu van de auto.
Dynamische
stabiliteitscontrole
(DSC) en
antispinregeling
(ASR)Knippert.
De afstelling van de DSC/ASR wordt
ingeschakeld als er sprake is van
verlies van grip of koersstabiliteit.
Permanent. Dit duidt op een storing in het ESP-/
ASR-systeem. (3) uitvoeren.
Dynamische
stabiliteitscontrole
(DSC)/
antispinregeling
(ASR)Permanent.
De functie wordt uitgeschakeld. De functie DSC/ASR wordt automatisch ingeschakeld
als de motor wordt gestart en bij ongeveer 50
km/h.
Bij snelheden tot 50
km/h kunt u het systeem
handmatig weer inschakelen.
(1 ) : zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats en zet het contact af. (2): neem contact op met een CITROËN-dealer
of een gekwalificeerde werkplaats. (3)
: ga naar een CITROËN-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
1
Instrumentenpaneel
Page 20 of 324

18
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties / Opmerkingen
Te lage
bandenspanning Permanent, in
combinatie met een
geluidssignaal en een
melding. De bandenspanning van een of
meerdere wielen is te laag.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
Reset na het afstellen van de druk het
controlesysteem.
+
Waarschuwingslampje
Bandenspanning te
laag knippert en brandt
vervolgens permanent
en waarschuwingslampje
Service brandt permanent.Er zit een storing in de functie: de
bandenspanning wordt niet meer
gecontroleerd. De werking van de bandenspanningscontrole kan niet
langer worden gegarandeerd.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning en
voer (3) uit.
Voorgloeien
dieselmotor Brandt tijdelijk.
Wanneer het contact wordt aangezet,
als de weersomstandigheden en de
motortemperatuur dit noodzakelijk
maken. Wacht met starten tot het lampje uitgaat.
Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact
af. Zet het contact ver volgens weer aan en wacht
opnieuw tot het lampje uitgaat voordat u de motor
start.
Airbag
voorpassagier
(ON) Permanent.
De airbag vóór aan passagierszijde is
geactiveerd.
De schakelaar staat in de stand " ON”. Plaats in dit geval GEEN kinderzitje met de "rug in
de rijrichting" op de voorpassagiersstoel - risico
op zwaar letsel!
Airbag
voorpassagier
(OFF) Permanent.
De airbag vóór aan passagierszijde is
uitgeschakeld.
De schakelaar staat in de stand
"OFF ”. U kunt een kinderzitje met de rug in de rijrichting
plaatsen, behalve in het geval van een storing in het
airbagsysteem (brandend waarschuwingslampje
Airbags).
Airbags Permanent. Een van de airbags of gordelspanners
is defect. (3) uitvoeren.
Instrumentenpaneel
Page 21 of 324

19
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
OorzaakActies / Opmerkingen
of Laag
brandstofniveau
Brandt permanent (lampje of LED),
met de naald in het rode gebied
(afhankelijk van de uitvoering), in
combinatie met een geluidssignaal en
een melding.
Het geluidssignaal en de melding
worden steeds vaker herhaald
naarmate het niveau in de tank verder
naar nul zakt. Als het lampje gaat branden, zit er
minder dan 8 liter brandstof in de
tank.
Tank bij de eerstvolgende gelegenheid
om een lege brandstoftank te
voorkomen.
Rijd nooit door tot de tank
helemaal leeg is
, hierdoor kunnen
het emissieregelsysteem en het
injectiesysteem beschadigd raken.
Aanwezigheid
van water in het
dieselfilter Permanent (met LCD-
instrumentenpaneel).
Het dieselfilter bevat water.
Risico van beschadiging van het
inspuitsysteem: voer onmiddellijk (2)
uit.
Roetfilter (diesel) Permanent, in combinatie met een
geluidssignaal en een melding van de
kans op verstopping van het roetfilter. Dit geeft aan dat het roetfilter verstopt
begint te raken.
Voer regeneratie van het roetfilter uit
door met een snelheid van minimaal
60
km/h rijden tot het lampje dooft.
Doe dit alleen als de omstandigheden
dat toelaten.
Permanent, in combinatie met een
geluidssignaal en de melding van
een te laag additiefniveau voor het
r o e t f i l t e r. Dit geeft aan dat het niveau in de
additieftank te laag is.
Voer (3) uit.
StuurbekrachtigingPermanent.
Er is een storing met betrekking tot de
stuurbekrachtiging.Rijd voorzichtig en met lage snelheid
en voer dan (3) uit.
Mistachterlicht Permanent. Het mistachterlicht is ingeschakeld.
(1 ) : zet de auto zo snel mogelijk stil op een
veilige plaats en zet het contact af. (2): neem contact op met een CITROËN-dealer
of een gekwalificeerde werkplaats. (3)
: ga naar een CITROËN-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
1
Instrumentenpaneel
Page 22 of 324

20
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties / Opmerkingen
Voet op de
koppeling Permanent.
Stop & Start: de overschakeling naar
de START-stand wordt afgewezen,
omdat het koppelingspedaal niet
volledig wordt ingetrapt. Trap het koppelingspedaal volledig in.
Groene verklikkerlampjes
Automatische
ruitenwissers
Permanent.
De automatische stand van de
ruitenwissers vóór is geactiveerd.
+
of Autom. dimmen
grootlicht
Permanent.
Het systeem is geactiveerd via het
touchscreen (menu Rijden / Auto ).
De lichtschakelaar staat in de stand
"AUTO ".
Voet op het
rempedaal
Brandt permanent.
Rempedaal niet of onvoldoende
stevig ingetrapt. Om bij uitvoeringen met een automatische transmissie,
bij draaiende motor en vóór het vrijzetten van de
parkeerrem, de selectiehendel uit stand P
te halen.
Om bij uitvoeringen met een elektronisch gestuurde
versnellingsbak, met de selectiehendel in stand N , de
motor te kunnen starten.
Voet op het
rempedaal Knippert.
Als u de auto met een elektronisch
gestuurde versnellingsbak op een
helling te lang probeert op zijn
plaats te houden door het gaspedaal
in te trappen, raakt de koppeling
over verhit. Gebruik het rempedaal en/of de parkeerrem.
Instrumentenpaneel
Page 23 of 324
21
Stop & Star tPermanent. Wanneer de auto stopt, zet het Stop &
Start-systeem de motor in de STOP-
stand.
Verklikkerlampje
knippert tijdelijk. De STOP-modus is momenteel niet
beschikbaar of de START-modus
wordt automatisch geactiveerd.
DodehoekbewakingPermanent.
De functie is geactiveerd.
Waarschuwing
verlaten rijstrook Knippert in
combinatie met een
geluidssignaal. Er wordt een rijstrookmarkering
aan de rechterzijde (of linkerzijde)
overschreden. Stuur de andere kant op om de auto weer op de juiste
koers te brengen.
RichtingaanwijzersKnippert, met
geluidssignaal.
De richtingaanwijzers zijn
ingeschakeld.
Parkeerlichten Permanent. De lampen zijn ingeschakeld.
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampje
Status
Oorzaak Acties / Opmerkingen
Dimlicht Permanent. De lampen zijn ingeschakeld.
Mistlampen vóór Permanent. De mistlampen vóór zijn
ingeschakeld.
1
Instrumentenpaneel
Page 24 of 324
22
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties / Opmerkingen
Zwarte/witte waarschuwingslampjes
Voet op het
rempedaalBrandt permanent.
Rempedaal niet of onvoldoende
stevig ingetrapt. Om bij uitvoeringen met een automatische transmissie,
bij draaiende motor en vóór het vrijzetten van de
parkeerrem, de selectiehendel uit stand P
te halen.
Om bij uitvoeringen met een elektronisch gestuurde
versnellingsbak, met de selectiehendel in stand N , de
motor te kunnen starten.
Voet op het
rempedaal Knippert.
Als u de auto met een elektronisch
gestuurde versnellingsbak op een
helling te lang probeert op zijn
plaats te houden door het gaspedaal
in te trappen, raakt de koppeling
over verhit. Gebruik het rempedaal en/of de parkeerrem.
Blauwe verklikkerlampjes
Grootlicht
Permanent. Het grootlicht is ingeschakeld.
Instrumentenpaneel