Page 65 of 276

63
Ergonomie en comfort
3► Druk op + om een programmering toe te
voegen.
►
Selecteer het tijdstip waarop u in de auto
stapt en de gewenste dagen. Druk op OK
.
►
Druk op
ON om dit programma te activeren.
De voorverwarming/-koeling begint ongeveer 45
minuten vóór de geprogrammeerde tijd terwijl de
auto is aangesloten (20 minuten wanneer deze
niet is aangesloten) en wordt 10 minuten daarna
gehandhaafd.
Dit controlelampje gaat permanent branden
als er een cyclus voor voorverwarming/-
koeling is geprogrammeerd. Het knippert als de
voorverwarming/-koeling bezig is.
U kunt meerdere programma's instellen.
Elk programma wordt in het systeem
opgeslagen.
Wij raden u aan om deze functie alleen te
programmeren als de auto op een laadpunt
is aangesloten, om de levensduur van de
tractiebatterij optimaliseren.
Het programmeren kan ook met een
smartphone worden uitgevoerd, met de
app MyCitroën.
Bij een auto met de CITROËN Connect Radio
kan de functie alleen worden geprogrammeerd
met een smartphone, via de app.
Raadpleeg het betreffende hoofdstuk voor meer
informatie over de externe functies.
Het is normaal dat de ventilator tijdens
het voorverwarmen/-koelen geluid maakt.
Werkingsvoorwaarden
– De functie kan alleen worden geactiveerd met
het contact afgezet.
–
Als de auto niet is aangesloten, dan wordt de
functie alleen geactiveerd als de laadtoestand
van de tractiebatterij meer dan 20% is.
–
Als de auto niet is aangesloten, er een
herhaald
programma is geactiveerd (bijvoorbeeld
van maandag tot en met vrijdag) en er twee cycli
voor voorverwarmen/-koelen zijn uitgevoerd
zonder dat de auto is gebruikt, dan wordt het
programma gestopt.
Voorzieningen vóór
1. Handgreep
2. Zonneklep
3. Opbergruimte onder het stuurwiel
Kaarthouder
4. Dashboardkastje met verlichting
5. Portiervakken
6. USB-aansluiting
Aansteker / 12V-aansluiting (120 W).
7. Opbergruimte
8. Opbergruimte of draadloze lader
9. Bekerhouder
10. Armsteun vóór met opbergvak
11 . Aansluiting voor USB-lader
Page 66 of 276

64
Ergonomie en comfort
Draadloze smartphonelader
Hiermee kunt u apparaten zoals een smartphone
draadloos opladen volgens het principe van
magnetische inductie, in overeenstemming met
de norm Qi 1.1.
Het op te laden apparaat moet zelf compatibel
zijn met de Qi-norm of moet zijn voorzien van
een compatibele hoes of houder.
Het laadgedeelte is te herkennen aan het
symbool Qi.
De lader werkt terwijl de motor draait en het Stop
& Start-systeem in de STOP-stand staat.
Het opladen wordt aangestuurd door de
smartphone.
Bij het Keyless entry and start-systeem kan de
werking van de lader kort worden onderbroken
als er een deur wordt geopend of als het contact
wordt uitgeschakeld.
Laden bezig
► Als het laadgedeelte leeg is, kunt u een
apparaat in het midden plaatsen.
Zonneklep
► Open als het contact aan is het klepje.
De verlichting van de make-upspiegel gaat
automatisch branden.
De zonneklep bevat tevens een mogelijkheid
voor het opbergen van pasjes.
Dashboardkastje
► Beweeg de handgreep omhoog om het
dashboardkastje te openen.
Als het contact aan is, is het dashboardkastje
verlicht wanneer het geopend is.
In het dashboardkastje bevindt zich ook de
schakelaar voor het uitschakelen van de airbag
vóór aan passagierszijde.
Rijd nooit met een geopend
dashboardkastje als er iemand op de
voorpassagiersstoel zit. Bij hard remmen kan
dit letsel tot gevolg hebben.
Aansteker / 12V-aansluiting(en)
► Aansteker gebruiken: druk de aansteker in
en wacht enkele seconden tot de aansteker uit
zichzelf naar buiten springt.
►
V
erwijder de aansteker en sluit een geschikte
adapter aan als u een 12
V-accessoire
(maximaal vermogen: 120
W) wilt gebruiken.
U kunt bijvoorbeeld een telefoonlader of een
flessenwarmer op deze aansluiting aansluiten.
Plaats na het gebruik de aansteker direct terug.
Het aansluiten van elektrische
apparatuur die niet door CITROËN is
goedgekeurd, zoals een lader met USB-
aansluitingen, kan leiden tot storingen in de
werking van de elektrische systemen van de
auto, zoals een slechte radio-ontvangst of
storingen in de weergave van de displays.
USB-aansluitingen
Hierop kunt u draagbare apparatuur aansluiten
om deze op te laden.
De USB-aansluiting voorin kan
ook worden gebruikt om een
smartphone via Android Auto
® of CarPlay® te
verbinden, zodat u bepaalde apps van uw
smartphone via het touchscreen kunt gebruiken.
Gebruik voor de beste resultaten een kabel die is
gemaakt of goedgekeurd door de fabrikant van
het apparaat.
Deze apps kunnen met de schakelaars op en
rondom het stuurwiel of de bedieningselementen
van het audiosysteem worden beheerd.
Tijdens het gebruik van de USB- aansluiting wordt het draagbare apparaat
automatisch opgeladen.
Tijdens het laden wordt een melding
weergegeven als het stroomverbruik van het
draagbare apparaat hoger is dan de door de
auto geleverde stroomsterkte.
Raadpleeg voor meer informatie over het
gebruik van deze voorziening de rubriek
Audio en telematica.
Page 67 of 276

