INHOUDSOPGAVE4
C-HR_OM_Europe_OM10636E5-1. Gebruik van de
airconditioning en de
achterruitverwarming
Airconditioning ...................574
Stuurwielverwarming/ stoelverwarming ..............585
5-2. Gebruik van de interieurverlichting
Overzicht interieur- verlichting ........................588
• Interieurverlichting .........589
• Leeslampjes ..................589
5-3. Gebruik van de opbergmogelijkheden
Overzicht van opbergmogelijkheden ......591
• Dashboardkastje............592
• Consolevak ....................592
• Fleshouders ...................593
• Bekerhouders ................594
Voorzieningen in de bagageruimte..............595
5-4. Gebruik van de overige voorzieningen in het
interieur
Overige voorzieningen in het interieur ..................603
• Zonnekleppen ................603
• Make-upspiegels ...........603
• Klok ...............................604
• Accessoireaansluiting ....605
• Handgrepen ...................607 6-1. Onderhoud en verzorging
Reinigen en beschermen van het exterieur van
uw auto ........................... 610
Reinigen en beschermen van het
interieur van uw auto....... 616
6-2. Onderhoud Onderhoud en reparatie .... 620
6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Voorzorgsmaatregelen bij zelf uit te voeren
onderhoud ....................... 623
Motorkap ........................... 626
Plaatsen van een garagekrik ....................... 628
Motorruimte ....................... 629
Banden .............................. 641
Bandenspanning ............... 657
Velgen ............................... 659
Interieurfilter ...................... 662
Batterij afstandsbediening/
elektronische sleutel ....... 665
Controleren en vervangen van
zekeringen ...................... 669
Lampen ............................. 674
5Voorzieningen in
het interieur6Onderhoud en verzorging
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 4 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
16Overzicht
C-HR_OM_Europe_OM10636E
■Dashboard (auto's met linkse besturing)
Contact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 315, 318
Starten van de motor/wijzigen van de stand
van het contact
*1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 315
Starten van de motor/wijzigen van de stand
van het contact
*2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 318
Noodstop van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 693
Wanneer de motor niet wil aanslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 756
Waarschuwingsmeldingen
*2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 717
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 326, 332
Wijzigen van de schakelstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 326, 332
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 696
Als de selectiehendel niet in een andere stand
kan worden gezet
*3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 330
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 142
Tellers aflezen/
helderheid van de dashboardverlichting instellen . . . . . Blz. 1 42, 148
Waarschuwingslampjes/controlelampjes . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 134
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . . Blz. 706
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 16 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
24Overzicht
C-HR_OM_Europe_OM10636E
■Dashboard (auto's met rechtse besturing)
Contact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 315, 318
Starten van de motor/wijzigen van
de stand van het contact
*1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 315
Starten van de motor/wijzigen van
de stand van het contact
*2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 318
Noodstop van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 693
Wanneer de motor niet wil aanslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 756
Waarschuwingsmeldingen
*2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 717
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 326, 332
Wijzigen van de schakelstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 326, 332
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 696
Als de selectiehendel niet in een andere
stand kan worden gezet
*3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 330
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 142
Tellers aflezen/
helderheid van de dashboardverlichting instellen . . . . . Blz. 1 42, 148
Waarschuwingslampjes/controlelampjes . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 134
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . . Blz. 706
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 24 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
451-1. Voor een veilig gebruik
1
Veiligheid en beveiliging
C-HR_OM_Europe_OM10636E
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
● De voorpassagiersairbag wordt ook met een aanzienlijke kracht g eacti-
veerd waardoor ernstig letsel kan ontstaan, vooral wanneer de voorpassa-
gier zich erg dicht bij de airbag bevindt. De voorpassagiersstoel dient zo
ver mogelijk van de airbag af te staan, met de rugleuning recht op.
● Kinderen die niet goed op de stoel zitten en/of niet goed vastzitten, kun-
nen ernstig letsel oplopen door een geactiveerde airbag. Gebrui k de vei-
ligheidsgordels nooit voor baby's of kleine kinderen, maar zet hen goed
vast in een baby- of kinderzitje. Toyota beveelt ten zeerste aa n dat alle
kinderen op de achterstoelen plaatsnemen en op de juiste wijze vastzitten.
Achterin zitten kinderen veiliger dan op de voorpassagiersstoel .
( →Blz. 59)
● Ga niet op het puntje van de stoel zitten
en leun niet op het dashboard.
● Laat een kind niet op de voorpassa-
giersstoel staan of bij een voorpassa-
gier op schoot zitten.
● Sta niet toe dat voorpassagiers voor-
werpen op hun knieën vasthouden.
● Leun niet tegen het portier, de dakzijrail
of de voor-, midden- of achterstijl.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 45 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
461-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_OM_Europe_OM10636E
WAARSCHUWING
■Voorzorgsmaatregelen airbags
● Laat niemand knielen op de passagiers-
stoel in de richting van het portier of
hoofd en handen buiten de auto steken.
● Auto's zonder knie-airbag bestuurder:
Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard
of het stuurwielkussen.
Alles wat op deze componenten beves-
tigd is of er tegenaan rust, kan als een
projectiel worden gelanceerd als de
bestuurdersairbag en de voorpassa-
giersairbag geactiveerd worden.
Auto's met knie-airbag bestuurder:
Bevestig niets aan en laat niets rusten
tegen componenten als het dashboard,
het stuurwielkussen of het onderste
deel van het dashboard.
Dergelijke items kunnen als een projec-
tiel worden gelanceerd als de airbag
voor de bestuurder, de airbag voor de
voorpassagier en de knie-airbag voor
de bestuurder geactiveerd worden.
● Bevestig geen voorwerpen aan onder-
delen van de auto, zoals het portier, de
voorruit, de portierruit, de voor- of ach-
terstijl, de dakzijrail en de handgreep.
(Behalve het label voor de snelheidsbe-
perking →Blz. 728)
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 46 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
481-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_OM_Europe_OM10636E
WAARSCHUWING
■Wijzigingen aan en afvoeren van onderdelen van het SRS-airbagsy s-
teem
Voer uw auto niet af en voer geen van onderstaande veranderingen uit zon-
der eerst een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige te raadpl egen. De
airbags kunnen defect raken of per ongeluk worden geactiveerd ( opgebla-
zen), waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Plaatsen, verwijderen, demonteren en repareren van de airbags
● Reparatie, aanpassing, verwijdering of vervanging van stuurwiel , instru-
mentenpaneel, dashboard, stoelen of stoelbekleding, voor-, midd en- en
achterstijlen, dakzijrails, voorportierpanelen, voorportierbekl eding of luid-
sprekers in de voorportieren
● Aanpassing van het voorportierpaneel (bijvoorbeeld een gat erin maken)
● Reparaties of wijzigingen aan het voorspatbord, de voorbumper o f de zij-
kant van het passagierscompartiment
● Plaatsen van een bullbar, sneeuwploeg of lier
● Wijzigingen aan de wielophanging van de auto
● Plaatsen van elektronische apparatuur als een mobiele tweewegra dio
(zend-/ontvanginstallatie) of CD-speler
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 48 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
521-1. Voor een veilig gebruik
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Wanneer moet u contact opnemen met een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde e n uitge-
ruste deskundige
In de volgende gevallen zal controle en/of reparatie van de aut o nodig zijn.
Neem zo snel mogelijk contact op met een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
● Nadat een of meer airbags zijn geactiveerd.
● De voorzijde van de auto is beschadigd
of vervormd of de auto was betrokken bij
een ongeval dat niet van zodanige aard
was dat de airbags voor werden geacti-
veerd.
● Bij beschadiging of vervorming van een
gedeelte van een portier of het omlig-
gende gebied, wanneer er een gat in is
gemaakt of bij een ongeval dat niet van
zodanige aard was dat de side airbags
en curtain airbags werden geactiveerd.
● Auto's zonder knie-airbag bestuurder:
Bij krassen, scheuren of andere bescha-
digingen in het middelste deel van het
stuurwiel of het dashboard bij de voor-
passagiersairbag.
Auto's met knie-airbag bestuurder: Bij
krassen, scheuren of andere beschadi-
gingen aan het stuurwielkussen of het
dashboard bij de voorpassagiersairbag
of het onderste gedeelte van het instru-
mentenpaneel.
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book Page 52 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM
2183-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren
C-HR_OM_Europe_OM10636E■
Aanwijzing voor de instapfunctie
●Zelfs als de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebi ed bevindt,
werkt het systeem in de volgende gevallen mogelijk niet juist:
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de ruit of buitenportier-
greep, te dicht bij de grond of te hoog als de portieren worden vergren-
deld of ontgrendeld.
• De elektronische sleutel bevindt zich te dicht bij de grond of op een hoge
plaats, of te dicht bij het midden van de achterbumper, als de achterklep
wordt geopend.
• De elektronische sleutel ligt op het dashboard, de bagageafdek king of de
vloer, of in een portiervak of het dashboardkastje als de motor wordt
gestart of de stand van de startknop wordt gewijzigd.
● Laat de elektronische sleutel niet boven op het dashboard of in de buurt van
de portiervakken liggen wanneer u de auto verlaat. Afhankelijk van de ont-
vangst van de radiogolven wordt door de antenne mogelijk waarge nomen
dat de sleutel zich buiten de auto bevindt en kunnen de portier en worden
vergrendeld vanaf de buitenzijde, waardoor de elektronische sle utel moge-
lijk in de auto wordt opgesloten.
● Zolang de elektronische sleutel zich binnen het detectiegebied bevindt, kun-
nen de portieren door een willekeurige persoon worden vergrendeld en ont-
grendeld. De auto kan echter alleen worden ontgrendeld via de p ortieren die
de elektronische sleutel signaleren.
● Zelfs als de elektronische sleutel zich buiten de auto bevindt, kan de motor
mogelijk gestart worden als de elektronische sleutel zich in de buurt van de
ruit bevindt.
● Als de sleutel zich binnen het ontvangstgebied bevindt en er ee n grote hoe-
veelheid water op de portiergreep terechtkomt (bijvoorbeeld tij dens een
zware regenbui of het wassen van de auto), kunnen de portieren worden
ontgrendeld of vergrendeld. (Als de portieren niet worden geope nd en
gesloten, worden deze na ongeveer 30 seconden automatisch weer ver-
grendeld.)
C-HR_OM_Europe_OM10636E.book P age 218 Thursday, August 1, 2019 2:53 PM