Page 17 of 180

15
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Stop & Star t Permanent. Het Stop & Start-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie weer in door nogmaals op de toets
te drukken.
Knippert. Het Stop & Start-systeem is defect. Voer (3) uit.
SnelheidsbegrenzerPermanent.De snelheidsbegrenzer is defect. Voer (3) uit.
Active City Brake Knippert. Er is een storing in het Active City
Brake-systeem. Voer (3) uit.
Active City Brake Permanent. Er is op een toets gedrukt.
De configuratie van het systeem is
gewijzigd. Het Active City Brake-systeem is ingeschakeld.
Knippert in
combinatie met een
geluidssignaal. Het Active City Brake-systeem is in
werking.
Het systeem optimaliseert het remmen om een
aanrijding te voorkomen.
Active City Brake Permanent. Het Active City Brake-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie weer in door nogmaals op de toets
te drukken.
Lane Depar ture
Warning System Permanent.
Het Lane Departure Warning System
is defect. Voer (3) uit.
Lane Depar ture
Warning System Knippert (oranje) in
combinatie met een
geluidssignaal. Overschrijding van een
rijstrookmarkering, rechts.
Stuur de andere kant op om de auto weer op de juiste
koers te brengen.
1
Instrumentenpaneel
Page 18 of 180

16
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
Lane Depar ture
Warning System Knippert (oranje) in
combinatie met een
geluidssignaal. Er wordt een rijstrookmarkering aan de
linkerzijde overschreden.
Draai het stuur wiel de andere kant op om de auto weer
in het juiste spoor te brengen.
Mistachterlicht Permanent. Het lampje brandt.
Groene verklikkerlampjes
Lane Depar ture
Warning SystemPermanent.
Er is op een toets gedrukt. Het Lane Departure Warning System is ingeschakeld.
Lane Depar ture
Warning System Permanent.
Er is op een toets gedrukt. Het systeem is in werking: het heeft rijstrookmarkeringen
links en/of rechts gedetecteerd.
Stop & Star t Permanent.
Het Stop & Start-systeem heeft de motor
in de STOP-stand gezet (verkeerslicht,
stopbord, opstopping enz.).Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
gestart (START-stand) als u
wilt wegrijden.
Systeem Keyless
entrée and star t Permanent.
Er wordt aan alle voor waarden voor
het starten van de motor voldaan.
Knippert langzaam.
Het contact staat in de stand "ACC".
De accessoires (autoradio, 12 V-aansluiting,
enz.) kunnen worden gebruikt.
Knippert snel. Het stuurslot is niet ontgrendeld. Zet het contact in de stand "OFF" en ver volgens weer
in de stand " ON", en draai iets aan het stuur wiel om het
stuurslot te ontgrendelen.
Instrumentenpaneel
Page 19 of 180
17
Waarschuwings- resp.
verklikkerlampjeStatus
Oorzaak Acties/Opmerkingen
SnelheidsbegrenzerPermanent.De snelheidsbegrenzer is actief.
OpschakelindicatorPermanent.Er kan worden opgeschakeld/
teruggeschakeld.
RichtingaanwijzersRichtingaanwijzers met
geluidssignaal.De richtingaanwijzers zijn
ingeschakeld.
Parkeerlicht of
dimlicht Permanent.
Het parkeerlicht of dimlicht is aan.
Blauwe verklikkerlampjes
GrootlichtPermanent. De lampen branden.
Mistlampen vóórPermanent. De mistlampen vóór zijn ingeschakeld. Let op: bij als accessoire gemonteerde mistlampen kan
de bediening anders zijn.
1
Instrumentenpaneel
Page 20 of 180