65
Ergonomie en comfort
3Draadloze smartphonelader
Hiermee kunt u apparaten zoals een smartphone
draadloos opladen volgens het principe van
magnetische inductie, in overeenstemming met
de norm Qi 1.1.
Het op te laden apparaat moet zelf compatibel
zijn met de Qi-norm of moet zijn voorzien van
een compatibele hoes of houder.
Het laadgedeelte is te herkennen aan het
symbool Qi.
De lader werkt terwijl de motor draait en het Stop
& Start-systeem in de STOP-stand staat.
Het opladen wordt aangestuurd door de
smartphone.
Bij het Keyless entry and start-systeem kan de
werking van de lader kort worden onderbroken
als er een deur wordt geopend of als het contact
wordt uitgeschakeld.
Laden bezig
► Als het laadgedeelte leeg is, kunt u een
apparaat in het midden plaatsen.
Als het apparaat wordt waargenomen, gaat het
controlelampje van de lader groen branden.
Het lampje blijft branden terwijl de batterij wordt
opgeladen.
Het systeem is niet bedoeld om
meerdere apparaten tegelijkertijd op te
laden.
Laat geen metalen voorwerpen zoals
munten, sleutels of de
afstandsbediening. in het laadgedeelte liggen,
omdat er dan kans op oververhitting of
onderbreking van het laadproces bestaat.
Controle van de werking
De status van het controlelampje geeft de
werking van de lader aan.
Status van
controlelampje Betekenis
Uit Motor afgezet.
Geen geschikt apparaat
gevonden.
Laden voltooid.
Groen,
permanent Geschikt apparaat
gevonden.
Laden bezig.
Status van
controlelampjeBetekenis
Knipperend
oranje Detectie van een
vreemd voorwerp in het
oplaadgedeelte.
Apparaat niet goed
gecentreerd in het
oplaadgedeelte.
Permanent
oranje Storing in de laadindicator
van het apparaat.
Temperatuur van batterij
apparaat te hoog.
Storing in de lader.
Als het controlelampje oranje brandt:
–
V erwijder het apparaat en plaats het opnieuw
in het midden van het oplaadgedeelte.
of
–
V
erwijder het apparaat en probeer het een
kwartier later nog eens.
Als het probleem blijft bestaan, neem dan
contact op met een CITROËN-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
Armleuning vóór
De armleuning bevat een gekoeld opbergvak
(afhankelijk van de uitvoering), waarvan de
verlichting in werking treedt zodra het wordt
geopend.
Page 68 of 276

