Page 265 of 592

2654-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)
4
Rijden
WAARSCHUWING
■Voordat u het LDA-systeem gebruikt
Vertrouw niet uitsluitend op het LDA-systeem. De LDA is geen systeem dat
de auto automatisch bestuurt of de hoeveelheid aandacht die moet worden
besteed aan het gebied voor de auto beperkt. De bestuurder dient altijd vol-
ledige verantwoordelijkheid te nem en voor een veilig rijgedrag door de
omgeving steeds goed in de gaten te houden en het stuurwiel te bedienen
om de rijrichting van de auto te corrigeren. Zorg ook voor voldoende pauzes
als u moe bent, bijvoorbeeld als u langere tijd heeft gereden.
Als u niet op de juiste manier rijdt en niet goed oplet, kunt u een ongeval
veroorzaken, waardoor ernstig letsel kan ontstaan.
■ Onbedoelde werking van de LDA vermijden
Als u het LDA-systeem niet gebruikt, zet het systeem dan uit met de toets
LDA.
■ Voorkomen van storingen in het LDA-systeem en onbedoeld uitge-
voerde handelingen
● Breng geen wijzigingen aan de koplampen aan en plak geen stickers op
het lampglas.
● Breng geen wijzigingen aan de wielophanging, enz. aan. Als de wielop-
hanging moet worden vervangen, neem dan contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
● Monteer of plaats geen voorwerpen op de motorkap of de grille. Monteer
ook geen accessoires aan de voorzijde van de auto (bullbars, enz.).
● Als uw voorruit gerepareerd moet worden, neem dan contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 265 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 266 of 592

2664-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)
Druk op de toets LDA om het
LDA-systeem in te schakelen.
Het controlelampje LDA gaat bran-
den en er wordt een melding weer-
gegeven op het multi-
informatiedisplay.
Druk nogmaals op de toets LDA
om het LDA-systeem uit te schake-
len.
Als het LDA-systeem wordt in- of
uitgeschakeld, blijft de status van
het LDA-systeem de volgende keer
dat het hybridesysteem wordt
gestart ongewijzigd
Inschakelen van het LDA-systeem
Weergave op het multi-informatiedisplay
Binnenzijde van de weergege-
ven witte lijnen is witBinnenzijde van de weergege-
ven witte lijnen is zwart
Dit geeft aan dat het systeem
witte (gele) lijnen herkent. Als de
auto de rijstrook verlaat, knippert
de witte lijn die wordt weergege-
ven aan de zijde waar de auto de
strook verlaat oranje. Dit geeft aan dat het systeem
witte (gele) lijnen niet kan her-
kennen of tijdelijk is uitgescha-
keld.
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 266 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 267 of 592

2674-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)
4
Rijden
■Als “Check LDA system” (controleer LDA-systeem) wordt weergegeven
op het multi-in formatiedisplay
Als het controlelampje LDA niet gaat branden wanneer de toets LDA wordt
ingedrukt om het systeem in te schakelen, is er mogelijk een storing aanwe-
zig in het systeem. Laat uw auto direct controleren door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
■ Werkingsvoorwaarden
Deze functie werkt wanneer aan alle onderstaande voorwaarden wordt vol-
daan.
●De LDA is ingeschakeld.
● De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
● Het systeem herkent witte (gele) lijnen.
● De breedte van de rijstrook is ten minste ongeveer 3 m.
● De richtingaanwijzerschakelaar wordt niet bediend.
● Er wordt gereden op een rechte weg of in een flauwe bocht met een straal
van meer dan ongeveer 150 m.
● Er worden geen systeemstoringen gesignaleerd. ( →Blz. 491)
■ Tijdelijk uitschakelen van functies
Als niet langer aan de werkingsvoorwaarden wordt voldaan, wordt een functie
mogelijk tijdelijk uitgeschakeld. Als echter weer aan de werkingsvoorwaarden
wordt voldaan, wordt de werking van de functie automatisch hervat.
( →Blz. 267)
■ Werking Lane Departure Alert
De waarschuwingszoemer is mogelijk slecht te horen door geluiden van bui-
ten, afspelen van muziek, enz.
■ Er bevinden zich maar aan één kan t van de weg witte (gele) lijnen
Het LDA-systeem zal niet werken voor de zijde waar geen witte (gele) lijnen
konden worden herkend.
■ Nadat de auto in de zon heeft gestaan
Het LDA-systeem is mogelijk niet beschikbaar en er wordt gedurende een
bepaalde tijd na het wegrijden een waarschuwingsmelding weergegeven. Als
de temperatuur in het interieur daalt en de temperatuur rondom de sensor
voor ( →Blz. 247) weer geschikt is voor de werking ervan, wordt het systeem
geactiveerd.
■ Als er slechts aan één zijde van de auto rijstrookmarkeringen aanwezig
zijn
De Lane Departure Warning-functie zal niet werken voor de zijde waar geen
rijstrookmarkeringen konden worden herkend.
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 267 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 268 of 592