18
Meters
Kilometerteller/dagteller
Bij het aanzetten van het contact wordt de
kilometerteller of de dagteller weergegeven,
afhankelijk van welke weergave bij het afzetten
van de motor was geselecteerd.-
b
ij de dagteller wordt TRIP weergegeven.
Houd, als de dagteller wordt weergegeven, een
van de twee knoppen 1 ingedrukt om de dagteller
op nul te zetten.
Brandstofniveaumeter
Laag brandstofniveau
Als het minimumbrandstofniveau is
bereikt, gaat dit verklikkerlampje op
het instrumentenpaneel branden in
combinatie met een geluidssignaal.
Als de auto is gestrand met een lege brandstoftank,
moet minimaal 5 liter brandstof worden getankt.
Boordcomputer
De boordcomputer geeft actuele informatie over
het rijden (actieradius, brandstofverbruik enz.).
Weergave van de gegevens
* Afhankelijk van de uitvoering. F
D
ruk op de knop op het stuur wiel om
achtereenvolgens de verschillende functies
van de boordcomputer weer te geven.
-
T
otale kilometerstand.
-
T
raject
A.
-
T
raject
B.
-
T
ijd per traject van de STOP-stand van het
Stop & Start-systeem*.
-
T
otale tijd van de STOP-stand van het Stop
& Start-systeem*.
-
D
e buitentemperatuur*.
-
Ac
tueel brandstofverbruik.
-
G
emiddeld brandstofverbruik.
-
Ac
tieradius.
-
G
emiddelde snelheid.
-
D
immer verlichting.
Druk op de een van de knoppen 1 om afwisselend
d e kilometerteller en de dagteller weer te geven:
-
b
ij de kilometerteller wordt ODO weergegeven,
De brandstofniveaumeter geeft de resterende hoeveelheid
brandstof aan:
-
1/
1
en zes segmenten: de brandstoftank is vol.
-
R
en één segment: het minimumbrandstofniveau is bereikt.
Er zit dan nog ongeveer 5 liter brandstof in
de tank.
Instrumentenpaneel
Page 21 of 180

19
Buitentemperatuur
In bepaalde situaties wordt de buitentemperatuur
niet of pas na enige tijd weergegeven, met name:
-
a
ls de auto stilstaat of met een zeer lage
snelheid rijdt (lager dan ongeveer 25
km/h,
-
a
ls de temperatuursverschillen groot zijn (in-
of uitrijden van een garage of een tunnel enz.),
-
t
ijdens zeer korte ritten (korter dan ongeveer
2
minuten).
Dimmer verlichting
Met deze functie kunt u tijdens ritten in het donker
b epaalde delen van de dashboardverlichting
uitschakelen zodat uw ogen minder snel vermoeid
raken.
Deze functie werkt uitsluitend als de
parkeerlichten branden.
F
H
oud zodra het menu "Dimmer
dashboardverlichting" wordt weergegeven
een van de toetsen " DISP" ingedrukt om de
instellingen te wijzigen.
F
D
ruk ver volgens een van de twee toetsen
DISP herhaaldelijk in om de lichtsterkte
sterker of zwakker te maken. Het display
knippert om de gekozen lichtsterkte te tonen.
Traject resetten
F Druk een van de twee toetsen DISP langer
dan 2 seconden in zodra het gewenste traject
wordt aangegeven.
De trajecten A en B zijn onafhankelijk en hebben
dezelfde eigenschappen.
Traject A kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor
een dagelijks verbruik en traject B voor een
maandelijks verbruik.
Met het touchscreen
Als uw auto is uitgerust met het touchscreen, kunt
u hierop verschillende gegevens over uw actuele
traject bekijken. Op de pagina Menu
van het touchscreen:
F
se
lecteer het tabblad Gegevens auto.
Op het tabblad " Gegevens traject " wordt de
volgende informatie weergegeven:
-
"
G
emiddelde snelheid
",
-
"
V
erstreken tijd
",
-
"
A
ctieradius
",
-
h
et "Actuele brandstofverbruik", in de vorm
van een grafiek.
-
h
et tabblad "
Geschiedenis " voor weergave
van gegevens over het brandstofverbruik voor
de laatst gemaakte ritten.
Met de toets " Wissen" kunt u de gegevens over
het brandstofverbruik op het touchscreen en op
het instrumentenpaneel resetten.
Met de knop " Updaten" kan het beste resultaat
van het tabblad " Geschiedenis" worden
weergegeven.
1
Instrumentenpaneel
Page 22 of 180

