Page 73 of 240

71
LTNIEK ADA neįrenkite vaiko prilaikymo priemonės su atgal atgręžtu vaiku ant sėdynės, kuri saugoma VEIKIANČIOS priekinės ORO P
AGALVĖS. Išsiskleidus oro pagalvei vaikas gali būti MIRTINAI arba SUNKIAI TR AUMUOTAS.
LV NEK AD
NEuzstādiet uz aizmuguri vērstu bērnu sēdeklīti priekšējā pasažiera sēdvietā, kurā ir AKTIVIZĒTS priekšējais DROŠĪBAS GAISA
S
PILVENS. Tas var izraisīt BĒRNA NĀVI vai radīt NOPIETNUS IEVAINOJUMUS.
MT Qatt m'ghandek thalli tifel/tifla marbut f'siggu dahru lejn l-Airbag attiva, ghaliex tista' tikkawza korriment serju jew anke mewt lit-tifel/tifla
NL Plaats NOOIT een kinderzitje met de rug in de rijrichting op een zitplaats waar van de AIRBAG is INGESCHAKELD. Bij het afgaan van de
airbag kan het KIND LEVENSGEVA ARLIJK GEWOND R AKEN
NO Installer ALDRI et barnesete med ryggen mot kjøreretningen i
et sete som er beskyttet med en frontal AKTIVERT KOLLISJONSPUTE,
BARNET risikerer å bli DREPT eller HARDT SK ADET.
PL NIGDY
nie instalować fotelika dziecięcego w pozycji "tyłem do kierunku jazdy" na siedzeniu wyposażonym w CZOŁOWĄ PODUSZKĘ
P
OWIETRZNĄ w stanie AKT Y WNYM. Może to doprowadzić do ŚMIERCI DZIECK A lub spowodować u niego POWA ŻNE OBR A ŻENIA
CI
AŁA.
PT NUNCA instale um sistema de retenção para crianças de costas para a
estrada num banco protegido por um AIRBAG frontal ACTIVADO.
Esta
instalação poderá provocar FERIMENTOS GR AVES ou a MORTE da CRIANÇA.
RO Nu instalati NICIODATA un sistem de retinere pentru copii, dispus cu spatele in directia de mers, pe un loc din vehicul protejat cu AIRBAG
frontal ACTIVAT. Aceasta ar putea provoca MOARTEA COPILULUI sau R ANIREA lui GR AVA.
RU ВО
ВСЕХ СЛУЧА ЯХ ЗАПРЕЩАЕТСЯ использовать обращенное назад детское удерживающее устройство на сиденье, защищенном
Ф
УНКЦИОНИРУЮЩЕЙ ПОДУШКОЙ БЕЗОПАСНОСТИ, установленной перед этим сиденьем. Это может привести к ГИБЕЛИ
Р
ЕБЕНК А или НАНЕСЕНИЮ ЕМУ СЕРЬЕЗНЫХ ТЕЛЕСНЫХ ПОВРЕЖ ДЕНИЙ
SK NIKDY
neinštalujte detské zádržné zariadenie orientované smerom dozadu na sedadlo chránené AKTIVOVANÝM čelným AIRBAGOM. Mohlo
b
y dôjsť k SMRTEĽNÉMU alebo VÁ ŽNEMU POR ANENIU DIEŤAŤA.
SL NIKOLI
ne nameščajte otroškega sedeža s hrbtom v smeri vožnje, če je VARNOSTNA BLA ZINA pred sprednjim sopotnikovim sedežem
A
KTIVIR ANA. Takšna namestitev lahko povzroči SMRT OTROK A ali HUDE POŠKODBE.
SR NIK ADA
ne koristite dečje sedište koje se okreće unazad na sedištu zaštićenim AKTIVNIM VA ZDUŠNIM JASTUKOM ispred njega, jer mogu
n
astupiti SMRT ili OZBILJNA POVREDA DETETA.
SV Passagerarkrockkudden fram MÅSTE vara avaktiverad om en bakåtvänd bilbarnstol installeras på denna plats. Annars riskerar barnet att
DÖDAS eller SK ADAS ALLVARLIGT.
TR KESİNLKLE
HAVA YASTIĞI AKTİF olan ön koltuğa yüzü arkaya dönük bir çocuk koltuğu yerleştirmeyiniz. Bu ÇOCUĞUN ÖLMESİNE veya
Ç
OK AĞIR YAR ALANMASINA sebep olabilir.
5
Veiligheid
Page 74 of 240

