Page 65 of 602
Verklaring voor eCall
1 .3 Noodoproep
63
1
Veiligheid en beveiliging
Page 66 of 602
Wet op de consumentenbescherming
1.4 Hybridesysteem
1.4.1 Kenmerken hybridesysteem
Uw auto is een hybridevoertuig. De eigenschappen van uw auto zijn anders dan die van
conventionele auto's. Zorg ervoor dat u de eigenschappen van uw auto goed leert kennen
en gebruik de functies voorzichtig.
Bij het hybridesysteem werken een benzinemotor en een elektromotor (tractiemotor)
samen, afhankelijk van de rijomstandigheden, om het brandstofverbruik en de
uitlaatgasemissie te verlagen.
Systeemonderdelen
ABenzinemotor
BElektromotor voor (tractiemotor)
CElektromotor achter (tractiemotor)*
*Alleen AWD-uitvoeringen
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .3 Noodoproep
64
Page 67 of 602

Bij stilstand/tijdens wegrijden
Wanneer de auto stilstaat, wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*. Bij het
wegrijden wordt de auto aangedreven
door de elektromotor (tractiemotor). Bij
het rijden met lage snelheid of bij het
afrijden van een flauwe helling wordt de
benzinemotor uitgeschakeld
*en wordt de
elektromotor (tractiemotor)
ingeschakeld.
Wanneer de selectiehendel in stand N
staat, wordt het batterijpakket
(tractiebatterij) niet opgeladen.
*Wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) moet worden opgeladen
of wanneer de motor aan het opwarmen
is, enz., wordt de benzinemotor niet
automatisch uitgeschakeld. (→Blz. 65)
Tijdens normaal rijden
De auto wordt voornamelijk aangedreven
door de benzinemotor. De elektromotor
(tractiemotor) laadt zo nodig het
batterijpakket (tractiebatterij) op.
Tijdens sterk accelereren
Wanneer het gaspedaal volledig wordt
ingetrapt, wordt de energie van het
batterijpakket (tractiebatterij)
toegevoegd aan de energie die de
benzinemotor levert via de elektromotor
(tractiemotor).
Tijdens het remmen (regeneratief
remmen)
De wielen drijven de elektromotor
(tractiemotor) aan, waardoor energie
wordt opgewekt en het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.
Regeneratief remmen
• In de volgende situaties wordt
kinetische energie omgezet in
elektrische energie en wordt er een
afremmingskracht gegenereerd
terwijl tegelijkertijd het batterijpakket
(tractiebatterij) wordt opgeladen.– Het gaspedaal wordt losgelaten
terwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
– Het rempedaal wordt ingetrapt
terwijl de selectiehendel in stand D
of S staat.
• Als het benzineroetfiltersysteem
(→blz. 289) in werking is om het
uitlaatgasfilter te regenereren, wordt
het batterijpakket (tractiebatterij)
mogelijk niet opgeladen.
EV-controlelampje
Het EV-controlelampje gaat branden
wanneer de auto alleen door de
elektromotor (tractiemotor) wordt
aangedreven of de benzinemotor niet
draait.
Het in- of uitschakelen van het
EV-controlelampje kan worden
gewijzigd. (→Blz. 101)
Omstandigheden waarin de
benzinemotor mogelijk niet wordt
uitgeschakeld
De benzinemotor wordt automatisch
gestart en uitgeschakeld. Hij wordt
echter onder de volgende
omstandigheden mogelijk niet
automatisch uitgeschakeld
*:
• Tijdens de opwarmfase van de
benzinemotor
• Tijdens het opladen van het
batterijpakket (tractiebatterij)
• Als de temperatuur van het
batterijpakket (tractiebatterij) hoog
of laag is
1 .4 Hybridesysteem
65
1
Veiligheid en beveiliging
Page 68 of 602

• Als de verwarming is ingeschakeld
*Afhankelijk van de omstandigheden
wordt de benzinemotor mogelijk ook
niet automatisch uitgeschakeld in
andere situaties.
