Page 65 of 666

63
1
1-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
Veiligheid en beveiliging
■Plaatsing met onderste ISOfix-
bevestigingspunt (ISOfix-baby- of
kinderzitje)
Plaats het baby- of kinderzitje aan de
hand van de bijgesloten handleiding.
Als het desbetreffende baby- of kinder-
zitje niet binnen de “universele” catego-
rie valt (of de benodigde informatie
staat niet in de tabel), raadpleeg dan de
“voertuiglijst” van de fabrikant van het
baby- of kinderzitje voor de diverse
mogelijke montageposities of doe
navraag naar de compatibiliteit bij de
verkoper van het zitje. ( Blz. 55, 56)
1 Zet de rugleuning zo veel mogelijk
rechtop. Indien er bij het plaatsen
van een in de rijrichting geplaatst
kinderzitje een opening aanwezig is
tussen het kinderzitje en de rugleu-
ning, stel de rugleuning dan af tot-
dat het zitje en de rugleuning goed
contact maken.
2 Verwijder indien mogelijk de hoofd-
steun indien deze de plaatsing van
het baby- of kinderzitje hindert. Zet
anders de hoofdsteun in de hoogste
stand. ( Blz. 276) 3
Controleer de posities van de speci-
ale stangen en plaats het zitje op de
stoel.
De stangen bevinden zich in de opening tus-
sen de zitting en de rugleuning.
4Beweeg het baby- of kinderzitje na
het plaatsen naar achteren en naar
voren om te controleren of het goed
vastzit. ( Blz. 62)
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernsti g letsel tot gevolg
hebben.
●Verstel de rugleuning niet meer nadat
het baby- of kinderzitje is geplaatst.
●Controleer bij het gebruik van de onder-
ste bevestigingspunten of er geen
vreemde voorwerpen rond de bevesti-
gingspunten aanwezig zijn en of de gor-
del niet klem zit achter het zitje.
●Volg bij het plaatsen van een baby- of
kinderzitje altijd de gebruiksaanwijzing
van de fabrikant.
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 63 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 66 of 666

641-2. Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
■Bevestigingspunten bovenste
gordel
Voor de buitenste zitplaatsen achter
zijn bevestigingspunten voor de boven-
ste gordel aanwezig.
Gebruik de bevestigingspunten voor de
bovenste gordel bij het vastmaken van
de bovenste gordel.
Bevestigingspunten bovenste gordel
Bovenste gordel
■Bovenste gordel vastmaken aan
de bevestigingspunten voor de
bovenste gordel
Plaats het baby- of kinderzitje aan de
hand van de bijgesloten handleiding.
1Zet de hoofdsteun in de hoogste stand.
Verwijder indien mogelijk de hoofdsteun
indien deze de plaatsing van het baby- of
kinderzitje of de bovenste gordel hindert.
( Blz. 277)
2 Zet de haak vast aan het bevesti-
gingspunt voor de bovenste gordel
en trek de bovenste gordel aan.
Controleer of de bovenste gordel goed vast-
zit. ( Blz. 62)
Wanneer u het baby- of kinderzitje plaatst
terwijl de hoofdsteun omhoog staat, zorg er
dan voor dat de bovenste gordel onder de
hoofdsteun door loopt.
Haak
Bovenste gordel
Met een bevestigingspunt voor
de bovenste gordel
A
B
WAARSCHUWING
■Als er een baby- of kinderzitje wordt
geplaatst
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernsti g letsel tot gevolg
hebben.
●Bevestig de bovenste gordel stevig en
controleer of de gordel niet gedraaid is.
●Bevestig de bovenste gordel uitsluitend
aan de bevestigingspunten voor de
bovenste gordel.
●Verstel de rugleuning niet meer nadat
het baby- of kinderzitje is geplaatst.
●Volg bij het plaatsen van een baby- of
kinderzitje altijd de gebruiksaanwijzing
van de fabrikant.
●Wanneer u het baby- of kinderzitje
plaatst terwijl de hoofdsteun omhoog
staat, zet dan, nadat de hoofdsteun
omhoog is gezet en het bevestigings-
punt voor de bovenste gordel vervol-
gens is vastgemaakt, de hoofdsteun
niet in een lagere stand.
A
B
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 64 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 67 of 666

