Page 121 of 512
121
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Bediening van elk onderdeel
YARIS_F_WE_52D53E
Achterklep
◆Schakelaar centrale vergrendeling
Blz. 118
◆Instapfunctie (auto's met Smart entry-systeem en startknop)
Zorg dat u de elektronische sleutel bij u hebt om deze functie in te
kunnen schakelen.
Druk op de toets om de ach-
terklep te ontgrendelen.
De portieren kunnen gedurende
3 seconden na het vergrendelen
niet worden ontgrendeld.
Druk op de toets om de ach-
terklep te vergrendelen.
◆Afstandsbediening (indien aanwezig)
Blz. 115
De achterklep kan op de volgende manieren vergrendeld/ont-
grendeld en geopend worden.
Ontgrendelen en vergrendelen van de achterklep
1
2
Page 122 of 512
1223-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
YARIS_F_WE_52D53E
◆Sleutels
Van de achterklep (auto's met achterklep met slotcilinder):
Ontgrendelen van alle portie-
ren
Vergrendelen van alle portie-
ren
Van het bestuurdersportier: Blz. 116
Trek de achterklep omhoog terwijl
u de ontgrendelschakelaar van de
achterklep ingedrukt houdt.
De achterklep kan niet direct nadat
de ontgrendelschakelaar van de
achterklep is ingedrukt, worden
gesloten.
Laat de achterklep zakken met
behulp van de achterklepgreep en
druk de achterklep van buitenaf
naar beneden om deze te sluiten.
1
2
Openen van de achterklep vanaf de buitenzijde van de auto
(auto's met Smart entry-systeem en startknop)
Sluiten van de achterklep
Page 123 of 512

1233-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
YARIS_F_WE_52D53E
■Bedieningssignalen (auto's met instapfunctie of afstandsbediening)
Blz. 116
■Beveiligingsfunctie
Blz. 117
■Zoemer centrale vergrendeling (auto's met Smart entry-systeem en start-
knop)
Blz. 117
■Bagageruimteverlichting
De bagageruimteverlichting gaat branden als de achterklep wordt geopend.
■Als het Smart entry-systeem met startknop is uitgeschakeld via de per-
soonlijke voorkeursinstellingen (auto's met Smart entry-systeem en
startknop)
Gebruik de afstandsbediening of de mechanische sleutel. (Blz. 115, 451)
■Als de instapfunctie (auto's met Smart entry-systeem en startknop) of de
afstandsbediening (indien aanwezig) niet goed werkt
●Auto's zonder Smart Entry-systeem en startknop: Gebruik de sleutel om de
achterklep te vergrendelen en ontgrendelen. (Blz. 116)
●Auto's met Smart Entry-systeem en startknop: Gebruik de mechanische
sleutel om de achterklep te ontgrendelen. (Blz. 451)
●Vervang de sleutelbatterij door een nieuw exemplaar als deze ontladen
raakt. (Blz. 367)
Page 124 of 512

1243-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
YARIS_F_WE_52D53E
WAARSCHUWING
Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Voordat u gaat rijden
●Controleer of de achterklep volledig gesloten is. Als de achterklep niet vol-
ledig is gesloten, kan deze tijdens het rijden onverwacht opengaan, objec-
ten raken en kunnen er voorwerpen of bagage uit de bagageruimte vallen,
waardoor een ongeval kan ontstaan.
●Laat kinderen niet in de bagageruimte spelen.
Als een kind per ongeluk in de bagageruimte wordt opgesloten, kan het
bevangen worden door de hitte of verwondingen oplopen.
●Laat kinderen de achterklep niet openen of sluiten.
De achterklep kan mogelijk onverwachts opengaan of er kan een
lichaamsdeel bekneld raken.
■Belangrijke punten tijdens het rijden
●Zorg ervoor dat de achterklep tijdens het rijden is gesloten.
Als de achterklep open blijft, kan deze tijdens het rijden voorwerpen raken
of kan er bagage uit de bagageruimte vallen, waardoor een ongeval kan
ontstaan.
●Sta nooit toe dat er personen in de bagageruimte meerijden. In het geval
van plotseling remmen of een aanrijding kunnen personen in de bagage-
ruimte ernstig letsel oplopen.
■Bedienen van de achterklep
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
●Verwijder sneeuw en ijs van de achterklep voordat u deze opent. Als u dat
niet doet, kan de achterklep na het openen plotseling weer dichtvallen.
●Controleer voordat u de achterklep sluit goed of de omgeving veilig is.
Page 125 of 512