Opladen van het batterijpakket
(tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket
(tractiebatterij) indien nodig door de
benzinemotor wordt opgeladen, hoeft
het niet door een externe bron te
worden opgeladen. Als de auto echter
gedurende lange tijd wordt geparkeerd,
wordt het batterijpakket (tractiebatterij)
langzaam ontladen. Daarom moet u
ervoor zorgen dat er elke paar maanden
gedurende minimaal 30 minuten of
16 km met de auto gereden wordt. Als
het batterijpakket (tractiebatterij)
volledig ontladen raakt en u het
hybridesysteem niet meer kunt starten,
neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Opladen van de 12V-accu
→Blz. 428
Als de 12V-accu leeg is, vervangen is
of verwijderd is geweest.
De benzinemotor stopt mogelijk niet,
ook niet als de auto door het
batterijpakket (tractiebatterij) wordt
aangedreven. Als dit probleem enkele
dagen aanhoudt, neem dan contact op
met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Geluiden en trillingen die kenmerkend
zijn voor een hybrideauto
Mogelijk zijn er geen motorgeluiden
hoorbaar of trillingen voelbaar terwijl de
auto wel kan rijden en het
controlelampje READY brandt. Zet uitveiligheidsoverwegingen de
selectiehendel in stand P en activeer de
parkeerrem wanneer u de auto parkeert.
De volgende geluiden of trillingen
kunnen hoorbaar of voelbaar zijn als het
hybridesysteem in werking is en deze
duiden niet op een defect:
• Er kunnen motorgeluiden hoorbaar
zijn uit het motorcompartiment.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem kan er geluid
hoorbaar zijn dat afkomstig is van het
batterijpakket (tractiebatterij) onder
de achterstoelen.
• Bij het inschakelen of uitschakelen
van het hybridesysteem zijn er
mogelijk werkingsgeluiden van het
relais te horen, zoals een klik of een
vaag gerammel, dat afkomstig is van
het batterijpakket (tractiebatterij)
onder de achterstoelen.
• Als de achterklep open is, kunnen er
geluiden van het hybridesysteem
hoorbaar zijn.
• Als de benzinemotor start of stopt, bij
rijden met lage snelheden of als de
motor met stationair toerental draait,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn van
de transmissie.
• Bij sterk accelereren kunnen er
motorgeluiden hoorbaar zijn.
• Als het rempedaal wordt ingetrapt of
het gaspedaal wordt losgelaten,
kunnen er geluiden hoorbaar zijn die
worden veroorzaakt door het
regeneratief remmen.
• Als de benzinemotor start of stopt,
kunnen trillingen voelbaar zijn.
• U kunt via de ventilatieopening onder
de achterstoel geluid horen dat
afkomstig is van de koelventilator.
Onderhoud, reparatie, recycling en
afvoer
Neem voor onderhoud, reparatie,
recycling en afvoer contact op met een
erkende Toyota-dealer of
1 .4 Hybridesysteem
66
Page 69 of 602

hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige. Voer de auto niet zelf af.
Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
Als u rijdt met uitgeschakelde
benzinemotor, wordt er een geluid, dat
aangepast wordt aan de rijsnelheid,
afgespeeld om mensen in de buurt te
waarschuwen dat de auto nadert. Het
geluid stopt als de rijsnelheid hoger
wordt dan ongeveer 25 km/h.
Akoestisch
voertuigwaarschuwingssysteem
In de volgende gevallen is het
akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem mogelijk
moeilijk te horen voor mensen in de
buurt.
• In gebieden met harde
omgevingsgeluiden
• In de wind of regenOok is het akoestische
voertuigwaarschuwingssysteem achter
de auto mogelijk moeilijker te horen dan
vóór de auto omdat het systeem aan de
voorzijde van de auto is geïnstalleerd.
