Page 73 of 780
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Page 74 of 780

DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Vo or stoelen
Handmatig
1. Hoofdsteun in hoogte verstellen en kantelen
T
rek de hoofdsteun omhoog om deze
hoger te stellen.
H
oud de pal ingedrukt en druk gelijktijdig
op de hoofdsteun om de hoofdsteun lager
te stellen.
2.
K
antelen van de rugleuning
D
raai aan de draaiknop om de rugleuning
in de gewenste hellingshoek te zetten.
3.
I
nstellen van de zithoogte
B
eweeg de hendel net zo lang omhoog
of omlaag tot de gewenste instelling is
bereikt.
4.
V
erstellen van de stoel in lengterichting
T
il de beugel op en schuif de stoel naar
voren of naar achteren.
5.
L
endensteun bestuurdersstoel verstellen
D
raai aan de draaiknop om de gewenste
mate van steun voor de lendenen in te
stellen.
Zorg er bij het verstellen van de stoel naar achteren voor dat het schuiven van de stoel niet
wordt verhinderd door personen of hinderlijke voor werpen op de vloer achter de stoel om te
voorkomen dat de stoel wordt geblokkeerd. Onderbreek het schuiven van de stoel meteen
als dit het geval is.
Page 75 of 780

73
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Zet het contact aan of start de motor als de eco-mode is ingeschakeld.Na het openen van het voorportier kan de bediening van de elektrische
verstelling van de bestuurdersstoel nog ongeveer 45 seconden worden
gebruikt. Ongeveer 45
seconden na het afzetten van het contact en in de eco-
mode, wordt de bediening van de elektrische stoelverstelling uitgeschakeld.
Als het contact wordt aangezet, wordt de bediening van de elektrische
stoelverstelling weer ingeschakeld.
Elektrisch
1. Zitting kantelen en in hoogte en in
lengterichting verstellen
F
L
icht de schakelaar aan de voorzijde op of
druk deze neer om de zitting van de stoel te
kantelen.
F
L
icht de schakelaar aan de achterzijde op
of druk deze neer om de zitting te verhogen
of te verlagen.
F
B
eweeg de schakelaar naar voren of naar
achteren om de stoel naar voren of naar
achteren te bewegen.
2.
K
antelen van de rugleuning
B
eweeg de schakelaar naar voren of
naar achteren om de hellingshoek van de
rugleuning in te stellen.
3.
L
endensteun bestuurdersstoel verstellen
D
ruk op de schakelaars om de gewenste
mate van steun voor de lendenen in te stellen.
4.
H
andmatig verstellen van de zitting
T
rek aan de handgreep om de lengte van
de zitting in te stellen.
Zorg er bij het verstellen van de stoel naar achteren voor
dat het schuiven van de stoel niet wordt verhinderd door
personen of hinderlijke voor werpen op de vloer achter de
stoel om te voorkomen dat de stoel wordt geblokkeerd.
Onderbreek het schuiven van de stoel meteen als dit het
geval is.
Comfort
Page 76 of 780

DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Opslaan van zitposities in
het geheugen
Dit systeem slaat de elektrische instellingen
van de bestuurdersstoel en het head-up display
op. U kunt twee standen opslaan met de
toetsen aan de zijkant van de bestuurdersstoel.
Opslaan van een zitpositie met
de toetsen M / 1 / 2
F Zet het contact aan.
F
Z et uw stoel en de head-up display in de
gewenste stand.
F
D
ruk op de toets M en vervolgens binnen
4
seconden op de toets 1 of 2.
E
en geluidssignaal geeft aan dat de
zitpositie is opgeslagen.
Het opslaan van een andere stand annuleert de
vorige, in het geheugen opgeslagen stand.
Oproepen van een opgeslagen zitpositie
F Druk kort op de toets 1 of 2 om de
desbetreffende zitpositie op te roepen.
Een geluidssignaal geeft aan dat de
opgeslagen zitpositie is ingenomen.
U kunt de beweging onderbreken door
op de toets M , 1
of 2 te drukken of
door een van de schakelaars van de
stoelverstelling te bedienen.
U kunt een zitpositie niet oproepen
tijdens het rijden.
Het opvragen van een opgeslagen
zitpositie is tot 45
s na het afzetten van
het contact mogelijk.
Page 77 of 780
75
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Voor de veiligheid is het frame van de
hoofdsteun gekarteld om te voorkomen
dat de hoofdsteun zakt in het geval van
een aanrijding.
De juiste stand van de hoofdsteun is
als de bovenzijde van de hoofdsteun
zich ter hoogte van de bovenzijde
van het hoofd bevindt.
Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
verwijderd. De hoofdsteunen moeten
zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.
Hoogte- en hoekverstelling
hoofdsteun
F Trek de hoofdsteun omhoog om hem hoger te zetten.
F
D
ruk op de pal A en trek de hoofdsteun
omhoog om hem te verwijderen.
F
S
teek om de hoofdsteun terug te zetten
de pennen van de hoofdsteun recht in
de openingen van de rugleuning tot de
hoofdsteun op zijn plaats blijft.
F
D
ruk gelijktijdig op de pal A en op de
hoofdsteun om deze lager te zetten.
F
B
eweeg om de hoek van de hoofdsteun te
verstellen de onderzijde van de hoofdsteun
naar voren of naar achteren.
Comfort
Page 78 of 780
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Massagefunctie
Deze functie zorgt voor een massage ter
hoogte van de lendenen en werkt alleen bij
draaiende motor en als de STOP-stand van het
Stop & Start-systeem is geactiveerd.
Inschakelen
F Druk op deze knop.
Het controlelampje van de functie gaat branden
en de massagefunctie wordt voor een tijdsduur
van 1
uur ingeschakeld.
Gedurende deze tijdsduur wordt de massage
in 6
cycli van 10 minuten uitgevoerd (6 minuten
massage worden gevolgd door 4
minuten rust).
Na een uur wordt de functie uitgeschakeld, het
controlelampje gaat dan uit.
Uitschakelen
U kunt de massagefunctie op elk
gewenst moment uitschakelen
door op deze knop te drukken, het
controlelampje gaat dan uit.
Bediening stoelverwarming
F Met de draaiknop kan de stoelver warming ingeschakeld worden en kan een
verwarmingsstand worden geselecteerd:
0: Uit.
1 : Laag.
2 : Gemiddeld.
3 : Hoog.
Bij draaiende motor is de stoelver warming voor
beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar.
Page 79 of 780
77
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Achterbank
F Schuif de desbetreffende voorstoel indien nodig naar voren.
F
Z
et de hoofdsteunen in de laagste stand of
verwijder ze.
F
T
rek de gordel uit de geleider.
Neerklappen van het
zitgedeelte en de rugleuning
F Zet het zitgedeelte 1 via de achterkant
rechtop.
F
K
antel het zitgedeelte 1 helemaal tegen de
voorstoel.
F
H
oud de gordelgeleider 2 tegen de zijwand
van de auto. F
T
rek de hendel 3 naar voren om de
rugleuning 4
te ontgrendelen.
F
K
antel de rugleuning 4.
U kunt het linkerdeel (2/3) en/of het rechterdeel (1/3) van de rugleuning van de achterbank neerklappen om de bagageruimte te vergroten.
Comfort
Page 80 of 780
DS5_nl_Chap03_confort_ed02-2015
Terugplaatsen van de
rugleuning en het zitgedeelte
F Houd de gordelgeleider 2 tegen de zijwand
om te voorkomen dat de gordel beklemd
raakt tijdens het terugplaatsen van het
zitgedeelte.
F
Z
et de rugleuning 4 rechtop, plaats de
hoofdsteunen terug en vergrendel de
rugleuning.
F
C
ontroleer of de rode markering bij de
hendel 3
niet meer zichtbaar is. F
P laats het zitgedeelte 1 terug.
F L aat de geleider van de gordel 2 los.
F
P
laats de veiligheidsgordel terug in de
geleider. Let erop dat bij het terugplaatsen van
de rugleuning van de achterbank de
veiligheidsgordels niet klem komen te
zitten.