Page 537 of 664

5
537
5-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
VERSO_EE_OM64590E
Laat uw auto onmi
ddellijk controleren.
Het niet laten onderzoeken van de oorzaak van de volgende waar-
schuwingen kan leiden tot een a bnormale werking van het systeem
en mogelijk een ongeval veroorzaken. Laat uw auto direct controle-
ren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details
Motorcontrolelampje Geeft aan dat er een storing is in:
• Het emissieregelsysteem;
• Het elektronische motorregelsysteem;
• De elektronische smoorklepregeling;
• Het elektronische regelsysteem van de Multidrive CVT. (indien aanwezig)
Waarschuwingslampje SRS Geeft aan dat er een storing is in:
• Het SRS-airbagsysteem;
• Het gordelspannersysteem.
Waarschuwingslampje ABS Geeft aan dat er een storing is in:
• Het ABS;
• Het Brake Assist-systeem.
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektri-
sche stuurbekrachtiging Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het EPS-sys-
teem.
(Knippert)
Waarschuwingslampje cruise control (indien aanwezig)Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het cruise con-
trol-systeem.
(Knippert)
Controlelampje uitgeschakel d Stop & Start-systeem
(indien aanwezig) Geeft aan dat er een storing aanwezig is het Stop & Start-
systeem.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 537 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 538 of 664

538
5-2. Stappen die genomen moet
en worden in noodgevallen
VERSO_EE_OM64590E
(Gaat branden)
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• De VSC+; of
• Het TRC-systeem.
Waarschuwingslampje automatische verticale kop-
lampverstelling
(indien aanwezig) Geeft een storing aan in de automatische verticale kop-
lampverstelling.
■ Als het motorcontrolelampje tijd ens het rijden gaat branden
Bij sommige uitvoeringen gaat het motorcontrolelampje branden als de
brandstoftank geheel leeg gereden is. Vul de brandstoftank onmiddellijk als
deze leeg is. Het motorcontrolelampje gaat na enkele ritten weer uit.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als het
motorcontrolelampje niet uit gaat.
■ Waarschuwingslampje (waarschu wingszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de laadtoestand van de accu laag wordt of de spanning tijdelijk daalt,
kan het waarschuwingslampje van de elektrische stuurbekrachtiging gaan
branden en kan er een waarschuwingszoemer klinken.
WAARSCHUWING
■ Als het waarschuwingslampje elekt rische stuurbekrachtiging gaat
branden
De besturing kan extreem zwaar aanvoelen.
Als het stuurwiel zwaarder werkt dan gebruikelijk, houd het dan stevig vast
en oefen meer kracht uit.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 538 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 539 of 664

5
539
5-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
VERSO_EE_OM64590E
Volg de correctieprocedures.
Controleer, nadat de noodzakelijke handelingen uitgevoerd zijn om
het probleem te verhelpen, of de waarschuwingslampjes uitgaan.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/detailsCorrectieprocedure
Waarschuwingslampje PCS
(Pre-Crash Safety-systeem)
(indien aanwezig)
Wanneer het waarschuwings-
lampje knippert (en een zoe-
mer klinkt):
Geeft aan dat er een storing
aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem) Laat uw auto direct controle-
ren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Wanneer het waarschuwings-
lampje knippert (en er geen
zoemer klinkt):
Geeft aan dat het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem) tijdelijk
niet beschikbaar is, mogelijk
als gevolg van een van de
onderstaande zaken:
• Het deel van de voorruit rondom de sensor voor is vuil,
beslagen of bedekt door
damp, ijs, stickers, e.d.
• De temperatuur van de sensor
voor is buiten het werkingsbe-
reik. • Verwijder het vuil, de con-
dens, het ijs, de stickers, e.d.
(→Blz. 265)
• Wacht een tijdje totdat het
gebied rondom de sensor
voor voldoende is afgekoeld.
Wanneer het waarschuwings-
lampje brandt:
Het VSC (Vehicle Stability
Control-systeem) of het PCS
(Pre-Crash Safety-systeem) is
uitgeschakeld of beide syste-
men zijn uitgeschakeld. Schakel om het PCS-sys-
teem in te schakelen zowel
het VSC-systeem als het
PCS-systeem in.
(→Blz. 269, 313)
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 539 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 540 of 664

540
5-2. Stappen die genomen moet
en worden in noodgevallen
VERSO_EE_OM64590E
Waarschuwingslampje laag
brandstofniveau
Benzinemotor:
Geeft aan dat er nog maxi-
maal ongeveer 9,0 liter brand-
stof in de tank zit.
Dieselmotor:
Geeft aan dat er nog maxi-
maal ongeveer 8,3 liter brand-
stof in de tank zit. Vul de brandstoftank.
Centraal waarschuwings-
lampje
Een zoemer klinkt en het
waarschuwingslampje gaat
branden of knippert om aan te
geven dat het hoofdwaarschu-
wingssysteem een storing
heeft gesignaleerd.Handel in overeenstemming
met de melding die wordt
weergegeven op het multi-
informatiedisplay.
Waarschuwingslampje lage
bandenspanning (indien
aanwezig)
Als het lampje gaat branden:
Bandenspanning te laag door
bijvoorbeeld
• Natuurlijke oorzaken (→ Blz. 542)
• Lekke band (→ Blz. 560, 577) Breng de banden op de juiste
spanning.
Na een paar minuten dooft het
lampje. Laat het systeem
nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige indien
het lampje niet dooft nadat de
banden op spanning zijn
gebracht.
Als het lampje gaat branden
nadat het gedurende 1 minuut
knippert: storing in het banden-
spanningswaarschuwingssys-
teem (
→Blz. 543) Laat het systeem controleren
door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskun-
dige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/detailsCorrectieprocedure
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 540 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 541 of 664

5
541
5-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
VERSO_EE_OM64590E
*1: Waarschuwingssysteem veiligheidsgordel bestuurder en voorpassagier:
De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordel herinnert de bestuur-
der en de voorpassagier eraan de veiligheidsgordel om te doen. De zoemer
klinkt gedurende 30 seconden nadat de auto een snelheid van ten minste
20 km/h heeft bereikt. Als de veiligheidsgordel daarna nog niet is vastge-
maakt, laat de zoemer gedurende 90 seconden een ander geluid horen.
*2: Waarschuwingssysteem veiligheidsgordels achter:De waarschuwingszoemer voor de veiligheidsgordel herinnert de achter-
passagier eraan de veiligheidsgordel om te doen. De zoemer klinkt gedu-
rende 30 seconden nadat de auto een snelheid van ten minste 20 km/h
heeft bereikt. Als de veiligheidsgordel daarna nog niet is vastgemaakt, laat\
de zoemer gedurende 90 seconden een ander geluid horen.
*3: Uitvoeringen voor 5 personen
*4: Uitvoeringen voor 7 personen
(In het instrumenten- paneel)
Controlelampje (waarschu-
wingszoemer) bestuurders-
en voorpassagiersgordel *
1
Waarschuwt de bestuurder en
voorpassagier om de veilig-
heidsgordel om te doen.Doe de veiligheidsgordel om.
(In het centrale
paneel)
(In het centrale paneel)
Controlelampje (waarschu-
wingszoemer)
achterpassagiersgordel*
2
Waarschuwt de achterpas-
sagier om de veiligheidsgor-
del om te doen. Doe de veiligheidsgordel om.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/detailsCorrectieprocedure
*4
*3
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 541 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 542 of 664

542
5-2. Stappen die genomen moet
en worden in noodgevallen
VERSO_EE_OM64590E
■Detectiesensor voorpassagier en waarschuwingssysteem veiligheids-
gordel
● Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de detectiesen-
sor het waarschuwingslampje laten knipperen, ook al zit er niemand op
de passagiersstoel.
● Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht
niet goed, waardoor ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden
(auto's met waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Controleer het uiterlijk van de band om na te gaan of de band niet lek is.
Als de band lek is: →Blz. 560, 577
Als de band niet lek is:
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afgekoeld.
● Controleer de bandenspanning en breng hem op het juiste niveau.
● Als het waarschuwingslampje zelfs na enkele minuten niet uit gaat, con-
troleer dan of de bandenspanning in orde is en voer de initialisatie uit.
Het waarschuwingslampje kan weer gaan branden wanneer bovenstaande han-
delingen zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te laten afkoelen.
■Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk bran-
den door een natuurlijke oorzaak (auto's met waarschuwingslampje
lage bandenspanning)
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk branden
door een natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsverlies dat
op den duur optreedt of een veranderde bandenspanning die veroorzaakt
wordt door temperatuurveranderingen. In dat geval zal het waarschuwings-
lampje na een paar minuten uitgaan als de banden weer op de juiste span-
ning gebracht zijn.
■ Als een wiel wordt vervangen door het reservewiel (auto's met waar-
schuwingslampje lage bandenspanning)
Het reservewiel is niet voorzien van een bandenspanningssensor en -zen-
der. Bij een lekke band zal het waarschuwingslampje lage bandenspanning
niet uitgaan, ook al is het wiel met de lekke band vervangen door het reser-
vewiel. Vervang het reservewiel door het wiel met de gerepareerde band en
breng de band op de juiste spanning. Het waarschuwingslampje lage ban-
denspanning zal na een paar minuten uitgaan.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 542 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 543 of 664

5
543
5-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
VERSO_EE_OM64590E
■
Als het bandenspanningswaarschu wingssysteem buiten werking is
(auto's met waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Het bandenspanningswaarschuwingssysteem wordt onder de volgende
omstandigheden uitgeschakeld:
(Als de omstandigheden weer normaal zijn, zal het systeem weer correct
werken.)
● Als er banden zonder bandenspanningssensoren en -zenders worden
gebruikt.
●Als de identificatiecodes op de bandenspanningssensoren en -zenders niet
zijn geregistreerd in de bande nspanningswaarschuwingssysteem-ECU
●Als de bandenspanning 380 kPa (3,9 kg/cm2 of bar, 55 psi) of meer
bedraagt
Het bandenspanningswaarschuwingssysteem kan onder de volgende
omstandigheden worden uitgeschakeld:
(Als de omstandigheden weer normaal zijn, zal het systeem weer correct
werken.)
● Als zich in de nabijheid een elektrische voorziening bevindt, die dezelfde
radiografische signalen uitzendt
● Als in de auto een radio aanstaat op dezelfde frequentie
● Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radio-
grafische signalen nadelig beïnvloedt
● Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen en in de wiel-
kasten
● Als er niet-originele Toyota-velgen zijn gemonteerd (Zelfs wanneer er
Toyota-velgen zijn gemonteerd, kan het zijn dat het bandenspannings-
waarschuwingssysteem bij sommige bandentypes niet goed werkt.)
● Als er sneeuwkettingen worden gebruikt
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat
branden nadat het gedurende 1 minuut geknipperd heeft (auto's met
waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat bran-
den nadat het gedurende 1 minuut heeft geknipperd wanneer het contact
AAN wordt gezet, laat het systeem dan nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 543 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM
Page 544 of 664

544
5-2. Stappen die genomen moet
en worden in noodgevallen
VERSO_EE_OM64590E
WAARSCHUWING
■Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden
(auto's met waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Als u dat niet doet, kunt u
de macht over het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats. Breng de banden
meteen op spanning.
● Als, nadat de banden op spanning zijn gebracht, het waarschuwings-
lampje lage bandenspanning opnieuw gaat branden, kan dit erop duiden
dat er een band lek is. Controleer de banden. Vervang het wiel met de
lekke band door het reservewiel en laat de band repareren door de dichtst-
bijzijnde erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Vermijd plotselinge stuurbewegingen en hard remmen. De banden kunnen
beschadigd raken, waardoor u de controle over het stuurwiel of de rem-
men kunt verliezen.
■ Als u een klapband krijgt of als er plotseling een lek ontstaat (auto's
met waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Het kan zijn dat het bandenspanningswaarschuwingssysteem niet meteen in
werking treedt.
OPMERKING
■Ervoor zorgen dat het banden spanningswaarschuwingssysteem goed
werkt (auto's met waarschuwingslampje lage bandenspanning)
Monteer geen banden met verschillende specificaties of van verschillende
merken, anders werkt het bandenspanningswaarschuwingssysteem moge-
lijk niet goed.
VERSO_OM_Europe_OM64590E.book Page 544 Thursday, November 19, 2015 3:49 PM