66
Ergonomie en comfort
Plafonnier
1.Plafonnier vóór
2. Leeslampjes vóór
3.Plafonnier achter
4. Leeslampjes achter
Plafonniers voor en achter
In deze stand gaat de plafonnier
geleidelijk branden:
– als de auto wordt ontgrendeld.
– als de sleutel uit het contact wordt verwijderd.
– als een van de portieren wordt geopend.
Openen
► Til de hendel onder het deksel op.
Het deksel opent in twee delen.
Opbergvak
Het kleine afneembare blad kan voor of achter
het opbergvak worden aangebracht.
Een ventilatieopening zorgt voor frisse lucht.
Sluiten
► Klap de twee delen van het deksel terug.
Matten
Bevestigen
Gebruik bij het monteren aan de
bestuurderszijde alleen de bevestigingen
aanwezig op de mat (een klik betekent een
goede vergrendeling).
De overige matten worden gewoon op de
vloerbedekking gelegd.
Verwijderen/terugplaatsen
► Om deze aan de bestuurderszijde te
verwijderen: schuif de bestuurdersstoel naar
achteren en maak de bevestigingen los.
►
Om de mat terug te plaatsen: plaats de mat
en druk deze omlaag om hem te bevestigen.
►
Controleer of de mat goed vastzit.
Om te voorkomen dat de pedalen blijven
hangen:
–
Gebruik uitsluitend matten die op de
bevestigingen van de auto passen; het
gebruik van deze bevestigingen is verplicht.
–
Leg nooit meerdere matten boven op
elkaar
.
Bij gebruik van niet door CITROËN
goedgekeurde matten kunnen de bediening
van de pedalen en de werking van de
snelheidsregelaar/-begrenzer worden
gehinderd.
De goedgekeurde matten zijn voorzien van
twee bevestigingen onder de stoel.
Page 69 of 276

67
Ergonomie en comfort
3Plafonnier
1.Plafonnier vóór
2. Leeslampjes vóór
3.Plafonnier achter
4. Leeslampjes achter
Plafonniers voor en achter
In deze stand gaat de plafonnier
geleidelijk branden:
–
als de auto wordt ontgrendeld.
–
als de sleutel uit het contact wordt verwijderd.
–
als een van de portieren wordt geopend.
– als er op de vergrendelknop van de
afstandsbediening wordt gedrukt om de auto te
lokaliseren.
De plafonnier gaat geleidelijk uit:
–
als de auto wordt vergrendeld.
–
als het contact wordt aangezet.
–
30 seconden na het sluiten van het laatste
portier
.
Permanent uit.
Permanent aan.
In de stand "Permanent aan" blijft de plafonnier
gedurende een bepaalde tijd branden:
–
Bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten.
–
In de eco-mode: ongeveer 30 seconden.
–
Bij draaiende motor: onbeperkt.
Als de plafonnier vóór in de stand "Permanent aan" staat, gaat de
plafonnier achter ook branden tenzij deze in
de stand "Permanent uit" staat.
Zet de plafonnier achter in de stand
"Permanent uit" als u deze wilt uitschakelen.
Leeslampjes
► Bedien d e betreffende schakelaar
terwijl het contact is aangezet.
Zorg ervoor dat niets tegen de
plafonniers aankomt.
Sfeerverlichting interieur
De gedempte interieurverlichting verbetert het
zicht in de auto als deze zich in een donkere
omgeving bevindt.
Als het buiten donker is, gaat de sfeerverlichting
automatisch branden/wordt deze uitgeschakeld
als de parkeerlichten worden in-/uitgeschakeld.
Het inschakelen/uitschakelen, en het
aanpassen van de helderheid en de kleur,
gebeurt via het menu Rijverlichting/Auto van
het touchscreen.
Voorzieningen
bagageruimte
1. Bagageafdekking
2. 12V-aansluiting (120 W)
3. Verlichting bagageruimte
4. Verwijderbare dwarsbalk achterbank (om de
bagageruimte te vergroten).
Page 70 of 276

