Page 161 of 328

159
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Brandstof voor
benzinemotoren
Auto's met benzinemotoren kunnen rijden
op biobrandstoffen van het type e1 0 (deze
bevatten 10% ethanol) die voldoen aan de
eu
ropese richtlijnen en 228 en en 15376.
br
andstoffen van het type e
8
5 (deze bevatten
tot 85% ethanol) zijn uitsluitend geschikt voor
auto's die speciaal bestemd zijn voor dit type
brandstof (
bi
oFlex-auto's). De kwaliteit van de
ethanol moet voldoen aan de
e
u
ropese
richtlijn
en 15293.
Brandstof voor
dieselmotoren
Auto's met dieselmotoren kunnen rijden
op biobrandstoffen die aan de huidige en
toekomstige e
u
ropese richtlijnen voldoen
(diesel die voldoet aan de richtlijn
e
n 590 gemengd met biobrandstof die voldoet
aan de richtlijn
en 14214) en die aan de pomp
getankt kunnen worden (met een gehalte aan
methyl-estervetzuren van 0
tot 7%).
Het gebruik van biobrandstof
b
3
0 is bij
bepaalde dieselmotoren mogelijk. Maar
als deze brandstof, ook al is het slechts
incidenteel, wordt gebruikt, moeten de
bijzondere onderhoudsvoorschriften strikt
worden nageleefd.
r
a
adpleeg het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Het gebruik van elk ander type (bio)brandstof
(zuivere of verdunde plantaardige of dierlijke
olie, stookolie ...) is nadrukkelijk verboden
(kans op schade aan de motor en het
brandstofcircuit).
9
Praktische informatie
Page 162 of 328

160
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
brandstoftank leeg (Diesel)
bij auto's met HDi-motor is het in het geval van
een lege brandstoftank noodzakelijk om het
brandstofsysteem te ontluchten.
e-HDi 92-motor
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter
diesel.
F
o
p
en de motorkap.
F
M
aak indien nodig de sierkap los om de
handopvoerpomp te kunnen bereiken.
F
b
e
dien de handopvoerpomp totdat er
weerstand wordt gevoeld (de eerste keer
indrukken kan zwaar zijn).
F
b
e
dien de startmotor tot de motor aanslaat
(als de motor niet gelijk aanslaat, wacht
dan ongeveer 15
seconden en start de
motor opnieuw).
F
A
ls de motor na meerdere pogingen niet
aanslaat, bedien dan de handopvoerpomp
en vervolgens de startmotor opnieuw.
F
P
laats de sierkap terug en klem deze vast.
F
s
l
uit de motorkap.
Als de motor niet direct aanslaat,
beëindig dan uw startpoging en herhaal
de procedure.
Blue HDi 100-motor
F Vul de brandstoftank met minimaal 5
liter
diesel.
F
Z
et het contact aan (zonder de motor te
st a r te n).
F
W
acht ongeveer 6 seconden en zet het
contact af.
F
H
erhaal de handelingen 10
keer.
F
b
e
dien de startmotor om de motor te
starten.
Praktische informatie
Page 163 of 328

