Page 177 of 227
6EENVOUDIG ONDERHOUD
14
WAARSCHUWING:
De koelventilator reageert op de
motortemperatuur en kan in werking treden, ook als de contactsleutel is verwijderd. Ga uiterst voorzichtig te werk als in de omgeving van dekoelventilator wordt gewerkt om te voorkomen dat u door de ventilator wordt geraakt. Naarmate demotortemperatuur afneemt, wordt de ventilator automatisch uitgeschakeld. Dit is normaal.!
4. Draai de radiateurdop linksom tot tegen de aanslag. Hierdoor kan de druk in het koelsysteem ontwijken. Verwijder de radiateurdop door hemin te drukken en linksom te draaien.Vul de radiateur met koelvloeistofwater.Vul de radiateur met kleinehoeveelheden tot het vloeistofpeilin de vulopening stabiel blijft. 5. Start de motor, vul de radiateur bij
met koelvloeistof en vul de expansietank tot het peil tussen "L" en "F" ligt.
6. Breng de radiateurdop en de dop van de expansietank aan encontroleer of de aftapplug goedvastzit en niet lekt.
G050D01A G050D02A
Page 178 of 227

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
15BOUGIES VERVANGEN
G060A01L YG060B1-FX Bougies vervangen Vervang de bougies als de motor
koud is. Vervang de bougies één voor één. Hierdoor kunnen de bougiekabels niet worden verwisseld.
1. Verwijder het middelste afdekkap van het kleppendeksel. (Alleen DOHC Motor)
2. Verwijder met een schone doek vuil dat zich om de bougie heeft verzameld zodat dit niet in decilinder kan vallen wanneer de bougie wordt verwijderd.
3. Trek bij het verwijderen van de bougiekabel aan de geïsoleerdebougiestekker en niet aan de kabel. Door aan de kabel te trekken kande stekker worden beschadigd.
SG060A2-FX (Alleen Benzinemotor)
De bougies moeten worden vervangen
overeenkomstig hetonderhoudsoverzicht in hoofdstuk 5 of wanneer de prestaties van de motorafnemen. Indicaties dat de bougies moeten worden vervangen zijn o.a. het overslaan van de motor, eenhoger brandstofverbruik, slechte acceleratie etc. Gebruik altijd door Hyundai aanbevolen bougies. Hetgebruik van andere bougies kan prestatieverlies, radiostoringen of schade aan de motor tot gevolghebben.
Loodvrije benzine RC10YC4 BKR5ES-11
CHAMPION NGK
N.B.: Bij het vervangen van de bougies
moeten altijd originele onderdelen worden gebruikt.
Aanbevolen bougies:
Loodvrije benzine; 1,0 ~ 1,1 mm
G060C01A
Page 179 of 227

6EENVOUDIG ONDERHOUD
16LUCHTFILTER VERVANGEN
WAARSCHUWING:
Bij het vervangen van de bougies moet de motor afgekoeld zijn. Bijeen warme motor kunt u zich branden aan de stekker, de bougie of de motor. N.B.: De bougies moeten goed worden vastgezet. Als ze echter te vast worden aangedraaid, kan dit beschadiging van de schroefdraadin de cilinderkop tot gevolg hebben. Zet de bougie ook niet te los, omdat hij dan zeer heet kanworden hetgeen schade aan de motor tot gevolg kan hebben.
7. Breng de kabel aan door de bougiestekker op de elektrode te schuiven. Let erop dat hij goed op zijn plaats zit.
4. Breng de bougiesleutel aan op de
bougie. Beschadig het porselein niet.
5. Verwijder de bougie door de bougiesleutel linksom te draaien.
6. Breng de bougiesleutel aan op de bougie. Beschadig het porseleinniet. Draai de bougie vast door de bougiesleutel rechtsom te draaien.!
G070A03Y-AXT
Het luchtfilterelement wordt als volgt vervangen:
1. Maak de klemmen van het luchtfilterdeksel los.
2. Verwijder het deksel, het oude fil- ter en breng een nieuw luchtfilterelement op zijn plaats.
Gebruik uitsluitend originele Hyundai onderdelen.
G060C03A
HLC5023G070A01A
Page 180 of 227
6
EENVOUDIG ONDERHOUD
17
LET OP:
o Gebruik de ruitenwissers niet op droge ruiten. Dit heeft een snellere slijtage van de ruitenwisserbladen en krassen op de ruit tot gevolg.
o Let erop dat het rubber niet in contact komt met petroleum-houdende producten zoalsmotorolie, benzine etc.
!
G080A03A-AXT RUITENWISSERS RUITENWISSERBLADEN De ruitenwisserbladen moeten
regelmatig worden gecontroleerd en gereinigd. Gebruik voor het reinigen van de wisserbladen en-armen eenzacht zeepoplossing en een schone spons of doek.
Laten de wissers strepen of vuil
achter, vervang ze dan door originele Hyundai onderdelen.
LET OP:
o Het laten draaien van de motor zonder het voorgeschrevenluchtfilterelement kan extreme motorslijtage tot gevolg hebben.
o Voorkom bij het verwijderen van het luchtfilter dat er vuil in de luchtinlaat terechtkomt. Dit kan het luchtfilter en de mo- tor beschadigen.!
HEF119
Page 181 of 227