68
Ergonomie en comfort
5.Sjorogen
6. Verplaatsbare vloerplaat bagageruimte (twee
posities)
Opvouwbare vloerbedekking bagageruimte
(plug-in hybride)
7. Opbergvakken / Gereedschapskist onder de
vloer
Aan de sjorogen kunt u verschillende
soorten bagagenetten bevestigen om
bagage op zijn plaats te houden.
Neem voor meer informatie contact op met
een CITROËN-dealer.
Bagageafdekking
De bagageafdekking bestaat uit twee delen:
– een vast gedeelte met een open opbergvak,
–
een bewegend gedeelte met een open
opbergvak dat bij het openen van de achterklep
mee omhoog gaat.
Verwijderen van de bagageafdekking:
► maak de twee koorden los 1
,
►
verwijder voorzichtig het bewegende
gedeelte 2
en maak vervolgens de klem aan
beide zijden los 3,
►
neem het vaste gedeelte aan beide zijden uit
de klemmen 4
en verwijder de bagageafdekking.
Bij een noodstop of een aanrijding
kunnen op de hoedenplank geplaatste
voorwerpen veranderen in gevaarlijke
projectielen.
12 V-aansluiting
► Verwijder als u een 12V-accessoire (max.
vermogen: 120 W) wilt aansluiten de dop en sluit
een geschikte adapter aan.
►
Zet het contact aan.
Het aansluiten van elektrische
apparatuur die niet door CITROËN is
goedgekeurd, zoals een lader met USB-
aansluitingen, kan leiden tot storingen in de
werking van de elektrische componenten van
de auto, zoals een slechte radio-ontvangst of
storingen in de weergave van de displays.
Bagagenet voor hoge
belading
Page 71 of 276

69
Ergonomie en comfort
3
Met dit verwijderbare net kan het volledige
laadvolume tot aan het dak worden gebruikt:
–
achter de voorstoelen (1e zitrij) wanneer de
achterbank is neergeklapt.
–
achter de achterbank (2e zitrij) wanneer de
bagageafdekking is verwijderd.
Het beschermt de inzittenden bij
plotseling remmen.
Achter de voorstoelen
► Klap de achterbank neer .
► Steek de uiteinden van de stang, een voor
een, in de bevestigingspunten van het dak.
►
Bevestig de riemen van het net aan de
bovenste bevestigingspunten, die zich in de
behuizing van de bevestigingen van de bovenste
riem bevinden.
►
Span het net met behulp van de riemen.
Achter de achterbank
► Verwijder de bagageafdekking.
► Steek de uiteinden van de stang, een voor
een, in de bevestigingspunten van het dak.
►
Bevestig de riemen van het net aan de
onderste ringen op elk zijpaneel van de
bagageruimte.
►
Span het net met behulp van de riemen.
Vloer bagageruimte, twee
posities
Afhankelijk van het uitrustingsniveau kan de
vloerplaat met behulp van de steunen aan de
zijkant in twee standen worden gezet, waarmee
u de bagageruimte naar wens kunt indelen:
–
Hoogste stand ( maximaal 100 kg ): met de
achterbank neergeklapt ontstaat er een vlakke
laadvloer tot aan de voorstoelen.
–
Laagste stand ( maximaal 150 kg ): maximale
inhoud van de bagageruimte.
Hoogteverstelling:
Page 72 of 276

70
Ergonomie en comfort
► Trek de vloerplaat met behulp van de
middelste handgreep omhoog en naar u toe, en
gebruik vervolgens de steunen aan de zijkant om
de vloerplaat te verplaatsen.
►
Duw de vloerplaat zo ver mogelijk naar voren
om deze in de gewenste stand te zetten.
Controleer of de bagageruimte leeg is
voordat u de vloerplaat in een andere
stand zet.
U kunt de inhoud van de bagageruimte met de
vloer in de laagste stand vergroten:
►
T
rek de dwarsbalk van de achterbank
omhoog, naar het niveau van de merktekens, om
deze te verwijderen.
►
Plaats de dwarsbalk terug door deze zo ver
mogelijk aan te drukken totdat deze vastklikt.
Opbergbak
► Til de mat van de bagageruimte zover
mogelijk op of til de opvouwbare mat van de
bagageruimte (afhankelijk van de uitvoering) op
voor toegang tot de opbergbak.
Afhankelijk van de uitvoering bevat de
opbergbak:
–
Een bandenreparatieset met
gereedschapsset.
–
Een reservewiel met gereedschapsset.
–
De laadkabel voor de tractiebatterij (plug-in
hybride).
Verlichting bagageruimte
De verlichting gaat automatisch branden
zodra de achterklep wordt geopend en gaat
automatisch uit zodra deze wordt gesloten. De tijd dat de bagageruimteverlichting brandt,
hangt af van de situatie:
–
bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten.
–
in de eco-mode: ongeveer 30 seconden.
–
bij draaiende motor: onbeperkt.