161
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Additief Adblue® en sCr-systeem
voor
b
l
ueHDi-dieselmotoren
om het milieu zo min mogelijk te belasten en
om aan de nieuwe
eu ro 6 -norm te voldoen,
heeft CI
t
ro
Ën
ervoor gekozen zijn auto's
met dieselmotor te voorzien van een systeem
waarbij het roetfilter (FAP) wordt gecombineerd
met een
s
Cr-
systeem (
se
lective Catalytic
re
duction) voor de behandeling van de
uitlaatgassen zonder dat de prestaties
veranderen of het brandstofverbruik toeneemt.
SCR-systeem
Met behulp van het additief Adbl ue®, dat
ureum bevat, zet een katalysator tot 85%
van de stikstofoxides (
n
o
x
) om in stikstof en
water, stoffen die onschadelijk zijn voor de
gezondheid en het milieu. Als het Ad
bl
ue
®-reservoir leeg is, zorgt
een wettelijk verplicht systeem ervoor
dat de motor niet opnieuw kan worden
gestart.
Als het
s
Cr-
systeem niet goed werkt,
stoot uw auto te veel schadelijke stoffen
uit, waardoor hij niet meer aan de
eu
ro 6-emissienorm voldoet.
ne
em bij een storing in het s
Cr-
s
ysteem zo snel mogelijk contact op
met het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats: na 1100
km
wordt een systeem geactiveerd dat
het opnieuw starten van de motor
blokkeert.
Het additief Adblu
e® bevindt zich in een
specifiek reservoir onder de bagageruimte,
aan de achterzijde van de auto. Het reservoir
heeft een inhoud van 17
liter, goed voor een
actieradius van ongeveer 20.000
km voordat
een waarschuwingssysteem u meldt dat u
met de resterende hoeveelheid additief nog
maximaal 2400
km kunt rijden.
om e
rvoor te zorgen dat het s
Cr-
systeem
goed blijft werken, wordt bij elke periodieke
onderhoudscontrole aan uw auto in het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of bij een gekwalificeerde
werkplaats het reservoir van het additief
Ad
blu
e
® bijgevuld.
Als u ver wacht tussen twee periodieke
onderhoudscontroles meer dan 20.000
km te
rijden, raden wij u aan het reservoir tussentijds
te laten bijvullen door het CI
t
ro
Ën-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
9
Praktische informatie
Page 164 of 328
162
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Actieradiusindicatoren
Zodra het contact wordt aangezet en als de
reservevoorraad van het Adblue®-reservoir
is aangesproken of een storing in het sCr-
s
ysteem is gesignaleerd, verschijnt een
indicator die aangeeft hoeveel kilometer u
nog ongeveer kunt rijden voordat het opnieuw
starten van de motor automatisch wordt
geblokkeerd.
Als gelijktijdig een storing wordt gesignaleerd
en het Ad
bl
ue
®-niveau laag is, wordt de laagste
actieradius weergegeven. Actieradius groter dan 2400
km
Als het contact wordt aangezet, wordt er geen
informatie over de actieradius weergegeven op
het instrumentenpaneel.
Het wettelijk verplichte
startblokkeringssysteem wordt
automatisch geactiveerd zodra het
Ad
blu
e
®-reservoir leeg is.
Als de motor mogelijk niet opnieuw kan worden gestart door een te
laag AdBlue®-niveau
Praktische informatie
Page 165 of 328

163
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Actieradius tussen 600 en 2400 kmActieradius tussen 0 en 600 kmStoring in verband met een te laag AdBlue® -niveau
om de motor weer opnieuw te kunnen
starten, raden wij u aan contact op te
nemen met het CI
t
ro
Ën-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om de
benodigde hoeveelheid additief te laten
bijvullen. Als u zelf additief bijvult, moet
het reservoir met minimaal 3,8
liter
Ad
blu
e
® worden gevuld.ra
adpleeg de rubriek "bi jvullen".
Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje
ure
A
branden in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
(bijvoorbeeld "Vul brandstofadditief bij:
s
tarten
geblokkeerd binnen 1500
km") die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met
de resterende hoeveelheid additief.
ti
jdens het rijden wordt de melding elke
300
km weergegeven zolang er geen additief
is bijgevuld.
ne
em contact op met het CI
t
ro
Ën-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het additief
Ad
blu
e
® te laten bijvullen.u
kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
ra
adpleeg de rubriek "
bi
jvullen". Zodra het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje
ser
V
IC
e b
randen en knippert
het verklikkerlampje ure
A i
n combinatie
met een geluidssignaal en een melding
(bijvoorbeeld "Vul brandstofadditief bij: s tarten
geblokkeerd binnen 600 km") die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog kunt rijden met
de resterende hoeveelheid additief.
ti
jdens het rijden wordt de melding elke
30
seconden weergegeven zolang er geen
additief is bijgevuld.
ne
em contact op met het CI
t
ro
Ën-
netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats om het additief
Adblu e® te laten bijvullen.u
kunt het bijvullen ook zelf uitvoeren.
ra
adpleeg de rubriek "
bi
jvullen".
Als niet op tijd additief wordt bijgevuld, kan de
motor niet meer worden gestart. Als het contact wordt aangezet, gaat het
verklikkerlampje
ser
V
IC
e b
randen en knippert
het verklikkerlampje ure
A i
n combinatie
met een geluidssignaal en de melding " Vul
brandstofadditief bij: s tarten geblokkeerd".
Het Ad
blu
e
®-reservoir is leeg: het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem voorkomt
dat de motor opnieuw wordt gestart.
9
Praktische informatie
Page 166 of 328

