Page 481 of 826
4804-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Middelste sensoren
Globale afstand tot
objectMulti-informatiedisplayZoemer
Voor: 100 - 60 cm
Achter: 150 - 60 cm Langzaam
60 cm - 45 cm Gemiddeld
45 cm - 30 cm Snel
30 cm - 15 cm Continu
Minder dan 15 cm Continu
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 480 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 482 of 826

4814-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Werking zoemer en afstand tot een object
Een zoemer klinkt als de
sensoren in werking zijn.
● De geluidssignalen volgen elkaar sneller op naarmate de auto
dichter bij het object komt. Als de auto het obstakel genaderd is
tot ongeveer 30cm, klin kt de zoemer continu.
● Als er gelijktijdig 2 of meer obj ecten worden gesignaleerd, kli nkt
de zoemer voor het dichtstbijzijn de object. Als een of meer objec-
ten dichter bij de auto komen dan ongeveer 30 cm, klinkt er een
langdurig piepsignaal, gevolgd door elkaar snel opvolgende
piepsignalen.
● Functie automatisch dempen zoemer: Als, terwijl de zoemer
klinkt, de afstand tussen de auto en het gesignaleerde object niet
kleiner wordt, wordt de zoem er automatisch gedempt.
(Als de afstand tussen de auto en het object echter 30 cm of min -
der is, werkt de functie niet.)
■Aanpassen van het zoemervolume
Het zoemervolume kan worden aang epast op het multi-informatie-
display.
Het volume van de zoemers voor d e Toyota Parking Assist-sensor
en de RCTA (indien aanwezig) wordt gelijktijdig aangepast.
Wijzig de instellingen met behulp van de bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel. ( →Blz. 148)
Druk op < of > om te selecteren.
Druk op ∧ of ∨ om “Vehicle Settings” (voertuiginstellingen) te
selecteren en druk vervolgens op .
Druk op ∧ of ∨ om of te selecteren,
selecteer het volume en druk vervolgens op .
Elke keer dat de toets wordt ingedrukt, wijzigt het volume tuss en 1, 2 en
3.
1
2
3
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 481 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 483 of 826

4824-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Dempen van het geluid van een zoemer
Op het multi-informatiedisplay wordt een toets MUTE weergegeven
wanneer een object wordt gesignaleerd. Druk op om het geluid
van de zoemer te dempen.
Het volume van de zoemers voor d
e Toyota Parking Assist-sensor
en de RCTA (indien aanwezig) wordt gelijktijdig onderdrukt.
In de volgende gevallen wordt het dempen automatisch geannu-
leerd:
● Als de stand van de selectiehendel wordt gewijzigd.
● Als de rijsnelheid hoger wor dt dan een bepaalde snelheid.
● Als de actieve functie ti jdelijk wordt geannuleerd.
● Als de actieve func tie handmatig wordt uitgeschakeld.
● Als het contact UIT wordt gezet.
Ongeveer 100 cm
Ongeveer 150 cm
Ongeveer 60 cm
Ongeveer 60 cm (indien aan-
wezig)
• Het schema toont het detectiebe- reik van de sensoren. Houd er
rekening mee dat de sensoren
geen objecten kunnen signaleren
die zich extreem dicht bij de auto
bevinden.
• Auto's met zijsensoren: Meer informatie m.b.t. de signalering
van obstakels aan de zijkanten.
(→ Blz. 484)
• Het bereik van de sensoren kan verschillend zijn, afhankelijk van
bijvoorbeeld de vorm van het
object.
Auto's met zijsensoren: Het detectiebereik voor obstakels kan w or-
den gewijzigd. ( →Blz. 794)
Detectiebereik van de sensoren
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 482 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 484 of 826

