Page 41 of 663

2–21
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
WAARSCHUWING
Uiterst gevaarlijk! Gebruik nooit een achterwaarts gericht kinderzitje op de
passagierszitting welke voorzien is van een airbag die geactiveerd zou kunnen worden:
Gebruik NOOIT een achterwaarts gericht kinderzitje op een zitting die aan de voorzijde
door een ACTIEVE AIRBAG beveiligd is. Dit kan DODELIJK of ERNSTIG LETSEL
aan het KIND toebrengen.
Bij auto's die uitgerust zijn met een passagiersairbag is er een waarschuwingslabel
zoals hieronder aangegeven aangebracht. Dit waarschuwingslabel is aangebracht
overeenkomstig de bepalingen.
(Behalve Taiwan) (Taiwan)
Zelfs bij een gematigde botsing kan het kinderzitje door een activerende airbag geraakt
worden en met kracht naar achteren verplaatst worden, waardoor het kind ernstig
of dodelijk letsel zou kunnen oplopen. Als uw auto is uitgerust met een inzittende
passagier detectiesysteem, altijd controleren dat het airbag-uitgeschakeld OFF-
indicatielampje van de passagiersairbag brandt wanneer u een achterwaarts gericht
kinderzitje op de passagierszitting installeert.
Page 42 of 663

2–22
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
WAARSCHUWING
Alvorens u een kinderzitje op de passagierszitting gaat installeren, de passagierszitting
zo ver mogelijk naar achteren plaatsen:
Bij een botsing kan de kracht van een airbag die wordt opgeblazen ernstig of dodelijk
letsel aan het kind toebrengen.
Controleer altijd dat het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de
passagiersairbag brandt.
Onder bepaalde omstandigheden is het vervoeren van een kind in een kinderzitje op de
passagierszitting gevaarlijk (Met inzittende passagier detectiesysteem):
Uw auto is uitgerust met een inzittende passagier detectiesensor. Ook al is uw auto
uitgerust met een inzittende passagier detectiesensor, als u de passagierszitting moet
gaan gebruiken voor het meenemen van een kind, neemt bij gebruik van een kinderzitje
op de passagierszitting onder de volgende omstandigheden het gevaar toe dat de
passagiersairbag wordt geactiveerd en dat het kind ernstig of dodelijk letsel oploopt.
Het airbag-uitgeschakeld OFF-indicatielampje van de passagiersairbag brandt niet
wanneer u het kind in het kinderzitje laat plaatsnemen.
Er is bagage of er zijn andere voorwerpen op de zitting geplaatst waarop het
kinderzitje is geïnstalleerd.
De zitting is afgewassen.
Er is vloeistof op de zitting gemorst.
De passagierszitting is naar achteren geschoven en drukt tegen bagage of andere
voorwerpen aan die erachter zijn geplaatst.
Er is bagage of er zijn andere voorwerpen geplaatst tussen de passagierszitting en de
bestuurdersstoel.
Er is een elektrisch apparaat op de passagierszitting geplaatst.
Er is een extra elektrisch apparaat, zoals een zittingverwarmer, bovenop de
passagierszitting geïnstalleerd.
Page 43 of 663

2–23
Belangrijke veiligheidsuitrusting
Kinderzitje
WAARSCHUWING
Laat een kind of iemand anders niet op of tegen de zijruit leunen van een auto met zij-
airbags:
Het is gevaarlijk als iemand op of tegen de zijruit, het gedeelte van de passagierszitting
van waaruit de zij-airbags worden opgeblazen leunt, ook als een kinderzitje wordt
gebruikt. De schok van een zij-airbag die wordt opgeblazen kan ernstig of dodelijk
letsel toebrengen aan een kind dat niet goed op zijn plaats zit. Bovendien kunnen door
het leunen op of tegen het portier de zij- airbags geblokkeerd worden, waardoor de
voordelen van de aanvullende beveiliging ongedaan gemaakt worden. Laat een kind
niet op of tegen de zijruit leunen, ook niet als het kind zich in een kinderzitje bevindt,
aangezien de zij-airbag vanuit de buitenste schouder van de zitting wordt opgeblazen.
Gebruik nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd:
Het gebruik van één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd is
gevaarlijk. Een veiligheidsgordel die op deze wijze wordt gebruikt kan de kracht van de
schok niet op de juiste manier spreiden en de twee passagiers zouden tegen elkaar aan
gedrukt kunnen worden en ernstig of mogelijk dodelijk letsel kunnen oplopen. Gebruik
nooit meer dan één veiligheidsgordel voor meer dan één persoon tegelijkertijd en ga pas
met de auto rijden wanneer alle inzittenden hun veiligheidsgordels op de juiste wijze
hebben omgedaan.
Gebruik de spanriem en de spanriemverankering uitsluitend voor een kinderzitje:
Verankeringen voor kinderzitjes zijn bestemd om enkel bestand te zijn tegen de druk
zoals die door correct geïnstalleerde kinderzitjes wordt uitgeoefend. Onder geen
omstandigheden mogen deze verankeringen gebruikt worden voor de bevestiging
van veiligheidsgordels voor volwassenen, tuigjes of voor de bevestiging van andere
voorwerpen of uitrusting aan de auto.
OPGELET
Een veiligheidsgordel of een kinderzitje kan tijdens warm weer in een afgesloten auto
bijzonder heet worden. Om te voorkomen dat u of uw kind zich branden, deze controleren
alvorens u of uw kind deze aanraken.
Page 44 of 663