Page 633 of 882
6326-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Plaats van uitstroomopeningen
De uitstroomopeningen en
luchthoeveelheid veranderen
overeenkomstig de geselec-
teerde luchtcirculatiemodus.
(
→ Blz. 628)
: Sommige uitvoeringen
■Afstellen van de stand en de mate van opening van de uit-
stroomopeningen
Richt de luchtstroom naar
links of rechts, boven of
beneden.
Draai de knop om de uit-
stroomopening te openen of
te sluiten.
Uitstroomopeningen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 632 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 634 of 882

6336-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■Gebruik van de automatische modus
De aanjagersnelheid wordt automatisch geregeld op basis van de gekozen
temperatuur en de omgevingscondities.
Direct na het indrukken van kan de aanjager even worden uitgescha-
keld tot er voldoende warme of koude lucht voorhanden is.
■ Beslaan van de ruiten
●Wanneer de luchtvochtigheid in de auto hoog is, zullen de ruite n gemakke-
lijk beslaan. Wanneer wordt ingeschakeld, wordt de lucht die v ia de
uitstroomopeningen stroomt ontvochtigd en wordt de voorruit efficiënt ont-
wasemd.
● Als u uitschakelt, zullen de ruiten mogelijk sneller beslaan.
● De ruiten zullen mogelijk beslaan als de recirculatiemodus is ingeschakeld.
■ Buitenlucht-/recirculatiemodus
●Zet bij het rijden op stoffige wegen, in tunnels of in druk ver keer de luchttoe-
voertoets in de recirculatiemodus. Zo wordt voorkomen dat er bu itenlucht de
auto in stroomt. Wanneer tijdens het koelen de recirculatiemodus wordt
ingeschakeld, wordt ook het interieur van de auto effectief gekoeld.
● Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recirculatiemodus automatisc h inge-
schakeld afhankelijk van de ingestelde temperatuur of de temper atuur in de
auto.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 633 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 635 of 882

6346-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Werking van de airconditioning in de ECO-modus
●In de ECO-modus wordt de airconditioning als volgt bediend voor een laag
brandstofverbruik:
• Het motortoerental en de werking van de compressor worden geregeld om de verwarm-/koelcapaciteit te beperken
• Wanneer de automatische modus is gekozen, wordt de aanjagersne lheid
beperkt
● Doe het volgende om de prestaties van de airconditioning te verbeteren:
• Wijzig de aanjagersnelheid
• Wijzig de ingestelde temperatuur
• Schakel de ECO-modus uit
● Zelfs wanneer de rijmodus is ingesteld op de ECO-rijmodus, kan de ECO-
modus van de airconditioning worden uitgeschakeld door in te d ruk-
ken.
■ Wanneer de buitentemperatuur tot bijna 0°C daalt
De ontwasemingsfunctie werkt mogelijk niet, ook niet als op wordt
gedrukt.
■ Geuren ventilatie en airconditioning
●Zet de airconditioning in de buitenluchtmodus om frisse lucht b innen te
laten.
● Tijdens het gebruik kunnen verschillende geuren van binnen en buiten de
auto in het airconditioningsysteem terechtkomen. Dit kan tot gevolg hebben
dat de lucht die uit de uitstroomopeningen komt niet lekker rui kt.
● Het voorkomen van mogelijke geuren:
• We raden u aan het airconditioningsysteem in de buitenluchtmod us te
zetten voordat u de motor uitschakelt.
• Mogelijk wordt het inschakelen van de aanjager direct nadat de aircondi-
tioning in de automatische modus wordt ingeschakeld even vertra agd.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 634 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 636 of 882

6356-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
nanoe™
*1 (indien aanwezig)
Deze auto is uitgerust met een biocide.
Geïoniseerde lucht die wordt gegenereerd door een apparaat in d e auto zui-
vert de lucht in het interieur door bacteriën te onderdrukken.
Actieve bestanddelen: Vrije radicalen die ter plaatse uit de buitenlucht of uit
water worden onttrokken
Het airconditioningsysteem is voorzien van nanoe™-technologie. Deze tech-
nologie helpt het interieur te voorzien van frisse lucht door licht zuurhoudende
en met waterdeeltjes bedekte nanoe™ te verspreiden via de uitst roomope-
ning opzij aan passagierszijde
*2.
● Als de aanjager wordt ingeschakeld, wordt het nanoe™-systeem ge acti-
veerd.
● Als de aanjager werkt onder de volgende condities, werkt het sy steem opti-
maal. Als niet aan de volgende voorwaarden wordt voldaan, werkt het
nanoe™-systeem mogelijk niet op volle kracht.
• De uitstroomopeningen voor het bovenlichaam en/of de voeten wo rden
gebruikt. ( →Blz. 621)
• De uitstroomopening opzij aan passagierszijde is geopend.
● Als er nanoe™ gegenereerd wordt, komt er een kleine hoeveelheid ozon vrij
die onder sommige omstandigheden te ruiken is. De concentratie is onge-
veer gelijk aan die in de vrije natuur voorkomt, bijvoorbeeld in het bos, en
heeft geen invloed op het menselijk lichaam.
● Als het systeem in werking is, kan er een licht geluid hoorbaar zijn. Dit wijst
niet op een storing.
*1: nanoe™ en het nanoe™-symbool zijn handelsmerken van Panasonic Cor-
poration.
*2: Afhankelijk van de temperatuur en de luchtvochtigheid, de aanj agersnel-
heid en de richting van de luchtstroom, kan het zijn dat de nanoe™ niet op
volle kracht werkt.
■ Interieurfilter
→Blz. 716
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. de instelling van de airconditioning) kunnen worden
gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstelli ngen
→Blz. 842)
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 635 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 637 of 882
6366-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Koudemiddel airconditioning (auto's met R-134a [HFC134a])
Type: R-134a (HFC-134a)
Inhoud: 0,425 kg
GWP (Global Warming Potential - aardopwarmingsvermogen): 1430
CO2-equivalent: 0,61 t
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 636 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 638 of 882

6376-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10571E
WAARSCHUWING
■Voorkomen dat de voorruit beslaat
● Gebruik niet in combinatie met koele lucht bij zeer vochtig we er. Het
verschil tussen de buitentemperatuur en de temperatuur van de v oorruit
zorgt ervoor dat de buitenkant van de voorruit beslaat, waardoo r het zicht
wordt belemmerd.
■ Voorkomen van brandwonden
● Raak het spiegeloppervlak van de buitenspiegels niet aan wannee r de
buitenspiegelverwarming is ingeschakeld.
● Auto's met voorruitverwarming: Raak het onderste deel van de vo orruit en
de gedeeltes bij de voorstijlen niet aan wanneer de voorruitver warming is
ingeschakeld.
■ nanoe™-generator (indien aanwezig)
Demonteer de generator niet en probeer hem ook niet te reparere n aange-
zien hij hoogspanningsonderdelen bevat.
Neem als de generator moet worden gerepareerd contact op met ee n
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
● Plaats geen voorwerpen op het dash-
board die de uitstroomopeningen kun-
nen bedekken. Anders raakt de lucht-
stroom mogelijk geblokkeerd, waardoor
de voorruitverwarming de voorruit niet
kan ontwasemen.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 637 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 639 of 882
6386-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
C-HR_OM_Europe_OM10571E
OPMERKING
■Voorkomen van ont lading van de accu
Laat de airconditioning niet langer ingeschakeld dan noodzakeli jk is als de
motor niet draait.
■ Voorkomen van beschadiging van de nanoe ™ (indien aanwezig)
Steek geen voorwerpen in de uitstroomopening aan passagierszijd e,
bevestig niets aan de uitstroomopening en gebruik in de omgeving van de
uitstroomopening geen sprays. Deze handelingen kunnen ertoe lei den dat
de generator niet goed werkt.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 638 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 640 of 882

6396-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
6
Voorzieningen in het interieur
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Stuurwielverwarming∗/stoelverwarming∗
∗: Indien aanwezig
De zijkanten van het stuurwiel en de stoelen worden verwarmd
door respectievelijk de stuurwielverwarming en de stoelverwar-
ming.
WAARSCHUWING
●Wees voorzichtig wanneer iemand uit onderstaande categorieën in con-
tact komt met het stuurwiel en de stoelen wanneer de stuurwiel- en stoel-
verwarming zijn ingeschakeld:
• Baby's, kleine kinderen, oudere personen, zieken en gehandicapten
• Personen met een gevoelige huid
• Personen die oververmoeid zijn
• Personen die alcohol hebben gedronken of personen die rustgeve nde
medicijnen (slaapmiddel, middel tegen verkoudheid, enz.) hebben
gebruikt
● Neem, om de kans op lichte brandwonden of oververhitting te bep erken,
de volgende voorzorgsmaatregelen in acht
• Bedek de stoel niet met een kleed of kussen als de stoelverwar ming in
gebruik is.
• Gebruik de stoelverwarming niet langer dan noodzakelijk is.
OPMERKING
● Plaats geen zware voorwerpen met een ongelijkmatig oppervlak op de
stoel en leg geen scherpe voorwerpen (naalden, punaises, enz.) op de
stoel.
● Gebruik de functies niet wanneer de motor uitgeschakeld is, om te voorko-
men dat de accu ontladen raakt.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 639 Monday, March 19, 2018 4:17 PM