Page 9 of 227
INHOUD
HOOFSTUK
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAIHET RIJDEN MET UW HYUNDAI
IN GEVAL VAN PECH
CORROSIEBESCHERMING EN ONDERHOUD VAN DE CARROSSERIE ONDERHOUDSVOORSCHRIFTENEENVOUDIGE ONDERHOUD
EMISSIE REGELSYSTEEM
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR TECHNISCHE GEGEVENS INHOUD
5
1 2 3 4 6 7 8 9
10
Page 10 of 227
B250A01A-GXTINSTRUMENTEN EN BEDIENINGSORGANEN
B250A01A-B
Page 11 of 227

1. Schakelaar koplampafstelling
2. Schakelaar ruitenwisser/-sproeier achterruit(Indien gemonteerd)
3. Multischakelaar verlichting
4. Instrumentenpaneel
5. Claxon en bestuurdersairbag
6. Schakelaar ruitnewissers/-sproeiers
7. Digitale klok
8. Schakelaar achterruitverwarming (Indien gemonteerd)
9. Schakelaar waarschuwingsknipperlichten
10.Schakelaar mistlampen voor
(Indien gemonteerd) 11.Schakelaar mistachterlicht
12.Bedieningsorganen verwarming/airconditioning
(Indien gemonteerd)
13.Airbag voor passagierszijde
14.Dashboardkastje
15.Hefboom motorkapontgrendeling
16.Multibox
17.Aansteker
18.Bekerhouder voor
19.Asbak
20.Keuzehandel/versnellingshandel (Indien gemonteerd)
21.Handremhefboom
22.Bekerhouder achter/Stoelverwarming (Indien gemonteerd)
LET OP:
Een flacon luchtverfrisser mag in de auto niet dichtbij het instrumentenpaneel of op hetdashboard worden geplaatst. Door eventuele lekkage van de luchtverfrisser op deze delen (instrumentenpaneel, dashboard of aanjager) kunnen ze worden beschadigd. Als de vloeistofvan de luchtverfrisser op deze delen komt moeten ze direct met water worden gereinigd.
!
Page 12 of 227
UW AUTO IN ÉÉN OOGOPSLAG
B255A01A-GXT WAARSCHUWINGS- EN CONTROLELAMPEN OP HET INSTRUMENTENPANEEL * Een gedetailleerde uitleg van deze onderdelen treft u aan op pagina 1-49.
Onderhoudsindicatie (SRI) Van Airbagsysteem
Controlelamp ABS (Indien gemonteerd) Controlelamp Richting-aanwijzers Controlelamp Grootlicht Controlelamp Oliedruk Controlelamp Handrem/Remvloeistofpeil Controlelamp Laadstroom
Controlelamp Voor Niet Goed Gesloten Portieren Controlelamp Benzine- Reserve
Storingscontrolelamp
Controlelamp Overdrive (Alleen automatische transmissie)
Controlelamp Voorgloeien (Dieselmotor)
Waarschuwingslamp Water InBrandstoffilter (Dieselmotor)
Controlelamp immobilizer (diefstalbeveiliging)
Page 13 of 227

BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN............................... 1-2
INRIJDEN VAN UW NIEUWE HYUNDAI ................. 1-3 STARTBLOKKERING ................................................. 1-4
PORTIERSLOTEN
(DIEFSTALBEVEILIGINGSINSTALLATIE) ......... 1-6, 1-9
ELEKTRISCH BEDIENDE PORTIERRUITEN .........1-12
STOELINSTELLING ................................................... 1-13
VEILIGHEIDSGORDELS ........................................... 1-19
VEILIGHEIDSSYSTEEM VOOR KINDEREN ...........1-24
AIRBAGSYSTEEM ..................................................... 1-34
TWEETRAPS AANVULLEND (AIRBAG) VEILIGHEIDSYSTEEM (SRS) .................................1-40
INSTRUMENTENPANEEL EN CONTROLELAM PEN ............................................... 1-48
INDICATOR EN WAARSCHUWINGSLAMP ............1-52
BOORD COMPUTER ................................................ 1-59
MULTISCHAKELAAR (RICHTINGAANWIJZERS, GROOT EN DIMLICHT) ........................................... 1-61
RUITENWISSER-/SPROEIERSCHAKELAAR ..........1-63
ZONNEDAK ................................................................ 1-71
SPIEGEL ..................................................................... 1-75
MOTORKAPONTGRENDELING ...............................1-78
ZONNEKLEP .............................................................. 1-81
BEDIENING VERWARMING EN KOELING ............1-83
STEREO GELUIDSINSTALLATIE .............................1-92
ANTENNE ................................................................... 1-97
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
1
1
Page 14 of 227