65
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
1-3.Noodoproep
*: Werkt binnen het eCall-dekkingsgebied.
De systeemnaam kan per land verschil-
lend zijn.
Type A Toets SOS
*
Controlelampjes
Microfoon
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communicatie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet bestemd
voor communicatie met de eCall-mede-
werker.
Type B
Toets SOS
*
Controlelampjes
Microfoon
Luidspreker
*: Deze toets is bestemd voor communicatie met de eCall-medewerker.
Andere SOS-toetsen van overige syste-
men van een auto hebben geen betrek-
king op het apparaat en zijn niet bestemd
voor communicatie met de eCall-mede-
werker.
eCall*
eCall is een telematicadienst die
gebruikmaakt van gegevens van
het Global Navigation Satellite
System (GNSS) en ingebouwde
cellulaire technologie, waardoor
de volgende noodoproepen kun-
nen worden verzonden: Automati-
sche noodoproepen
(automatische melding van een
aanrijding) en handmatige
noodoproepen (door het indruk-
ken van de toets SOS). Deze
dienst is door regelgeving van de
Europese Unie verplicht gesteld.
Systeemonderdelen
A
B
C
D
A
B
C
D
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 65 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 68 of 666

661-3. Noodoproep
■Automatische noodoproepen
Als een airbag wordt geactiveerd, belt
het systeem automati sch het eCall-con-
trolecentrum.
* De medewerker van het
controlecentrum ontvangt de locatie
van de auto, het tijdstip waarop het
ongeval plaatsvond en het VIN van de
auto, en probeert de inzittenden van de
auto te spreken om de ernst van de
situatie te beoordelen. Als de inzitten-
den niet in staat zijn om te communice-
ren, behandelt de medewerker de
oproep als een noodgeval, neemt hij of
zij contact op met de dichtstbijzijnde
hulpdiensten (112, enz.) en verzoekt hij
of zij om assistentie ter plaatse.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep
worden verzonden. ( Blz. 67)
■Handmatige noodoproepen
Druk in een noodsituatie op de toets
SOS om het eCall-controlecentrum te
bellen.
* De medewerker van het contro-
lecentrum zal de locatie van uw auto
bepalen, de situatie beoordelen en de
benodigde hulpdiensten sturen.
Open de afdekking voordat u op de
toets SOS drukt.
Als u per ongeluk op de toets SOS hebt
gedrukt, zeg dan tegen de medewerker dat
er geen sprake is van een noodgeval.
*: In sommige gevallen kan er geen oproep
worden verzonden. ( Blz. 67)
Wanneer het contact AAN wordt gezet,
gaat het rode controlelampje gedu-
rende 10 seconden branden. Vervol-
gens gaat het groene controlelampje
gedurende 2 seconden branden, om
vervolgens te blijven branden om aan
te geven dat het systeem naar behoren
werkt.
De controlelampjes geven het volgende
aan:
Als het groene controlelampje gaat
branden en blijft branden, is het sys-
teem ingeschakeld.
Als het groene controlelampje twee-
maal per seconde knippert, wordt er
een automatische of handmatige
noodoproep gedaan.
Als het rode controlelampje brandt
op een ander moment dan direct na
het AAN zetten van het contact, is er
mogelijk een storing in het systeem
aanwezig of is de back-upbatterij
mogelijk leeg.
Als het rode controlelampje gedu-
rende ongeveer 30 seconden knip-
pert tijdens een noodoproep, is de
verbinding verbroken of is het sig-
naal van het mobiele netwerk te
zwak.
De levensduur van de back-upbatterij is
hooguit 3 jaar.
■Vrije software en opensourcesoftware
Dit product bevat vrije software/opensource-
software (FOSS).
Licentie-informatie en/of de broncode van
FOSS is beschikbaar op de volgende URL:
http://www.opensourceautomotive.com/dcm/
toyota/
Noodoproepdiensten
Controlelampjes
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 66 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 69 of 666