4834-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10636E
■Het systeem kan worden geactiveerd wanneer
●Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop:
Het contact AAN staat.
● Auto's met Smart entry-systeem en startknop:
Het contact AAN staat.
● De Toyota Parking Assist-sensor is ingeschakeld.
● De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
● Auto's met Multidrive CVT: Een andere schakelstand dan P is ges electeerd.
● Auto's met zijsensoren: Het stuurwiel wordt ongeveer 90° of mee r gedraaid
■ Detectie-informatie sensoren
Tijdens het gebruik kunnen zich de volgende situaties voordoen:
●De sensoren signaleren mogelijk alleen objecten die zich dicht bij de voor-
of achterbumper bevinden.
● Afhankelijk van de vorm van het object en andere factoren kan de detectie-
afstand korter worden of kan detectie niet mogelijk zijn.
● Obstakels worden mogelijk niet gesignaleerd als ze zich te dicht bij de sen-
sor bevinden.
● Tussen het signaleren van een object en de weergave zit een kle ine vertra-
ging. Ook als er met lage snelheid wordt gereden, bestaat de mogelijkheid
dat het object binnen het detectiegebied van de sensoren komt v oordat het
display wordt weergegeven en het waarschuwingssignaal hoorbaar is.
● Het kan moeilijk zijn om de zoemer te horen als het audiosystee m hard
staat of als de luchtcirculatie van de airconditioning veel gel uid produceert.
● De zoemer is mogelijk moeilijk te horen doordat zoemers van andere syste-
men klinken.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 483 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 485 of 826

4844-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Waarschuwingsfunctie obstakel (auto's met zijsensoren)
■ Signalering obstakels aan zijkanten (auto's met zijsensoren)
●Obstakels aan de zijkanten worden tijdens het rijden gesignaleerd door de
zijkanten te scannen met de zijsensoren. Herkende obstakels wor den gedu-
rende maximaal ongeveer 2 minuten in het geheugen opgeslagen.
● Obstakels worden mogelijk niet aan de zijkanten gesignaleerd tot de scan is
voltooid. Nadat het contact AAN is gezet, wordt het scannen vol tooid nadat
er kortstondig met de auto is gereden.
● Wanneer een obstakel, zoals een ander voertuig, een voetganger of een
dier, door de zijsensoren is gesignaleerd, blijft het systeem het obstakel
mogelijk signaleren, zelfs nadat het obstakel zich niet meer bi nnen het
detectiegebied van de zijsensor bevindt.
■ Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt
De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaci-
teit van de sensor om objecten correct te signaleren. Specifiek e situaties
waarin dit voor kan komen ziet u hieronder.
● De sensor is bedekt met vuil, sneeuw of ijs. (Het reinigen van de sensoren
zal het probleem oplossen.)
● De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het pro bleem
oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het gebeuren dat er ten gevolge van
een bevroren sensor een abnormaal beeld te zien is op het display of dat
objecten, zoals een muur, niet worden gesignaleerd.
● Een sensor wordt ergens door afgedekt.
● Wanneer een sensor of de omgeving van een sensor zeer heet of k oud is.
● De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, o p grind of op
gras.
● Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfiets motoren,
luchtremmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultra sone
geluidsgolven produceren.
Wanneer een obstakel zich aan de zijkant
van de auto op het traject van de auto
bevindt terwijl de auto naar voren of ach-
teren rijdt, informeert deze functie de
bestuurder m.b.v. het display en de zoe-
mer.
Obstakel
Berekend traject auto
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 484 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 486 of 826

4854-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10636E●
Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije
omgeving.
● Een sensor is bedekt met een waterfilm of er is sprake van zwar e regenval.
● Als een sensor wordt geraakt door een grote hoeveelheid water, zoals bij
het rijden op een overstroomde weg.
● Als de auto sterk naar één kant helt.
● De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
● Als het object zich te dicht bij de sensor bevindt.
■ Objecten die mogelijk niet goed worden gesignaleerd
Door de vorm van het object kan de sensor het mogelijk niet sig naleren. Let
goed op bij de volgende objecten:
● Kabels, hekken, touwen, enz.
● Katoen, sneeuw en andere materialen die geluidsgolven absorbere n
● Zeer hoekige objecten
● Lage objecten
● Hoge obstakels waarbij het bovenste deel uitsteekt in de richting van uw
auto
Mogelijk worden mensen die bepaalde soorten kleding dragen niet gesigna-
leerd.
■ Als “Parking assist unavailable. Clean parking assist sensor” (Parking
Assist niet beschikbaar, reinig Parking Assist-sensor) wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay
Mogelijk is een van de sensoren bedekt met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil.
Verwijder dan het ijs, de sneeuw, het vuil e.d. van de sensor o m te zorgen dat
het systeem weer normaal werkt.
Ook wordt er bij lage temperaturen mogelijk een waarschuwingsme lding
weergegeven doordat zich ijs vormt op een sensor en een sensor daardoor
mogelijk geen obstakels signaleert. Zodra het ijs smelt, zal he t systeem weer
normaal werken.
■ Als “Parking assist Malfunction Visit your dealer” (Storing in Parking
Assist. Ga naar uw dealer) op het multi-informatiedisplay wordt weerge-
geven
Het systeem werkt mogelijk niet door een storing in een sensor.
Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste d eskundige.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 485 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 487 of 826