2684-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)■
Omstandigheden waaronder de functies mogelijk niet goed werken
In de volgende situaties signaleert de sens or voor witte (gele) lijnen mogelijk
niet en werken verschillende functies mogelijk niet normaal.
● Er zijn schaduwen op de weg die parallel lopen aan de witte (gele) lijnen of
deze bedekken.
● Er wordt met de auto gereden in een gebied zonder witte (gele) lijnen, zoals
voor een tolboom of kaartautomaat of op een kruising.
● De witte (gele) lijnen zijn onderbroken of er zijn kattenogen (reflecterende
markeringen) of stenen aanwezig.
● De witte (gele) lijnen zijn niet of moeilijk te zien door zand, enz.
● Er wordt met de auto gereden op een wegdek dat nat is door regen, plas-
sen, enz.
● De verkeerslijnen zijn geel (waardoor ze mogelijk moeilijker te herkennen
zijn dan witte lijnen).
● De witte (gele) lijnen lopen over een stoeprand, enz.
● Er wordt met de auto gereden op een helder oppervlak, zoals beton.
● Er wordt met de auto gereden op een oppervlak dat helder is als gevolg van
gereflecteerd licht, enz.
● Er wordt met de auto gereden in een gebied waar de helderheid plotseling
verandert, zoals bij in- en uitgangen van tunnels.
● Licht van de koplampen van een tegenligger, de zon, enz. dringt de camera
binnen.
● Er wordt met de auto gereden op een plaats waar de weg zich splitst, wegen
samenkomen, enz.
● Er wordt gereden op een helling.
● Er wordt gereden op een weg die naar links of rechts helt of op een bochtige
weg.
● Er wordt gereden op een onverharde of ongelijkmatige weg.
● Er wordt gereden in een scherpe bocht.
● De rijstrook is zeer smal of breed.
● De auto helt sterk over door het vervoeren van zware bagage of door een
onjuiste bandenspanning.
● De afstand tot de voorligger is extreem kort.
● De auto beweegt vaak op en neer ten gevolge van de wegomstandigheden
tijdens het rijden (slechte wegen of naden in het wegdek).
● De koplampglazen zijn vuil en laten 's nachts weinig licht door, of de licht-
bundel wijkt af.
● De auto is net van rijstrook gewisseld of een kruising overgestoken.
■ Waarschuwingsmeldinge n voor het LDA-systeem
Waarschuwingsmeldingen worden gebruikt om een storing in het systeem
aan te geven of om de bestuurder tijdens het rijden te waarschuwen.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
→Blz. 109
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 268 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 269 of 592

2694-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)
4
Rijden
Duw de hendel van u af terwijl de
lichtschakelaar in de stand
staat.
Het controlelampje van het Auto-
matic High Beam-systeem gaat
branden als de koplampen auto-
matisch worden ingeschakeld om
aan te geven dat het systeem is
ingeschakeld.
Automatic High Beam-systeem∗
∗: Indien aanwezig
Het Automatic High Beam-systeem maakt gebruik van een inge-
bouwde sensor voor om de helderheid van bijvoorbeeld de
straatverlichting en de verlichting van tegenliggers en voorlig-
gers te meten, en schakelt indien nodig automatisch het groot-
licht in of uit.
WAARSCHUWING
■ Beperkingen van het Automatic High Beam-systeem
Vertrouw niet uitsluitend op het Automatic High Beam-systeem. Rijd altijd
voorzichtig, houd hierbij de omgeving in de gaten en schakel indien nodig
handmatig het grootlicht in of uit.
■ Voorkomen van onjuiste werking van het Automatic High Beam-sys-
teem
Voorkom overbelading van uw auto.
Inschakelen van het Automatic High Beam-systeem
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 269 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 270 of 592
2704-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)■
Dimlicht inschakelen
Trek de hendel naar u toe,
zodat deze in de oorspronke-
lijke stand terugkomt.
Het controlelampje van het
Automatic High Beam-systeem
dooft.
Duw de hendel van u af om het
Automatic High Beam-systeem
weer in te schakelen.
■
Grootlicht inschakelen
Zet de lichtschakelaar in stand .
Het controlelampje van het
Automatic High Beam-systeem
dooft en het controlelampje van
het grootlicht gaat branden.
Handmatig in- en uitschakelen van het grootlicht
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 270 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 271 of 592

2714-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)
4
Rijden
■Voorwaarden voor het automatisch in - of uitschakelen van het grootlicht
● Als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan, wordt het grootlicht
automatisch ingeschakeld (na ongeveer 1 seconde):
• De rijsnelheid is ongeveer 40 km/h of hoger.
• Het gebied voor de auto is niet verlicht.
• Er zijn geen tegenliggers of voorliggers met ingeschakelde koplampen of
achterlichten.
• Er bevinden zich weinig straatlantaarns op de weg voor u.
● Als aan een van onderstaande voorwaarden wordt voldaan, wordt het groot-
licht automatisch uitgeschakeld:
• De rijsnelheid is lager dan ongeveer 30 km/h.
• Het gebied voor de auto is verlicht.
• Tegenliggers of voorliggers hebben de koplampen of achterlichten inge-
schakeld.
• Er bevinden zich veel straatlantaarns op de weg voor u.
■ Detectie-informatie sensor voor
●In de volgende situaties wordt het grootlicht mogelijk niet automatisch uitge-
schakeld:
• Als plotseling een tegenligger uit een bocht opdoemt
• Als plotseling een andere auto voor de eigen auto invoegt
• Als tegenliggers of voorliggers aan het zicht zijn onttrokken als gevolg
van een reeks bochten, wegafscheidingen of bomen langs de weg
• Wanneer tegenliggers opdoemen uit de rechter tegemoetkomende rij-
strook op een brede weg
• Wanneer er tegenliggers of voorliggers met uitgeschakelde verlichting zijn
● Het grootlicht wordt mogelijk uitgeschakeld als een tegenligger wordt gesig-
naleerd die zijn mistlampen aan heeft terwijl zijn koplampen uit zijn.
● Door de aanwezigheid van huisverlichting, straatverlichting, verkeerslichten
of verlichte billboards of verkeersborden wordt mogelijk geschakeld van
grootlicht naar dimlicht of blijft het dimlicht mogelijk ingeschakeld.
● De volgende factoren kunnen van invloed zijn op de reactietijd voor het in-
of uitschakelen van het grootlicht:
• De helderheid van koplampen, mistlampen en achterlichten van tegenlig-
gers en voorliggers
• De beweging en richting van tegenliggers en voorliggers
• Als de verlichting van een tegenligger of voorligger slechts aan één kant werkt
• Als een tegenligger of voorligger een voertuig op twee wielen betreft
• De toestand van de weg (stijgingspercentage, bochten, toestand van het wegdek, enz.)
• Het aantal inzittenden en de hoeveelheid bagage
● Het grootlicht kan op voor de bestuurder onverwachte momenten worden
in- en uitgeschakeld.
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 271 Friday, February 19, 2016 1:08 PM
Page 272 of 592

2724-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12K47E)●
Fietsen of vergelijkbare objecten worden mogelijk niet gesignaleerd.
● In de onderstaande situaties kan het systeem de helderheid van het omge-
vingslicht mogelijk niet juist signaleren. Hierdoor blijven de dimlichten moge-
lijk branden of zorgt het grootlicht mogelijk voor problemen bij voetgangers,
tegenliggers of voorliggers of anderen. In dergelijke gevallen moet handma-
tig worden geschakeld tussen grootlicht en dimlicht.
• Bij slecht weer (regen, sneeuw, mist, zandstormen, enz.)
• Het zicht door de voorruit wordt belemmerd door damp, wasem, ijs, vuil,
enz.
• De voorruit is gebarsten of beschadigd.
• De sensor voor is vervormd of vuil.
• De temperatuur van de sensor voor is extreem hoog.
• De helderheid van het omgevingslicht komt overeen met die van koplam- pen, achterlichten of mistlampen.
• Tegenliggers hebben de koplampen of voorliggers hebben de achterlich-
ten niet ingeschakeld of de lampen zijn vuil, hebben een andere kleur of
zijn niet correct afgesteld.
• In gebieden waar lichte en donkere stukken elkaar afwisselen.
• Als geregeld en herhaaldelijk over stijgende en dalende wegen wordt gereden, of over wegen met een slecht of oneffen wegdek (zoals klinker-
wegen, grindpaden, enz.).
• Als geregeld en herhaaldelijk over bochtige wegen wordt gereden.
• Er bevindt zich een sterk spiegelend voorwerp, zoals een spiegel, voor de auto.
• De achterzijde van een voorligger is sterk spiegelend, zoals een contai- ner op een truck.
• De koplampen van de auto zijn beschadigd of vuil of zijn niet correct
afgesteld.
• De auto helt naar één kant over door bijvoorbeeld een lekke band of ligt aan de achterzijde wat lager doordat een aanhangwagen is aangekop-
peld.
• Er wordt herhaaldelijk en op een abnormale manier geschakeld tussen dimlicht en grootlicht.
• De bestuurder meent dat andere bestuurders of voetgangers last hebben van het grootlicht.
UK AURIS_HV_HB_OM_Europe_OM12K47E.book Page 272 Friday, February 19, 2016 1:08 PM