72
Kinderzitje achterin
"Met de rug in de rijrichting"
Schuif als u een kinderzitje "met de rug in de
r ijrichting" op een zitplaats achter plaatst de
voorstoel naar voren en zet de rugleuning van
de voorstoel rechtop, zodat het kinderzitje de
voorstoel niet raakt.
" Met het gezicht in de rijrichting "
Schuif als u een kinderzitje "met het gezicht in
d e rijrichting" op een zitplaats achter plaatst
de voorstoel naar voren en zet de rugleuning
van de voorstoel rechtop, zodat de benen van
het kind de voorstoel niet raken.
Middelste zitplaats achter
Een kinderzitje met steun mag nooit op de
middelste zitplaats achter worden bevestigd.
Aanbevolen kinderzitjes
Deze aanbevolen kinderzitjes kunnen met
een driepuntsveiligheidsgordel worden
vastgemaakt.
Groep 0+: vanaf de geboor te tot 13
kg
L1
"RÖMER Baby-Safe Plus"
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
Groep 2
en 3: van 15 tot 36 kg
L5
"RÖMER KIDFIX XP"
Kan aan de ISOFIX-bevestigingen van de auto worden bevestigd.
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Groep 2 en 3: 15-36 kg
L6
"GRACO Booster"
Het kind wordt beschermd door de veiligheidsgordel.
Overzicht voor het bevestigen
van kinderzitjes met de
veiligheidsgordel
Overeenkomstig de Europese wetgeving
toont dit overzicht de mogelijkheden voor het
bevestigen met de veiligheidsgordel van een
universeel gehomologeerd kinderzitje ( a) in uw
auto, gerangschikt naar het gewicht van het
kind en de plaats in de auto.
Veiligheid
Page 75 of 240

73
Gewicht van het kind/leeftijdsindicatie
Zitplaats < 13
kg
(groep 0
(b) en 0+)
Tot ongeveer 1
jaar Van 9-18
kg
(g r o e p 1)
Van 1
tot ongeveer 3
jaar Van 15-25
kg
(groep 2)
Van 3
tot ongeveer 6
jaar Van 22-36
kg
(groep 3)
Van 6
tot ongeveer
10
jaar
Voorpassagiersstoel (c ), ( e)
Met
hoogteverstelling U(R)
U(R)U(R)U(R)
Zonder
hoogteverstelling U*
U* U* U*
Buitenste zitplaatsen achter ( d) U UUU
Middelste zitplaats achter ( d) U (f) U (f) U U
U : plaats geschikt voor het bevestigen van een
universeel goedgekeurd kinderzitje met de
veiligheidsgordel. Kinderzitje geplaatst "met de
rug in de rijrichting" of "met het gezicht in de
rijrichting".
U(R) : als U , waarbij de stoel van de auto in de
hoogste stand en zo ver mogelijk naar achteren
moet staan.
U* : als U , waarbij de rugleuning rechtop moet
staan.
( a ) Universeel kinderzitje: kinderzitje dat in alle auto's
met de veiligheidsgordel kan worden bevestigd.
(b) Groep 0: vanaf de geboorte tot 10
kg.
Reiswiegen en "autobedjes" mogen niet op de
voorpassagiersstoel worden bevestigd.
( c ) Raadpleeg de huidige wetgeving in uw
land alvorens een kinderzitje op deze plaats te
bevestigen.
( d ) Bij het plaatsen van een kinderzitje met de "rug in
de rijrichting" of met het "gezicht in de rijrichting" op
een zitplaats achter: schuif de voorstoel naar voren
en zet de rugleuning rechtop, zodat er voldoende
ruimte is voor het kinderzitje en de benen van het
kind.( e ) Als een kinderzitje "met de rug in de
rijrichting" op de voorpassagiersstoel
is bevestigd, moet de airbag vóór aan
passagierszijde altijd worden uitgeschakeld.
Anders kan het kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Als een kinderzitje "met het gezicht in
de rijrichting" op de voorpassagiersstoel
wordt geplaatst, moet de airbag vóór aan
passagierszijde ingeschakeld blijven.
( f ) Een kinderzitje met steun mag nooit op deze
zitplaats worden geplaatst.
5
Veiligheid
Page 76 of 240