6EENVOUDIG ONDERHOUD
18OLIEPEIL IN VERSNELLINGS- BAK CONTROLERENRUITENSPROEIERRESERVOIR BIJVULLEN
HLC5007 G100A03A-GXT (Handgeschakeld) De versnellingsbakolie moet worden
ververst overeenkomstig het onderhoudsschema in hoofdstuk 5.
Aanbevolen versnellingsbakolie Gebruik uitsluitend versnelling-sbakolie
HYUNDAI GENUINE PARTS 75W/85 (API GL-4).
Inhoud handgeschakelde versnel-
lingsbak De inhoud van de versnellingsbak
bedraagt 2,15 liter.
G100B02A-AXT Oliepeil in de versnellingsbak controleren Plaats de wagen met afgezette motor op een vlakke ondergrond. WAARSCHUWING:
Controleer het oliepeil in de versnellingsbak bij koude motor. Bij warme motor bestaat de kansop brandwonden.
!
SG090A1-FX
Gebruik voor het ruitensproeierre- servoir een goede kwaliteitreinigingsvloeistof. Controleer het vloeistofpeil regelmatig; vooral als de ruitensproeiers veel worden gebruikt.De inhoud van het reservoir bedraagt circa 3 liter. LET OP:
o Gebruik geen antivries voor het koelsysteem in het sproeierre- servoir omdat dat de lak aantast.
o Gebruik de ruitensproeiers niet als het reservoir leeg is. Dit kande sproeierpomp beschadigen.
!
HXGS506
Aftapplug
Vulplug
G100B01L
Page 182 of 227

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
19
G110A01E-AXT VLOEISTOFPEIL AUTOMATISCHE TRANSMISSIE
CONTROLEREN
De vloeistof in de automatische
transmissie moet worden ververst overeenkomstig het onderhoud- sschema in hoofdstuk 5.
N.B.: Normaal is de automatische
transmissie olie rood van kleur . Naar verloop van tijd verandert de kleur rood naar grijs/rood. Dit isnormaal, de kleur is geen indicatie voor het verversen van de olie.
De verversingstermijn van de
transmissieolie is aangegeven in het onderhoudschema in hoofdstuk5.
1. Draai de olievulplug met een
geschikte sleutel linksom los enverwijder de plug met de hand.
2. Houd uw vinger in de opening. De
olie moet tot aan de onderkant vande vulopening reiken. Is dit niet het geval, controleer dan of de versnellingsbak lekt voordat u oliebijvult.Vul langzaam de voorgeschrevenolie bij tot het juiste peil is bereikt. Vul niet te veel olie bij.
3. Breng de plug met de ring aan en draai hem met de hand aan. Zetdaarna de plug met een sleutel goed vast. G110B03A-GXT Aanbevolen vloeistof Uw Hyundai automatische transmissie
is speciaal ontworpen voor het gebruik
van DIAMOND ATF SP-III of SK
ATF SP-III. Schade die door het gebruik van niet voorgeschreven vloeistoffen is veroorzaakt valt nietonder de garantie. G110C02A-GXT Inhoud automatische trans- missie De vloeistofinhoud voor de automatische transmissie bedraagt 6,1 liter.
LET OP:
Het vloeistofpeil moet wordengecontroleerd als de motor op de normale bedrijfstemperatuur is. Datbetekent dat de motor, de radiateur, het uitlaatsysteem enz. warm zijn waardoor er kans opbrandwonden bestaat.
!
Page 183 of 227

