Page 217 of 281
Verzorging van de auto2153. Maak de gloeilamp los van delamphouder en vervang de lamp.
4. Lamphouder zo monteren dat de twee lipjes in de uitsparingen van
het reflectorhuis vallen. Rechtsom vastdraaien.
5. Duw de veerklem weer op zijn plaats.
6. Breng de kap aan en draai deze rechtsom.
Grootlicht (2)
1. Draai de kap naar links en verwij‐ der deze.
2. Maak de veerklem los uit de hou‐ der door hem naar voren en opzij
te bewegen. Kantel de veerklem
omlaag.
3. Lamphouder met gloeilamp uit het
reflectorhuis nemen.4. Maak de gloeilamp los van de lamphouder en vervang de lamp.
5. Plaats de lamphouder en breng de veerklem aan.
Breng de kap aan en draai deze
rechtsom.
Richtingaanwijzer vooraan
Laat defecte LED's door een werk‐
plaats vervangen.
Zijmarkeringslichten
Laat defecte LED's door een werk‐ plaats vervangen.
Page 218 of 281
216Verzorging van de autoDagrijlicht
Laat defecte LED's door een werk‐
plaats vervangen.
Mistlampen
U kunt de lampen bereiken langs de
onderkant van de auto.
1. Draai de lamphouder naar links en verwijder deze uit de reflector.
2.Klik de lampfitting los van de stek‐
ker door op de borgnok te druk‐
ken.
3. Vervang de lamp in de lampfitting
en klik deze weer vast aan de
stekker.
4. Plaats de lampfitting in de reflec‐ tor door hem rechtsom te draaien
en zet hem vast.
Achterlichten
1. Til de afdekking aan de betref‐ fende zijde op en neem deze weg.
Page 219 of 281
Verzorging van de auto2172.Auto’s met bandenreparatieset: U
kunt de lampen aan de rechter‐
kant vervangen door eerst de
kunststof moer los te schroeven
en het inzetstuk met de fles met
afdichtmiddel te verwijderen.
3. Kunststof bevestigingsmoer van binnen met de hand losdraaien.
4. Trek de achterlichtmodule uit deuitsparing en verwijder hem.
5. Maak de kabel los van de houder.
6. Druk op de drie borgnokken en
verwijder de lamphouder uit de
lichtmodule.
7. Verwijder de lampen en vervang deze.
Richtingaanwijzer ( 1)
Achterlicht/remlicht ( 2)
Page 220 of 281
218Verzorging van de auto
Bij uitvoeringen met LED-achter‐
lichten en LED-remlichten kunt u
alleen de knipperlichtlamp ( 1) ver‐
wijderen en vervangen.
8. Bevestig de lamphouder in de mo‐
dule.
9. Bevestig de kabel aan de houder.
10. Bevestig de module aan de car‐ rosserie en haal de bevestigings‐
moer vanaf de binnenkant van de
bagageruimte aan. Bevestig de
afdekking.
Afhankelijk van de uitvoering omvat‐
ten de achterlichten en remlichten
LED's. Mochten deze uitvallen, laat
ze dan in een werkplaats vervangen.
Lichteenheid in de achterklep
1. Til de afdekking in de achterklep op en neem deze weg.
2. Schroef de kunststof bevesti‐gingsmoer met de hand vast.
3. Trek het achterlicht compleetvoorzichtig uit de uitsparingen en
neem het eruit.
Page 221 of 281
Verzorging van de auto2194. Haal de stekker van de lichtmo‐dule los.
5. Druk op de drie borgnokken enverwijder de lamphouder uit de
lichtmodule.
Bij uitvoeringen met LED-achter‐
lichten is de plaats van de beves‐
tigingsnokken iets anders.
6. Verwijder de gloeilamp en ver‐ vang deze:
Achterlicht ( 1)
Mistachterlicht ( 2) (linkerkant)
Achteruitrijlicht ( 2) (rechterkant)
Bij uitvoeringen met LED-achter‐
lichten kunt u alleen de lamp van
het achteruitrijlicht ( 1) (rechter‐
kant) en die van het mistachter‐
licht ( 1) (linkerkant) verwijderen
en vervangen.
7. Plaats de lamphouder in het ach‐ terlicht compleet. Sluit de stekkerop de lichtmodule aan. Breng de
lichtmodule op de achterklep aan
en draai de schroef vanaf de bin‐
nenkant vast. Bevestig de afdek‐
king.
Afhankelijk van de uitvoering omvat‐
ten de achterlichten LED's. Mochten
deze uitvallen, laat ze dan in een
werkplaats vervangen.
Page 222 of 281
220Verzorging van de autoZijrichtingaanwijzers
Demonteer voor het vervangen van
de gloeilamp de lampbehuizing:
1. Schuif de lamp naar de linkerkant
ervan en haal deze aan de rech‐
terkant ervan los.
2. Draai de lamphouder linksom uit de behuizing.
3. Trek de lamp uit de lamphouder en vervang deze.
4. Breng de lamphouder aan endraai deze rechtsom.
5. Steek de linkerkant van de lamp erin, schuif deze naar links en
steek de rechterkant erin.
Kentekenverlichting
1. Plaats een schroevendraaier in de uitsparing van de afdekking,
duw naar de zijkant en maak de
veer los.
Page 223 of 281

Verzorging van de auto221
2.Lamp naar beneden toe verwijde‐
ren, hierbij niet aan de kabel trek‐ ken.
3. Draai de lamphouder linksom uit de lampbehuizing.
4. Trek de lamp uit de lamphouderen vervang deze.
5. Steek de lamphouder in de lamp‐ behuizing en draai deze
rechtsom.
6. Steek de lamp in de bumper en laat deze vastklikken.
Binnenverlichting
Interieurverlichting, leeslampjes
Laat de gloeilampen vervangen in
een werkplaats.
Bagageruimteverlichting
Laat de gloeilampen vervangen in
een werkplaats.
Instrumentenverlichting
Laat de gloeilampen vervangen in
een werkplaats.Elektrisch systeem
Zekeringen Controleren of het opschrift op de ver‐
vangende zekering overeenkomt met dat op de defecte zekering.
Er zitten drie zekeringenkasten in de
auto:
● motorruimte
● instrumentenpaneel
● bagageruimte
Alvorens een zekering te vervangen,
de desbetreffende schakelaar en het
contact uitschakelen.
Een defecte zekering is te herkennen
aan de doorgebrande smeltdraad.
Zekering pas vervangen wanneer de oorzaak van de storing verholpen is.
Sommige functies worden door meer‐ dere zekeringen beveiligd.
Er kunnen zekeringen aanwezig zijn
die geen functie hebben.
Page 224 of 281
222Verzorging van de auto
Zekeringtrekker
In de zekeringenkast in de motor‐
ruimte zit mogelijk een zekeringtrek‐
ker.Zekeringtrekker van bovenaf of van
opzij op de zekering steken en de ze‐
kering lostrekken.
Zekeringenkast in
motorruimte
De zekeringenkast zit linksvoor in de
motorruimte.
Maak het deksel los en verwijder het.