74
ISOFIX-bevestigingen
De hieronder aangegeven zitplaatsen zijn uitgerust
met de voorgeschreven ISOFIX-bevestigingen:
Elke zitplaats is voorzien van drie bevestigingsringen:
- twee ringen A tussen de rugleuning en de zitting van de stoel, te herkennen aan een
markering, -
é
én met een markering aangegeven
bevestigingsring B achter de zitplaats, TOP
TETHER genoemd, voor de bevestiging van
de bovenste riem.
Dit systeem voorkomt dat het kinderzitje naar voren
kantelt bij een ongeval.
Met de ISOFIX-bevestigingen kan een kinderzitje
veilig, degelijk en snel in uw auto worden gemonteerd.
De ISOFIX-kinderzitjes zijn voorzien van twee sloten
die aan de twee bevestigingsringen A kunnen worden
verankerd.
Sommige kinderzitjes zijn bovendien voorzien van
een bovenste bevestigingsriem die kan worden
vastgemaakt aan bevestigingsring B .
F maak de haak van de bovenste riem aan
ring B vast,
F
s
pan de bovenste riem.
Voor u
een ISOFIX-kinderzitje op de linker
zitplaats achter plaatst, moet u
eerst de
middelste veiligheidsgordel achter naar
het midden van de auto bewegen zodat
deze gordel normaal gebruikt kan blijven
worden.
Een onjuist geïnstalleerd kinderzitje
kan de veiligheid van het kind in gevaar
brengen in het geval van een ongeval.
Volg nauwkeurig de montagevoorschriften
in de handleiding die bij het kinderzitje is
geleverd.
Raadpleeg het overzicht voor meer
informatie over het plaatsen van ISOFIX-
kinderzitjes in uw auto.
Aanbevolen ISOFIX-kinderzitjes
Raadpleeg voor het aanbrengen en
verwijderen van het kinderzitje de
montage-instructies van de fabrikant.
Kinderzitje vastmaken aan de TOP TETHER :
F v er wijder de hoofdsteun van de zitplaats waarop
u
het kinderzitje wilt plaatsen en berg de
hoofdsteun op (plaats de hoofdsteun terug zodra
het kinderzitje is verwijderd),
F
v
oer de riem van het kinderzitje over de rugleuning
van de zitplaats heen, tussen de openingen voor
de pennen van de hoofdsteun door,
Veiligheid
Page 77 of 240

75
"RÖMER Baby- Safe Plus met ISOFIX-
basis"
(lengtecategorie: E )
Groep 0+: vanaf geboor te tot 13
kg.
Dit kinderzitje wordt met de rug in de rijrichting geplaatst met behulp van een ISOFIX-basis die aan de ogen A wordt bevestigd.
De basis is voorzien van een in hoogte
verstelbare steun die op de vloer van de auto rust.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd met een veiligheidsgordel. In dat geval wordt het
zitje zonder basis met de driepuntsgordel op de zitplaats van de auto bevestigd.
"FAIR G 0/1 S met RWF B ISOFIX-basis "
(lengtecategorie C )
Groep 0+ en 1: van de geboor te tot 18
kg
Wordt met de rug in de rijrichting geplaatst.
Wordt geplaatst met behulp van een ISOFIX- basis dat aan de ogen A wordt bevestigd.Er zijn 6
verschillende standen mogelijk.
Gebruik de ISOFIX-basis van het type B " rug
in de rijrichting " (RWF).
Dit kinderzitje kan ook "met het gezicht in de
rijrichting"worden bevestigd op zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX-bevestigingen.
Het is in dat geval verplicht het kinderzitje met de normale driepuntsveiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te bevestigen. "
Baby P2C Midi met ISOFIX-basis "
(lengtecategorie: D, C, A, B, B1 )
Groep 1: 9-18
kg
Dit kinderzitje wordt met de rug in de rijrichting geplaatst met behulp van een ISOFIX-basis die aan de ogen A wordt bevestigd.
De basis is voorzien van een in hoogte
verstelbare steun die op de vloer van de auto rust.
Dit kinderzitje kan ook "met het gezicht in de rijrichting" worden geplaatst.
Dit kinderzitje kan niet met een
veiligheidsgordel worden vastgezet.
We adviseren u
het zitje voor kinderen tot
3
jaar "met de rug in de rijrichting" te plaatsen.
5
Veiligheid
Page 78 of 240

76
"RÖMER Duo Plus ISOFIX "
(lengtecategorie: B1 )
Groep 1: 9-18kg
Dit zitje wordt uitsluitend met het gezicht in de rijrichting geplaatst.
Het wordt verankerd aan de ringen A en, met de bovenste riem, aan ring B , de Top Tether.
Drie standen: rechtop, ruststand en ligstand. Dit kinderzitje kan ook worden gebruikt op
zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX- bevestigingspunten.
In dat geval moet het zitje met de
driepuntsveiligheidsgordel op de stoel van de auto worden bevestigd.
Stel de voorstoel zo af dat de voeten van het kind de rugleuning niet kunnen raken.Overzichtstabel van zitplaatsen
geschikt voor ISOFIX-kinderzitjes
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft
het overzicht de mogelijkheden aan voor het
bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op
een plaats in de auto voorzien van ISOFIX-
bevestigingen.
Bij universele en semi-universele ISOFIX-
kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het
kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven
met een letter ( A t /m G).
Veiligheid
Page 79 of 240