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
2BRANDSTOFVOORSCHRIFTEN
B010A04A
!
B010A01O-GXT Tank uitsluitend loodvrije ben-
zine Voor uw Hyundai moet loodvrije ben- zine met een octaangetal van RON91 of hoger worden getankt. Het tanken van loodhoudende benzine heeft een onherstelbare beschadigingvan de katalysator en een onvold- oende werking van het emissiereg- elsysteem tot gevolg.Bovendien kan dit hoge onderh-oudskosten met zich meebrengen. Om vergissingen bij het tanken te voorkomen past het vulpistool voor loodhoudende benzine niet in devulopening van uw Hyundai. Dieselbrandstof In Hyundai automobielen met
dieselmotor moet dieselbrandstof met een cetaangetal van 52 tot 54 worden gebruikt. Wanneer de dieselbrandstof in zomer-
en winterkwaliteit verkrijgbaar is, moetafhankelijk van de onderstaande temperaturen de aangegeven kwaliteit worden gebruikt:
o Boven -5°C (23°F) ......... Zomerkwaliteit dieselbrandstof
o Onder -5°C (23°F) .........
Winterkwaliteit dieselbrandstof
Zorg ervoor dat de brandstoftank niet
leeg raakt. Als de motor door brandstoftekort afslaat, moeten de brandstofcircuits volledig wordenontlucht voordat de motor weer kan worden gestart. WAARSCHUWING:
o Voorkom dat benzine of water in de tank komt. Als dit toch het geval is moet de tank worden afgetapt en de leidingen worden doorgespoeld om te voorkomendat de brandstofpomp vastloopt en daardoor de motor beschadigd raakt.
o Om in de winter uitvlokken van de brandstof te voorkomen, kanbij temperaturen beneden -10 °C petroleum aan de dieselbrandstof wordentoegevoegd. Voeg nooit meer dan 20% petroleum toe.
ALLEEN LOOD-
VRIJE BENZINE
Page 15 of 227

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
3INRIJDEN VAN UW NIEUWE HYUNDAI
B010F01A-AXT Rijden in het buitenland Overtuig u voor het maken van
buitenlandse reizen van het volgende:
o Wordt voldaan aan de wettelijke
bepalingen.
o Is de geschikte brandstof verkrijg- baar.
B010D01S-AXT Gebruik geen methanol Benzine die methanol bevat mag niet worden gebruikt voor uw Hyundai. Deze benzine kan een vermindering van de motorprestaties tot gevolghebben en onderdelen van het brandstofsysteem beschadigen. B010E01A-AXTBENZINE VOOR EEN LAGERE
BELASTING VAN HET MILIEU
Hyundai raadt het gebruik aan van
benzine met detergerende toevoe-gingen, waardoor aanslag in de mo- tor wordt voorkomen. Door gebruikvan deze benzine wordt het milieu minder belast. Deze benzine houdt de motor schoner, waardoor dewerking van het uitlaatgasreg- elsysteem wordt verbeterd. SB020A1-FXGedurende de eerste 2000 km (Benzinemotor) Voor uw Hyundai geldt geen speciale inrijperiode. Voor een lange leven- sduur en optimale prestaties van uwHyundai is het echter aan te bevelen gedurende de eerste 2000 km onderstaande aanbevelingen op tevolgen:
o Rijd niet sneller dan 90 km/h.
o Houd het motortoerental tijdens het
rijden tussen 2000 en 4000/min.
o Accelereer niet te fors. Druk het
gaspedaal bij het starten niet in.
o Vermijd gedurende de eerste 300 km krachtig afremmen.
o Schakel tijdig terug, teneinde te voorkomen dat de motor overmatigwordt belast.
o Varieer uw snelheid.
o Laat de motor van een wagen met katalysator niet langer dan 3 minuten stationair draaien.
o Rijd gedurende de eerste 2000 km niet met een caravan of aanhanger.
LET OP:
Het gebruik van methanol ofbrandstoffen die methanol bevatten kan tot schade aan hetbrandstofsysteem en een vermin- dering van de motorprestaties leiden; dit valt niet altijd onder degarantie.
!
B010B01A-AXT Gasohol Gasohol (een mengsel van 90% loodvrije benzine en 10% ethanol) kan worden gebruikt in uw Hyundai.Als echter problemen optreden in de werking van de motor, wordt het gebruik van uitsluitend benzineaangeraden. Brandstoffen met een onbekende hoeveelheid alcohol of een andere alcohol dan ethanol mogenniet worden gebruikt.
Page 16 of 227

1BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
4STARTBLOKKERING
B880A01A-GXT De startblokkering is een anti-
diefstalvoorziening en is ontworpen om diefstal van de wagen tegen tegaan en te vertragen.
B880B03A-GXT Sleutels Alle sloten van de auto kunnen met
dezelfde sleutel worden bediend. Omdat de portieren zonder sleutel kunnen worden vergrendeld, moet worden voorkomen dat de sleutel inde auto wordt gelaten als de portieren worden vergrendeld. N.B.:
Met een zelf vervaardigde
duplicaatsleutel kan het systeem niet worden uitgeschakeld of demotor worden gestart.
B020B01FC-GXT INRIJDEN VAN UW NIEUWE
HYUNDAI
Gedurende de eerste 1000 km (Dieselmotor) Voor uw Hyundai geldt geen speciale
inrijperiode. Voor een lange levens- duur en optimale prestaties van uw Hyundai is het echter aan te bevelengedurende de eerste 1000 km onderstaande aanbevelingen op te volgen:
o Houd tijdens het rijden het motortoerental (omwentelingen per minuut) ongeveer op 3000/min.
o Rijd niet harder dan driekwart van de maximumsnelheid.
o Accelereer niet te fors. Druk het gaspedaal bij het starten niet in.
o Vermijd gedurende de eerste 300 km krachtig afremmen. o Schakel tijdig terug, teneinde te
voorkomen dat de motor overmatig wordt belast.
o Varieer uw snelheid.
o Laat de motor van een wagen met katalysator niet langer dan 3 minuten stationair draaien.
o Rijd gedurende de eerste 1000 km niet met een caravan of aanhanger.