Page 409 of 882
4084-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Selecteer een afstand in de onderstaande tabel. Houd er rekening
mee dat de aangegeven afstanden overeenkomen met een rijsnelhei d
van 80 km/h. De tussena fstand is afhankelijk van de rijsnelheid.
Als u de hendel naar u toe trekt,
wordt de snelheidsregeling uit-
geschakeld.
De snelheidsregeling wordt ook uit-
geschakeld als het rempedaal of
het koppelingspedaal wordt inge-
trapt.
Als u de hendel omhoog drukt,
wordt de cruise control hervat
en wordt de ingestelde snelheid
hervat.
De cruise control wordt echter niet hervat wanneer de rijsnelhe id ongeveer
40 km/h of lager is.
Instellingen tussenafstan d (afstandsregelmodus)
AfstandsoptiesTussenafstand
LangOngeveer 50 m
GemiddeldOngeveer 40 m
KortOngeveer 30 m
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 408 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 410 of 882

4094-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Wanneer uw auto een voorligger te dicht nadert en automatisch dece-
lereren door middel van de crui se control niet mogelijk is, zal het
scherm gaan knipperen en een zoemer klinken om de bestuurder te
waarschuwen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als een andere bestu ur-
der vóór u invoegt terwijl u een voorligger volgt. Trap het rem pedaal in
om voldoende afstand to t uw voorligger te houden.
■Mogelijk worden geen waarschuwingen gegeven
In de volgende gevallen worden mogelijk geen waarschuwingen
gegeven als de tusse nafstand klein is.
● Als de snelheid van de voorligger gelijk is aan of hoger is dan de
snelheid van uw eigen auto
● Als de voorligger ex treem langzaam rijdt
● Direct nadat de snelheid van d e cruise control is ingesteld
● Bij het intrappen van het gaspedaal
Naderingswaarschuwing (afstandsregelmodus)
MonochroomdisplayKleurendisplay
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 409 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 411 of 882

4104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Wanneer de constante-snelheidsregelmodus is geselecteerd, blijft de
auto met een ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstand te
regelen. Selecteer deze modus alleen wanneer de afstandsregelmo -
dus niet goed werkt als gevolg van een vuile radarsensor, enz.
Monochroomdisplay
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-snelheidsregelmodus is alleen m ogelijk
als de hendel wordt bediend terwijl de cruise control uit staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 40 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat de hendel wordt losgelaten, wo rdt de
ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 406
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 408
Selecteren van de constante-snelheidsregelmodus
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 410 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 412 of 882

4114-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Kleurendisplay
Houd bij uitgeschakelde cruise
control de toets ON-OFF gedu-
rende ten minste 1,5 seconden
ingedrukt.
Direct nadat op de toets ON-OFF
is gedrukt, gaat het controlelampje
Dynamic Radar Cruise Control
branden. Vervolgens gaat het con-
trolelampje cruise control branden.
Overschakelen naar de constante-snelheidsregelmodus is alleen mogelijk
als de hendel wordt bediend terwijl de cruise control uit staat.
Accelereer of decelereer met
behulp van het gaspedaal naar
de gewenste rijsnelheid (hoger
dan ongeveer 40 km/h) en druk
de hendel naar beneden om de
snelheid op te slaan.
Het controlelampje cruise control
SET gaat branden.
De rijsnelheid op het moment dat de hendel wordt losgelaten, wo rdt de
ingestelde snelheid.
Wijzigen van de ingestelde snelheid: →Blz. 406
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling: →Blz. 408
1
2
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 411 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 413 of 882

4124-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■De Dynamic Radar Cruise Control kan worden gebruikt als
De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmod us is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft .
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de vol gende situ-
aties:
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoem de
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 412 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 414 of 882

4134-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de
volgende situaties:
●Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
rijsnelheid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de constante-snelheidsregelmodus om een andere dan de hierboven
genoemde redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in
het systeem aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyo ta-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■ Geluid remsysteem
Als de remmen automatisch worden geactiveerd wanneer de auto zich in de
afstandsregelmodus bevindt, kan het geluid van een geactiveerd remsysteem
hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers voor Dynamic Radar Cruise Con -
trol
Waarschuwingsmeldingen en zoemers worden gebruikt om een systeem-
storing aan te geven of om de bestuurder te informeren dat hij tijdens het rij-
den extra moet opletten. Lees de op het multi-informatiedisplay weergegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 413 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 415 of 882

4144-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandig heden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er mogelijk geen naderingswaarschuwing ( →Blz. 409) gegeven.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
● Voertuigen met een relatief kleine achterzijde (aanhangwagens z onder
lading, enz.)
● Motorfietsen die op dezelfde rijstrook rijden
● Als door omringend verkeer opgeworpen water of sneeuw de signal ering
door de sensor hindert
● Als de achterzijde van de auto ver inge-
zakt is
(omdat er zware lading in de bagage-
ruimte vervoerd wordt, enz.)
● De voorligger heeft een extreem grote
bodemvrijheid
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 414 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 416 of 882
4154-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Omstandigheden waaronder de afst andsregelmodus mogelijk niet goed
werkt
Bedien indien nodig in onderstaande gevallen het rempedaal (of, afhankelijk
van de situatie, het gaspedaal).
Doordat de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste manier signaleert,
werkt het systeem mogelijk niet goed.
● Als uw voorligger plotseling decelereert
● Als u op een weg rijdt die wordt omgeven door een constructie, zoals in een
tunnel of op een ijzeren brug
● Als de rijsnelheid afneemt tot de ingestelde snelheid na accele ratie van de
auto door intrappen van het gaspedaal.
●
Als de weg erg bochtig is of de rijstroken
erg smal zijn
● Als u veelvuldig stuurcorrecties moet uit-
voeren of frequent van rijstrook wisselt
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 415 Monday, March 19, 2018 4:17 PM