67
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
WAARSCHUWING
■Wanneer er mogelijk geen
noodoproep wordt verstuurd
●In de volgende situaties kunnen moge-
lijk geen noodoproepen worden gedaan.
Neem in dergelijke gevallen op een
andere wijze contact op met hulpdien-
sten (112, enz.).
• Zelfs als de auto zich in het dekkingsge- bied van het mobiele-telefoonnetwerk
bevindt, kan het moeilijk zijn om contact
te leggen met het eCall-controlecentrum
als de ontvangst slecht is of de lijn bezet
is. In dergelijke gevall en krijgt u mogelijk
geen contact met het eCall-controlecen-
trum en kunt u dus geen noodoproepen
doen en kunnen hulpdiensten niet wor-
den ingeschakeld, ook al probeert het
systeem verbinding te maken met het
eCall-controlecentrum.
• Wanneer de auto zich buiten het dek- kingsgebied van het mobiele-telefoon-
netwerk bevindt, kunnen er geen
noodoproepen worden verzonden.
• Wanneer er een storing aanwezig is in de bijbehorende apparatuur (zoals het
paneel van de toets SOS, de controle-
lampjes, microfoon, luidspreker, DCM,
antenne of op de apparatuur aange-
sloten bedrading) of deze beschadigd of
kapot is, kan er geen noodoproep wor-
den geplaatst.
• Tijdens een noodoproep doet het sys- teem herhaaldelijk een poging om con-
tact op te nemen met het eCall-
controlecentrum. Als er echter als
gevolg van een slechte ontvangst geen
contact kan worden gelegd met het
eCall-controlecentrum, kan het sys-
teem mogelijk geen contact maken met
het mobiele netwerk en wordt de
noodoproep beëindigd zonder dat er
verbinding is gemaakt. Het rode contro-
lelampje knippert gedurende ongeveer
30 seconden om aan te geven dat de
verbinding is verbroken.
●Als de spanning van de 12V-accu
afneemt of als de accu is losgenomen,
kan het systeem mogelijk geen verbin-
ding maken met het eCall-controlecen-
trum.
■Als het noodoproepsysteem wordt
vervangen door een nieuw exemplaar
Het noodoproepsysteem moet worden
geregistreerd. Neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Voor uw veiligheid
●Rijd voorzichtig.
De functie van dit systeem is om u te
helpen bij het plaatsen van een
noodoproep bij ongevallen, zoals een
verkeersongeval of een plotseling
medisch noodgeval. Het systeem biedt
de bestuurder en de passagiers op
geen enkele wijze bescherming. Rijd
voorzichtig en doe voor uw veiligheid
altijd uw veiligheidsgordel om.
●Geef bij noodgevallen uw leven en de
levens van anderen topprioriteit.
●Wanneer u een branderige lucht of
anderszins een vreemde lucht ruikt, ver-
laat dan de auto en zoek onmiddellijk
een veilige plek op.
●Als de airbags worden geactiveerd ter-
wijl het systeem normaal werkt, ver-
zendt het systeem een noodoproep. Het
systeem verzendt ook een noodoproep
als de auto van achteren wordt aange-
reden of als de auto over de kop slaat,
zelfs als de airbags niet worden geacti-
veerd.
●Plaats om veiligheidsredenen geen
noodoproep tijdens het rijden.
Wanneer u tijdens het rijden belt, kan
het zijn dat u het stuurwiel niet goed
kunt bedienen, waardoor er een onge-
val kan ontstaan.
Breng de auto tot stilstand en controleer
of de omgeving veilig is alvorens een
noodoproep te plaatsen.
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 67 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 70 of 666

681-3. Noodoproep
■GegevensverwerkingsschemaServer
Opslag
Verwerking
DCM
WAARSCHUWING
●Vervang zekeringen altijd door de voor-
geschreven zekeringen. Als u andere
zekeringen gebruikt, kan er kortsluiting
in het circuit optreden en kan er brand
ontstaan.
●Wanneer u het systeem gebruikt terwijl
er rook is of sprake is van een onge-
wone geur, kan er brand ontstaan. Stop
onmiddellijk met het gebruik van het
systeem en neem contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
OPMERKING
■Voorkomen van schade
Voorkom dat er vloeistof op het paneel van
de toets SOS, enz. komt en sla er niet
tegenaan.
■In geval van een storing in het paneel
van de toets SOS, de luidspreker of
de microfoon tijdens een
noodoproep of een handmatige
onderhoudscontrole
Het is wellicht niet mogelijk om
noodoproepen te doen, de systeemstatus
te bevestigen of te communiceren met de
medewerker van het eCall-controlecen-
trum. Als de apparatuur beschadigd is,
neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Overzicht systeem van toegevoegde diensten
A
B
C
D
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 68 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 71 of 666