6EENVOUDIG ONDERHOUD
20
!
3. Als het vloeistofpeil te laag is moet
via de geleidebuis van de peilstaaf olie worden bijgevuld tot de "HOT"- merktekens op de peilstaaf. Vulniet te veel vloeistof bij.
WAARSCHUWING:
Afhankelijk van de motortem-peratuur wordt de koelventilator automatisch in en uitgeschakeld. Blijf bij deze controle uit de buurtvan de koelventilator omdat deze op elk moment in werking kan treden.
G110D02A-GXT Vloeistofpeil automatische
transmissie controleren Plaats de wagen met aangetrokken
handrem op een vlakke ondergrond. Bij het controleren van het vloeistofpeil moet de transmissie op de normale bedrijfstemperatuur zijn en moet demotor stationair draaien. 1. Open de motorkap let op de
draaiende onderdelen (kleding enhanden).
Druk bij stationair draaiende motor
het rempedaal in en plaats de keuzehandel vanuit stand "P" naar elk van de overige standen "R", "N","D", "2", "L". Zet de keuzehandel vervolgens weer in stand "N" of "P". 2. Verwijder de peilstaaf uit de
automatische transmissie en veeghem schoon. Druk de peilstaaf tot aan de aanslag op zijn plaats enverwijder hem opnieuw. Het peil op de peilstaaf moet tussen de "HOT" merktekens staan.
Het vloeistofpeil moet tussen deze merktekens staan.
G110D03A
C090A01A G110D04A
Page 184 of 227

6
EENVOUDIG ONDERHOUD
21HET REMSYSTEEM CONTROLEREN
!WAARSCHUWING (alleen Diesel):
Geen werkzaamheden verrichten
aan het injectiesysteem wanneer de motor draait of binnen 30 seconden nadat deze is afgezet. Hogedrukpomp, rail, verstuivers enverstuiverleidingen staan onder hoge druk, zelfs nadat de motor is afgezet. De brandstofstraal dieontstaat door brandstoflekkage kan ernstige verwondingen veroorzaken wanneer deze met het lichaam in aanraking komt. Mensen met een pacemaker mogen nietbinnen 30 cm van de ECU of de bedrading in de motorruimte komen als de motor draait,aangezien de hoge stroom waarmee het common-rail-systeem werkt een groot magnetisch veldveroorzaakt. SG120A1-FX
LET OP:
Het remsysteem is van essentieelbelang voor de rijveiligheid. Het is aan te bevelen het remsysteem door uw Hyundai dealer te latencontroleren. Het remsysteem moet worden gecontroleerd overeen- komstig het onderhoudsoverzichtin hoofdstuk 5.!
SG120B1-FX Remvloeistofpeil controleren
WAARSCHUWING:
Ga voorzichtig te werk met remvloeistof. Vermijd contact met de ogen omdat dit ernstigegevolgen kan hebben. Verwijder gemorste remvloeistof direct omdat remvloeistof de lak van dewagen aantast.
!
SG120D1-FX Remvloeistofpeil controleren Het remvloeistofpeil moet regelmatig worden gecontroleerd. Het peil moet tussen het "MAX" en "MIN" merkteken op de zijkant van het reservoir staan.Staat het peil op of onder het "MIN"merkteken, dan moet vloeistof tot aanhet "MAX" merkteken worden bijgevuld. Vul niet te veel vloeistof bij. SG120C2-FXAanbevolen remvloeistof Gebruik uitsluitend remvloeistof
overeenkomstig de DOT 3 of DOT 4 specificaties. Volg de instructies vande fabrikant op.
HLC5035