77
I UF: zitplaats geschikt voor de bevestiging van een
U niverseel gehomologeerd I SOFIX-kinderzitje met
het gezicht in de R ijrichting en een bovenste riem.
IL- SU: zitplaats geschikt voor de bevestiging van een
S emi- Universeel gehomologeerd I SOFIX-kinderzitje:
-
"
met de rug in de rijrichting", bevestigd met
behulp van een bovenste riem of een steun,
-
"
met het gezicht in de rijrichting", bevestigd met
behulp van een steun,
-
r
eiswieg voorzien van een bovenste riem of een
steun.
Gewicht van het kind /leeftijdsindicatie
< 10
kg
(groep 0)
Tot ca. 6
maanden < 10
kg
(groep 0) < 13
kg
(groep 0+)
Tot ongeveer 1
jaar Van 9-18
kg
(g ro e p 1)
Van 1
tot ongeveer 3 jaar
Type ISOFIX-kinderzitje ReiswiegMet de rug in de rijrichting Met de rug in de
rijrichting Met het gezicht in de
rijrichting
ISOFIX-maat F G C D E C D A B B1
Voorpassagiersstoel Geen ISOFIX
Buitenste zitplaatsen achter XIL- SU* IL- SU IL- SU* IL- SU IUF
IL- SU
Middelste zitplaats achter Geen ISOFIX
*
S
toel van de auto in een specifieke stand: schuif de stoelen vóór het kinderzitje naar voren. Raadpleeg de rubriek "ISOFIX-bevestigingen"
voor meer informatie over de bevestiging van
de bovenste riem.
X: zitplaats die niet geschikt is voor
een kinderzitje voor de aangegeven
gewichtscategorie.
5
Veiligheid
Page 80 of 240

78
Veiligheidsvoorschriften
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje is de
bescherming van het kind bij een aanrijding
niet meer gewaarborgd.
Controleer of er geen veiligheidsgordel of
gesp van de veiligheidsgordel onder het
kinderzitje zit; dat zou de stabiliteit van het
zitje in gevaar kunnen brengen.
Zorg er voor dat de veiligheidsgordels of
het tuigje van het kinderzitje, zelfs bij korte
ritten, worden vastgemaakt waarbij de
speling ten opzichte van het lichaam van het
kind zoveel mogelijk moet worden beperkt.
Zorg er bij het bevestigen van het
kinderzitje met de veiligheidsgordel voor
dat de veiligheidsgordel correct tegen het
kinderzitje is gespannen en dat de gordel
het kinderzitje stevig op zijn plaats houdt.
Schuif de passagiersstoel, wanneer deze
versteld kan worden, indien nodig naar
voren.
Verwijder de hoofdsteun alvorens
een kinderzitje met een rugleuning te
plaatsen op een passagiersstoel.
Berg de hoofdsteun zorgvuldig op om te
voorkomen dat de hoofdsteun door de auto
vliegt bij krachtig afremmen. Plaats de
hoofdsteun terug zodra het kinderzitje is
verwijderd.
Kinderzitje achterin
Laat bij de achterzitplaatsen altijd voldoende
ruimte tussen de voorstoel en:
-
e
en kinderzitje dat met de rug in de
rijrichting wordt geplaatst,
-
d
e voeten van het kind wanneer het
kinderzitje in de rijrichting wordt geplaatst.
Schuif daartoe de voorstoel naar voren en zet
de rugleuning er van, indien nodig, rechter op.
Voor een optimale bevestiging van het
kinderzitje met "het gezicht in de rijrichting"
is het noodzakelijk dat de afstand tussen de
rugleuning van het kinderzitje en de rugleuning
van de stoel van de auto zo klein mogelijk is.
Kinderen voorin
De regelgeving met betrekking tot
het ver voer van kinderen op de
voorpassagiersstoel verschilt per land.
Houd u
aan de regels die gelden in het
land waar u
zich bevindt.
Schakel de airbag vóór aan
passagierszijde uit zodra een kinderzitje
met de rug in de rijrichting op de
voorpassagiersstoel wordt geplaatst.
Anders kan een kind bij het afgaan van de
airbag levensgevaarlijk gewond raken.
Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de
veiligheidsgordel moet over de schouder
van het kind liggen zonder de hals te raken.
Controleer of de heupgordel goed over de
bovenbenen van het kind ligt.
Er wordt aanbevolen een stoelverhoger
met rugleuning te gebruiken voorzien
van een gordelgeleider ter hoogte van de
schouder.
Extra beveiliging
Gebruik de kinderbeveiliging om te voorkomen
dat de portieren en de portierruiten achter per
ongeluk geopend worden.
Zorg er voor dat de achterzijruiten niet verder
dan voor 1/3
deel worden geopend.
Plaats zonneschermen op de achterste
zijruiten om jonge kinderen tegen de zon te
beschermen.
Laat uit veiligheidsoverwegingen:
-
g
een kinderen zonder toezicht achter in
een auto,
-
n
ooit een kind of een dier in een auto
achter wanneer alle ruiten gesloten zijn en
de auto in de zon staat,
-
d
e sleutels nooit binnen bereik van de
kinderen achter in de auto.
Veiligheid