Page 57 of 227

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
45
!WAARSCHUWING:
o Als wijzigingen worden uitge- voerd aan de diverse compo- nenten en de bedrading van het airbagsysteem, inclusief het aanbrengen van voorwerpen ophet stootvlak van het stuurwiel of wijzigingen worden uitge- voerd aan het stuurwiel, kan dewerking van het airbagsysteem worden beïnvloed en persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
o Plaats geen objecten (paraplu,
tas enz.) tussen het voorportieren de voorstoel. Dergelijke objecten kunnen gevaarlijke projectielen worden of extraverwondingen veroorzaken als de zij-airbag in werking treedt.
o Om ongewild in werking treden van de zij-airbag en daardoor verwondingen te voorkomen,moeten schokken tegen de botsingssensor voor de zij- airbag bij aangezet contactworden voorkomen.
SB110C1-FX Onderhoud van het airbagsysteem Het airbagsysteem is praktisch onderhoudsvrij; het is niet toegestaan zelf werkzaamheden eraan uit tevoeren. Het gehele airbagsysteem moet 10 jaar na de productiedatum van de auto door een officiële Hyundaidealer worden gecontroleerd.Alle werkzaamheden aan hetairbagsysteem, zoals het verwijderen,aanbrengen, repareren of werkza- amheden aan het stuurwiel moeten worden uitgevoerd door een gekwali-ficeerde Hyundai monteur.Onvakkundig uitgevoerde werkza-amheden aan het airbagsysteem kunnen ernstig persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
B240C01HP
Page 58 of 227

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
46
o Op de rechter voorstoel mag
geen veiligheidssysteem voor kinderen worden gemonteerd. Op de voorstoel mag nooit eenkinderstoeltje worden geplaatst.Het kind kan letsel oplopen alsde airbag bij een aanrijdingwordt geactiveerd.
o Als componenten van het
airbagsysteem tot schroot worden verwerkt, of als de wagen tot schroot wordtverwerkt, moeten bepaalde veiligheidsvoorschriften worden opgevolgd. Uw Hyundai dealeris met deze veiligheids- voorschriften bekend en kan u de noodzakelijke informatieverstrekken.Als deze voorschriften en pro-cedures niet worden opgevolgd, kan dit persoonlijk letsel tot gevolg hebben.o Als de airbag in werking isgetreden, moet deze worden vervangen door een officiële Hyundai dealer.
o Aan de diverse componenten en aan de bedrading van het airbagsysteem mogen geenwerkzaamheden worden uitgevoerd, terwijl deze ook niet mogen worden losgemaakt. Als dit wel gebeurt, kan dit persoonlijk letsel tot gevolg hebben omdat de airbag abusievelijk in werking kan treden of niet in werking kantreden.o Het stootvlak kan worden
gereinigd met een zachte, droge doek of een doek die vochtig is gemaakt met water zonder enige toevoeging. Oplosmiddelen ofreinigingsmiddelen kunnen een negatief effect hebben op het stootvlak van het stuurwielalsmede op de goede werking van systeem.
o Er mogen geen voorwerpen over of bij de airbageenheden op het stuurwiel, het instrumenten-paneel of de afdekking boven het dashboardkastje aan passa- gierszijde worden geplaatst,omdat een dergelijk voorwerp letsel kan veroorzaken bij een aanrijding die ernstig genoeg isom de airbags in werking te laten treden.
Page 59 of 227
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
47
o Bij verkoop van de wagen moet de nieuwe eigenaar van deze belangrijke informatie op de hoogte worden gebracht en moet deze handleiding in dewagen achterblijven als deze aan de nieuwe eigenaar wordt overhandigd.
Page 60 of 227
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
48INSTRUMENTENPANEEL EN CONTROLELAMPEN
B260A03A-GXT Benzinemotor
B260A04A-Y
6
Page 61 of 227
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
49
1. Toerenteller
2. Controlelamp richtingaanwijzers
3. Snelheidsmeter
4. Kilometerteller/Kilometerdagteller /Tripcomputer (Indien gemonteerd)
5. Brandstofmeter
6. Koelvloeistoftemperatuurmeter
7. Controlelamp airbag systeem
8. Controlelamp ABS (Indien gemonteerd)
9. Controlelamp startblokkering
10. Controlelamp overdrive uitges-chakeld (Alleen automatische transmissie) 11. Controlelamp grootlicht
12. Controlelamp niet goed gesloten portier
13. Controlelamp handrem/remvloeistofpeil
14. Controlelamp laadstroom
15. Controlelamp oliedruk
16.Reset-schakelaar kilometerdagtel-ler/Reset-
schakelaar tripcomputer (Indien gemonteerd)
17. Controlelamp brandstofreserve
18. Storingscontrolelamp (MIL)
Page 62 of 227
1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
50
B260B02A-GXT Dieselmotor
B260B02A-Y
12 3
4 56
789 1 0111 2131 4151 6171 8
2
19
Page 63 of 227
1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
51
1. Toerenteller
2. Controlelamp richtingaanwijzers
3. Snelheidsmeter
4. Kilometerteller/Kilometerdagteller /Tripcomputer (Indien gemonteerd)
5. Brandstofmeter
6. Koelvloeistoftemperatuurmeter
7. Controlelamp airbag systeem
8. Controlelamp ABS (Indien gemonteerd)
9. Controlelamp startblokkering
10. Controlelamp grootlicht 11. Controlelamp niet goed gesloten portier
12. Controlelamp handrem/
Remvloeistofpeil
13. Controlelamp laadstroom
14. Reset-schakelaar kilometerdagtel-ler/Reset-schakelaar
tripcomputer
15. Controlelamp oliedruk
16. Waarschuwingslamp water in brandstoffilter
17. Controlelamp brandstofreserve
18. Controlelamp voorgloeien 19. Storingscontrolelamp (MIL)
Page 64 of 227

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
52
SB210C1-FX
ONDERHOUDSINDICATIE
(SRI) VAN AIRBAG-
SYSTEEM
De SRS onderhoudsindicatie (SRI) in het instrumentenpaneel knippert ca. 6 seconden nadat de contactsleutel in de stand "ON" is gedraaid of nadatde motor is gestart en dooft vervolgens. Deze onderhoudsindicatie gaat eveneens branden als het airbagsysteem niet correct werkt. Alsbij het aanzetten van het contact of het starten van de motor de onderhoudsindicatie niet gaat brandenof continu blijft branden nadat ze gedurende 6 seconden heeft gekni- pperd, of wanneer ze gaat brandentijdens het rijden, moet het airbagsysteem worden gecontroleerd door een officiële Hyundai dealer. B260C01A-AXT
CONTROLELAMP
OVERDRIVE (Alleen automatische transmissie)
Als de overdriveschakelaar in de
stand "ON" staat en de vierde versnelling is ingeschakeld dooft dezecontrolelamp. Deze controlelamp gaat branden zodra de overdrive-schakelaar in de stand "OFF" staat.
B260P02Y-GXT
CONTROLELAMP ABS (Indien gemonteerd)
Als de contactsleutel in de stand "ON" wordt gedraaid, zal de controlelamp voor het ABS gaan branden en naenkele seconden doven. Als de controlelamp blijft branden, gaat branden tijdens het rijden of niet gaatbranden als de contactsleutel in de stand "ON" wordt gedraaid, betekent dit dat er een storing in het ABSsysteem is opgetreden. Laat uw auto in dit geval zo snel mogelijk door een Hyundai dealer controleren. Hetnormale remsysteem blijft echter werken, maar zonder de assistentie van het ABS systeem.
WAARSCHUWING:
Als de waarschuwingslampen voor ABS SRI en handrem/remvlo- eistofpeil beide blijven branden methet contactslot in de stand "ON", of tijdens het rijden gaan branden, betekent dit dat er mogelijk eenstoring is in het EBD systeem (elektronische remkracht-verdeling). Indien dit het geval is moet sterk afremmen worden voorkomen en moet de auto zo snel mogelijkdoor uw Hyundai dealer worden gecontroleerd.!
INDICATOR EN WAARSCHUWINGSLAMP