69
1
1-3. Noodoproep
Veiligheid en beveiliging
1
De klant activeert de dienst op het Toyota-klantenportaal en gaat akkoord met
de voorwaarden van de dienst conform de AVG.
2 De server activeert de dienst in de DCM en bepaalt welke voertuiggegevens
worden verzameld.
3 De desbetreffende voertuiggegevens worden verzameld door de DCM.
4 De gegevens worden gedeeld met de server.
5 De gegevens worden opgeslagen op de server.
6 De gegevens worden verwerkt op de serv er om de dienst te kunnen leveren.
7 De verwerkte gegevens worden aan de klant gepresenteerd.
Ga naar het Toyota-klantenportaal v oor de lijst van beschikbare diensten.
Uitvoeren van de regelgeving
Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3Conformiteit
1. BESCHRIJVING IN VOERTUIG GEÏNTEGREERD ECALL-SYSTEEM
1.1.
Overzicht, werking en functionaliteiten van het in het
voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-sys-
teem
O
1.2.De op 112 gebaseerde eCall-dienst is een publieke
dienst van algemeen nut die gratis beschikbaar is.O
1.3.
Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde
eCall-systeem is standaard ingeschakeld. Bij een ern-
stige aanrijding wordt het sys teem automatisch geacti-
veerd door signalen van sensoren in het voertuig. Het
wordt ook automatisch geactiveerd als de auto is voor-
zien van een TPS-systeem dat niet werkt bij een ern-
stige aanrijding.
O
1.4.
Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde
eCall-systeem kan indien nodig ook handmatig worden
geactiveerd. Instructies voor het handmatig activeren
van het systeem
O
1.5.
Als door een ernstige systeemstoring het in het voer-
tuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-systeem
wordt uitgeschakeld, kr ijgen de inzittenden van het
voertuig de volgende waarschuwing
O
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 69 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
Page 72 of 666

701-3. Noodoproep
2. INFORMATIE OVER GEGEVENSVERWERKING
2.1.
Elke verwerking van persoonsgegevens die via het in
het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde eCall-
systeem zijn verzameld, moet voldoen aan de regelge-
ving met betrekking tot persoonsgegevens zoals vast-
gelegd in richtlijn 95/46/EG en 2002/58/EG, en moet
met name zijn gebaseerd op de noodzaak om de vitale
belangen van personen te beschermen, conform artikel
7(d) van richtlijn 95/46/EG.
O
2.2.
De verwerking van dergelijke gegevens dient strikt
beperkt te blijven tot het doel van het behandelen van
de eCall-noodoproep naar het Europese alarmnummer
112.
O
2.3. Soorten gegevens en hun ontvangers
2.3.1.
Het in het voertuig geïntegreerde op 112 gebaseerde
eCall-systeem kan de volgende gegevens verzamelen
en verwerken: voertuigidentificatienummer, type voer-
tuig (personenauto of lichte bestelwagen), type brand-
stof/aandrijving van het v oertuig (benzine/diesel/
aardgas/LPG/elektriciteit/waterstof), laatste drie loca-
ties en rijrichting van het voertuig, logbestand van de
automatische activering van het systeem inclusief tijd-
stip van activering
O
2.3.2.
De ontvangers van de door het in het voertuig geïnte-
greerde op 112 gebaseerde eCall-systeem verwerkte
gegevens zijn de relevante openbare alarmcentrales
die zijn aangewezen door de publieke autoriteiten van
het land waarin deze centrales zijn gevestigd om als
eerste eCall-oproepen naar het Europese alarmnum-
mer 112 te ontvangen en te verwerken.
O
Gebruikersinformatie uitvoering regelgeving, bijlage 1, DEEL 3Conformiteit
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 70 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM