Page 121 of 416

119
Airconditioning
De airconditioning werkt doeltreffend in elk
jaargetijde, bij draaiende motor en mits de
ruiten zijn gesloten.
Dit systeem maakt het mogelijk om:
-
i
n de zomer de temperatuur in het interieur
te verlagen,
-
i
n de winter bij temperaturen boven 3 °C
beslagen ruiten snel te ontwasemen.
Inschakelen
F Druk op deze toets. Het indicatielampje gaat branden.
De airconditioning werkt niet als de
regeling voor de luchtopbrengst is
uitgeschakeld. Om sneller koele lucht te verkrijgen,
kunt u gedurende enige tijd de
luchtrecirculatie inschakelen.
Schakel daarna de toevoer van
buitenlucht weer in.
Uitschakelen
F Druk nogmaals op deze toets. Het verklikkerlampje gaat uit.
Als de airconditioning wordt uitgeschakeld,
wordt het thermische comfort niet meer
geregeld (vocht, beslagen ruiten).
Luchtverdeling
F Druk herhaaldelijk op de toets om de luchtstroom afwisselend
te verdelen naar:
-
d
e voorruit, de zijruiten en de
voetenruimten,
-
d
e voetenruimten,
-
de
middelste ventilatieroosters, de
zijventilatieroosters en de voeten van de
inzittenden,
-
d
e voorruit, de zijruiten, de middelste
ventilatieroosters, de zijventilatieroosters en
de voeten van de inzittenden,
-
d
e middelste ventilatieroosters en de
zijventilatieroosters,
-
d
e voorruit en de zijruiten (ontwasemen of
ontdooien).
Luchtopbrengst
F Druk op deze toets om de luchtopbrengst te verhogen.
F
D
ruk op deze toets om de
luchtopbrengst te verlagen.
Het symbool van de luchtopbrengst (propeller)
verschijnt. Het symbool wordt, afhankelijk van
de ingestelde waarde, geleidelijk voller of leger.
3
Ergonomie en comfort
Page 122 of 416

120
Ontwasemen – ontdooien
voorruit en zijruiten
Deze opdruk op het
bedieningspaneel geeft aan in welke
stand de knoppen moeten staan om
de voorruit en de zijruiten snel te
ontwasemen of te ontdooien.
Verwarming of handbediende
airconditioningAutomatische airconditioning
met gescheiden regeling
Het systeem keert terug naar dezelfde
instellingen als die van vóór het uitschakelen.
Recirculatie van de
interieurlucht
De toevoer van buitenlucht voorkomt het
beslaan van de voorruit en zijruiten.
De recirculatiestand dient om de luchttoevoer
af te sluiten bij stank en stofoverlast.
U kunt deze stand bovendien tijdelijk
gebruiken om sneller warme of koele lucht
te verkrijgen.
F Druk op deze toets om de lucht in het interieur te laten recirculeren; het symbool
verschijnt of het verklikkerlampje gaat aan
(afhankelijk van de uitvoering).
F Druk nogmaals op deze toets om de toevoer van buitenlucht weer in
te schakelen; het symbool verdwijnt
of het verklikkerlampje gaat uit
(afhankelijk van de uitvoering).
Schakel zo snel mogelijk de toevoer van
buitenlucht weer in – Kans op beslaan
van de ruiten en vermindering van de
luchtkwaliteit!
F Inschakelen van de airconditioning: druk op deze toets, het lampje van
de toets gaat branden.
F Zet de knoppen van de aanjagersnelheid, de temperatuur en de luchtverdeling in de
met de desbetreffende opdruk weergegeven
stand. F
D
ruk op deze toets om de
voorruit en de zijruiten snel te
ontwasemen of te ontdooien.
Het systeem werkt volledig automatisch
en regelt de luchttemperatuur, de
aanjagersnelheid, de luchttoevoer en stelt de
luchtverdeling zodanig in dat de voorruit en de
zijruiten zo snel mogelijk schoon worden. F
D
ruk nogmaals op deze toets of
op AUTO om deze functie uit te
schakelen.
Ergonomie en comfort
Page 123 of 416
121
Ver warmde voorruit en
ruitensproeierkoppen
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de ruitenwissers en
in het bijzonder de voorruitver warming en
de verwarmde ruitensproeierkoppen.
Bij auto's met een Stop & Start-systeem geldt
dat zolang de voorruitontwaseming in werking
is, de STOP-functie niet beschikbaar is.
Buitenspiegelverwarming
Inschakelen
F Druk op deze toets om de buitenspiegels te ontwasemen.
Het lampje van de toets gaat
branden.
Uitschakelen
De ver warming wordt automatisch
uitgeschakeld om overmatig stroomverbruik te
voorkomen. F
U k
unt de
buitenspiegelverwarming
ook eerder uitschakelen door
nogmaals op deze toets te
drukken. Het lampje van de
toets gaat dan uit.
Schakel, zodra de omstandigheden
het toelaten, de achterruit- en
buitenspiegelverwarming uit, omdat een
geringer stroomverbruik leidt tot een
verlaging van het brandstofverbruik.
De buitenspiegelverwarming werkt
uitsluitend bij draaiende motor.
3
Ergonomie en comfort
Page 124 of 416
122
Ontwasemen – ontdooien
achterruit
Inschakelen
F Druk op deze toets om de achterruit en de buitenspiegels
(afhankelijk van de uitvoering
van uw auto) te ontwasemen.
Het lampje van de toets gaat
branden.
Uitschakelen
De ver warming wordt automatisch
uitgeschakeld om overmatig stroomverbruik te
voorkomen.
F
U k
unt de ver warming ook
eerder uitschakelen door
nogmaals op deze toets te
drukken. Het lampje van de
toets gaat dan uit.
Schakel, zodra de omstandigheden
het toelaten, de achterruit- en
buitenspiegelverwarming uit, omdat een
geringer stroomverbruik leidt tot een
verlaging van het brandstofverbruik.
De achterruitverwarming werkt uitsluitend
bij draaiende motor.
Ergonomie en comfort
Page 125 of 416