1253-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
3
Bediening van elk onderdeel
YARIS_F_WE_52D53E
WAARSCHUWING
●Zorg als er iemand dichtbij staat dat deze persoon veilig is en meld dat u
de achterklep gaat openen of sluiten.
●Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van de achterklep bij sterke
wind, aangezien de achterklep als gevolg van sterke wind plotseling kan
bewegen.
●Trek nooit aan de steun van de achterklepgasdemper om de achterklep te
sluiten en hang niets aan de steun van de gasdemper
Als dat wel gebeurt, kunnen uw handen bekneld raken of kan de gasdem-
per afbreken, waardoor een ongeval kan ontstaan.
●Als er op de achterklep een fietsendrager of een vergelijkbaar zwaar
onderdeel gemonteerd is, kan de achterklep na het openen plotseling
dichtvallen waardoor lichaamsdelen bekneld kunnen raken en letsel kan
optreden. Wij raden u aan om originele Toyota-onderdelen te gebruiken
wanneer u accessoires op de achterklep wilt monteren.
●Als de achterklep niet helemaal wordt
geopend, kan deze plotseling dichtval-
len. Op een helling is het moeilijker om
de achterklep te openen of te sluiten
dan op een horizontale ondergrond. Let
dus op dat de achterklep niet plotseling
vanzelf open- of dichtgaat. Controleer
voordat u de bagageruimte gebruikt of
de achterklep volledig geopend en vei-
lig is.
●Let bij het sluiten van de achterklep
goed op dat er geen vingers, enz.
bekneld raken.
●Controleer na het sluiten van de achter-
klep altijd of deze goed gesloten is door
er even op te drukken. Als de achter-
klepgreep wordt gebruikt om de achter-
klep volledig te sluiten, kunnen uw
handen of armen bekneld raken.
Page 126 of 512
1263-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
YARIS_F_WE_52D53E
OPMERKING
■Achterklepgasdempers
De achterklep is voorzien van gasdempers die de achterklep op zijn plaats
houden.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Anders kunnen de gasdempers van de achterklep beschadigd raken, waar-
door deze niet meer werken.
●Plaats uw handen nooit op de steun van de gasdemper en oefen hierop
nooit zijdelingse krachten uit.
●Bevestig nooit stickers, kunststoffolie,
zelfklevende voorwerpen, enz. aan de
gasdemper.
●Raak de binnenpoot van de gasdemper
nooit aan met handschoenen of andere
stoffen voorwerpen.
●Bevestig alleen originele Toyota-acces-
soires aan de achterklep.
Page 127 of 512
127
3
3-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
Bediening van elk onderdeel
YARIS_F_WE_52D53E
Smart entr y-systeem met startknop
●Vergrendelen en ontgrendelen van de portieren (Blz. 114)
●Vergrendelen en ontgrendelen van de achterklep (Blz. 121)
●Starten en stoppen van de motor (Blz. 185)
■Plaats van antenne
: Indien aanwezig
De volgende handelingen kunnen worden uitgevoerd als u de
elektronische sleutel bij u hebt, bijvoorbeeld in uw zak. (De
bestuurder moet de elektronische sleutel altijd bij zich hebben.)
Antennes buiten het interieur
Antennes in het interieur
Antenne buiten de bagageruimte1
2
3
Page 128 of 512

1283-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
YARIS_F_WE_52D53E■Bereik (gebieden waarin de elektronische sleutel wordt gesignaleerd)
Het systeem werkt als de elektronische sleutel zich in de auto bevindt.
■Alarmsignalen en waarschuwingen
Een combinatie van in en buiten de auto hoorbare alarmsignalen en waar-
schuwingslampjes zorgen ervoor dat diefstal van de auto en ongelukken door
een onjuiste bediening worden voorkomen. Neem afhankelijk van het waar-
schuwingslampje dat gaat branden de juiste maatregelen. (Blz. 415)
In onderstaande tabel worden de omstandigheden en de correctieprocedures
beschreven in de gevallen waarin alleen het alarm klinkt.Bij het vergrendelen of ontgrendelen
van de portieren
Het systeem kan worden bediend
als de elektronische sleutel zich bin-
nen ongeveer 0,7 m van een van de
portiergrepen van de voorportieren
of de achterklep bevindt. (Alleen de
portieren die de sleutel signaleren,
kunnen worden geopend of geslo-
ten.)
Bij het starten van de motor of het in
een andere stand zetten van het
contact
AlarmSituatie/actie
Het buiten de auto
hoorbare alarm klinkt
één keer gedurende 5
seconden
• Er is geprobeerd de portieren te vergrendelen
met het Smart entry-systeem met startknop ter-
wijl de elektronische sleutel zich nog in de auto
bevond.
Neem de elektronische sleutel uit de auto
en vergrendel de portieren opnieuw.
• Er werd geprobeerd de auto te vergrendelen
terwijl er nog een portier geopend was.
Sluit alle portieren en vergrendel ze
opnieuw.
Het alarm in de auto
klinkt 1 keer en het bui-
ten de auto hoorbare
alarm klinkt 1 keer
gedurende 5 seconden
Er is geprobeerd een van de voorportieren te ver-
grendelen door een portier te openen en de ver-
grendelknop aan de binnenzijde in de
vergrendelstand te zetten, en het portier vervol-
gens te sluiten door aan de buitenportiergreep te
trekken terwijl de elektronische sleutel zich nog in
de auto bevond.
Neem de elektronische sleutel uit de auto
en vergrendel de portieren opnieuw.