20
Boordcomputer, enkele
definities
Actieradius
(km of miles)
De actieradius geeft aan hoeveel kilometer u nog
met de resterende hoeveelheid brandstof kunt
rijden (berekend op basis van het gemiddelde
verbruik over de laatste afgelegde kilometers).
Deze waarde kan schommelen door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een helling,
waardoor het actuele brandstofverbruik
aanzienlijk kan wijzigen.
Als het brandstofniveau erg laag is, wordt de
melding "Lo FUEL" weergegeven.
Als het brandstofniveau erg laag is, wordt de
actieradius niet meer herberekend.
Actueel brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend over de laatste seconden.
Gemiddeld brandstofverbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Teller Stop & Start
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-
systeem, houdt een teller bij hoelang de STOP-
stand tijdens een rit is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u
het contact aanzet
weer op nul gezet.
Tijd instellen
Radio
De tijd kan worden ingesteld met de draaiknop
" MENU ":
-
d
ruk op de draaiknop om toegang te krijgen
tot de menu's en een gemaakte keuze te
bevestigen,
-
d
raai aan de draaiknop om een functie of een
onderdeel in de lijst te selecteren.
U kunt altijd terugkeren naar de vorige stap door
op de toets " Back" te drukken.
F
D
ruk op de draaiknop om toegang te krijgen
tot de menu's.
F
D
raai aan de draaiknop om " CLOCK" te
selecteren.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen. De
cijfers van de uren knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de uren in te
stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen. De
cijfers van de minuten knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de minuten in te
stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen en het
menu te verlaten.
Instrumentenpaneel
Page 23 of 180
21
Touchscreen
Druk op "Configuratie ".
Druk op " Algemeen ".
Selecteer " Datum/Tijd ". Stel de dag, de maand en het jaar in met behulp
van de pijlen op het scherm.
Selecteer het formaat van de tijdweergave.
Druk op "
OK" om te bevestigen en het menu af
te sluiten.
1
Instrumentenpaneel
Page 24 of 180

22
Sleutels
Met de sleutel kunnen de voorportieren, de
achterklep en het stuurslot worden vergrendeld
en ontgrendeld, kan de airbag vóór aan
passagierszijde worden uitgeschakeld en kan het
contactslot worden bediend.
Vergrendeling
- Steek de sleutel in het slot van een van de voorportieren en draai hem richting de
achterzijde van de auto om het desbetreffende
portier te vergrendelen.
-
S
teek de sleutel in het slot van de achterklep
en draai hem naar rechts om de achterklep te
vergrendelen.
Ontgrendeling
- Steek de sleutel in het slot van een van de voorportieren en draai hem richting de
voorzijde van de auto om het desbetreffende
portier te ontgrendelen.
-
S
teek de sleutel in het slot van de achterklep
en draai hem naar links om de achterklep te
ontgrendelen.
Afstandsbediening
Hiermee kunt u op afstand de vergrendel- en
o ntgrendelfuncties van de auto uitvoeren.
De radiografische afstandsbediening is een systeem met
een groot bereik. Het is raadzaam om niet met de knop
van de afstandsbediening te spelen om te voorkomen
dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden.
Druk nooit herhaaldelijk op de knoppen van uw
afstandsbediening wanneer u
buiten het bereik van uw
auto bent, want dan werkt de afstandsbediening mogelijk
niet meer.
Uitklappen/inklappen van de
sleutel
F Druk op deze knop om de sleutel uit of in te klappen.
Vergrendelen
F Druk op deze knop om de auto te vergrendelen.
De richtingaanwijzers knipperen één keer.
Toegang tot de auto