4864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10636E
WAARSCHUWING
■Als de Toyota Parking Assist-sensor in gebruik is
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Anders kan een ongeval het gevolg zijn.
● Rijd als het systeem is ingeschakeld niet harder dan 10 km/h.
● Het detectiegebied van de sensoren en de reactietijden zijn beperkt. Con-
troleer tijdens het voor- of achteruitrijden of de omgeving (vooral naast de
auto) veilig is en rijd langzaam. Regel de snelheid met het rem pedaal.
● Monteer geen accessoires binnen de detectiegebieden van de sens oren.
● Objecten direct onder de bumper worden niet waargenomen.
Smalle paaltjes of objecten die lager zijn dan de sensor worden mogelijk
niet gesignaleerd wanneer u ze nader t, zelfs als ze eerder wel zijn gesig-
naleerd.
■ Zijsensoren (indien aanwezig)
In de onderstaande situaties werkt het sonarsysteem mogelijk ni et goed,
waardoor een ongeval kan ontstaan. Rijd met de nodige voorzicht igheid.
● Obstakels worden mogelijk niet aan de zijkanten gesignaleerd to t er kort
met de auto is gereden en de scan van de zijkanten is voltooid.
( →Blz. 484)
● Zelfs nadat de scan van de zijkanten is voltooid, kunnen obstak els zoals
andere voertuigen, mensen of dieren die vanaf opzij naderen nie t worden
gesignaleerd.
● Zelfs nadat de scan van de zijkanten is voltooid, kunnen obstak els moge-
lijk niet worden gesignaleerd, afhankelijk van de situatie rond om de auto.
Op dat moment wordt de weergave van de zijsensor ( →Blz. 478) tijdelijk
uitgeschakeld.
■ Wanneer moet de funct ie uitgeschakeld worden
Schakel in de volgende situaties de functie uit, omdat deze anders mogelijk
zelfs werkt als er geen kans op een aanrijding is.
● De auto is uitgerust met een staafantenne, een draadloze antenne of mist-
lampen.
● De voor- of achterbumper of een sensor ondergaat een sterke sch ok.
● Als een niet-originele Toyota-wielophanging (bijvoorbeeld verla agde wiel-
ophanging) is gemonteerd.
● Er zijn sleepogen geplaatst.
● Er is een kentekenplaat met achtergrondverlichting gemonteerd.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 486 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
Page 488 of 826

4874-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10636E
WAARSCHUWING
■Als de Toyota Parking Assist-sensor in gebruik is
Het systeem werkt in de volgende situaties mogelijk niet correct door een
storing in een sensor, enz. Laat de auto nakijken door een erke nde Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekw alificeerde
en uitgeruste deskundige.
● Het display van de Toyota Parking Assist-sensor knippert of wor dt continu
weergegeven en er klinkt een piepsignaal terwijl er geen object en worden
gesignaleerd.
● Als het gedeelte rond de sensor in aanraking komt met iets of w ordt bloot-
gesteld aan een krachtige schok.
● Als de bumper of grille ergens tegenaan komt.
● Als het display knippert of continu wordt weergegeven en er gee n zoemer
klinkt, behalve wanneer het geluid is gedempt.
● Controleer eerst de sensor als er een weergavefout optreedt.
Als de fout zich voordoet terwijl er geen ijs, sneeuw of modder op de sen-
sor zit, is de sensor waarschijnlijk defect.
■ Opmerkingen bij het wassen van de auto
Stel de omgeving van de sensoren niet bloot aan sterke waterstralen of
stoom.
Anders kan de sensor defect raken.
● Spuit bij het wassen van de auto met een hogedrukreiniger niet recht-
streeks op de sensoren, omdat dit er toe kan leiden dat een sen sor niet
meer goed werkt.
● Richt bij het wassen van de auto met stoom de stoom niet rechts treeks op
de sensoren, omdat dit er toe kan leiden dat een sensor niet me er goed
werkt.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 487 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM