Page 761 of 882

7608-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
*1
Laadstroomcontrolelampje
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het laadsys-
teem van de auto
→ Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot
stilstand en neem contact o p met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/repar ateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Motorcontrolelampje ( waarschuwingszoemer)
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het elektronische motorregelsysteem;
• De elektronische smoorklepregeling; of
• Het elektronische Multidrive CVT-systeem (indien aan- wezig).
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Waarschuwingslampje SRS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het SRS-airbagsysteem; of
• Het gordelspannersysteem.
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Waarschuwingslampje ABS
Geeft aan dat er een storing is in:
• Het ABS; of
• Het Brake Assist-systeem.
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
(Rood/geel)
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) elektri-
sche stuurbekrachtiging
Geeft aan dat er een storing is in de elektrische stuurbe-
krachtiging (EPS)
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 760 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 762 of 882

7618-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
Controlelampje Traction Control
Geeft aan dat er een storing is in:
• De VSC (Vehicle Stability Control);
• De TRC (Traction Control); of
• De Hill Start Assist Control.
Het lampje gaat knipperen wanneer de VSC of TRC in
werking is. ( →Blz. 513)
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
(Geel)
Waarschuwingslampje remsysteem
Geeft aan dat er een storing is in de elektrisch bedienbare
parkeerrem
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
*3
(Knippert)
Controlelampje Brake Hold-systeem in werking
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Brake
Hold-systeem
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
(Knippert of
brandt)
Waarschuwingslampje PCS (indien aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem) of dat het systeem tijdelijk niet
beschikbaar is doordat de auto extreem warm/koud is,
doordat er zich vuil rond de sensor voor bevindt, enz.
(→Blz. 360, 769)
→ Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( →Blz. 360, 769)
Als het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) of de VSC (Vehi-
cle Stability Control-systeem) wordt uitgeschakeld, gaat
het waarschuwingslampje PCS branden.
→ Blz. 360
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 761 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 763 of 882

7628-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
*3
(Geel)
Controlelampje (waarschuwingszoemer) LDA (indien
aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LDA (Lane
Departure Alert met stuurregeling)
→ Als “LDA Unavailable” (LDA niet beschikbaar) wordt
weergegeven op het multi-in formatiedisplay, zet dan
het LDA-systeem uit, ga een stukje rijden met de auto
en zet dan het LDA-systeem weer aan. ( →Blz. 366)
Als er een andere meldin g wordt weergegeven dan
hierboven, volg dan de aanwijzingen die in de mel-
ding worden gegeven.
*6
(Knippert)
Controlelampje uitgesch akeld Stop & Start-systeem
(indien aanwezig) Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Stop &
Start-systeem
(Het controlelampje uitgeschakeld Stop & Start-systeem
gaat branden wanneer het systeem wordt uitgeschakeld:
→Blz. 422)
→ Laat de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
*2
(Knippert)
Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer)
parkeerrem
Mogelijk is de parkeerrem niet volledig geactiveerd of
gedeactiveerd
→ Bedien nogmaals de parkeerremschakelaar.
Dit lampje gaat branden als de parkeerrem niet gedeacti-
veerd is. Als het lampje uitgaat nadat de parkeerrem gede-
activeerd is, werkt het systeem normaal.
*1, 3, 4Waarschuwingslampje open portier/achterklep Geeft aan dat een van de portieren of de achterklep niet
geheel gesloten is
→ Controleer of alle portieren en de achterklep gesloten
zijn.
Waarschuwingslampje laag brandstofniveau
Geeft aan dat de resterende hoeveelheid brandstof onge-
veer 7,5 l of minder is
→ Vul de brandstoftank.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 762 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 764 of 882

7638-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
*5
Controlelampje (waarschuwin gszoemer) bestuurders-
en voorpassagiersgordel Waarschuwt de bestuurder en/of voorpassagier dat de vei-
ligheidsgordel vastgemaakt dient te worden.
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Als er iemand op de voorpassagiersstoel zit, moet
ook de veiligheidsgordel voor de voorpassagier wor-
den vastgemaakt, waarna het waarschuwingslampje
(de waarschuwingszoemer) uitgaat.
*5
(In het centrale
paneel)
Controlelampjes (waarschuwingszoemer) achterpassa-
giersgordels
Waarschuwt de achterpassagiers om de veiligheidsgordel
om te doen
→ Doe de veiligheidsgordel om.
Waarschuwingslampje lage bandenspanning
Als het lampje gaat branden:
Lage bandenspanning, bijvoorbeeld door
• Natuurlijke oorzaken ( →Blz. 766)
• Lekke band ( →Blz. 775, 795)
→ Breng de banden op de juiste spanning.
Na een paar minuten dooft het lampje. Laat het sys-
teem nakijken door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige indien het
lampje niet dooft nadat de banden op spanning zijn
gebracht.
Als het lampje gaat branden nadat het gedurende 1 minuut
geknipperd heeft:
Storing in het waarschuwingssysteem voor lage banden-
spanning ( →Blz. 766)
→ Laat het systeem nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/repar ateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
*1Waarschuwingslampje hoge koelvloeistoftemperatuur
(waarschuwingszoemer) Geeft aan dat de koelvloeistoftemperatuur te hoog is
→ Blz. 821
*3
Centraal waarschuwingslampje
Een zoemer klinkt en het waarschuwingslampje gaat bran-
den en knippert om aan te geven dat het centrale waar-
schuwingssysteem een storing heeft gesignaleerd.
→ Blz. 769
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 763 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 765 of 882

7648-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
*1: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
*2: Waarschuwingszoemer geactiveerde parkeerrem:
De zoemer klinkt als de auto met een snelheid van ongeveer 5 km/ h of
meer rijdt.
*3: Auto's met monochroomdisplay.
*4: Waarschuwingszoemer open portier/achterklep: Er klinkt een zoemer als de rijsnelheid hoger wordt dan 5 km/h terwijl een
portier is geopend.
*5: Waarschuwingssysteem veiligheidsgordels: Het waarschuwingssysteem voor de veiligheidsgordels herinnert d e
bestuurder en passagiers eraan dat een van de veiligheidsgordel s van de
bezette stoelen niet is vastgemaakt. De zoemer klinkt gedurende
30 seconden nadat de auto een snelheid van ten minste 20 km/h heeft
bereikt. Als de veiligheidsgordel daarna nog niet is vastgemaakt, laat de
zoemer gedurende 90 seconden een ander geluid horen.
*6: Auto's met kleurendisplay.
*1, 6
Brake Override-systeem Geeft aan dat het gaspedaal en rempedaal gelijktijdig wor-
den ingetrapt en het Brake Override-systeem in werking is.
→ Laat het gaspedaal los en trap het rempedaal in.
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het Brake
Override-systeem (met waarschuwingszoemer)
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wegrijregeling (auto's met Multidrive CVT)
Geeft aan dat de schakelstand is gewijzigd en de wegrijre-
geling is geactiveerd terwijl het gaspedaal werd ingetrapt.
→ Laat het gaspedaal even los.
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het systeem
van de wegrijregeling (met waarschuwingszoemer).
→ Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Waarschu-
wingslampjeWaarschuwingslampje/details/handelingen
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 764 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 766 of 882

7658-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■Waarschuwingslampje (waarschuwin gszoemer) elektrische stuurbe-
krachtiging
Als de laadtoestand van de accu laag wordt of de spanning tijde lijk daalt, kan
het waarschuwingslampje van de elektrische stuurbekrachtiging g aan bran-
den en kan er een waarschuwingszoemer klinken.
■ Als het motorcontrolelampje ti jdens het rijden gaat branden
Bij sommige uitvoeringen gaat het motorcontrolelampje branden a ls de
brandstoftank geheel leeg gereden is. Vul de brandstoftank onmi ddellijk als
deze leeg is. Het motorcontrolelampje gaat na enkele ritten wee r uit.
Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/rep arateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundig e als het
motorcontrolelampje niet uitgaat.
■ Detectiesensor voorpassagier, controlelampje veiligheidsgordel en
waarschuwingszoemer
●Als er bagage wordt geplaatst op de passagiersstoel kan de dete ctiesensor
het controlelampje laten knipperen en de waarschuwingszoemer la ten klin-
ken, ook al zit er niemand op de passagiersstoel.
● Als er op de stoel een kussen wordt geplaatst, werkt de sensor wellicht niet
goed, waardoor ook het waarschuwingslampje niet goed werkt.
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden
Controleer het uiterlijk van de band om na te gaan of de band n iet lek is.
Als de band lek is: →Blz. 775, 795
Als de band niet lek is:
Gebruik de volgende procedure wanneer de banden voldoende zijn afge-
koeld.
● Controleer de bandenspanning en breng hem op het juiste niveau.
● Als het waarschuwingslampje zelfs na enkele minuten niet uitgaa t, contro-
leer dan of de bandenspanning in orde is en voer de initialisat ie uit.
( →Blz. 696)
Het waarschuwingslampje kan weer gaan branden wanneer bovenstaa nde
handelingen zijn uitgevoerd zonder eerst de banden voldoende te laten
afkoelen.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 765 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 767 of 882

7668-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk brand en
door een nat uurlijke oorzaak
Het waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat mogelijk brand en door
een natuurlijke oorzaak, zoals het onvermijdelijke spanningsver lies dat op
den duur optreedt of een veranderde bandenspanning die veroorzaakt wordt
door temperatuurveranderingen. In dat geval zal het waarschuwin gslampje
na een paar minuten uitgaan als de banden weer op de juiste spa nning
gebracht zijn.
■ Als een wiel is vervangen door een reservewiel (indien aanwezig )
Auto's met volwaardig reservewiel: Ook het volwaardige reservewiel is voor-
zien van een bandenspanningssensor en -zender. Als de bandenspa nning
van het reservewiel te laag is, zal het waarschuwingslampje lage banden-
spanning gaan branden. Bij een lekke band zal het waarschuwings lampje
lage bandenspanning niet uitgaan, ook al is het wiel met de lek ke band ver-
vangen door het reservewiel. Vervang het reservewiel door het w iel met de
gerepareerde band en breng de band op de juiste spanning. Het w aarschu-
wingslampje lage bandenspanning zal na een paar minuten uitgaan .
Auto's met compact reservewiel: Het compacte reservewiel is niet voorzien
van een bandenspanningssensor en -zender. Bij een lekke band za l het
waarschuwingslampje lage bandenspanning niet uitgaan, ook al is het wiel
met de lekke band vervangen door het reservewiel. Vervang het reservewiel
door het wiel met de gerepareerde band en breng de band op de j uiste span-
ning. Het waarschuwingslampje lage bandenspanning zal na een pa ar minu-
ten uitgaan.
■ Omstandigheden waaronder het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet juist werkt
→Blz. 699
■ Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat
branden nadat het gedurende 1 minuut heeft geknipperd
Als het waarschuwingslampje lage bandenspanning regelmatig gaat branden
nadat het gedurende 1 minuut heeft geknipperd wanneer het contac t AAN
wordt gezet, laat het systeem dan nakijken door een erkende Toy ota-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■ Waarschuwingszoemer
De zoemer is in sommige gevallen niet hoorbaar, zoals in een lu idruchtige
omgeving of wanneer het volume van de audio hoog staat.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 766 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
Page 768 of 882

7678-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
8
Bij problemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
WAARSCHUWING
■Als de waarschuwingslampjes van het ABS en het remsysteem blijv en
branden
Breng de auto onmiddellijk op een veilige plaats tot stilstand en neem con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. D e auto
kan tijdens het remmen extreem onstabiel worden en het ABS-syst eem
treedt mogelijk niet in werking, waardoor een aanrijding en ern stig letsel
kunnen ontstaan.
■ Als het waarschuwingslampje el ektrische stuurbekrachtiging gaat
branden
Als het lampje geel gaat branden, wordt de stuurbekrachtiging b eperkt. Als
het lampje rood gaat branden, werkt de stuurbekrachtiging niet meer en
gaat het draaien van het stuurwiel zeer zwaar. Als het stuurwie l zwaarder
werkt dan gebruikelijk, houd het dan stevig vast en oefen meer kracht uit
dan anders.
■ Als het waarschuwingslampje lag e bandenspanning gaat branden
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Als u dat niet doet, kunt
u de macht over het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
● Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats. Breng de banden
meteen op spanning.
● Auto's met reservewiel: Als, nadat de banden op spanning zijn g ebracht,
het waarschuwingslampje lage bandenspanning opnieuw gaat branden,
kan dit erop duiden dat er een band lek is. Controleer de bande n. Vervang
het wiel met de lekke band door het reservewiel en laat de band repareren
door de dichtstbijzijnde erkende Toyota-dealer of hersteller/re parateur of
een andere naar behoren gekwalificeer de en uitgeruste deskundige.
● Auto's met bandenreparatieset: Als, nadat de banden op spanning zijn
gebracht, het waarschuwingslampje lage bandenspanning opnieuw g aat
branden, kan dit erop duiden dat er een band lek is. Controleer de banden.
Repareer een lekke band met de bandenreparatieset. ( →Blz. 775)
● Vermijd plotselinge stuurbewegingen en hard remmen. De banden k unnen
beschadigd raken, waardoor u de controle over het stuurwiel of de rem-
men kunt verliezen.
■ Als u een klapband krijgt of als er plotseling een lek ontstaat
Het kan zijn dat het bandenspanningswaarschuwingssysteem niet m eteen
in werking treedt.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 767 Monday, March 19, 2018 4:17 PM