123
Advies
Neem voor een optimale werking van deze
systemen de volgende gebruiksadviezen in
acht:
F
L
et erop dat voor een gelijkmatige
verdeling van de lucht naar het
interieur de uitstroomopening
onder de voorruit, de verschillende
luchtkanalen, ventilatieroosters en
overige uitstroomopeningen alsmede de
ventilatieopening achterin vrij blijven.
F
D
ek de zonnesensor boven in de voorruit
niet af; deze wordt gebruikt voor het
regelen van het airconditioningssysteem.
F
Z
et de airconditioning minstens één tot
twee keer per maand 5
tot 10 minuten
aan om het systeem in per fecte staat te
houden.
F
O
m te voorkomen dat de ruiten beslaan en
de luchtkwaliteit in het interieur achteruit
gaat, dient u het systeem niet te lang uit
te schakelen en langdurig gebruik van het
luchtrecirculatiesysteem tijdens het rijden
te vermijden.
F
C
ontroleer regelmatig de staat van het
interieurfilter en laat de filterelementen
periodiek vervangen. Wij raden u een gecombineerd interieurfilter
aan. Dankzij het toegevoegde speciale
actieve middel draagt het bij tot een
gezuiverde lucht voor de inzittenden en
een schoon interieur (vermindering van
allergische reacties, stank en vetaanslag).
F
L
aat de airconditioning regelmatig
controleren volgens de aanbevelingen in
het garantie- en onderhoudsboekje, om
het systeem in per fecte staat te houden.
F
G
ebruik de airconditioning niet als deze
niet koelt en raadpleeg het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Bij een zware belasting van de motor (trekken
van een aanhanger op een steile helling
bij een hoge buitentemperatuur) kan de
airconditioning tijdelijk worden uitgeschakeld
voor een optimale trekkracht van de motor. Ventilatieroosters
Beweeg de knop naar de buitenzijde van de
auto om het ventilatierooster te sluiten. Er kan
enige weerstand voelbaar zijn.
3
Ergonomie en comfort
Page 126 of 416

124
Als de auto lange tijd in de zon heeft
gestaan en de temperatuur in het
interieur hoog is opgelopen, zet dan de
ruiten enige tijd open.
Zorg er voor dat de aanjagersnelheid
voldoende hoog is ingesteld, zodat
de lucht in het interieur goed ver verst
wordt.
Het airconditioningssysteem is
chloor vrij en is niet schadelijk voor de
ozonlaag.
Bevat gefluoreerde broeikasgassen
R13 4A
Al naar gelang de uitvoering
en het verkoopland bevat het
airconditioningssysteem gefluoreerde
broeikasgassen type R134A. Gaslading
0,5 kg (+/- 0,025 kg), GWP-index 1430 t
(gelijk aan CO
2: 0,715 t).
C
ondensvorming door de airconditioning
kan ertoe leiden dat zich een klein plasje
water onder de auto vormt. Dit is een
normaal verschijnsel. Stop & Star t
De verwarmings- en
airconditioningssystemen werken alleen
als de motor draait.
Als u het thermische comfort in de auto op
het door u gewenste niveau wilt houden,
kunt u tijdelijk de functie Stop & Start
uitschakelen.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het Stop & Star t
-
systeem.
Verwarming –
airconditioning achter
Afhankelijk van de uitvoering kan uw auto
zijn voorzien van airconditioning achter met
een luchtverdelingskanaal en afzonderlijke
uitstroomopeningen in het dak voor een
optimale verdeling van koele of warme lucht
achter in de auto.
Ergonomie en comfort
Page 127 of 416

125
Inschakelen/uitschakelen
Deze toets bevindt zich voorin op het
bedieningspaneel van de airconditioning.F
D
ruk op deze toets om de
bedieningsfuncties achterin in
te schakelen. Het lampje van de
toets gaat branden.
F
D
ruk nogmaals op deze toets
om de bedieningsfuncties
achterin uit te schakelen. Het
lampje van de toets gaat uit.
Luchtopbrengst
F Draai aan de knop om de luchtopbrengst te vergroten of te
verkleinen.
Programmeerbaar
verwarmings-/ventilatiesysteem
Ver war ming
Dit is een aanvullend en afzonderlijk systeem
dat het koelvloeistofcircuit van de motor
opwarmt, zodat het interieur voor ver warmd kan
worden en de ruiten sneller ontdooid kunnen
worden.
Dit verklikkerlampje brandt
permanent als het systeem is
geprogrammeerd om te verwarmen.
Dit verklikkerlampje knippert
gedurende de werking van de
verwarming.
Ventilatie
Dit systeem ventileert het interieur
met buitenlucht, zodat onder zomerse
omstandigheden bij het instappen een
aangenamere temperatuur in het interieur
heerst.
Temperatuur
- Draai de rolknop naar het blauwe gedeelte (koud) of het
rode gedeelte (warm) om de
temperatuur naar eigen wens in
te stellen.
Met deze knop wordt zowel de
temperatuur als de luchtverdeling
geregeld:
-
b
lauw: de lucht stroomt voornamelijk
uit de uitstroomopeningen in het dak,
-
r
ood: de lucht stroomt voornamelijk uit
de uitstroomopeningen op de 3e zitrij
en rechts in het interieur.
3
Ergonomie en comfort
Page 128 of 416

126
Met de twee klokjes kunt u, bijvoorbeeld
afhankelijk van het seizoen, een keuze
maken uit twee inschakeltijdstippen.
Via een melding op het scherm wordt uw
keuze bevestigd.
Afstandsbediening met
groot bereik
Het bereik van de afstandsbediening is
ongeveer 1 km, in een onbeschutte omgeving.
Inschakelen
F Houd deze toets ingedrukt om de ver warming direct in te
schakelen.
Het lampje van de afstandsbediening licht
gedurende ongeveer 2
seconden groen op om
te bevestigen dat het signaal door de auto is
ontvangen.
Uitschakelen
F Houd deze toets ingedrukt om de ver warming direct uit te
schakelen.
Het lampje van de afstandsbediening licht
gedurende ongeveer 2
seconden rood op om
te bevestigen dat het signaal door de auto is
ontvangen.
Het lampje van de afstandsbediening
knippert gedurende ongeveer 2
seconden als
de auto het signaal niet heeft ontvangen.
Probeer het in dat geval vanaf een andere
plaats opnieuw.
Vervangen van de batterij
Als het lampje van de afstandsbediening oranje
gaat branden, is de batterij bijna leeg.
Als het lampje niet meer brandt, is de batterij
leeg.
Instellingen
Audiosysteem
F Druk op de toets MENU om het
hoofdmenu weer te geven.
F
Sel
ecteer " Voor ver w. / Voor ventil ".
F
V
ink " Activering " aan en selecteer voor het
programmeren indien nodig " Parameters",
F
Sel
ecteer " Verwarm. " om de motor en het
interieur te ver warmen of " Ventilatie" om
het interieur te ventileren,
F
Selecteer:
-
h
et 1e klokje om het inschakeltijdstip te
programmeren/op te slaan waarbij de
voorverwarmingstemperatuur wordt bereikt,
-
h
et 2e klokje om het tweede inschakeltijdstip
te programmeren/op te slaan waarbij de
voorverwarmingstemperatuur wordt bereikt,
Ergonomie en comfort