164
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Als een storing in het SCR-systeem wordt gesignaleerd
Als een storing wordt
gesignaleerdTijdens de geautoriseerde rijfase (tussen
1100
km en 0 km)er w
ordt automatisch een
startblokkeringssysteem geactiveerd
als meer dan 1100
km is gereden
nadat de storing in het
s
Cr-
systeem
is gesignaleerd. Laat het systeem
zo snel mogelijk controleren door
het CI
t
ro
Ën-
netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
In het geval van een tijdelijke storing
verdwijnt de waarschuwing tijdens
de volgende rit na controle van de
zelfdiagnose van het
s
Cr-
systeem.
De verklikkerlampjes
ure
A
, ser
V
IC
e
en
zelfdiagnose motor gaan branden in combinatie
met een geluidssignaal en de melding "
st
oring
emissieregeling".
De waarschuwing wordt tijdens het rijden
gegeven als de storing voor de eerste keer
wordt gesignaleerd en vervolgens steeds bij
het aanzetten van het contact zolang de storing
niet is verholpen. Als een storing in het
s
Cr-
systeem is bevestigd
(nadat 50
km is gereden ter wijl de melding van de
storing permanent wordt weergegeven), gaan de
verklikkerlampjes
ser
V
IC
e en
zelfdiagnose motor
branden en knippert het verklikkerlampje
ure
A
in combinatie met een geluidssignaal en een
melding (bijvoorbeeld "
s
toring emissieregeling:
st
arten geblokkeerd binnen 300 km") die aangeeft
hoeveel kilometer of mijl u nog met de resterende
hoeveelheid additief kunt rijden.
ti
jdens het rijden wordt de melding elke
30
seconden weergegeven zolang de storing in
het
s
Cr-
systeem niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven
zodra het contact wordt aangezet.
ne
em zo snel mogelijk contact op met het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer
worden gestart.
Praktische informatie
Page 167 of 328
165
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Starten geblokkeerd
om d
e motor weer te kunnen starten, is het
noodzakelijk dat u contact opneemt met het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
u
hebt de limiet van de geautoriseerde
rijfase overschreden: het
startblokkerringssysteem voorkomt dat
de motor opnieuw wordt gestart. Bevriezing van het additief AdBlue
®
Het additief Adblu
e® bevriest bij
temperaturen lager dan ongeveer -11°C.
Het
s
Cr-
systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het
Ad
blu
e
®-reservoir waardoor u ook
in zeer koude omstandigheden kunt
blijven rijden.
el
ke keer dat het contact wordt aangezet, gaan
de verklikkerlampjes
ser
V
IC
e
en zelfdiagnose
motor branden en knippert het verklikkerlampje u
reA i
n combinatie met een geluidssignaal en
de melding "
st
oring emissieregeling:
s
t
arten
geblokkeerd".
9
Praktische informatie
Page 168 of 328

166
C4-cactus_nl_Chap09_info-pratiques_ed02-2014
Bijvullen van het additief AdBlue®
GebruiksvoorschriftenHet Adblue®-reservoir moet bij elke periodieke
onderhoudscontrole worden gevuld door het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Vanwege de inhoud van het reservoir kan
het echter noodzakelijk zijn om het reservoir
tussentijds bij te vullen, zeker als u hier door
een waarschuwing (verklikkerlampjes en
melding) op wordt geattendeerd.
Dit kunt u laten uitvoeren door het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als u zelf het reservoir wilt bijvullen, lees dan
eerst aandachtig de volgende waarschuwingen.
bewa
ar Ad
bl
ue
® buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon.
Als het Ad
bl
ue
® niet in de originele
flacon wordt bewaard, verliest het zijn
zuiverheid. Verdun het additief nooit met water.
Giet nooit additief in de brandstoftank.
Vul nooit Adblu
e® bij vanuit een
vulsysteem dat is bedoeld voor
vrachtwagens.
Gebruik uitsluitend additief Ad
blu
e
®
dat aan de norm Is
o
22241
voldoet.
De verpakking in flacons met een
antidruppelsysteem vergemakkelijkt het
bijvullen. De flacons met een inhoud van
1,89
liter (1/2
gallon) zijn verkrijgbaar bij het
CI
t
ro
Ën-
netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.
Het additief Adblu
e® is een oplossing op
ureumbasis. Deze vloeistof is onontvlambaar,
kleurloos en geurloos (indien koel bewaard).
Als het additief in contact komt met de huid,
moet u de huid wassen met kraanwater en met
zeep. Als additief in de ogen komt, spoel de
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende
ten minste 15
minuten met kraanwater of met
een oogspoelmiddel.
r
a
adpleeg een arts bij
een branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als additief Ad
bl
ue wordt ingeslikt, spoel
de mond dan met schoon water en drink
vervolgens een ruime hoeveelheid water.
on
der bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in.
Deze ammoniakdampen werken irriterend op
de slijmvliezen (ogen, neus en keel).
Praktische informatie