Als “Proximity Notification System
Malfunction Visit Your Dealer”
(Storing in waarschuwingssysteem
naderende auto. Ga naar uw dealer) op
het multi-informatiedisplay wordt
weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem
aanwezig. Laat de auto nakijken door
een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
1 .4 Hybridesysteem
67
1
Veiligheid en beveiliging
Page 70 of 602
1.4.2 Voorzorgsmaatregelen hybridesysteem
Wees voorzichtig met het hybridesysteem, aangezien dit een hoogspanningssysteem
(max. ongeveer 650 V) bevat, evenals onderdelen die extreem heet worden als het
hybridesysteem in werking is. Volg de aanwijzingen op de waarschuwingslabels op.
Systeemonderdelen
AWaarschuwingslabel
BServicestekker
CElektromotor achter (tractiemotor)*
DBatterijpakket (tractiebatterij)
EHoogspanningskabels (oranje)
FElektromotor voor (tractiemotor)
GVermogensregeleenheid
HAircocompressor
*Alleen AWD-uitvoeringen
De afbeelding dient slechts ter illustratie en wijkt mogelijk af van de werkelijkheid.
1 .4 Hybridesysteem
68
Page 71 of 602

Als de brandstof opraakt
Als de brandstof op is en het
hybridesysteem niet kan worden gestart,
vult u de tank met ten minste de
hoeveelheid brandstof die nodig is om
het waarschuwingslampje laag
brandstofniveau (→blz. 396) uit te laten
gaan. Als er slechts een kleine
hoeveelheid brandstof in de tank zit, kan
het hybridesysteem mogelijk niet worden
gestart. (De standaardhoeveelheid
brandstof is ongeveer 8,8 liter, als de auto
op een vlakke ondergrond staat. Deze
waarde kan afwijken als de auto op een
helling staat. Vul brandstof bij wanneer
de auto schuin staat.)
Elektromagnetische golven
• De hoogspanningsonderdelen en
-kabels van hybrideauto's zijn
voorzien van een afscherming voor
elektromagnetische golven en zenden
ongeveer net zo veel
elektromagnetische golven uit als
conventionele auto's met een
benzinemotor, of elektronische
huishoudapparatuur.
• Uw auto kan storingen veroorzaken in
niet-originele audio-onderdelen.
Batterijpakket (tractiebatterij)
De levensduur van het batterijpakket
(tractiebatterij) is niet onbeperkt. De
levensduur van het batterijpakket
(tractiebatterij) kan veranderen
afhankelijk van de rijstijl en de
rijomstandigheden.
Starten van het hybridesysteem in een
extreem koude omgeving
Als het batterijpakket (tractiebatterij)
extreem koud is (temperatuur lager dan
ongeveer -30°C) als gevolg van de
buitentemperatuur, kan het
hybridesysteem mogelijk niet gestart
worden. Probeer in dat geval het
hybridesysteem nogmaals te starten
nadat de temperatuur van hetbatterijpakket is opgelopen omdat
bijvoorbeeld de buitentemperatuur is
gestegen.
Declaration of conformity
De uitstoot van waterstof van dit model
voldoet aan reglement ECE100 (voor de
veiligheid van elektrisch aangedreven
auto's met batterijen).
WAARSCHUWING!
Voorzorgsmaatregelen
hoogspanningssysteem
Deze auto heeft zowel
hoogspanningssystemen (wissel- en
gelijkspanning) als een 12V-systeem.
Gelijk- en wisselspanning zijn zeer
gevaarlijk en kunnen ernstige
brandwonden en elektrische schokken
veroorzaken die dodelijk of ernstig
letsel tot gevolg kunnen hebben.
• Verwijder of vervang nooit
hoogspanningscomponenten,
hoogspanningskabels en de stekkers
ervan, raak ze niet aan en haal ze niet
uit elkaar.
• Het hybridesysteem wordt na het
starten heet, aangezien het systeem
gebruikmaakt van hoogspanning.
Wees alert op zowel hoogspanning
als hoge temperaturen en volg altijd
de aanwijzingen op de
waarschuwingslabels op.
• Open nooit de klep onder de
achterstoelen waarachter zich de
servicestekker bevindt. De
servicestekker, waar hoogspanning
op staat, wordt alleen gebruikt bij
onderhoud aan de auto.
1 .4 Hybridesysteem
69
1
Veiligheid en beveiliging
Page 72 of 602

WAARSCHUWING!(Vervolgd)
Waarschuwingen voor het geval de
auto bij een ongeval betrokken raakt
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht om de
kans op dodelijk of ernstig letsel te
beperken:
• Duw of sleep uw auto indien mogelijk
van de weg, zet de selectiehendel in
stand P, activeer de parkeerrem en
schakel het hybridesysteem uit.
• Raak de onderdelen, kabels en
stekkers waar hoogspanning op
staat niet aan.
• Als binnen of buiten de auto
elektrische bedrading blootligt, kan
er een elektrische schok optreden.
Raak blootliggende elektrische
bedrading nooit aan.
• Stap zo snel mogelijk uit als er brand
uitbreekt in de hybrideauto. Gebruik
nooit een brandblusser die niet is
bedoeld voor het blussen van brand
als gevolg van een elektrische
storing. Zelfs het gebruik van een
geringe hoeveelheid water om te
blussen kan al gevaarlijk zijn.
• Als uw auto gesleept moet worden,
dient dit te gebeuren met beide
voorwielen (2WD-uitvoeringen) of
alle wielen (AWD-uitvoeringen) van
de grond. Als de wielen die
gekoppeld zijn aan de elektromotor
(tractiemotor) tijdens het slepen de
grond raken, kan de elektromotor
elektriciteit blijven opwekken.
Hierdoor kan brand ontstaan.
(→Blz. 385)
• Controleer het wegdek/de bodem
onder de auto zorgvuldig. Als er
vloeistoflekkage waarneembaar is,
kan het brandstofsysteem
beschadigd zijn. Verlaat uw auto zo
spoedig mogelijk.
AXAH52L/AXAH52R/AXAH54L/
AXAH54R-uitvoeringen*
• Raak bij een eventuele
vloeistoflekkage de vloeistof niet
WAARSCHUWING!(Vervolgd)
aan omdat het geconcentreerde
alkalische elektrolyt uit het
batterijpakket (tractiebatterij) kan
zijn. Spoel vloeistof die op uw huid of
in uw ogen terecht is gekomen direct
af met veel water of, indien mogelijk,
met boorwater. Schakel onmiddellijk
medische hulp in.
*De modelcode staat vermeld op het
typeplaatje. (→Blz. 437)
AXAL52L/AXAL52R/AXAL54L/
AXAL54R-uitvoeringen*
• Raak het batterijpakket niet aan als
er vloeistof uit lekt of als de
buitenzijde vochtig is. Als elektrolyt
(organische elektrolyt op
koolzuurbasis) die uit het
batterijpakket (tractiebatterij) lekt
in aanraking komt met de ogen of de
huid, kan dit blindheid of wonden
veroorzaken. Mocht er onverhoopt
vloeistof in uw ogen of op uw huid
terechtkomen, spoel deze dan direct
af met veel water en raadpleeg
onmiddellijk een arts.
• Als er elektrolyt lekt uit het
batterijpakket (tractiebatterij), kom
dan niet in de buurt van de auto.
Zelfs wanneer het batterijpakket
(tractiebatterij) onverhoopt
beschadigd is geraakt, zal de
inwendige constructie van het
batterijpakket voorkomen dat er
grote hoeveelheden elektrolyt
lekken. De elektrolyt die echter wel
uit het batterijpakket lekt, geeft een
damp af. Deze damp irriteert de huid
en ogen en kan, wanneer deze wordt
ingeademd, acute vergiftiging
veroorzaken.
• Houd brandende of hete voorwerpen
uit de buurt van de elektrolyt.
Anders kan de elektrolyt vlam vatten
en brand veroorzaken.
*De modelcode staat vermeld op het
typeplaatje. (→Blz. 437)
1 .4 Hybridesysteem
70